Page 225 of 712

2254-2. Rijprocedures
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E■
Oververhitting van de elektromotor van het stuurslot voorkomen
Om te voorkomen dat de elektromotor van het stuurslot oververhi t raakt, kan
de werking worden onderbroken als het hybridesysteem in korte t ijd herhaal-
delijk wordt in- en uitgeschakeld. Schakel het hybridesysteem i n dat geval
niet in of uit. Na ongeveer 10 seconden zal de elektromotor van het stuurslot
weer functioneren.
■ Als op het multi-informatiedispl ay “Entry & Start System Malfun ction.
See Owner’s Manual” (Storing in Smart entry-systeem met startkn op;
raadpleeg handleiding) wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aanwezig. Laat de aut o onmiddellijk
nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateu r of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Als het controlelampje READY niet gaat branden
Neem, als het controlelampje READY niet gaat branden nadat de juiste pro-
cedure voor het starten van de auto is gevolgd, direct contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere na ar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Wanneer er een storing in het hybridesysteem aanwezig is
→Blz. 606
■ Als de batterij van de elektronische sleutel ontladen is
→Blz. 561
■ Bedienen van de startknop
●Als de knop niet kort en krachtig wordt ingedrukt, wijzigt de s tand van het
contact mogelijk niet of wordt het hybridesysteem niet gestart.
● Als u probeert het hybridesysteem opnieuw te starten direct nad at het con-
tact UIT is gezet, dan start het hybridesysteem in sommige gevallen moge-
lijk niet. Wacht nadat u het contact UIT hebt gezet een paar seconden
voordat u het hybridesysteem opnieuw start.
■ Als het Smart entry-systeem met startknop is uitgeschakeld via de per-
soonlijke voorkeursinstellingen
→Blz. 648
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 225 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
Page 226 of 712

2264-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
WAARSCHUWING
■Starten van het hybridesysteem
Ga altijd op de bestuurdersstoel zitten alvorens het hybridesys teem te star-
ten. Trap onder geen enkele voorwaarde het gaspedaal in bij het starten
van het hybridesysteem.
Als u dat wel doet, kan dat leiden tot een ongeval waarbij erns tig letsel kan
ontstaan.
■ Wees voorzichtig tijdens het rijden
Als een storing aan het hybridesysteem zich voordoet terwijl de auto rijdt,
vergrendel of open de portieren dan niet totdat de auto veilig en volledig tot
stilstand gekomen is. Als onder deze omstandigheden het stuursl ot wordt
geactiveerd, kan dit leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ont-
staan.
■ Uitschakelen van het hybri desysteem in noodgevallen
● Als u in een noodgeval het hybridesysteem tijdens het rijden wi lt stoppen,
houdt u de startknop langer dan 2 seconden ingedrukt of drukt u deze min-
stens 3 keer kort achter elkaar in. ( →Blz. 587)
Raak de startknop echter tijdens het rijden niet aan, behalve i n geval van
nood. Door het uitschakelen van het hybridesysteem tijdens het rijden ver-
liest u niet de controle over het stuurwiel of de remmen. De stuurbekrach-
tiging werkt echter niet meer. Hierdoor zal het sturen veel zwaarder gaan
dan normaal. Zet in dat geval de auto aan de kant zodra dit vei lig kan.
● Als de startknop wordt bediend terwijl de auto rijdt, verschijn t er een waar-
schuwingsmelding op het multi-informatiedisplay en klinkt er ee n zoemer.
● Druk op de startknop om het hybridesysteem opnieuw te starten nadat dit
ten gevolge van een noodsituatie tijdens het rijden is uitgesch akeld. Wan-
neer u na het tot stilstand brengen van de auto het hybridesyst eem
opnieuw start, zet dan de selectiehendel in stand P en druk ver volgens de
startknop in.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 226 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
Page 227 of 712

2274-2. Rijprocedures
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
● Laat het contact niet gedurende een langere periode in stand AC C of AAN
staan terwijl het hybridesysteem niet is ingeschakeld.
● Als ACCESSORY of IGNITION ON (contact AAN) op het multi-informa tie-
display wordt weergegeven terwijl het hybridesysteem niet in we rking is, is
het contact niet UIT. Verlaat de auto nadat u het contact UIT hebt gezet.
● Schakel het hybridesysteem niet uit als de selectiehendel in ee n andere
stand dan P staat. Als het hybridesysteem wordt uitgeschakeld m et de
selectiehendel in een andere stand wordt het contact niet UIT m aar in
stand ACC gezet. Als de auto wordt achtergelaten met het contac t in
stand ACC, kan de 12V-accu ontladen raken.
■ Starten van het hybridesysteem
Indien het hybridesysteem moeilijk start, laat uw auto dan onmi ddellijk con-
troleren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateu r of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Symptomen die kunnen duiden op een defect in de startknop
Als de startknop anders lijkt te werken dan normaal, bijvoorbee ld als de
knop iets blijft hangen, kan de startknop defect zijn. Neem onm iddellijk con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 227 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
Page 228 of 712

2284-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
EV-modus
Schakelt EV-modus in/uit
Als de EV-modus wordt ingescha-
keld, gaat het controlelampje EV
MODE branden.
Door in de EV-modus de schake-
laar in te drukken, wordt terugge-
keerd naar normaal rijden
(aandrijving door de benzinemotor
en de elektromotor [tractiemotor]).
■Omstandigheden waarin de EV-mod us niet kan worden ingeschakeld
In de volgende gevallen kan de EV-modus mogelijk niet worden in gescha-
keld. Als de stand niet ingeschakeld kan worden, klinkt er een zoemer en ver-
schijnt er een melding op het multi-informatiedisplay.
● Rijsnelheid is hoog.
● Het gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de auto rijdt op een he lling, enz.
● De temperatuur van het hybridesysteem is te hoog.
De auto heeft lang in de zon gestaan of na het oprijden van een helling, het
rijden met hoge snelheid, enz.
● De temperatuur van het hybridesysteem is te laag.
De auto heeft bijvoorbeeld lang in een omgeving met een tempera tuur lager
dan ongeveer 0 °C gestaan.
● De benzinemotor is aan het opwarmen.
● Het batterijpakket (tractiebatterij) is bijna leeg.
De resterende capaciteit van het batterijpakket die op de energ iemonitor
wordt aangegeven, is laag. ( →Blz. 138)
● De voorruitverwarming is ingeschakeld.
In de EV-modus wordt er elektri sch vermogen geleverd door het
batterijpakket (tractiebatterij) en wordt alleen de elektromoto r
(tractiemotor) gebruikt voor de aandrijving van de auto.
Deze modus is geschikt voor het ' s nachts of in de vroege mor-
gen door woonwijken rijden of het rijden in een parkeergarage,
enz. zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over geluidsover-
last of uitlaatgassen.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 228 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
Page 229 of 712

2294-2. Rijprocedures
4
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E■
De EV-modus inschakelen wanneer de benzinemotor koud is
Als de benzinemotor nog koud is en het hybridesysteem wordt ges tart, wordt
na korte tijd automatisch de benzinemotor gestart, zodat deze o p tempera-
tuur kan komen. In dat geval kan de EV-modus niet worden ingesc hakeld.
Druk zodra het hybridesysteem is gestart en het controlelampje READY
brandt en voordat de benzinemotor start op de schakelaar EV MOD E om de
EV-modus in te schakelen.
■ Automatische uitschakeling van de EV-modus
Tijdens het rijden in de EV-modus, kan in de volgende gevallen automatisch
de benzinemotor worden gestart. Als de EV-modus wordt uitgescha keld,
klinkt een zoemer en knippert het controlelampje EV MODE, waarn a het uit-
gaat.
● Het batterijpakket (tractiebatterij) raakt leeg.
De resterende capaciteit van het batterijpakket die op de energ iemonitor
wordt aangegeven, is laag. ( →Blz. 138)
● Rijsnelheid is hoog.
● Het gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de auto rijdt op een he lling, enz.
Als het mogelijk is om de bestuurder vooraf over het automatisc h uitschake-
len te informeren, gebeurt dit met een melding op het multi-informatiedisplay.
■ Maximale rijafstand in EV-modus
De maximale rijafstand in de EV-modus varieert van een paar hon derd meter
tot ongeveer 1 km. Er zijn afhankelijk van de omstandigheden va n de auto
echter situaties waarbij de EV-modus niet kan worden gebruikt. (De maxi-
male rijafstand is afhankelijk van de laadtoestand van het batt erijpakket [trac-
tiebatterij] en de rijomstandigheden.)
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 229 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
Page 230 of 712

2304-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E■
Wijzigen van de rijmodus vanuit de EV-modus
De EV-modus kan worden gebruikt in combinatie met de ECO-modus en de
SPORT-modus.
De EV-modus kan echter automatisch uitgeschakeld worden wanneer deze
gebruikt wordt in combinatie met de SPORT-modus.
■ Brandstofverbruik
Het hybridesysteem is ontworpen voor een zo laag mogelijk brand stofver-
bruik onder normale rijomstandigheden (aandrijving door benzine motor en
elektromotor [tractiemotor]). Als de EV-modus vaker wordt gebru ikt dan nodig
is, zal het brandstofverbruik hoger zijn.
WAARSCHUWING
■ Wees voorzichtig tijdens het rijden
Controleer tijdens het rijden in de EV-modus zorgvuldig de omge ving van
de auto. Omdat er geen motorgeluiden zijn, merken voetgangers, fietsers of
andere verkeersdeelnemers en voertuigen in de omgeving mogelijk niet dat
de auto wegrijdt of hen nadert. Wees dus tijdens het rijden ext ra alert.
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.book Page 230 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
Page 231 of 712
231
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
Hybridetransmissie
Trap, terwijl het contact AAN staat, het rempedaal in en ver-
plaats de selectiehendel terwijl u de knop indrukt.
Breng de auto altijd eerst geheel tot stilstand voordat u schak elt tus-
sen stand P en D.
Bedienen van de selectiehendel
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 231 Friday, September 9, 2016 12:21 PM
Page 232 of 712

2324-2. Rijprocedures
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E
*: Zet de selectiehendel onder normale rijomstandigheden in stand D vooreen zo laag mogelijk brandstofverbruik en een zo laag mogelijke geluids-
productie.
→ Blz. 328
■Wanneer er wordt gereden met in geschakelde cruise control of Dynamic
Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik (indien aanwe zig)
Ook wanneer de volgende handelingen worden uitgevoerd met als doel op de
motor af te remmen, wordt er niet op de motor afgeremd omdat de cruise
control of Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsb ereik niet
wordt uitgeschakeld.
● Als tijdens het rijden in stand D de sportmodus wordt ingeschakeld.
(→Blz. 328)
■ Schakelblokkeersysteem
Het schakelblokkeersysteem is een systeem dat voorkomt dat de s electie-
hendel tijdens het starten per ongeluk in een andere stand geze t wordt.
De selectiehendel kan alleen uit stand P worden gezet wanneer het contact
AAN staat en het rempedaal wordt ingetrapt.
Doel van de schakelstanden
SchakelstandDoel of functie
PParkeren van de auto/inschakelen van het hybridesysteem
RAchteruit
NNeutraalstand
DNormaal rijden*
BStand voor motorremwerking
Selecteren van een rijmodus
C-HR_HV_OM_Europe_OM10538E.b ook Page 232 Friday, September 9, 2016 12:21 PM