Page 129 of 347

Instrumenten en bedieningsorganen127
Submenu's zijn:
■Schakelindicatie : De huidige ver‐
snelling wordt aangegeven binnen
een pijl. Het cijfer erboven geeft
aan dat de bestuurder omwille van
het brandstofverbruik moet op‐
schakelen.
Eco-indexdisplay : Het actuele
brandstofverbruik wordt aangege‐
ven op een segmentdisplay. Voor
zuinig rijden past u uw rijeigen‐
schappen aan om de volle segmen‐
ten binnen het ECO-gebied te hou‐ den. Hoe meer segmenten er ge‐vuld zijn, hoe hoger het brandstof‐
verbruik. Tegelijkertijd wordt het ac‐
tuele brandstofverbruik aangege‐
ven.
■ Grootverbruikers : lijst met de groot‐
ste comfortverbruikers die momen‐
teel zijn ingeschakeld, worden
weergegeven in afnemende volg‐
orde. De mogelijke brandstofbe‐
sparing wordt aangegeven. Een uit‐
geschakelde verbruiker verdwijnt
van de lijst en de verbruikswaarde
wordt bijgewerkt.
Onder bepaalde omstandigheden
activeert de motor de achterruitver‐ warming automatisch om de motorzwaarder te belasten. In dat gevalwordt de achterruitverwarming
aangeduid als een van de grootste
verbruikers, zonder dat de bestuur‐
der deze heeft geactiveerd.
■ Zuinig rijden : Weergave van de ont‐
wikkeling van het gemiddelde
brandstofverbruik over een afstand
van 50 km. Gevulde segmenten ge‐
ven het verbruik weer in stappen
van 5 km en laten het effect van de
omgeving of het rijgedrag op het
brandstofverbruik zien.
Page 130 of 347

128Instrumenten en bedieningsorganen
Menu prestaties
Druk op de knop MENU om de Menu
prestaties te selecteren, of selecteer
C op het Uplevel-Combi-display.
Draai aan het stelwiel om een sub‐
menu te kiezen. Druk ter bevestiging op de toets SET/CLR.
Submenu's zijn: ■ Acceleratie : Weergave van de hui‐
dige acceleratie in alle richtingen.
■ Rondetijd : Weergave van rondetij‐
den, topsnelheid, gemiddelde snel‐
heid en gemiddelde tijd. Volg de in‐
structies in het submenu.
■ Koelvl.temp. : Weergave van koel‐
vloeistoftemperatuur.
■ Accusp. : Weergave van accuspan‐
ning.
Graphic-Info-Display,
Color-Info-Display
Afhankelijk van de voertuigconfigura‐
tie heeft het voertuig een
Graphic- of een Colour-Info-Display. Het Info-Display bevindt zich in het in‐
strumentenpaneel boven het infotain‐
ment-systeem.
Graphic-Info-DisplayAfhankelijk van het infotainmentsys‐
teem is het Graphic-Info-Display in
twee versies leverbaar.
Graphic-Info-Display geeft aan:
■ tijd 3 109
■ buitentemperatuur 3 108
■ datum 3 109
■ Infotainmentsysteem, zie beschrij‐ ving in de handleiding van het Info‐
tainmentsysteem
■ persoonlijke instellingen 3 136
Page 131 of 347

Instrumenten en bedieningsorganen129
Colour-Info-Display
Het Colour-Info-Display geeft in kleur
weer:
■ tijd 3 109
■ buitentemperatuur 3 108
■ datum 3 109
■ Infotainmentsysteem, zie beschrij‐ ving in de handleiding van het Info‐
tainmentsysteem
■ navigatie, zie beschrijving in de handleiding van het Infotainment‐
systeem
■ systeeminstellingen
■ boordinformatie 3 130
■ persoonlijke instellingen 3 136
De getoonde informatie en de weer‐
gave ervan hangen af van de uitvoe‐
ring van de auto en de geselecteerde
instellingen.
Menu's en instellingen
selecteren
Via het display krijgt u toegang tot de menu's en instellingen.U maakt uw selecties via:
■ de menu's
■ de functietoetsen en de multifuncti‐
onele toets van het infotainment-
systeem
Selecteren met het infotainment-
systeem
Selecteer een functie via de knoppen
van het infotainment-systeem. Het menu van de geselecteerde functie
wordt weergegeven.
U gebruikt de multifunctionele toets
voor het selecteren en bevestigen
van een item.
Page 132 of 347

130Instrumenten en bedieningsorganen
Multifunctionele knop
De multifunctionele toets is het cen‐
trale bedieningselement voor de me‐
nu's:
Draaien ■ Voor het markeren van een menu‐ optie
■ Voor het instellen van een nume‐ rieke waarde of het weergeven vaneen menuoptie
Drukken (op de buitenste ring) ■ Voor het selecteren of activeren van de gemarkeerde optie
■ Voor het bevestigen van de inge‐ stelde waarde
■ Voor het in-/uitschakelen van een systeemfunctie
BACK -knop
Druk op de toets om: ■ een menu te verlaten zonder de in‐
stellingen te wijzigen
■ vanuit een submenu naar een ho‐ ger menuniveau terug te keren
■ het laatste teken van een teken‐ reeks te wissenDruk op de knop en houd deze enkeleseconden vast om de gehele invoerte wissen.
Persoonlijke instellingen 3 136.
Opgeslagen instellingen 3 24.
Regeleenheid smartphone
Via de regeleenheid smartphone hebt
u via een smartphone toegang tot
boordgegevens via WLAN of een
Bluetooth-verbinding. Daarna kunt u
deze gegevens op de smartphone
weergeven en analyseren.Boordinformatie
Berichten worden voornamelijk weer‐
gegeven op het Driver Information
Centre (DIC); in sommige gevallen
samen met een waarschuwingszoe‐ mer.
Druk op de knop SET/CLR, de knop
MENU of draai aan het stelwieltje om
een bericht te bevestigen.
Page 133 of 347

Instrumenten en bedieningsorganen131
Boordinformatie op
Midlevel-display
De boordinformatie verschijnt in de
vorm van cijfercodes.
Nr.Boordinformatie2Geen handzender herkend,
koppeling intrappen om
opnieuw te starten4Airconditioning UIT5Stuurwiel is geblokkeerd6Trap de rem in om de elektri‐
sche handrem los te zettenNr.Boordinformatie7Draai aan het stuurwiel, schakel
de ontsteking uit en weer in9Draai aan het stuurwiel, start de motor opnieuw12Auto overbeladen13Compressor oververhit15Derde remlicht defect16Remlicht defect17Koplampverstelling defect18Linker dimlicht defect19Mistachterlicht defect20Rechter dimlicht defect21Zijmarkeringslicht links defect22Zijmarkeringslicht rechts defect23Achteruitrijlicht defect24Kentekenverlichting defect25Richtingaanwijzer linksvoor
defect26Richtingaanwijzer linksachter
defectNr.Boordinformatie27Richtingaanwijzer rechtsvoor
defect28Richtingaanwijzer rechtsachter
defect29Controleer remlicht aanhanger30Controleer achteruitrijlicht
aanhanger31Controleer linker richtingaan‐
wijzer aanhanger32Controleer rechter richtingaan‐
wijzer aanhanger33Controleer mistachterlicht
aanhanger34Controleer achterlicht
aanhanger35Vervang batterij in handzender48Reinig blindehoekdetectiesys‐
teem49Lane Departure Warning werkt
niet53Draai tankdop vast54Water in dieselbrandstoffilter
Page 134 of 347

132Instrumenten en bedieningsorganen
Nr.Boordinformatie55De roetfilter is vol 3 17256Ongelijke bandenspanning op
vooras57Ongelijke bandenspanning op
achteras58Banden zonder TPMS-
sensoren herkend59Open en sluit portierruit
bestuurder60Open en sluit portierruit voor‐
passagier61Open en sluit portierruit links‐
achter62Open en sluit portierruit rechts‐
achter65Poging tot diefstal66Service diefstalalarmsysteem67Service stuurslot68Service stuurbekrachtiging69Service wielophanging70Service niveauregelingNr.Boordinformatie71Service achteras74Service AFL75Service airconditioning76Service blindehoekdetectiesys‐
teem77Service Lane Departure
Warning79Vul motorolie bij81Service versnellingsbak82Vervang motorolie binnenkort83Service adaptieve cruise
control84Motorvermogen verminderd89Onderhoud spoedig94Schakel in parkeerstand
voordat u de auto verlaat95Service airbag128Motorkap open134Storing parkeerhulp, reinig
bumper136Service parkeerhulpNr.Boordinformatie145Controleer het sproeiervloei‐
stofpeil174Accu bijna leeg258Parkeerhulp uit
Boordinformatie op het Uplevel-
Combi-display
De boordinformatie verschijnt in de
vorm van teksten. Volg de instructies
van deze teksten.
Page 135 of 347

Instrumenten en bedieningsorganen133
Het display toont teksten over de vol‐
gende onderwerpen:
■ Vloeistofniveaus
■ Diefstalalarmsysteem
■ Remmen
■ Rijsystemen
■ Elektronische hulpsystemen bij het rijden
■ Cruise control
■ Obstakeldetectiesystemen
■ Verlichting, gloeilampen vervangen
■ Wis-/wasinstallatie
■ Portieren, ruiten
■ Handzender
■ Veiligheidsgordels
■ Airbagsystemen
■ Motor en versnellingsbak
■ Bandenspanning
■ Dieselpartikelfilter
■ AccustatusBoordinformatie op het Colour-
Info-Display
Sommige belangrijke meldingen ver‐
schijnen tevens op het
Colour-Info-Display. Druk op de mul‐
tifunctionele toets om een boodschap te bevestigen. Sommige meldingen
verschijnen slechts gedurende en‐
kele seconden als popup.
Geluidssignalen Bij het starten van de motor oftijdens het rijden Er klinkt slechts één geluidssignaal
tegelijk.
Het geluidssignaal voor niet gedra‐
gen veiligheidsgordels geniet de pri‐
oriteit boven alle andere geluidssig‐
nalen.
■ Wanneer de veiligheidsgordel niet wordt gedragen.
■ Wanneer bij het wegrijden een van de portieren of de achterklep niet
goed gesloten is.■ Wanneer u met aangetrokken handrem een bepaalde snelheid
overschrijdt.
■ Wanneer u een geprogrammeerde snelheid overschrijdt.
■ Er verschijnt een waarschuwings‐ tekst of waarschuwingscode op het
Driver Information Centre.
■ Wanneer de parkeerhulp een ob‐ stakel herkent.
■ Bij een onbedoelde rijstrookwissel.
■ Na het inschakelen van de achter‐ uitversnelling en het uittrekken van
het draagsysteem achterzijde.
■ Als het roetfilter de maximale ver‐ zadigingsgraad bereikt.
Bij het parkeren van de auto en/ of het openen van hetbestuurdersportier ■ Als de contactsleutel nog in het contactslot steekt.
■ Bij ingeschakelde rijverlichting.
Tijdens een Autostop ■ Als het bestuurdersportier geopend
is.
Page 136 of 347

134Instrumenten en bedieningsorganenBatterijspanningWanneer de accuspanning laag is,
verschijnt er een waarschuwingsbe‐
richt of waarschuwings code 174 op
het Driver Information Center.
1. Schakel onmiddellijk alle elektri‐ sche verbruikers uit die niet nodig
zijn voor een veilige rit, bijv. de
stoelverwarming, achterruitver‐
warming of andere hoofdverbrui‐
kers.
2. Laad de accu op door een tijdje te
rijden of door een oplaadapparaat te gebruiken.
Het waarschuwingsbericht of de
waarschuwingscode verdwijnen na‐
dat de motor twee keer na elkaar is
gestart zonder een spanningsval.
Als de accu niet kan worden opgela‐
den, moet u de oorzaak van de sto‐
ring in een werkplaats laten verhel‐
pen.Tripcomputer
U selecteert de menu's en functiesmet de toetsen op de richtingaanwij‐
zerhendel 3 124.
Druk op MENU om de
Informatiemenu dagteller/brandst. te
selecteren, of selecteer W op het
Uplevel-Combi-display.
Informatiemenu dagteller/brandst. op
Uplevel-Combi-display
Draai aan het stelwiel om de subme‐
nu's te kiezen: