Page 337 of 409
733
Onderhoud
PARKEERREM
Controleer de parkeerraem
Type A
Controleer of de slag van het
parkeerrempedaal volgens de
specificatie is als het wordt ingetrapt met
294 N (30 kg, 66 lb). De parkeerrem
alleen moet de auto veilig op een vrij
steile helling kunnen houden. Laat de
parkeerrem afstellen door een officiële
HYUNDAI-dealer wanneer de slag van
het pedaal niet volgens de specificatie is.
Vrije slag : 8-9 tarden
Type B
Controleer de slag van de parkeerrem
door het aantal klikken te tellen wanneer
de hendel volledig wordt aangetrokken.
De parkeerrem alleen moet de auto veilig
op een vrij steile helling kunnen houden.
Laat de parkeerrem afstellen door een
officiële HYUNDAI-dealer wanneer de
slag van het pedaal niet volgens de
specificatie is.
Slag: 5~6 klikjes bij een kracht van 20 kg (44 lbs, 196 N).
OCM050015OCM050019
Page 338 of 409
Onderhoud
34
7
BRANDSTOFFILTER (DIESEL)
G150100AFD
Aftappen van water uit het brandstoffilter
De waterafscheider vangt het water uit
de brandstof op.
Het waarschuwingslampje gaat branden
wanneer het contact in stand ON staat
en water zich in de waterafscheider
verzameld heeft. Laat het brandstofsysteemcontroleren en het wateraftappen door een officiële
HYUNDAI-dealer als het
waarschuwingslampje gaat
branden. G150200AFD
Brandstoffilterelement vervangen
✽✽
AANWIJZING
Gebruik originele HYUNDAI-
onderdelen wanneer het
brandstoffilterelement wordt
vervangen.OPMERKING
Als het water in de afscheider niet of niet vaak genoeg wordt afgetapt,
kan er schade ontstaan aanbelangrijke onderdelen, zoals hetbrandstofsysteem, doordat er waterin het brandstoffilter komt.
OCM070011
Page 339 of 409
735
Onderhoud
LUCHTFILTER
G160100ACM
Filter vervangen
Dit moet indien nodig vervangen worden
en mag niet gereinigd worden.
U kunt het filter schoonmaken wanneer u
het luchtfilterelement controleert.
Reinig het filter met behulp van perslucht. 1. Neem de bevestigingsclips los om het
luchtfilterdeksel te verwijderen. 2. Veeg de binnenkant van het luchtfilter
schoon.
3. Vervang het luchtfilter.
4. Bevestig het deksel met de bevestigingsclips.
OXM079012OXM079013OXM079014
Page 340 of 409
Onderhoud
36
7
Vervang het filter overeenkomstig het onderhoudsschema.
Vervang het element vaker dan in het
onderhoudsschema is aangegeven alsde auto wordt gebruikt in gebieden met
zeer veel stof of zand. (Raadpleeg"Onderhoudsschema bij gebruik onderzware omstandigheden" in dit
hoofdstuk.)
OPMERKING
Rijd niet met de auto wanneer het luchtfilter verwijderd is; hierdoor
kan de motor overmatig slijten.
Zorg er om schade aan de motor te voorkomen voor dat bij hetverwijderen van het luchtfilter
geen stof en vuil in de luchtinlaat komt.
Gebruik een origineel HYUNDAI- onderdeel. Door het gebruik vanniet-originele HYUNDAI-
onderdelen kan de luchtmassameter ofturbocompressor beschadigdraken.
Page 341 of 409
737
Onderhoud
INTERIEURFILTER (INDIEN VAN TOEPASSING)
G170100AXM
Controle filter
Als er veelvuldig met de auto gereden
wordt in druk stadsverkeer of een stoffige
omgeving, moet het filter vaker worden
gecontroleerd en indien nodig worden
vervangen. Als u als eigenaar het filter
zelf wilt vervangen, volg danonderstaande procedure en let eropgeen andere onderdelen tebeschadigen.
Vervang het filter overeenkomstig het onderhoudsschema. Filter vervangen
1. Open het dashboardkastje enverwijder de steunbeugel (1). 2. Verwijder terwijl het dashboardkastje
geopend is de aanslagstukken aan beide zijden.
OCM070015OCM070016
Page 342 of 409
Onderhoud
38
7
3. Verwijder het interieurfilterhuis door
aan beide zijden van het huis te
trekken. 4. Verwijder het interieurfilter.
5. Plaats de onderdelen in omgekeerde
volgorde van verwijderen.
✽✽ AANWIJZING
Plaats het nieuwe interieurfilter op de
juiste manier. Als het filter is
omgekeerd, zal het systeem veel lawaai
produceren en zal het filter minder
effectief zijn.
OCM070017OCM055011
Page 343 of 409

739
Onderhoud
RUITENWISSERBLADEN
G180100AUN
Controle bladen
✽✽ AANWIJZING
In de handel verkrijgbare hot wax zoals
gebruikt in wasstraten bemoeilijkt het
reinigen van de voorruit.
Verontreiniging van de voorruit of de
ruitenwisserbladen door bepaalde
substanties kan het effect van de
ruitenwissers verminderen. Bekende
vormen van verontreiniging zijn insecten,
sap van bomen en hot wax-
behandelingen gebruikt in sommige
wasstraten. Indien de bladen niet goed
wissen, reinig dan zowel de ruit als de
bladen met een goedschoonmaakmiddel of een zacht
reinigingsmiddel en spoel grondig na met
schoon water. G180200AUN
Vervangen van bladen
Als de ruitenwissers de ruit niet langer
goed schoonmaken, kan het zijn dat ze
versleten of gescheurd zijn en dienen ze
te worden vervangen.
1JBA5122
OPMERKING
Gebruik geen benzine, petroleum,
thinner of andere oplosmiddelen in
de buurt van de ruitenwisserbladenom beschadiging te voorkomen.
OPMERKING
Probeer de ruitenwissers nooit metde hand te bewegen om beschadiging van de
ruitenwisserarmen en van andere onderdelen te voorkomen.
OPMERKING
Het gebruik van
nietvoorgeschrevenruitenwisserbladen kan storingen en problemen veroorzaken.
Page 344 of 409
Onderhoud
40
7
G180201AFD
Voorruitenwisserblad
1. Trek de ruitenwisserarm omhoog. 2. Druk de vergrendeling in en schuif het
wisserblad omhoog. 3. Plaats het ruitenwisserblad in de
omgekeerde volgorde van het
verwijderen.
4. Plaats de ruitenwisserarm terug op de voorruit.
OPMERKING
Laat de ruitenwisserarm niet tegen
de voorruit slaan. Anders kan devoorruit beschadigen of barsten.
1LDA50231JBA70371JBA7038