Page 105 of 246

104
Bagageruimteverlichting
(fig. 134)
Als de achterklep wordt geopend,
gaan automatisch de lichtunits Ain
de zijbekleding van de bagageruimte
branden (een aan elke zijde).
De verlichting dooft automatisch als
de achterklep wordt gesloten.
WAARSCHUWINGDe lichtunits
doven na enige minuten, om te voor-
komen dat de accu wordt ontladen.STEKKERDOZEN (fig. 135)
Deze werken alleen als het contact-
slot in stand Mstaat; ze bevinden zich:
– stekkerdoos Aop het rechter zij-
paneel van de derde rij zitplaatsen;
– stekkerdoos Baan de achterzijde
van de afwerking van de bestuur-
dersstoel, onder de bevestiging voor
de veiligheidsgordel.
Open de beschermdekseltjes om de
stekkerdozen te gebruiken.
ELEKTRISCHE
RUITBEDIENING
De elektrische ruitbediening is voor-
zien van een antibeklemmingsfunctie.
De regeleenheid van het systeem kan
een eventueel obstakel voor de slui-
tende ruit signaleren. Als dit gebeurt,
onderbreekt het systeem de ruitbewe-
ging en wordt de ruitbeweging omge-
keerd.
WAARSCHUWINGAls het con-
tactslot in stand Sstaat of de sleutel
is uitgenomen, kunnen de ruiten nog
ongeveer 1 minuut worden bediend.
WAARSCHUWINGAls de accu los-
gekoppeld is geweest en vervolgens de
ruitbediening niet werkt als een sluit-
commando wordt gegeven, moet het
systeem worden geïnitialiseerd; laat de
schakelaar los en bedien de schake-
laar een tweede keer, totdat de ruit
geheel gesloten is; blijf de schakelaar
nog een seconde bedienen, nadat de
ruit de uiterste stand heeft bereikt.
Het systeem werkt weer normaal.
fig. 135
L0B0087b
fig. 134
L0B0079b
066-134 Phedra OLA 5-06-2008 11:04 Pagina 104
Page 106 of 246

105
Onjuist gebruik van de
elektrische ruitbediening
kan gevaarlijk zijn. Con-
troleer voor en tijdens het bedie-
nen van de ruitschakelaar of de
passagiers niet het risico op ver-
wonding lopen door de bewegend
ruit, of door voorwerpen die door
de ruit worden meegesleept of te-
gen de ruit komen. Als de auto
wordt verlaten, schakel dan altijd
het contactslot uit, zodat wordt
voorkomen dat de ruitbediening
per ongeluk wordt bediend. Dit
kan gevaar opleveren voor de pas-
sagiers die in de auto zijn achter-
gebleven.BESTUURDERSPORTIER
(fig. 136)
Op de bekleding van het bestuur-
dersportier bevinden zich vijf druk-
schakelaars; als het contactslot in
stand Mstaat, kunnen de volgende
functies worden uitgevoerd:
A- openen/sluiten ruit linksvoor;
B- openen/sluiten ruit rechtsvoor;
C- openen/sluiten ruit linksachter;
D- openen/sluiten ruit rechtsachter;
E- onderbreken van de werking van
de ruitschakelaars op de achterdeu-
ren, uitschakelen van de drukschake-
laar achter voor het openen/sluiten
van de schuifdeuren en, indien aan-
wezig, onderbreken van de bedie-
ningsorganen achter voor het open-
dak.Bedien om de ruit te openen en te
sluiten de bijbehorende schakelaar; de
ruit stopt in de bereikte stand als de
schakelaar wordt losgelaten.
De ruit aan de bestuurderszijde kan
automatische worden geopend en ge-
sloten (als de motor draait). Als scha-
kelaar Akort wordt ingedrukt, be-
weegt de ruit automatisch: de ruit
stopt in de gewenste stand als de
schakelaar een tweede keer wordt in-
gedrukt.
Houd de schakelaar niet
ingedrukt als de ruit de ui-
terste stand heeft bereikt.
fig. 136
L0B0047b
066-134 Phedra OLA 5-06-2008 11:04 Pagina 105
Page 107 of 246
106
PASSAGIERSPORTIER (fig. 137)
Op de portierbekleding bevindt zich
drukschakelaar Avoor de bediening
van de ruit in het portier.
ZIJSCHUIFDEUREN (fig. 137)
Bedien schakelaar Aom de ruit te
openen/sluiten.
UITZETBARE ZIJRUITEN ACHTER
(3de rij)
Sluiten:
– voer de handelingen in omge-
keerde volgorde uit, totdat de ver-
grendeling in de gesloten stand wordt
waargenomen en hendel Ain de juiste
stand staat. Openen/sluiten (fig.139)
Openen:
– verplaats de hendel Azoals in de
afbeelding is aangegeven en druk ver-
volgens de hendel naar buiten om de
ruit te openen;
– druk de hendel naar achteren tot-
dat de vergrendeling in de geopende
stand wordt waargenomen.
fig. 137
L0B0046b
fig. 138
L0B0048b
fig. 139
L0B0049b
066-134 Phedra OLA 5-06-2008 11:04 Pagina 106
Page 108 of 246

107
ELEKTRISCHE
OPENDAKEN
(indien aanwezig)
De auto kan zijn uitgerust met drie
elektrische opendaken: voor, in het
midden en achter, die kunnen worden
bediend met de bedieningsschakelaars
als het contactslot in stand Mstaat.
WAARSCHUWINGAls het con-
tactslot in stand Sstaat of de sleutel
is uitgenomen, kunnen de ruiten nog
ongeveer 1 minuut worden bediend.
De daken zijn voorzien van een
schuifbaar zonnescherm en een anti-
beklemmingsfunctie. De regeleenheid
van het systeem kan een eventueel ob-
stakel voor het sluitende dak signale-
ren. Als dit gebeurt, onderbreekt het
systeem de beweging en wordt de be-
weging omgekeerd.Onjuist gebruik van het
dak kan gevaarlijk zijn.
Controleer voor en tijdens
het bedienen van de bedienings-
schakelaar of de passagiers niet
het risico op verwonding lopen
door het bewegende dak, of door
voorwerpen die door het dak wor-
den meegesleept of tegen het dak
komen.
Als de auto wordt verla-
ten, schakel dan altijd het
contactslot uit, zodat
wordt voorkomen dat het opendak
per ongeluk wordt bediend. Dit
kan gevaar opleveren voor de pas-
sagiers die in de auto zijn achter-
gebleven.
Open het dak niet als er
sneeuw of ijs aanwezig is:
risico op beschadiging.
WAARSCHUWING
Als de accu los-
gekoppeld is geweest en vervolgens de
daken niet meer werken als een sluit-
commando wordt gegeven, moet het
systeem worden geïnitialiseerd; laat de
schakelaar los en bedien de schakelaar
een tweede keer, totdat de daken geheel
gesloten zijn; blijf de schakelaar nog
een seconde bedienen, nadat de daken
de uiterste stand hebben bereikt. Het
systeem werkt weer normaal.
BEDIENINGSORGANEN
OP DE EERSTE RIJ (fig. 139)
Voorste dak
Openen/sluiten in spoilerstand:
– druk op schakelaar A(zijde 1) om
te openen en houd de schakelaar in-
gedrukt, totdat de uiterste stand is be-
reikt;
– druk op schakelaar A(zijde 2) om
te sluiten en houd de schakelaar in-
gedrukt, totdat de uiterste stand is be-
reikt;
066-134 Phedra OLA 5-06-2008 11:04 Pagina 107
Page 109 of 246

108
Geheel openen/sluiten:
– druk, als de ruit in de spoilerstand
staat, nogmaals op schakelaar A
(zijde 1) om geheel te openen en houd
de schakelaar ingedrukt, totdat het
dak geheel is geopend;
– druk op schakelaar A(zijde 2),
totdat het dak in de spoilerstand
staat, druk vervolgens nogmaals op
schakelaar A(zijde 2), totdat het dak
is gesloten.
Middelste en achterste dak
Vanaf de eerste rij zitplaatsen kun-
nen tegelijkertijd het middelste en
achterste opendak worden bediend;
bedien schakelaar Bop dezelfde wijze
als is beschreven voor het voorste
opendak.BEDIENINGSORGANEN VAN DE
TWEEDE EN DERDE RIJ
ZITPLAATSEN (fig. 141)
Openen/sluiten in spoilerstand:
– druk op schakelaar A(zijde 1) om
te openen en houd de schakelaar in-
gedrukt, totdat de uiterste stand is be-
reikt;
– druk op schakelaar A(zijde 2) om
te sluiten en houd de schakelaar in-
gedrukt, totdat de uiterste stand is be-
reikt;
Geheel openen/sluiten:
– druk, als de ruit in de spoilerstand
staat, nogmaals op schakelaar A
(zijde 1) om geheel te openen en houd
de schakelaar ingedrukt, totdat het
dak geheel is geopend;
– druk op schakelaar A(zijde 2),
totdat het dak in de spoilerstand
staat, druk vervolgens nogmaals op
schakelaar A(zijde 2), totdat het dak
is gesloten.Voor de veiligheid van de achter-
passagiers (kinderen) kunnen de
schakelaars van de tweede en derde
rij zitplaatsen worden geblokkeerd
door drukschakelaar E(fig. 136) op
het schakelaarpaneel voor de ruitbe-
diening op het bestuurdersportier in
te drukken.
fig. 140
L0B0430b
fig. 141
L0B0100b
066-134 Phedra OLA 5-06-2008 11:04 Pagina 108
Page 110 of 246

109
BAGAGERUIMTE
ACHTERKLEP VAN
BUITENAF OPENEN/SLUITEN
(fig. 142 - 143)
Openen:
– ontgrendel de portieren;
– trek aan handgreep A, zoals in de
afbeelding is aangegeven; het openen
van de achterklep wordt ondersteund
door de gasdempers aan de zijkant.Sluiten: zet de achterklep omlaag
m.b.v. handgreep Baan de binnen-
zijde en druk vervolgens bij de bui-
tenhandgreep, totdat de vergrendeling
wordt waargenomen.De gasdempers zijn zo af-
gesteld dat de achterklep
met het door de fabrikant
vastgestelde gewicht juist wordt
geopend. Als voorwerpen (zoals
een spoiler) worden aangebracht,
kan dit de werking en de veilig-
heid bij het gebruik van de ach-
terklep negatief beïnvloeden.
ACHTERKLEP IN
NOODGEVALLEN OPENEN
(fig. 144)
Ga voor het ontgrendelen van het
achterklepslot bij een elektrische sto-
ring als volgt te werk:
– plaats in het interieur een kleine
schroevendraaier in opening A;
– duw deze naar links om het slot
mechanisch te ontgrendelen.
fig. 142
L0B0104b
fig. 144
L0B0169b
fig. 143
L0B0103b
Rijd niet met geopende
achterklep: de uitlaatgas-
sen kunnen in het interi-
eur terechtkomen.
066-134 Phedra OLA 5-06-2008 11:04 Pagina 109
Page 111 of 246

110
BAGAGE VERVOEREN
WAARSCHUWINGAls ‘s nachts
met bagage in de bagageruimte wordt
gereden, dan moet de lichtbundel van
het dimlicht van de uitvoeringen zon-
der Xenon-verlichting met automati-
sche koplampverstelling, worden af-
gesteld (zie de paragraaf “koplam-
pen” in dit hoofdstuk).
Bagage vastzetten (fig. 145)
De vervoerde bagage moet worden
vastgezet met riemen, die aan de sjor-
ogen Ain de bagageruimte moeten
worden bevestigd.
De sjorogen dienen ook voor de
montage van het bagagenet, als de
auto daarmee is uitgerust.Als de bagageruimte
wordt gebruikt mag het
maximum laadvermogen
van de auto nooit worden over-
schreden (zie het hoofdstuk “Tech-
nische specificaties”). Controleer
bovendien of de bagageruimte
goed beladen is, om te voorkomen
dat een voorwerp bij krachtig rem-
men naar voren schiet en de inzit-
tenden verwondt.Zware niet goed beves-
tigde voorwerpen kunnen
bij een ongeval de inzit-
tenden zwaar verwonden.
Als in een gebied wordt
gereden waar brandstof
moeilijk verkrijgbaar is en
u daarom brandstof in een jerry-
can wilt vervoeren, dan moet u
zich aan de wettelijke voorschrif-
ten houden. Gebruik alleen een
goedgekeurde en op de juiste wijze
bevestigde jerrycan. Ook in dit ge-
val is het risico op brand bij een
ongeval echter groter.
fig. 145
L0B0105b
066-134 Phedra OLA 5-06-2008 11:04 Pagina 110
Page 112 of 246
111
HARDE HOEDENPLANK
(indien aanwezig) fig. 147
De harde hoedenplank is voorzien
van een vak voor een paraplu.
De bagageruimte kan groter worden
gemaakt door de hoedenplank te ver-
wijderen.
Maak de hoedenplank los uit de bor-
gingen aan de zijkant Een trek de
hoedenplank naar beneden om de
hoedenplank te verwijderen.SCHUIFBARE BAGAGEHOES
(indien aanwezig) fig. 148 -149
Bedien de handgreep Aen trek de
hoes uit de rolautomaat B, totdat de
bagagehoes aan de borgingen kan
worden bevestigd.Als de rolautomaat moet worden
verwijderd, dan moet de kracht van
de interne veer overwonnen worden
door de automaat in richting 1te ver-
plaatsen en vervolgens de rolautomaat
in richting 2te verplaatsen.
fig. 148
L0B0303b
fig. 147
L0B0261b
fig. 149
L0B0262b
066-134 Phedra OLA 5-06-2008 11:04 Pagina 111