*1: Niet weergegeven op het subscherm of het head-up display.
*2: Niet weergegeven op het subscherm.
*3: De functie van het controlelampje EV-modus kan worden uitgeschakeld in de “Meter
Customize”-instellingen (persoonlijke voorkeursinstellingen instrumentenpaneel).
(→Blz. 171)
*4: Met “regenereren” wordt in deze handleiding het omzetten van bewegingsenergie van
de auto in elektrische energie bedoeld.
“ECO Accelerator Guidance”
(begeleiding milieubewust bedienen
gaspedaal)
In het Eco-gebied wordt een blauwe zone
weergegeven die kan worden gebruikt als
referentiewerkingsgebied voor het
gebruiken van het gaspedaal
overeenkomstig de rijomstandigheden,
zoals bij wegrijden en rijden met
constante snelheid.
Het display “ECO Accelerator Guidance”
(begeleiding milieubewust bedienen
gaspedaal) verandert overeenkomstig de
rijomstandigheden, zoals bij wegrijden en
rijden met constante snelheid.
Het is gemakkelijker om milieuvriendelijk
te rijden door te rijden overeenkomstig
het display dat de bedieningen van het
gaspedaal toont en binnen het “ECO
Accelerator Guidance”-bereik
(begeleiding milieubewust bedienen
gaspedaal) te blijven. (→Blz. 213)
De functie “ECO Accelerator Guidance”
(begeleiding milieubewust bedienen
gaspedaal) kan worden uitgeschakeld in
de “Meter Customize”-instellingen
(persoonlijke voorkeursinstellingen
instrumentenpaneel). (→Blz. 171)In de EV-modus
In de HV-modus
3.1 Instrumentenpaneel
157
3
Instrumentenpaneel
Eco Score
De rijstatus voor de volgende 3 situaties
wordt geëvalueerd op 5 niveaus: soepel
accelereren bij wegrijden (Eco-Start),
rijden zonder plotseling accelereren
(Eco-Cruise) en soepel stoppen
(Eco-Stop). Elke keer dat de auto tot
stilstand wordt gebracht, wordt een score
weergegeven op basis van een perfecte
score van 100 punten.
1Score
2Status “Eco-Start”
3Status “Eco-Cruise”
4Status “Eco-Stop”
Lezen van het staafdisplay:
Score Laag*Hoog
Staafdisplay
*: Voor items die niet onlangs zijn geëvalueerd, wordt 0 weergegeven.
• Telkens als de auto wegrijdt, wordt de
Eco Score gereset en wordt een
nieuwe evaluatie gestart.
• Als de selectiehendel in stand P staat,
wordt alleen de displayzone voor de
Eco Score vergroot en weergegeven.
Wanneer de selectiehendel vanuit P in
een andere stand wordt gezet, keert
het display terug naar de normale
weergave.
• Als het hybridesysteem stopt, worden
de huidige totaalscore en een advies
voor het verhogen van de score
weergegeven. (→Blz. 135)
Informatiedisplay elektrisch rijden
Een van de 2 onderstaande
informatie-items van “HV System
Indicator” (HV-systeemindicator) in
“Meter Customize” (persoonlijke
voorkeursinstellingen
instrumentenpaneel) kan wordengeselecteerd om weergegeven te
worden in de linker bovenhoek van de
hybridesysteemindicator. (→Blz. 171)
“EV Energy” (EV-energie)
Het percentage van de resterende
energie in het batterijpakket
(tractiebatterij) dat kan worden gebruikt
voor elektrisch rijden wordt
weergegeven.
Wordt 100% als het batterijpakket
(tractiebatterij) volledig geladen is.
3.1 Instrumentenpaneel
158
•De ladingstoestand van het batterij-
pakket (tractiebatterij) in de HV-modus
wordt automatisch geregeld door het
hybridesysteem. De resterende hoe-
veelheid energie in het batterijpakket
(tractiebatterij) in de HV-modus haalt
mogelijk niet de bovenste lijn
*zelfs al
wordt er elektrische energie gegene-
reerd door regeneratief remmen
(→
blz. 62) of elektrische energie
gegenereerd door de benzinemotor. Dit
duidt echter niet op een storing. Verder
wordt, zelfs als de weergave van de
resterende hoeveelheid energie in het
batterijpakket (tractiebatterij) hoger
wordt dan de bovenste lijn, de weergave
weergegeven in blauw totdat de auto
terugkeert naar de EV-modus.
*: De positie van de grenslijn tussen de
EV-modus en de HV-modus bij de
weergave van de resterende
hoeveelheid energie in het
batterijpakket (tractiebatterij).
•
Afhankelijk van de laadsituatie zal, als
de resterende hoeveelheid energie in
het batterijpakket (tractiebatterij)
wordt weergegeven tijdens het laden,
het laden worden voortgezet, zelfs al
wordt weergegeven dat het batterij-
pakket (tractiebatterij) volledig geladen
is. Dit duidt echter niet op een storing.
Wacht totdat het laden is voltooid.
Waarschuwing ladingstoestand
batterijpakket (tractiebatterij)
• De zoemer klinkt met tussenpozen als
het batterijpakket (tractiebatterij)
ongeladen blijft als de stand van de
selectiehendel N is of als de
resterende lading onder een
vastgesteld niveau daalt. Als de
ladingstoestand nog verder daalt,
klinkt de zoemer continu.
• Volg de aanwijzingen die worden
weergegeven op het scherm om het
probleem te verhelpen als er een
waarschuwingsmelding wordt
weergegeven op het multi-
informatiedisplay en er een zoemer
klinkt.Over de Eco Score
• Na het wegrijden wordt de Eco Score
pas weergegeven als de rijsnelheid
hoger wordt dan ongeveer 30 km/h.
• Naast de rijstatus van de auto
evalueert de Eco Score tevens de
gebruiksomstandigheden van de
airconditioning (→blz. 167). De score
die wordt weergegeven als het
hybridesysteem stopt, is het
totaalresultaat van de rijstatus na het
starten van het hybridesysteem en de
gebruiksomstandigheden van de
airconditioning.
Weergave “EV Energy” (EV-energie)
en “EV Distance” (actieradius
elektrisch rijden)
De mate waarin “EV Energy”
(EV-energie) en “EV Distance”
(actieradius elektrisch rijden) afnemen,
is afhankelijk van de rijomstandigheden
van de auto. Verder kunnen “EV Energy”
(EV-energie) en “EV Distance”
(actieradius elektrisch rijden) afnemen
door energieverbruik door het systeem,
zelfs als er niet met de auto gereden
wordt.
“Fuel Consumption Record” (overzicht
brandstofverbruik)
Als de eenheid is ingesteld op km/h
De verandering van het gemiddelde
brandstofverbruik na het starten van het
hybridesysteem kan elke 1 km of 5 km
rijden worden bekeken.
Als de eenheid is ingesteld op MPH (indien
aanwezig)
De verandering van het gemiddelde
brandstofverbruik na het starten van het
hybridesysteem kan elke 1 mijl (1,6 km)
of 5 mijl (8 km) rijden worden bekeken.
Lezen van het scherm
De weergave “
1 km” wordt als
voorbeeld getoond. De basismethode
voor het lezen van het scherm is echter
voor alle schermen met de geschiedenis
van het brandstofverbruik hetzelfde.
3.1 Instrumentenpaneel
160
Wisselen tussen de schermen
geschiedenis elektriciteitsverbruik en
brandstofverbruik
1. Druk terwijl het scherm “Fuel
Consumption Record” (overzicht
brandstofverbruik) wordt
weergegeven op
.
De weergave van de tab wordt
geselecteerd en de informatie op het
display kan worden gewijzigd.
2. Druk op
ofvan de
bedieningstoetsen van het
instrumentenpaneel om de informatie
op het display te wijzigen.
Telkens wanneer
wordt ingedrukt,
verandert het display in de
onderstaande volgorde:
Als de eenheid is ingesteld op km/h
“
1 km”, “5 km”, “1 km” en “5 km”*1. Alswordt ingedrukt,
verandert het in omgekeerde volgorde.
Als de eenheid is ingesteld op MPH (indien
aanwezig)
“
1 miles” (1 mijl), “5 miles”
(5 mijl), “1 miles” (1 mijl) en “5 miles” (5 mijl)*2. Alswordt
ingedrukt, verandert het in omgekeerde
volgorde.
*1:Na“5 km” wordt “1 km” weer
weergegeven.
*2:Na“5 miles” wordt “1 miles”
weer weergegeven.“Drive monitor” (aandrijflijnmonitor)
Geeft informatie weer, zoals de
verstreken tijd en de gemiddelde
rijsnelheid, die zijn gekoppeld aan de
huidige weergave van de kilometerstand.
(→Blz. 147)
1Huidige informatie op het display
De weergegeven informatie laat zien
op welke geregistreerde afstand de
op dat moment weergegeven inhoud
is gebaseerd.
2“Elapsed Time” (verstreken tijd)
3“Average Speed” (gemiddelde
snelheid)
4“EV Driving Ratio” (verhouding rijden
in EV-modus)
De weergegeven afstand bij de
weergave van de kilometerstand is
het percentage dat alleen met
vermogen van de elektromotor is
gereden.
3.1 Instrumentenpaneel
162
Elke keer als opwordt gedrukt (→blz. 147) verandert de inhoud van de “Drive monitor”
(aandrijflijnmonitor) als volgt.
Weergave kilometer-
stand1Inhoud van de “Drive monitor” (aandrijf-
lijnmonitor)
ODOAfter Reset (sinds re-
setten)Informatie sinds laatste reset
*1
TRIP A TRIP AInformatie op basis van de geregistreerde
afstand van TRIP A*2
TRIP B TRIP BInformatie op basis van de geregistreerde
afstand van TRIP B*2
After Start (sinds star-
ten)Informatie sinds starten hybridesysteem*3
Leeg scherm
*1: Als het gemiddelde brandstofverbruik wordt gereset (→blz. 148), wordt het display
van de “Drive monitor” (aandrijflijnmonitor) eveneens gereset.
*2: Als de dagteller wordt gereset (→blz. 148), wordt het display van de “Drive monitor”
(aandrijflijnmonitor) eveneens gereset.
*3: Telkens als het hybridesysteem wordt gestart, wordt dit item gereset.
“Drive monitor 2” (aandrijflijnmonitor 2)
De volgende informatie over elektrisch
rijden wordt weergegeven.
1Totaal gemiddeld
elektriciteitsverbruik
Geeft het totale elektriciteitsverbruik
aan sinds de laatste keer resetten
totdat het opnieuw gereset wordt.
*1
2Actieradius elektrisch rijden (zonder
gebruik van airconditioningsysteem)
Geeft de geschatte afstand aan die
nog kan worden gereden met de
resterende energie in het
batterijpakket (tractiebatterij).
(→Blz. 72)
*2
3Actieradius elektrisch rijden (met
gebruik van airconditioningsysteem)
Geeft de geschatte afstand aan die
nog kan worden gereden met de
resterende energie in het
batterijpakket (tractiebatterij) als het
airconditioningsysteem gebruikt
wordt.
*2
4Totale door het solarlaadsysteem
(indien aanwezig) opgewekte hoeveelheid
energie
Geeft de totale hoeveelheid
zonne-energie weer die door het
solarlaadsysteem tot op dit moment
opgewekt is.
3.1 Instrumentenpaneel
163
3
Instrumentenpaneel
*1: Als “Electricity Consumption Reset”
(resetten van elektriciteitsverbruik)
(→blz. 172) wordt uitgevoerd, worden de
gegevens van het totale gemiddelde
elektriciteitsverbruik gewist.
*2: De actieradius voor elektrisch rijden
kan kleiner worden, zelfs als er niet wordt
gereden, door energieverbruik door het
systeem.“Eco-Diary” (eco-logboek)
De geschiedenis van het gemiddelde
elektriciteitsverbruik, de
belastingsverhouding van het
airconditioningsysteem (“A/C Load
Ratio”)
*, de afgelegde afstand en het
gemiddelde brandstofverbruik kunnen per
dag (“Daily”) of per maand (“Monthly”)
worden weergegeven in een tabel.
*:Dit geeft het percentage van de elektri-
citeit onttrokken aan het batterijpakket
(tractiebatterij) weer dat verbruikt is door
het airconditioningsysteem.
Lezen van het display
1Registratie van de dag/maand
2Datum/maand van opgeslagen
informatie
3Gemiddeld elektriciteitsverbruik voor
de dag/maand
4“A/C Load Ratio”
(belastingsverhouding
airconditioningssysteem) voor de
dag/maand
5Totale afgelegde afstand voor de
dag/maand
6Gemiddeld brandstofverbruik voor de
dag/maand
7Weergave tab
De weergave op het display kan
worden gewisseld door opte
drukken om de selectievoorwaarde in
te voeren en vervolgens
ofvan
de bedieningstoetsen van het
instrumentenpaneel in te drukken.
3.1 Instrumentenpaneel
164
Bekijken van de geschiedenis
Op alle schermen kunnen opgeslagen overzichten voor de volgende perioden worden
weergegeven door op
ofvan de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel te
drukken.
Weergegeven scherm Weergegeven informatie Opgeslagen informatie
“Daily” (dagelijks)
4 rapportenMaximaal 32 rapporten
(8 schermen)
“Monthly” (maandelijks)Maximaal 12 rapporten
(3 schermen)
• Als het hierboven genoemde aantal
overzichten wordt overschreden,
wordt de oudste informatie gewist.
• Voer “History Reset” (resetten
geschiedenis) in de “Meter
Customize”-instellingen (persoonlijke
voorkeursinstellingen
instrumentenpaneel) uit (→blz. 171)
om de geschiedenis te resetten. (De
informatie voor “Daily” (dagelijks) en
“Monthly” (maandelijks) kunnen
afzonderlijk worden gereset.)
Kalenderinstelling
→Blz. 173
Display klokinstellingen
De klokinstellingen kunnen worden
gewijzigd.
ItemResultaat van in-
stelling
Instellen van de
klok. (→Blz. 136)
Zet de minuten op
“00”. (→Blz. 136)
Aan navigatiesysteem gekoppelde
weergave
Geeft een kompas weer dat gekoppeld is
aan het navigatiesysteem. Als het
navigatiesysteem tijdens de
routebegeleiding bezig is met
kruispuntenbegeleiding, wordt de
kruispuntenbegeleiding ook
weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
De afbeelding dient slechts als voorbeeld
en wijkt mogelijk af van het werkelijke
scherm.
Raadpleeg de handleiding voor het
navigatiesysteem voor het invoeren van
de bestemming en het wisselen van de
kaartrichting.
3.1 Instrumentenpaneel
165
3
Instrumentenpaneel
Aan audiosysteem gekoppelde
weergave De afbeelding dient slechts als voorbeeld
en wijkt mogelijk af van het werkelijke
scherm.
Druk om de audiobron te wijzigen op
om het keuzescherm voor de
audiobron weer te geven, druk opofvan de bedieningstoetsen van het
instrumentenpaneel en selecteer de
gewenste audiobron en druk vervolgens
op
.
Druk op
op het keuzescherm voor de
audiobron om het selecteren van de
audiobron te annuleren. De informatie over
de op dat moment
geselecteerde audiobron wordt
weergegeven.
Instelscherm airconditioning
De instellingen van de airconditioning kunnen worden gecontroleerd op het scherm en
worden gewijzigd met de bedieningstoetsen van het instrumentenpaneel.
Druk op het instelscherm van de airconditioning op
ofvan de bedieningstoetsen
van het instrumentenpaneel om de informatie op het display te wijzigen.
Raadpleeg blz. 352 voor meer informatie over de airconditioning.
Schermweergaven en instellingen die kunnen worden gewijzigd
Item Instellingen
1Eco Score (score
airco) →Blz. 167
2Ingestelde tem-
peratuur Verandert overeenkomstig de bediening van de bedieningstoet-
sen van het instrumentenpaneel*1
3.1 Instrumentenpaneel
166