Page 25 of 269
23
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Schakelindicator permanent. Er kan worden opgeschakeld. Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie.
Er kan worden teruggeschakeld
(alleen bij de VTi 68 -motor).
Snelheidsbegrenzer
( e- VTi 68- motor)permanent. De snelheidsbegrenzer is
ingeschakeld.
Lane Departure
Warning System permanent.
Er is op de toets gedrukt. Het Lane Departure Warning System is ingeschakeld.
Zie voor meer informatie de desbetreffende rubriek.
permanent. Het systeem is in werking: het heeft
rijstrookmarkeringen links en/of rechts gedetecteerd.
Zie voor meer informatie de desbetreffende rubriek.
Active City
Brake permanent.
Er is op de toets gedrukt.
De configuratie van het systeem is
gewijzigd. Het Active City Brake-systeem is ingeschakeld.
Zie de desbetreffende rubriek voor meer informatie.
1
Instrumentenpaneel
Page 26 of 269

24
Airbag vóór aan
passagierszijdepermanent, op het
pictogrammendisplay
van de veiligheidsgordels
en de airbag vóór aan
passagierszijde.De schakelaar in het dashboardkastje
staat in de stand "OFF". De airbag vóór aan passagierszijde is uitgeschakeld.
U kunt een kinderzitje met de rug in de rijrichting op de
voorpassagiersstoel plaatsen, behalve in het geval van
een storing in het airbagsysteem (aangegeven door het
branden van het waarschuwingslampje Airbags).
Antispinregeling
(TRC) permanent.
Er is kort op de toets gedrukt.
De antispinregeling (TRC) is
uitgeschakeld. Druk op de toets om het systeem in te schakelen. Het
verklikkerlampje dooft.
De functie TRC wordt automatisch ingeschakeld als
de motor wordt gestart.
Na uitschakelen van het systeem wordt het
automatisch opnieuw ingeschakeld bij snelheden
hoger dan ongeveer 50
km/h.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie.
Dynamische
stabiliteitscontrole
( ESP )permanent. Er is bij stilstaande auto langer dan
3 seconden op de toets gedrukt.
De antispinregeling (TRC) en
dynamische stabiliteitscontrole (ESP)
zijn uitgeschakeld. Druk op de toets om deze systemen in te schakelen.
Het ESP-systeem wordt automatisch ingeschakeld als
de motor wordt gestart.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Controlelampjes uitgeschakelde functies
De volgende lampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld.
Soms klinkt er ook een geluidssignaal.
Instrumentenpaneel
Page 27 of 269
25
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
ControlelampjeStatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Stop & Star t-
systeem
(VTi 68
S&S-
motor) permanent.
Het Stop & Start-systeem is
uitgeschakeld. Schakel de functie weer in door nogmaals op de toets
te drukken.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie.
Active City
Brake permanent.
Het Active City Brake-systeem is
uitgeschakeld. Schakel de functie in door nogmaals op de toets te
drukken.
Zie de desbetreffende rubriek voor meer informatie.
1
Instrumentenpaneel
Page 28 of 269

26
Te l l e r s
Kilometerteller/dagteller
Druk op de een van de knoppen 1 om
a fwisselend de kilometerteller en de dagteller
weer te geven:
-
b
ij de kilometerteller wordt "ODO"
weergegeven,
-
b
ij de dagteller wordt "TRIP" weergegeven.
Houd, als de dagteller wordt weergegeven,
een van de twee knoppen 1
ingedrukt om de
dagteller op nul te zetten.
Als het contact wordt aangezet, wordt
afhankelijk van de geselecteerde weergave bij
het afzetten van de motor, de kilometerteller of
de dagteller weergegeven.
De brandstofniveaumeter geeft de resterende
hoeveelheid brandstof aan:
-
1/
1
e
n zes segmenten: de brandstoftank is vol.
-
R e
n één segment: de brandstoftank is bijna
leeg.
Te laag brandstofniveau
Brandstofniveaumeter
Als de auto is gestrand met een lege
brandstoftank, moet minimaal 5 liter
brandstof worden getankt.
De resterende hoeveelheid brandstof
bedraagt nog ongeveer 5
liter.
Als het brandstofniveau te laag is,
gaat dit verklikkerlampje op het
instrumentenpaneel branden in
combinatie met een geluidssignaal.
Instrumentenpaneel
Page 29 of 269

27
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
Boordcomputer
De boordcomputer geeft actuele informatie over het rijden (actieradius, brandstofverbruik...).
Weergave van de informatie
F Druk herhaaldelijk op een van deze toetsen om de verschillende standen van de
boordcomputer weer te geven:
-
D
e totale kilometerstand.
-
H
et traject "A" .
-
H
et traject "B" .
-
D
e tijd per traject van het Stop & Start-
syste e m*.
-
D
e totale tijd van het Stop & Start-
syste e m*.
-
D
e buitentemperatuur*.
-
H
et actuele brandstofverbruik.
-
H
et gemiddelde brandstofverbruik.
-
D
e actieradius.
-
D
e gemiddelde snelheid.
-
D
e dimmer van de dashboardverlichting.
Traject op nul zetten
F Druk een van de twee toetsen " DISP"
langer dan 2 seconden in zodra het
gewenste traject wordt aangegeven.
De trajecten "A" en "B" zijn onafhankelijk en
hebben dezelfde eigenschappen.
Traject "A" kan bijvoorbeeld gebruikt worden
voor een dagelijks verbruik en traject "B" voor
een maandelijks verbruik.
* Volgens uitvoering.
Buitentemperatuur
In bepaalde situaties wordt de
buitentemperatuur niet of pas na enige tijd
weergegeven, met name:
-
a
ls de auto stilstaat of met een zeer lage
snelheid rijdt (lager dan ongeveer 25
km/h),
-
a
ls de temperatuursverschillen groot zijn
(in- of uitrijden van een garage of een
tunnel, ...),
-
t
ijdens zeer korte ritten (korter dan
ongeveer 2
minuten).
Dimmer dashboardverlichting
Met deze functie kunt u tijdens ritten
in het donker bepaalde delen van de
dashboardverlichting uitschakelen zodat uw
ogen minder snel vermoeid raken.
Deze functie werkt uitsluitend als de
parkeerlichten branden.
F
H
oud zodra het menu "Dimmer
dashboardverlichting" wordt weergegeven
een van de toetsen " DISP" ingedrukt voor
toegang tot de instellingen.
F
D
ruk vervolgens een van de twee toetsen
" DISP " herhaaldelijk in om de lichtsterkte
sterker of zwakker te maken tot de
gewenste lichtsterkte is bereikt.
D
e weergave op het display knippert om de
gekozen lichtsterkte te tonen.
1
Instrumentenpaneel
Page 30 of 269

28
Met touchscreen
Op de pagina Menu van de touchscreen:
F S electeer het tabblad "Gegevens auto" .
Het venster " Gegevens traject " wordt
weergegeven, met de volgende informatie:
-
"Gemiddelde snelheid ",
-
"Verstreken tijd ",
-
"Actieradius ",
-
h
et actuele brandstofverbruik, in de vorm
van een grafiek.
Met de toets " Wissen" kunt u de gegevens
over het brandstofverbruik op de touchscreen
en op het instrumentenpaneel resetten. Als uw auto is uitgerust met de touchscreen,
kunt u hierop verschillende gegevens over uw
actuele traject bekijken.
Boordcomputer, enkele definities
Actieradius
(km of miles)
Aantal kilometers dat u nog met de resterende
hoeveelheid brandstof kunt rijden (berekend
op basis van het gemiddelde verbruik over de
laatste afgelegde kilometers).
Deze waarde kan variëren door een
gewijzigde rijstijl of het rijden op een
helling, waardoor het momentele
brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Als het brandstofniveau te laag is, wordt de
melding "Lo FUEL" weergegeven.
Als er te weinig brandstof wordt bijgetankt, kan
de actieradius niet worden herberekend.
Huidig verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
B erekend over de laatste verstreken seconden.
Stop & Start-teller
(minuten/seconden of uren/minuten)
Als uw auto is uitgerust met het Stop & Start-
systeem, registreert een teller hoelang de
STOP-stand tijdens een traject is geactiveerd.
De teller wordt elke keer als u het contact
aanzet weer op nul gezet.
Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
B erekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)
Berekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Instrumentenpaneel
Page 31 of 269
29
108_nl_Chap01_instrument-de-bord_ed01-2016
Radio
De tijd kan worden ingesteld met de draaiknop
"MENU " :
-
d
ruk op de draaiknop om toegang te krijgen
tot de menu's en een gemaakte keuze te
bevestigen,
-
d
raai aan de draaiknop om een functie of
een onderdeel in de lijst te selecteren.
U kunt te allen tijde terugkeren naar de vorige
stap door op de toets " Back" te drukken. F
D ruk op de draaiknop om toegang te
krijgen tot de menu's.
F
D
raai aan de draaiknop om "CLOCK" te
selecteren.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen.
D
e cijfers van de uren knipperen.
F
D
raai aan de draaiknop om de uren in te
stellen.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen.
D
e cijfers van de minuten knipperen.
F
D
raai aan de draaiknop om de minuten in
te stellen.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen en
het menu te verlaten.
Tijd instellen
1
Instrumentenpaneel
Page 32 of 269
30
Touchscreen
Stel de uren en minuten in met behulp van de
pijlen op het scherm.
Druk op "
Configuratie ".
Selecteer het formaat van de tijdweergave.
Druk op " Algemeen ".
Selecteer " Klok". Druk op "
OK" om te bevestigen en het menu af
te sluiten.
Instrumentenpaneel