Page 153 of 252

Sleutel verwijderen
57)
De contactsleutel (voor versies met
sleutel zonder afstandsbediening) kan
alleen verwijderd worden als de pook in
stand P (parkeren) staat.
Als de accu van het voertuig leeg is en
de contactsleutel is ingebracht, is de
sleutel in het contactslot geblokkeerd.
Ga als volgt te werk om de sleutel
handmatig te verwijderen:
breng het voertuig in veilige
omstandigheden tot stilstand, schakel
een versnelling en de parkeerrem in;
draai met de bijgeleverde sleutel 1
fig. 152 (die zich in de houder met de
boorddocumenten of in het
gereedschapsgedeelte in de
begageruimte bevindt), de
bevestigingsbouten 2 fig. 153 van het
onderste deksel 3 los;
verwijder de onderste afdekking
3 van het stuurwiel door deze uit zijn
zitting te halen;
trek lipje 4 fig. 154 omlaag met één
hand en verwijder met de andere hand
de sleutel, door deze naar buiten te
trekken;
als de sleutel eenmaal verwijderd is,
onderste afdekking 3
fig. 153 terugzetten, controleren of deze
goed vastzit en de bevestigingsbouten
2 stevig vastdraaien.
15208106J0004EM
15308106J0005EM15408106J0006EM
151
Page 154 of 252

BELANGRIJK
57)Het wordt geadviseerd contact op te
nemen met het Fiat Servicenetwerk om
deze hermontageprocedure te laten
uitvoeren. Indien u zelfstandig te werk wilt
gaan, dient u vooral op te letten op de
juiste bevestiging van de borgklemmen.
Anders kan een verkeerde bevestiging van
de onderste en bovenste afdekking lawaai
veroorzaken.
SLEPEN VAN HET
VOERTUIG
BEVESTIGING VAN HET
SLEEPOOG
148) 149) 150)
Het bijgeleverde sleepoog bevindt zich
in de gereedschapstas in de
bagageruimte.
Voor
Ga als volgt te werk:
Maak de beschermende dop los en
verwijder hem;
neem sleephaak 1 fig. 155 en draai
het helemaal vast op de voorste pen
met schroefdraad .
Achter
Ga als volgt te werk:
Maak de beschermende dop los en
verwijder hem;
neem sleephaak 1 fig. 156 en draai
hem helemaal vast op de achterste pen
met schroefdraad.
BELANGRIJK
148)Alvorens te slepen, moet de
contactsleutel naar MAR en vervolgens
naar STOP worden gedraaid, zonder hem
uit het contactslot te nemen. Als de sleutel
uit het contactslot wordt genomen, wordt
automatisch het stuurslot ingeschakeld
waardoor het voertuig niet kan worden
bestuurd. Controleer ook of de
versnellingsbak in de vrijstand staat (bij
versies uitgerust met automatische
versnellingsbak (indien aanwezig)
controleren of de pook in de N-stand
staat).
15508116J0001EM
156P1030149-000-000
152
NOODGEVALLEN
Page 155 of 252

149)Onthoud dat tijdens het slepen de
rembekrachtiging en de elektrische
stuurbekrachtiging niet werken. Om die
reden is meer kracht benodigd voor de
bediening van het rempedaal en het stuur.
Gebruik voor het slepen geen soepele
kabels en vermijd bruuske bewegingen.
Zorg tijdens het slepen dat er geen
onderdelen door de sleepverbinding
kunnen worden beschadigd. Neem bij het
slepen in elk geval de wettelijke
voorschriften in acht van het land waarin
wordt gereden en pas uw rijgedrag aan.
Start de motor niet wanneer de auto wordt
gesleept. Maak voor de montage van het
sleepoog de schroefdraad zorgvuldig
schoon. Controleer of het sleepoog
volledig op de schroefdraadpen is gedraaid
alvorens de auto te slepen.
150)Gebruik de sleepogen voor en achter
alleen voor noodgevallen op de weg. Het is
toegestaan de auto over korte afstanden te
slepen m.b.v. geschikte middelen conform
de wegenverkeerswetgeving (starre stang),
om de auto over de weg te verplaatsen om
hem gebruiksklaar te maken voor het
slepen of voor transport met takelwagen.
Sleepogen MOGEN NIET worden gebruikt
om voertuigen off-road (onverharde wegen)
te slepen of waar hindernissen zijn en/of
voor het slepen met kabels of andere
niet-starre hulpmiddelen. In
overeenstemming met bovengenoemde
voorwaarden, moeten er voor het slepen
twee voertuigen worden gebruikt (een
slepend en een gesleept voertuig), die zich
beide zo veel mogelijk op één lijn bevinden.
153
Page 156 of 252
ONDERHOUD EN ZORG
Dankzij correct onderhoud kunnen de
prestaties van het voertuig, evenals
beperkte bedrijfskosten en het behoud
van de efficiëntie van de
veiligheidssystemen gedurende langere
tijd gegarandeerd worden.
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe.GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD..............155
MOTORRUIMTE.............166
ACCU OPLADEN............177
ONDERHOUDSPROCEDURES . . .178
HET VOERTUIG OPKRIKKEN. . . .181
WIELEN EN BANDEN.........182
CARROSSERIE.............183
INTERIEUR................185
154
ONDERHOUD EN ZORG
Page 157 of 252

GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD
Juist onderhoud is essentieel voor een
lange levensduur van het voertuig onder
optimale omstandigheden.
Daarom heeft Fiat een reeks controles
en onderhoudsbeurten opgesteld die
op vaste afstandsintervallen en/of op
vaste tijdsintervallen uitgevoerd moeten
worden, zoals beschreven in het
Geprogrammeerd Onderhoudsschema.
Om de auto in topconditie te houden,
worden op de volgende pagina's van
het Geprogrammeerd
Onderhoudsschema een aantal
aanvullende controles genoemd die
vaker moeten worden uitgevoerd ten
opzichte van de normale intervallen.
Geprogrammeerde Onderhoudsbeurten
worden door alle werkplaatsen van het
Fiat Servicenetwerk uitgevoerd op basis
van de vaste intervallen in tijd of
kilometers/mijlen. Eventuele reparaties
die nodig blijken tijdens het uitvoeren
van de diverse inspecties en controles
van het geprogrammeerd onderhoud,
mogen uitsluitend worden uitgevoerd
na uitdrukkelijke toestemming van de
eigenaar. Als de auto dikwijls gebruikt
wordt voor het trekken van aanhangers,
dan moet een korter interval tussen de
geprogrammeerde onderhoudsbeurten
worden aangehouden.BELANGRIJKE OPMERKINGEN
De onderhoudsbeurten van het
Geprogrammeerde Onderhoud zijn
door de fabrikant voorgeschreven. Het
niet uitvoeren ervan kan het vervallen
van de garantie tot gevolg hebben.
Wij adviseren bij twijfel over de werking
van uw auto contact op te nemen met
uw Fiat-dealer en de volgende beurt
niet af te wachten.
155
Page 158 of 252

GEPROGRAMMEERD ONDERHOUDSSCHEMA (benzineversies — LPG-versies)
WAARSCHUWING: Wanneer u de laatste reparatie uit de tabel hebt uitgevoerd, moet u verder gaan met het geprogrammeerde
onderhoud. Volg daarbij de in het schema vermelde termijnen en plaats bij elke reparatie een punt of een opmerking.
Waarschuwing: als het onderhoud gewoon vanaf het begin wordt hervat, kan de voor sommige werkzaamheden geldende
interval verstrijken!
km x 100015 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren12345678910
Banden op conditie/slijtage controleren en eventueel op
spanning brengen. Vervaldatum/toestand lading snelle
bandenreparatiekit controleren (indien aanwezig)
Werking verlichtingssysteem (koplampen,
richtingaanwijzers, alarmknipperlichten, bagageruimte,
interieur, dashboardkastje, lampjes instrumentenpaneel,
enz.) controleren
De vloeistofpeilen controleren en eventueel bijvullen(1)
Visueel de conditie controleren van: LPG-leidingen en
stekkers, bevestiging LPG-tank (1.4 T-jet 120 pk LPG
E6-versies)
Uitlaatgasemissie controleren
Gebruik de diagnoseaansluiting om de werking van het
motormanagementsysteem te controleren; emissies en (
waar aanwezig) de verslechtering van de motorolie
(1) Gebruik voor het bijvullen altijd uitsluitend de in het instructieboek vermelde vloeistoffen en controleer het systeem eerst op schade.
156
ONDERHOUD EN ZORG
Page 159 of 252

km x 100015 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren12345678910
Visueel de toestand controleren van: buitenzijde van
carrosserie, bodemplaatbescherming, slangen en
leidingen (uitlaat, brandstof- en remsysteem) en rubber
elementen (hoezen, slangen, bussen enz.)
Stand en conditie van wisrubbers van ruitenwissers
controleren
Werking van het ruitenwisser/-sproeiersysteem
controleren en zo nodig de sproeiers afstellen
Sloten van motorkap en achterklep op aanwezigheid van
vuil controleren, mechanismen reinigen en smeren
Slag van handrem controleren en zo nodig afstellen
Conditie en slijtage remblokken van schijfremmen voor en
achter visueel controleren en de integriteit van
remblokslijtagesensor controleren
Conditie en slijtage van de achterste
trommelremvoeringen visueel inspecteren (1.4 16v 95 pk
E4-versies/1.4 16v 95 pk E6-versies/1.6 E.TorQ
E6-versies/1.6 E.TorQ E4-versies)
Visueel de conditie controleren van de zuurstofsensor
(1.4 16V 95 pk E4-versies, 1.6 E.TorQ E4-versies)(2)
(2) Deze handeling moet uitgevoerd worden als het voertuig in een van de volgende landen wordt gebruikt: Afghanistan, Algerije, Angola, Armenië, Congo, Ethiopië,
Ghana, Iran, Irak, Jordanië, Malawi, Mali, Mozambique, Nigeria, Senegal, Syrië, Zimbabwe.
157
Page 160 of 252

km x 100015 30 45 60 75 90 105 120 135 150
Jaren12345678910
Visueel de conditie controleren van de getande
distributieriem (1.4 16V 95 pk E6-versies/1.4 T-jet 120 pk
LPG E6-versies)(3)
Visueel de conditie controleren van de getande
distributieriem (1.4 16V 95 pk E4-versies)(3)
Visueel de conditie van de diverse aandrijfriem(en) en
regelaccessoires controleren (1.4 16V 95 pk
E6-versies/1.4 T-jet 120 pk LPG E6-versies)(3)
Visueel de conditie controleren van de getande
distributieriem(en) (1.4 16V 95 pk E4-versies)(3)
Visueel de conditie controleren van de verschillende
distributieriem(en) (1.6 E.TorQ E6-versies/1.6 E.TorQ
E4-versies)
De spanning controleren van aandrijfriem van hulporganen
(versies zonder automatische riemspanner) (1.4 16V 95 pk
E6-versies / 1.4 T-jet LPG 120 pk E6-versies)
De spanning controleren van aandrijfriem van hulporganen
(versies zonder automatische riemspanner) (1.4 16V 95 pk
E4-versies)
De spanning controleren van de aandrijfriem van
hulporganen (versies zonder automatische riemspanner)
(1.6 E.TorQ E6-versies, 1.6 E.TorQ E4-versies)
(3) Maximum aantal kilometers 120.000 km. De riem moet elke 6 jaar worden vervangen, ongeacht de afgelegde afstand. Als het voertuig wordt gebruikt onder
veeleisende omstandigheden (stoffige omgevingen, koude klimaten, veel stadsritten, langdurig stationair lopen van de motor): aanbevolen maximum aantal
kilometers is 60.000 km. De riem moet elke 4 jaar worden vervangen, ongeacht de afgelegde afstand.
158
ONDERHOUD EN ZORG