Page 9 of 283
8
AccuNiet dichtbij komen met
open vuur.
Accu
Houd kinderen op af-
stand.
Hitteschilden - riemen -
poelies - ventilateur
Niet aanraken.
VERBODSSYMBOLEN
StuurbekrachtigingDe vloeistof in het re ser-
voir mag het maximum
niveau niet overschrijden. Gebruik
uitsluitend de vloeistof die is aange-
geven in de “Vullingstabel”.
Katalysator
Parkeer niet boven brand-
bare materialen. Raadpleeg
het hoofdstuk: “Voorzorgmaatregelen
voor het behoud van de emissie -
reductiesystemen”.
WAARSCHUWINGSSYMBOLEN
MotorGebruik uitsluitend de
smeermiddelen die zijn aan-
gegeven in de “Vullings -
tabel”.
Auto rijdt op
milieuvriendelijke
benzine
Tank uitsluitend loodvrije
benzine met een octaangetal
van ten minste 95 R.O.N.
Ruitenwissers
Gebruik uitsluitend de
vloeistof die is aangegeven
in de “Vullingstabel”.
Remcircuit
De vloeistof in het reser-
voir mag het maximum
niveau niet overschrijden. Gebruik
uitsluitend de vloei stof die is aange-
geven in de “Vullingstabel”.
Page 10 of 283
9
Auto rijdt op dieselTank uitsluitend diesel-
brandstof.
DIESEL
Expansiereservoir
Gebruik uitsluitend de
vloeistof die is aangegeven
in de “Vullingstabel”.
Accu
Bescherm de ogen.
Accu
KrikRaadpleeg het instructie-
boekje.
VERPLICHTINGSSYMBOLEN
Page 11 of 283
Page 12 of 283
11
WEGWIJS IN UW AUTO
GEBRUIK VAN DE AUTO EN PRAKTISCHE TIPS NOODGEVALLEN
ONDERHOUD VAN DE AUTO LYBRA STATION WAGON
TECHNISCHE GEGEVENS
ACCESSOIRES MONTEREN ALFABETISCH REGISTER
INHOUD
Page 13 of 283

WEGWIJS IN UW AUTO
Wij raden u aan dit hoofdstuk te lezen terwijl
u comfortabel in uw nieuwe Lybra zit. Zo kunt
u de in dit boekje beschreven delen direct
herkennen en alles proberen.
Op deze manier raakt u in korte tijd vertrouwd
met de bedieningsknoppen en de installaties waar-
mee uw Lybra is uitgerust. Wanneer u de motor
start en de weg op gaat, zult u nog veel meer
aardige eigenschappen van uw nieuwe auto ont-
dekken.
DASHBOARD .................................................. 13
START-/CONTACTSLOT ................................ 14
LANCIA CODE ............................................... 15
DIEFSTALALARM .......................................... 18
ZITPOSITIE INSTELLEN .............................. 26
VEILIGHEIDSGORDELS ............................... 32
KINDEREN VEILIG VERVOEREN ................ 35
GORDELSPANNERS....................................... 39
AIRBAGS VOOR EN SIDE-BAGS.................... 40
INSTRUMENTENPANEEL ............................. 45
INSTRUMENTEN ........................................... 46
CONTROLE- EN WAARSCHUWINGSLAMPJES 48 CHECK CONTROL ......................................... 54
ICS VAN LANCIA MET MULTIFUNCTIONEEL
DISPLAY ......................................................... 57
AUTORADIO................................................... 68
KLIMAATREGELING ..................................... 98
AIRCONDITIONING, AUTOMATISCH ........... 100
HULPVERWARMING ..................................... 110
HENDELS AAN HET STUUR......................... 111
BEDIENINGSKNOPPEN ................................. 114
HANDGESCHAKELDE VERSNELLINGSBAK 117
AUTOMATISCHE SNELHEIDSREGELAAR
(CRUISE CONTROL)...................................... 118
INTERIEURUITRUSTING .............................. 121
OPENDAK ...................................................... 127
PORTIEREN ................................................... 129
BAGAGERUIMTE ........................................... 133
MOTORKAP.................................................... 136
DOP VAN DE BRANDSTOFTANK .................. 138
INBOUWVOORBEREIDING MOBIELE
TELEFOON .................................................... 139
INBOUWVOORBEREIDING TELEPASS......... 139
IMPERIAAL/SKI-DRAGER ............................. 140
KOPLAMPEN AFSTELLEN ........................... 140
EOBD-SYSTEEM ............................................ 141
ABS ................................................................. 142
AUTORADIO................................................... 144
12
Page 14 of 283

13
DASHBOARD
De aanwezigheid en de opstelling van de instrumenten en de controlelampj\
es kunnen per uitvoering verschillen.
1) Luchtroosters voor lucht naar de zijruiten - 2) Uitstroomopeningen aan de zijkant - 3) Hoogteregelaar koplampen - 4) Instrumenten paneel -
5) Lichtsterkteregelaar instrumentenpaneel - 6)Multifunctioneel scherm van het ICS: autoradio, klokje, boordcomputer (\
Trip) en check
control - 7) Uitstroomopeningen in het midden - 8)Luchtrooster voor lucht naar de voorruit - 9) Airbag passagierszijde (indien aanwezig) -
10) Schakelaar voor uitschakelen van de airbag aan passagierszijde - 11)Dashboardkastje - 12) Beker-/blikjeshouder - 13)Schakelaar waar-
schuwingsknipperlichten - 14) Bedieningsorganen automatische airconditioning en schakelaar achterruitv\
erwarming - 15)Asbak en aan-
steker - 16) Schakelaar mistlampen voor en achter - 17) Pasjeshouder- 18) Bedieningshendel voor de ruitenwissers/sproeiers voor en
achter - 19) Start-/contactslot - 20)Claxon - 21) Bedieningshendel stuurwielverstelling - 22)Airbag bestuurderszijde - 23) Bedieningshendel
buiten ver lichting - 24) Opbergvakje/toegangsklepje zekeringenkastje - 25)Hendel voor ontgrendelen van de motorkap.
P4T0001fig. 1
Page 15 of 283

14
START-/
CONTACTSLOT
De sleutel kan in 4 standen worden
gedraaid (fig. 2):
STOP: motor uit, sleutel uitneem-
baar, stuurslot geblokkeerd. Enkele
elektrische installaties werken (bijv.
autoradio).
MAR: contact aan. Alle elektrische
installaties werken.
AVV: starten van de motor.
PARK: motor uit, parkeerverlichting
aan, sleutel uitneembaar, stuurslot ge-
blokkeerd. Om de sleutel in stand
PARK te draaien, moet knop A
worden ingedrukt. STUURSLOT
Inschakelen: zet de sleutel in stand
STOP of PARK, trek de sleutel uit en
draai het stuur totdat het vergrendelt.
Uitschakelen: draai het stuur iets
heen en weer terwijl u de sleutel in
stand MAR draait.
fig. 2
P4T0005Als het start-/contactslot
is geforceerd (bijv. bij een
poging tot diefstal) moet u,
voordat u weer met de auto gaat
rijden, de werking van het slot
laten controleren bij een Lancia-
dealer.
Verwijder de sleutel altijd
uit het start-/contactslot als
u de auto verlaat, om on-
voorzichtig gebruik van de bedie-
ningsknoppen te voorkomen.
Vergeet niet de auto op de hand -
rem te zetten, en schakel de eerste
versnelling in als de auto op een
helling omhoog staat. Schakel de
achteruit in als de auto op een hel-
ling omlaag staat.
Verwijder de sleutel nooit
uit het contactslot als de
auto nog in beweging is.
Bij de eerste stuuruitslag blok -
keert het stuur automatisch. Dit
geldt in alle gevallen, ook als de
auto gesleept wordt.
Page 16 of 283

Bij krachtige stoten of bij
blootstelling aan direct
zonlicht kunnen de elek-
tronische componenten in de sleu-
tel beschadigd worden.
15
LANCIA CODE
Voor een nog betere bescherming te-
gen diefstal is de auto uitgerust met een
elektronische startblokkering (Lancia
CODE) die is goedgekeurd volgens de
EU-normen 95/56. Het systeem scha -
kelt automatisch in als de start-/con-
tactsleutel wordt uitgenomen. In de
handgreep van de sleutels zit een elek-
tronisch component gemonteerd dat bij
het starten van de motor een signaal
ontvangt via een speciale antenne die
in het start-/contactslot is ingebouwd.
Dit signaal wordt omgezet in een ge -
codeerd signaal en vervolgens naar de
regeleenheid van de Lancia CODE ge-
zonden, die, als de code wordt herkend,
het starten van de motor mogelijk
maakt. DE SLEUTELS (fig. 3)
Bij de auto worden geleverd:
–
twee sleutels A met afstands bediening
voor de centrale portiervergrendeling,
het openen van de motorkap en het
kofferdeksel, het ontgrendelen van het
slot van de tankdop en de in-/uit-
schakeling van het diefstalalarm (in-
dien aanwezig);
– twee sleutels B voor de uitschake-
ling van het diefstalalarm (indien
aanwezig); zie voor de werking de
para graaf “Diefstalalarm”.
Knop 1dient voor de centrale por-
tiervergrendeling, het slot van de
tankdop en het diefstalalarm (indien
aanwezig). Als op knop 1
wordt gedrukt, gaat
het rode lampje 2op de sleutel knip-
peren.
Als lampje 2 slechts één keer kort
knippert, moet zo snel mogelijk de
batterij van de afstandsbediening
worden vervangen. Na het vervangen
van de batterij werkt het lampje nor-
maal als twee keer op knop 1is ge-
drukt.
Door het indrukken van knop 3
worden, ook bij ingeschakelde cen-
trale portiervergrendeling, de motor -
kap en het kofferdeksel ontgrendeld.
Sleutel Adient voor:
– het start-/contactslot;
– het slot van het portier aan be-
stuurderszijde;
– het slot van het dashboardkastje;
–
het slot van het kofferdeksel;
– de sleutelschakelaar voor de uit-
schakeling van de airbag aan passa-
gierszijde (indien aanwezig).
fig. 3
P4T0006