Page 25 of 256

23
B3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Stop & Star t
(e-V Ti 68- motor)knippert.
Het Stop & Start-systeem werkt niet. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door eengekwalificeerde werkplaats.
Controlelampje
StatusOorzaak Acties / Opmerkingen
Snelheidsbegrenzerpermanent.De snelheidsbegrenzer werkt niet. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Een of meer por tier
en geopend /
Achterklep geopendpermanent, in
combinatie met een
geluidssignaal. Een portier of de achterklep is niet
goed gesloten.
Sluit het desbetreffende carrosseriedeel.
Keyless entr y
and start-
systeem knippert snel.
Het stuurslot is niet ontgrendeld. Zet het contact in de stand "OFF" en vervolgens weer
in de stand " ON", en draai iets aan het stuur wiel om
het stuurslot te ontgrendelen.
knippert in
combinatie met een
geluidssignaal. De batterij van de elektronische
sleutel is leeg.
Vervang de batterij.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek.
U verlaat de auto zonder het contact
in de stand " OFF" te hebben gezet. Druk, ter wijl u de elektronische sleutel bij u hebt, op
de START/STOP-knop om het contact in de stand
"
OFF " te zetten.
De elektronische sleutel wordt niet
gesignaleerd. Controleer of u de elektronische sleutel bij u hebt.
Het Keyless entry and start-systeem
werkt niet. Laat het systeem controleren door het PEUGEOT-
netwerk of door een gekwalificeerde werkplaats.
1
Controle tijdens het rijden
Page 26 of 256
24
Te l l e r s
Kilometerteller/dagteller
Druk op de een van de knoppen 1 om
a fwisselend de kilometerteller en de dagteller
weer te geven:
-
b
ij de kilometerteller wordt "ODO"
weergegeven,
-
b
ij de dagteller wordt "TRIP" weergegeven.
Houd, als de dagteller wordt weergegeven,
een van de twee knoppen 1
ingedrukt om de
dagteller op nul te zetten.
Als het contact wordt aangezet, wordt
afhankelijk van de geselecteerde weergave bij
het afzetten van de motor, de kilometerteller of
de dagteller weergegeven.
Controle tijdens het rijden
Page 27 of 256
25
B3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
De brandstofniveaumeter geeft de resterende
hoeveelheid brandstof aan:
-
1/1 en zes segmenten: de brandstoftank is vol.- R en één knipperend segment: de
brandstoftank is bijna leeg.
Te laag brandstofniveau
Als het brandstofniveau te laag is, gaat het
laatste segment knipperen in combinatie met
een geluidssignaal.
De resterende hoeveelheid brandstof
bedraagt nog ongeveer 5
liter.
Als het segment sneller begint te knipperen,
bedraagt de resterende hoeveelheid nog
ongeveer 3
liter.
Brandstofniveaumeter
Als de auto is gestrand met een lege
brandstoftank, moet minimaal 5
liter
brandstof worden getankt.
1
Controle tijdens het rijden
Page 28 of 256

26
Boordcomputer
De boordcomputer geeft actuele informatie over het rijden (actieradius, brandstofverbruik...).
Weergave van de informatie
F Druk herhaaldelijk op een van deze toetsen om de verschillende standen van de
boordcomputer weer te geven:
-
D
e totale kilometerstand.
-
H
et traject "A" .
-
H
et traject "B" .
-
D
e tijd per traject van het Stop & Start-
syste e m*.
-
D
e totale tijd van het Stop & Start-
syste e m*.
-
D
e buitentemperatuur*.
-
H
et actuele brandstofverbruik.
-
H
et gemiddelde brandstofverbruik.
-
D
e actieradius.
-
D
e gemiddelde snelheid.
-
D
e dimmer van de dashboardverlichting.
Traject op nul zetten
F Druk een van de twee toetsen langer dan 2 seconden in zodra het gewenste traject
wordt aangegeven.
De trajecten "A" en "B" zijn onafhankelijk en
hebben dezelfde eigenschappen.
Traject "A" kan bijvoorbeeld gebruikt worden
voor een dagelijks verbruik en traject "B" voor
een maandelijks verbruik.
* Volgens uitvoering.
Dimmer dashboardverlichting
Met deze functie kunt u handmatig de
lichtsterkte van de dashboardverlichting
aanpassen aan de lichtsterkte van de omgeving.
Deze functie werkt uitsluitend als de
parkeerlichten branden.
F
H
oud zodra het menu "Dimmer
dashboardverlichting" wordt weergegeven
een van de toetsen ingedrukt voor toegang
tot de instellingen.
F
D
ruk vervolgens een van de twee toetsen
herhaaldelijk in om de lichtsterkte sterker
of zwakker te maken tot de gewenste
lichtsterkte is bereikt.
D
e weergave op het display knippert om de
gekozen lichtsterkte te tonen.
Controle tijdens het rijden
Page 29 of 256

27
B3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Met touchscreen
Op de pagina Menu van de touchscreen:
F S electeer het tabblad "Gegevens auto" .
Het venster " Gegevens traject " wordt
weergegeven, met de volgende informatie:
-
"Gemiddelde snelheid ",
-
"Verstreken tijd ",
-
"Actieradius ",
-
h
et actuele brandstofverbruik, in de vorm
van een grafiek.
Met de toets " Wissen" kunt u de gegevens
over het brandstofverbruik op de touchscreen
en op het instrumentenpaneel resetten. Als uw auto is uitgerust met de touchscreen,
kunt u hierop verschillende gegevens over uw
actuele traject bekijken.
Boordcomputer, enkele definities
Actieradius
(km of miles)
Aantal kilometers dat u nog met de resterende
hoeveelheid brandstof kunt rijden (berekend
op basis van het gemiddelde verbruik over de
laatste afgelegde kilometers).
Deze waarde kan variëren door een
gewijzigde rijstijl of het rijden op een
helling, waardoor het momentele
brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Als het brandstofniveau te laag is, wordt de
melding "Lo FUEL" weergegeven.
Als er te weinig brandstof wordt bijgetankt, kan
de actieradius niet worden herberekend.
Huidig verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
B erekend over de laatste verstreken seconden.
Stop & Start-teller
(minuten/seconden of uren/minuten)
Als uw auto is uitgerust met het Stop & Start-
systeem, registreert een teller hoelang de
STOP-stand tijdens een traject is geactiveerd.
De teller wordt elke keer als u het contact
aanzet weer op nul gezet.
Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mpg)
B erekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mph)
Berekend sinds de laatste nulstelling van de
trajectgegevens.
1
Controle tijdens het rijden
Page 30 of 256
28
Radio
De tijd kan worden ingesteld met de draaiknop
"MENU " :
-
d
ruk op de draaiknop om toegang te krijgen
tot de menu's en een gemaakte keuze te
bevestigen,
-
d
raai aan de draaiknop om een functie of
een onderdeel in de lijst te selecteren.
U kunt te allen tijde terugkeren naar de vorige
stap door op de toets " Back" te drukken. F
D ruk op de draaiknop om toegang te
krijgen tot de menu's.
F
D
raai aan de draaiknop om "CLOCK" te
selecteren.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen.
D
e cijfers van de uren knipperen.
F
D
raai aan de draaiknop om de uren in te
stellen.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen.
D
e cijfers van de minuten knipperen.
F
D
raai aan de draaiknop om de minuten in
te stellen.
F
D
ruk op de draaiknop om te bevestigen en
het menu te verlaten.
Tijd instellen
Controle tijdens het rijden
Page 31 of 256
29
B3_nl_Chap01_controle-de-marche_ed01-2014
Touchscreen
Stel de uren en minuten in met behulp van de
pijlen op het scherm.
Druk op "
Configuratie ".
Selecteer het formaat van de tijdweergave.
Druk op " Algemeen ".
Selecteer " Klok". Druk op "
OK" om te bevestigen en het menu af
te sluiten.
1
Controle tijdens het rijden
Page 32 of 256
30
B3_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2014
Met behulp van de sleutel kunnen de voorportieren en de achterklep vergrendeld en ontgrendeld
worden, kan de voorpassagiersairbag worden uitgeschakeld en wordt het contactslot /stuurslot bediend.
Sleutels
VergrendelenOntgrendelen
- Steek de sleutel in het slot van een van
de voorportieren en draai hem richting
de achterzijde van de auto om het
desbetreffende portier te vergrendelen.
-
S
teek de sleutel in het slot van de
achterklep en draai hem naar rechts om de
achterklep te vergrendelen. -
S teek de sleutel in het slot van een
van de voorportieren en draai hem
richting de voorzijde van de auto om het
desbetreffende portier te ontgrendelen.
-
S
teek de sleutel in het slot van de
achterklep en draai hem naar links om de
achterklep te ontgrendelen.
Toegang tot de auto