Page 49 of 288

De standen van de bestuurdersstoel
in het geheugen opslaanMet de knoppen C kunnen drie verschillende standen voor de
bestuurdersstoel worden opgeslagen en opgeroepen.
Het opslaan en oproepen is mogelijk met de contactsleutel in de stand
MAR en gedurende 3 minuten na het bestuurdersportier te hebben
geopend of zolang het portier gesloten is, ook met de contactsleutel in
de stand STOP.
Wanneer de stand wordt opgeslagen weerklinkt een geluidssignaal.
Ga als volgt te werk om een stoelstand op te slaan: gebruik de
bedieningselementen om de stoel te verstellen en houdt de knop
ingedrukt wanneer de gewenste positie is bereikt om op te slaan.
Wanneer een nieuwe stoelstand wordt opgeslagen, wordt de
stoelstand die voorheen met dezelfde knop werd opgeslagen
automatisch overschreven.
Het oproepen van een stoelstand is ook mogelijk voor ongeveer 3
minuten na de portieren te hebben geopend en ongeveer 1 minuut na
de contactsleutel in de stand STOP te hebben gezet.
Druk kortstondig op de betreffende knop om een opgeslagen stand op
te roepen.
Stoelverwarming(voor bepaalde versies/markten)
Met de sleutel in de stand MAR, gebruik de draaischakelaar A fig. 23
om de functie in/uit te schakelen.
De stoelverwarming kan in 3 verschillende standen worden gezet
(0 = stoelverwarming uitgeschakeld).
fig. 23
A0K0215
45WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 50 of 288

HOOFDSTEUNENVOORDe hoofdsteunen kunnen in hoogte versteld worden en vergrendelen
automatisch in de gewenste stand:
❒omhoog verstellen: breng de hoofdsteun omhoog tot deze op zijn
plaats vastklikt;
❒omlaag verstellen: druk op knop A fig. 24 en breng de hoofdsteun
omlaag.
De hoofdsteunen moeten zodanig versteld worden dat
het hoofd en niet de nek er tegenaan steunt. Alleen
op deze manier oefenen ze hun beschermende
werking uit.
De hoofdsteunen verwijderen:
❒trek de hoofdsteunen tot hun maximumhoogte uit;
❒druk op de knoppen A en B fig. 24 en verwijder de hoofdsteunen
door ze omhoog te trekken.
“Anti-Whiplash” voorziening
De hoofdsteunen zijn uitgerust met een “Anti-Whiplash” voorziening,
die de afstand tussen hoofd en hoofdsteun bij een botsing achterop
vermindert, waardoor het zweepslageffect wordt afgezwakt.
De hoofdsteun kan bewegen wanneer de leuning door het lichaam of
de hand van de inzittende wordt ingedrukt: dit gedrag is normaal voor
het systeem en mag niet als een storing worden beschouwd.
fig. 24
A0K0064
46
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 51 of 288

ACHTERDe achterbank is voorzien van twee in hoogte verstelbare
hoofdsteunen (om de hoogte te verstellen, zie de vorige paragraaf).
Bij sommige versies is er ook een hoofdsteun voor de middelste
zitplaats.
De hoofdsteunen verwijderen:
❒trek de hoofdsteunen tot hun maximumhoogte uit;
❒druk op de knoppen A en B fig. 25 en verwijder de hoofdsteunen
door ze omhoog te trekken.
STUURWIELHet stuurwiel kan axiaal en in verticale richting worden versteld.
Om het stuurwiel te verstellen, duw de hendel A fig. 26 naar voren
(stand 1) en verstel het stuurwiel. Trek vervolgens de hendel naar het
stuur (stand 2) om hem te vergrendelen.
De verstelling mag alleen bij stilstaande auto en
uitgeschakelde motor gebeuren.Demontage-/montagewerkzaamheden, waarvoor
wijzigingen in de stuurinrichting of de stuurkolom
vereist zijn (bv. bij montage van een
diefstalbeveiliging) zijn ten strengste verboden. Zulke
werkzaamheden kunnen de prestaties van het systeem, de
garantie en de veiligheid in gevaar brengen waardoor de auto
niet meer aan de typegoedkeuring voldoet.
fig. 25
A0K0065
fig. 26
A0K0077
47WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 52 of 288

ACHTERUITKIJKSPIEGELSBINNENSPIEGELDe binnenspiegel kan in twee standen worden gezet: normaal of
anti-verblindingsstand.
De binnenspiegel moet vanaf de normale stand worden versteld, met
de hendel A fig. 27 naar de voorruit gericht (dagstand).
Om verblinding door achterliggers te voorkomen, kan de spiegel in de
anti-verblindingsstand worden gezet door de hendel A naar de
achterkant van de auto te verstellen.Elektronisch dimbare achteruitkijkspiegel
(voor bepaalde versies/markten)
De elektrochromische binnenspiegel fig. 28 is voorzien van een
afstelinrichting om verblinding door achterliggers automatisch te
voorkomen. Deze functie is standaard ingesteld.
Bij inschakeling van de achteruit, wordt de spiegel automatisch
ingesteld op de dagstand.
Bij inschakeling van de achteruit, wordt de spiegel automatisch
ingesteld op de dagstand.
fig. 27
A0K0268
fig. 28
A0K0267
48
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 53 of 288

BUITENSPIEGELS
De buitenspiegel is bolvormig; hierdoor wordt de
afstandswaarneming ietwat vertekend.
Verstelling spiegels
De spiegels kunnen alleen worden versteld met de contactsleutel in de
stand MAR.
Kies de gewenste spiegel met de knop A fig. 29:
❒knop in stand 1: linker spiegel gekozen
❒knop in stand 2: rechter spiegel gekozen.
Hierna kan de gekozen spiegel worden versteld door de knop B in de
richting van de pijlen te bewegen.
BELANGRIJK Zet na het afstellen de knop A in de stand 0 om
onverwachtse bediening van de elektrische ruitbediening te
voorkomen.Elektrisch inklappen
(voor bepaalde versies/markten)
Om de buitenspiegels in te klappen, druk op C fig. 29. Druk nogmaals
op de knop om de buitenspiegels terug in de rijstand te brengen.
Handmatig inklappen
Klap indien nodig de buitenspiegels in door ze van stand 1 in stand 2
te zetten fig. 30.
BELANGRIJK Rijd alleen met de buitenspiegels in stand 1.
fig. 29
A0K0066
fig. 30
A0K0052
49WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 54 of 288
KLIMAATREGELINGLUCHTROOSTERS AAN ZIJKANTA - Verstelbare en richtbare luchtroosters aan zijkant:
❒gebruik het schuifje B om het luchtrooster in de gewenste stand te
zetten fig. 31;
❒draai het wieltje C naar links om de luchtopbrengst te regelen.
D - Vaste uitstroomopening aan zijkant.
LUCHTROOSTERS IN HET MIDDENGebruik het schuifje A fig. 32 om de luchtroosters in de gewenste
stand te zetten. Draai de wieltjes B naar onder om de luchtopbrengst
te regelen.
fig. 31
A0K0103
fig. 32
A0K0104
50
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 55 of 288
LUCHTROOSTERS BOVENA - Verstelbare luchtroosters boven. Draai de wieltjes B fig. 33 naar
rechts om de luchtopbrengst te regelen.
C - Vaste uitstroomopening boven.
LUCHTROOSTER ACHTER(voor bepaalde versies/markten)
Gebruik het schuifje A fig. 34 om de luchtroosters in de gewenste
stand te zetten.
Draai het wieltje B naar rechts om de luchtopbrengst te regelen:= Volledig gesloten= Volledig open
fig. 33
A0K0105
fig. 34
A0K0106
51WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 56 of 288
KLIMAATCOMFORTUITSTROOMOPENINGEN/ROOSTERS1. Bovenste vaste uitstroomopening – 2. Bovenste vaste uitstroomopeningen – 3. Vaste luchtrooster aan zijkant – 4. Verstelbare luchtroosters aan
zijkant – 5. Verstelbare luchtroosters in het midden – 6. Onderste uitstroomopeningen voor achterstoelen – 7. Verstelbare luchtroosters voor
achterstoelen (voor bepaalde versies/markten)
fig. 35
A0K0107
52
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN RIJDEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER