Page 57 of 246

56
afhankelijk van de situatie; dit is nor-
maal en vindt plaats tijdens de normale
werking als bijvoorbeeld de airconditioning
of de elektroventilateur inschakelt.
Een langzame wijziging van het toe-
rental zorgt voor het behoud van de
acculading.
KOELVLOEISTOF-
TEMPERATUURMETER -
D (fig. 72 - 73)
Tijdens de normale werking geeft de
temperatuurmeter de waarden in het
midden van de schaalverdeling aan.
Als hoge waarden worden aangege-
ven, betekent dit dat de motor zwaar
wordt belast en moeten de gevraagde
prestaties worden verminderd.
Als het lampje
Xgaat branden,
geeft dit een te hoge koelvloeistoftem-
peratuur aan.
Ook als zeer langzaam wordt gere-
den onder zeer warme omstandighe-
den, kan een hoge temperatuur wor-
den bereikt. Stop in dat geval en zet
de motor uit. Start vervolgens de mo-
tor opnieuw en accelereer rustig.BRANDSTOFNIVEAUMETER -
C (fig. 72 - 73)
Deze meter geeft een indicatie van de
hoeveelheid brandstof in de brandstof-
tank.
Als het brandstofreservelampje
.
brandt, betekent dit dat er nog onge-
veer 8 liter brandstof in de tank aan-
wezig is.
Rijd niet met een bijna lege tank:
door een eventueel onregelmatige toevoer
van brandstof kan de katalysator
worden beschadigd.
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
(als een autoradio aanwezig is)
fig. 73a
A- knop voor toegang tot het hoofd-
menu
B- knoppen om het hoofdmenu te
doorlopen
C- knop om de gekozen functie of
ingevoerde waarde te bevestigen
D- knop om de functie te wissen /
terug te keren naar het vorige scherm
E- keuzeknop voor de weer te geven
informatie rechts op het display (ge-
gevens, autoradio - CD, tripcompu-
ter).Hoofdmenu
Druk op knop Aom toegang te krij-
gen tot het hoofdmenu; de volgende
functies worden weergegeven:
– Radio/CD(zie voor de bijbeho-
rende functies het bijgeleverde sup-
plement “Autoradio”);
– Tripcomputer: hiermee kan in-
formatie worden weergegeven over de
mogelijk nog af te leggen afstand (ac-
tieradius), het huidige verbruik, de af-
gelegde afstand, het gemiddelde ver-
bruik en de gemiddelde snelheid; bo-
vendien kan informatie worden weer-
gegeven over de status van functies
zoals: automatische inschakeling bui-
tenverlichting, ESP, regensensor.
fig. 73a
L0B0434b
001-065 Phedra OLA 5-06-2008 11:45 Pagina 56
Page 58 of 246

57
Druk lang op de knop op het uiteinde
van de rechter hendel fig. 73bom de
in de boordcomputer opgeslagen gege-
vens op nul te zetten (resetten);
– Instellingenmenu: hiermee kan de
functie voor de achterruitenwisser en
de automatische in-/uitschakeling van
en kunnen de datum, de tijd, de licht-
intensiteit van het display, de eenheden
en de taal worden ingevoerd.
MULTIFUNCTIONEEL DISPLAY
(als het infotelematica-systeem
Connect Nav+ aanwezig is)
fig. 73c
A- knop voor toegang tot het hoofd-
menu
B- knoppen om het hoofdmenu te
doorlopen
C- knop om de gekozen functie of in-
gevoerde waarde te bevestigen
D- knop om de functie te wissen /
terug te keren naar het vorige scherm
E- keuzeknop voor de weer te geven
informatie rechts op het display (ge-
gevens, autoradio - cd, tripcomputer).
Hoofdmenu
Druk op knop Aom toegang te krij-
gen tot het hoofdmenu; de functies
weer te geven die horen bij:
–Navigatie
–Audio
– Tripcomputer: hiermee kan infor-
matie worden weergegeven over de
mogelijk nog af te leggen afstand (ac-
tieradius), het huidige verbruik, de af-
gelegde afstand, het gemiddelde ver-
bruik en de gemiddelde snelheid; bo-vendien
kan informatie worden weer-
gegeven over de status van functies zo-
als: automatische inschakeling buiten-
verlichting, ESP, regensensor.
Druk lang op de knop op het uiteinde
van de rechter hendel fig. 73bom de
in de boordcomputer opgeslagen gege-
vens op nul te zetten (resetten);
–Rubriek
– Instellingenmenu: hiermee kan de
fig. 73b
L0B0435b
fig. 73c
L0B0433b
001-065 Phedra OLA 5-06-2008 11:45 Pagina 57
functie voor de achterruitenwisser en
de automatische in-/uitschakeling van
en kunnen de datum, de tijd, de licht-
intensiteit van het display, de eenheden
en de taal worden ingevoerd.
de verlichting worden in-/uitgeschakeld
de verlichting worden in-/uitgeschakeld
Page 59 of 246

58
–Kaart
–Video
Zie voor de functies van het naviga-
tiesysteem, audio, rubriek, telematica,
kaart en video het bijgeleverde sup-
plement “Connect Nav+”.
KILOMETERTELLERDISPLAY
Hiermee kunnen de volgende groot-
heden worden weergegeven:
op de bovenste regel: dagteller-
stand en motorolieniveaumeter (in-
dien aanwezig)
op de onderste regel: kilometerto-
taalstand en onderhoudsindicatie; bo-
vendien kunnen hier, bij uitvoeringen
met automatische versnellingsbak,
worden weergegeven: de ingescha-kelde versnelling (zie voor meer in-
formatie het hoofdstuk “Elektronische
automatische versnellingsbak”).
Dagteller (fig. 74)
Druk op knop Aom de dagteller-
stand weer te geven; houd de knop in-
gedrukt om de stand op nul te zetten.
Motorolieniveaumeter (indien
aanwezig)
Als het contactslot in stand M wordt
gedraaid, worden eerst de hoeveelheid
kilometers aangegeven die nog mogen
worden afgelegd tot de volgende on-
derhoudsbeurt en vervolgens tijdelijk
het olieniveau in de oliepan.De afbeelding in fig. 75geeft een
juist olieniveau aan. Als de medede-
ling “OIL” knippert en een geluids-
signaal hoorbaar is en een mededeling
verschijnt, dan geeft dit een te laag
motorolieniveau aan. Als de mede-
deling “OIL –“ knippert, geeft dit
een storing van de motorolieniveau-
sensor aan.
Onderhoudsindicatie (fig. 76)
De onderhoudsindicatie geeft m.b.v.
een symbool Aen de kilometerteller B
aan wanneer onderhoud volgens het
Geprogrammeerd Onderhoud moet
worden uitgevoerd (voor het behoud
van de garantie) en de Lancia-
dealermoet worden bezocht (zie
hiervoor ook het hoofdstuk “Onder-
houd van de auto”).
fig. 74
L0B0244b
fig. 75
L0B0415b
fig. 76
L0B0246b
001-065 Phedra OLA 5-06-2008 11:45 Pagina 58
Page 60 of 246

59
WAARSCHUWINGWendt u tot de
Lancia-dealerbij eventuele storin-
gen en wacht niet tot de volgende on-
derhoudsbeurt.
A- Symbool dat onderhoud aan-
geeft.
B- Kilometerteller.
C- Knop voor opnieuw instellen en
op nul zetten (resetten).
WERKING
Als het contactslot in stand Mwordt
gedraaid, gaat symbool Agedurende
enige seconden branden en wordt op
de kilometerteller Bafgerond het aantal
kilometers aangegeven die nog kun-
nen worden afgelegd tot de volgende
onderhoudsbeurt; vervolgens wordt
automatisch het motorolieniveau weer-
gegeven (als deze functie aanwezig is)
en vervolgens de kilometertotaalstand;
– vanaf 2000 km totdat onder-
houd moet worden uitgevoerd: als
het contactslot in stand Mwordt ge-
draaid, gaat symbool Aknipperen en
wordt op de kilometerteller Bafge-
rond het aantal kilometers aangegeven
die nog kunnen worden afgelegd tot
de volgende onderhoudsbeurt; na
enige seconden blijft het symbool
continu branden wordt automatisch
de kilometertotaalstand weergegeven;
– als de onderhoudsinterval is
overschreden: als het contactslot in
stand Mwordt gedraaid, gaat sym-
bool Agedurende enige seconden sa-
men met de mededeling dat de kilo-
meterstand is overschreden knippe-
ren; vervolgens blijft het symbool con-
tinu branden en wordt automatisch de
kilometertotaalstand weergegeven.
WAARSCHUWINGAls binnen on-
geveer 12 maanden de door het Ge-
programmeerd Onderhoud voorge-
schreven kilometerstand niet wordt
bereikt en het contactslot wordt in de
stand Mgedraaid, gaat het symbool
Abanden en geeft de kilometerteller
0 km aan; wendt u in dat geval tot de
Lancia-dealer.
OPNIEUW INSTELLEN
Als de auto onder zeer zware om-
standigheden wordt gebruikt, wordt
aanbevolen om het onderhoudsinter-
val te verminderen van 30.000 tot
20.000 km.
Ga voor het instellen als volgt te
werk:
– draai het contactslot in de stand
M;
– druk op knop Cen houd de knop
ingedrukt; op de onderhoudsindicatie
knippert de kilometerstand die het
verloop van de onderhoudsinterval
weergeeft (resterend of overschreden);
– laat de knop los; op de onderhouds-
indicatie wordt de hiervoor ingestelde
onderhoudsinterval weergegeven;
– druk herhaaldelijk (kort) op knop
Cwaarna gekozen kan worden uit de
volgende intervallen:
30.000 km(aanbevolen voor nor-
maal gebruik van de auto)
20.000 km (aanbevolen voor zwaar
gebruik)
001-065 Phedra OLA 5-06-2008 11:45 Pagina 59
Page 61 of 246

60
– als de gewenste onderhoudsinter-
val wordt weergegeven op de onder-
houdsindicatie, druk dan op knop C
en houd de knop ingedrukt; het in-
terval knippert gedurende ongeveer
10 seconden, waarna de stand niet
knipperend wordt weergegeven;
– laat de knop los om de instelling
op te slaan.
OP NUL ZETTEN(RESETTEN)
Ga voor het resetten als volgt te
werk:
– draai het contactslot in de stand S;
– druk knop Cin en houd de knop
ingedrukt;
– draai het contactslot in stand M;
de onderhoudsindicatie loopt geleide-
lijk terug totdat 0wordt weergegeven;
– laat de knop Clos; symbool A
dooft om aan te geven dat de functie
is gereset.
De Lancia-dealer voert deze han-
deling uit na alle in het Gepro-
grammeerd Onderhoud aangege-
ven controle- en onderhoudsbeur-
ten.
CONNECT Nav+
(indien aanwezig)
Enige uitvoeringen zijn uitgerust met
een infotelematica-systeem CON-
NECT Nav+ dat bestaat uit een auto-
radio met cd-speler, een mobiele GSM
telefoon, een navigatiesysteem en een
boordcomputer; het systeem is aan-
gepast aan het interieur en de vorm-
geving van het dashboard.
Het systeem is ergonomisch ge-
plaatst voor de bestuurder en de voor-
passagier en m.b.v. het display kan
snel worden vastgesteld welke bedie-
ningsorganen bediend kunnen wor-
den.
Volg voor het gebruik van het
systeem zorgvuldig de instructies
en de waarschuwingen voor het
gebruik en de verkeersveiligheid
op, die zijn aangegeven in het bij
het Instructieboekje geleverde
supplement.Het navigatiesysteem is
een hulp voor de bestuur-
der tijdens de rit en infor-
meert, m.b.v. gesproken en visuele
informatie, over de optimale route
om de ingevoerde bestemming te
bereiken. De door het navigatie-
systeem Nav verstrekte aanbeve-
lingen ontheffen de bestuurder
niet van zijn verantwoordelijkheid
voor de handelingen die hij tijdens
het rijden met de auto in het ver-
keer uitvoert; de bestuurder moet
altijd de voorschriften van de we-
genverkeerswet i
n acht nemen;
ook de andere voorschriften die op
dit gebied van kracht zijn, moeten
gerespecteerd worden. De verant-
woordelijkheid voor de verkeers-
veiligheid ligt altijd en overal bij
de bestuurder van de auto.
001-065 Phedra OLA 5-06-2008 11:45 Pagina 60
Page 62 of 246

Bij een storing in het EBD
kunnen bij krachtig rem-
men de achterwielen eer-
der blokkeren, waardoor de auto
kan slippen. Als een storing in het
EBD wordt weergegeven, breng
dan onmiddellijk de auto tot stil-
stand (met in acht name van de
verkeersveiligheid) en wendt u tot
de Lancia-dealer.
61
ANTIBLOKKEER-
SYSTEEM DEFECT
(geel)
Als het contactslot in stand Mwordt
gedraaid, gaat het lampje branden;
het moet echter na enige seconden do-TE LAAG
REMVLOEISTOFNIVEAU
- AANGETROKKEN
HANDREM (rood)
Als het contactslot in stand Mwordt
gedraaid, gaat het lampje branden;
het moet echter na enige seconden do-
ven. Het lampje gaat branden als het
remvloeistofniveau in het reservoir
onder het minimum niveau is ge-
daald, bijvoorbeeld door lekkage in
het remsysteem, en als de handrem is
aangetrokken.
WAARSCHUWINGS-/
CONTROLE-
LAMPJES
WAARSCHUWINGAls een waar-
schuwingslampje van het infotelema-
tica-systeem CONNECT Nav+ gaat
branden wordt de betreffende mede-
deling en klinken tegelijkertijd één of
meer geluidssignalen (“
GONG”).
De lampjes gaan in de volgende ge-
vallen branden:
TE LAGE
ACCUSPANNING (rood)
Als er een storing is in het
laadsysteem.
Als het contactslot in de stand M
wordt gedraaid, gaat het lampje bran-
den; het dooft echter direct nadat de
motor is gestart.
Het doven vindt alleen na een korte
vertraging plaats als de motor met
stationair toerental draait.
Als het lampje blijft branden, wendt
u dan onmiddellijk tot de Lancia-
dealer.Als het lampje tijdens het
rijden gaat branden, con-
troleer dan of de handrem
niet is aangetrokken. Als het
lampje blijft branden als de hand-
rem niet is aangetrokken, breng
dan de auto onmiddellijk tot stil-
stand en wendt u tot de Lancia-
dealer.
Z
[
STORING IN
ELEKTRO-
NISCHE
REMDRUKREGELAAR EBD
De auto is uitgerust met een elektro-
nische remdrukregelaar (EBD) Als deze
lampjes tegelijkertijd gaan branden,
geeft dit een storing in het EBD aan.
[+
ven. Het lampje gaat branden als de
werking van het systeem onvoldoende
is. In dat geval blijft het remsysteem
normaal werken, maar zijn de moge-
lijkheden van het ABS niet meer aan-
wezig. Rijd in dat geval zeer voor-
zichtig als de grip op de weg niet op-
timaal is; wendt u beslist zo snel mo-
gelijk tot de Lancia-dealer.
001-065 Phedra OLA 5-06-2008 11:45 Pagina 61
Page 63 of 246

62
STOP (rood)
Dit gaat tegelijker-
tijd met een ander
waarschuwingslampje branden.
VEILIGHEIDSGORDEL
NIET OMGELEGD
(geel)
Het lampje gaat continu branden als
het contactslot in de stand Mstaat en
de bestuurders- of passagiersgordel
(als deze functie aanwezig is) niet juist
is omgelegd.
Als het lampje gaat branden, ver-
schijnt op het multifunctionele display
gedurende 8 seconden de bijbeho-
rende mededeling.
Als de voertuigsnelheid hoger wordt
dan 25 km/h gaat het lampje branden
en klinkt gedurende 90 seconden een
geluidssignaal. TE LAGE
MOTOROLIEDRUK
(rood)
Als het contactslot in de stand M
wordt gedraaid, gaat het lampje bran-
den; het dooft echter nadat de motor
is gestart. Uitsluitend als de motor
stationair draait, mag het lampje iets
vertraagd doven.
Als de motor zwaar is belast, dan
kan het lampje gaan knipperen als de
motor weer met stationair toerental
draait. Het lampje moet echter doven
als het toerental iets wordt verhoogd.
Als het lampje gaat bran-
den tijdens de rit, zet dan
de motor uit en wendt u tot
de Lancia-dealer.
TE HOGE
KOELVLOEISTOF-
TEMPERATUUR (rood)
Als het contactslot in stand Mwordt
gedraaid, gaat het lampje branden;
het moet echter na enige seconden do-
ven. Het lampje gaat branden als de
motor te warm is. Als het lampje gaat
branden tijdens de rit, breng dan de
auto tot stilstand en laat de motor
draaien met iets verhoogd toerental,
zodat de koelvloeistof sneller circu-
leert.
Als het lampje niet bin-
nen 2 of 3 minuten dooft,
zet dan de motor uit en
wendt u tot de Lancia-dealer.
Y X e
001-065 Phedra OLA 5-06-2008 11:45 Pagina 62
Page 64 of 246

63
Het lampje dooft als de storing ver-
dwijnt; de storing wordt echter wel
door het systeem in het geheugen op-
geslagen.
knipperend branden(alleen ben-
zine-uitvoeringen) - dit geeft een mo-
gelijke beschadiging van de katalysa-
tor aan (zie “EOBD” in dit hoofd-
stuk).
Als het lampje knippert, moet het
gaspedaal worden losgelaten (hier-
door gaat de motor met lage toeren-
tallen draaien), totdat het lampje niet
meer knippert; u kunt met niet te
hoge snelheid doorrijden, waarbij rij-
omstandigheden moeten worden ver-
meden die kunnen leiden tot het op-
nieuw gaan knipperen van het lampje.
Wendt u zo snel mogelijk tot de Lan-
cia-dealer.
Als, als het contactslot in
stand M wordt gedraaid,
het lampje niet gaat bran-
den of als tijdens de rit het lampje
continu of knipperend gaat bran-
den, wendt u dan zo snel mogelijk
tot de Lancia-dealer. STORING
MOTORMANAGE-
MENTSYSTEEM EOBD
(geel)
Onder normale omstandigheden, als
het contactslot in de stand Mwordt
gedraaid, gaat het lampje branden;
het dooft echter nadat de motor is ge-
start. Dit branden geeft een goede
werking van het lampje aan.
Als het lampje blijft branden of gaat
branden tijdens de rit:
continu branden- dit geeft een sto-
ring in het motormanagementsysteem
weer, waardoor de emissie van
schadelijke uitlaatgassen toeneemt, de
prestaties achteruit kunnen gaan, de
auto slechter kan gaan rijden en het
brandstofverbruik kan toenemen.
Onder deze omstandigheden kan
verder worden gereden, maar moet
een zware belasting van de motor of
hoge snelheden worden vermeden.
Langdurig gebruik van de auto met
een continu brandend controlelampje
kan beschadigingen veroorzaken.
Wendt u zo snel mogelijk tot de Lan-
cia-dealer.
/
STORING AIRBAG
(geel)
Als het systeem niet goed
werkt.
Als het contactslot in stand Mwordt
gedraaid, gaat het lampje branden;
het moet echter na ongeveer 4 secon-
den doven.
Als het contactslot in
stand M wordt gedraaid en
het lampje
¡gaat niet
branden of blijft branden tijdens
de rit, is er mogelijk een storing in
de veiligheidssystemen; in dat ge-
val kunnen de airbags of gordel-
spanners niet geactiveerd worden
bij een ongeval of, in een zeer be-
perkt aantal gevallen, per ongeluk
geactiveerd worden. Voordat u
verder rijdt, moet contact worden
opgenomen met de Lancia-dealer
om het systeem te laten controle-
ren.
¡
001-065 Phedra OLA 5-06-2008 11:45 Pagina 63