Page 177 of 590

175
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-2. Rijprocedures
Rijden
1Trek aan de parkeerremschakelaar
om te controleren of de parkeerrem
is geactiveerd.
2 Controleer of de selectiehendel in
stand P staat.
3 Trap het rempedaal stevig in.
en een melding worden op het multi-
informatiedisplay weergegeven. Als dit niet
wordt weergegeven, kan het hybridesys-
teem niet worden gestart.
4 Druk kort en krachtig op de start-
knop.
Eén keer kort en stevig indrukken van de
startknop is voldoende om deze te bedie-
nen. U hoeft de startknop niet ingedrukt te
houden.
Als het controlelampje READY gaat bran-
den, werkt het hybridesysteem normaal.
Houd het rempedaal ingetrapt tot het contro-
lelampje READY brandt. Het hybridesysteem
kan vanuit iedere stand
van het contact worden gestart.
5 Controleer of het controlelampje
READY brandt.
Als het controlelampje READY uit is, kan er
niet met de auto worden gereden.
■Verlichting startknop
In de volgende situaties is de startknop ver-
licht:
●Wanneer het bestuurders- of passagier-
sportier wordt geopend.
●Wanneer het contact in stand ACC of AAN
staat.
●Wanneer het contact vanuit stand ACC of
AAN UIT wordt gezet.
In de volgende situaties knippert de startknop:
●Wanneer het rempedaal wordt ingetrapt
terwijl u de elektronische sleutel bij u hebt.
■Als het hybridesysteem niet kan wor-
den ingeschakeld
●De startblokkering is mogelijk niet uitge-
schakeld. ( Blz. 84)
Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
●Lees de op het multi-informatiedisplay
weergegeven melding m.b.t. het starten en
volg de aanwijzingen op.
■Als de buitentemperatuur laag is, bij-
voorbeeld bij rijden in de winter
●Als het hybridesysteem gestart wordt, knip-
pert het controlelampje READY mogelijk
lang. Bedien de auto niet totdat het contro-
lelampje READY continu brandt. Continu
branden betekent dat de auto in beweging
kan komen.
Startknop (auto's met
Smar t entr y-systeem en
startknop)
Als u de volgende handelingen uit-
voert terwijl u een elektronische
sleutel bij u hebt, wordt het hybri-
desysteem gestart of de stand van
het contact veranderd.
Starten van het
hybridesysteem
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 175 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 178 of 590

176
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-2. Rijprocedures
●Als het batterijpakket (tractiebatterij)
extreem koud is (temperatuur lager dan
ongeveer -30°C) als gevolg van de buiten-
temperatuur, kan het hybridesysteem
mogelijk niet gestart worden. Probeer in
dat geval het hybridesysteem nogmaals te
starten nadat de temperatuur van het bat-
terijpakket is opgelopen omdat bijvoor-
beeld de buitentemperatuur is gestegen.
■Geluiden en trillingen die kenmerkend
zijn voor een hybrideauto
Blz. 78
■Als de 12V-accu is ontladen
Het hybridesysteem kan niet worden gestart
met het Smart entry-systeem met startknop.
Raadpleeg Blz. 408 om het hybridesysteem
opnieuw te starten.
■Leegraken batterij elektronische sleutel
Blz. 128
■Omstandigheden die de werking kun-
nen beïnvloeden
Blz. 141
■Aanwijzingen voor de instapfunctie
Blz. 141
■Stuurslotfunctie
●Nadat het contact UIT is gezet en de por-
tieren zijn geopend en gesloten, wordt het
stuurwiel vergrendeld met de stuurslot-
functie. Als u nogmaals op de startknop
drukt, wordt het stuurslot automatisch weer
uitgeschakeld.
●Als het stuurslot niet kan worden ontgren-
deld, wordt “Push Power Switch while
Turning Steering Wheel in Either Direction”
(Druk de startknop in en draai het stuurwiel
in een willekeurige richting) weergegeven
op het multi-informatiedisplay.
Druk kort en krachtig op de startknop ter-
wijl u het stuurwiel naar links en rechts
draait.
●Om te voorkomen dat de elektromotor van
het stuurslot oververhit raakt, kan de wer-
king worden onderbroken als het hybri-
desysteem in korte tijd herhaaldelijk wordt
in- en uitgeschakeld. Wacht in dat geval
met het bedienen van de startknop. Na
ongeveer 10 seconden zal de elektromotor
van het stuurslot weer functioneren.
■Als het controlelampje READY niet gaat
branden
Neem, als het controlelampje READY niet
gaat branden nadat de juiste procedure voor
het starten van de auto is gevolgd, direct con-
tact op met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■Wanneer er een storing in het hybri-
desysteem aanwezig is
Blz. 383
■Batterij elektronische sleutel
Blz. 350
■Bedienen van de startknop
●Als de knop niet kort en krachtig wordt
ingedrukt, wijzigt de stand van het contact
mogelijk niet of wordt het hybridesysteem
niet gestart.
●Als u probeert het hybridesysteem
opnieuw te starten direct nadat het contact
UIT is gezet, dan start het hybridesysteem
in sommige gevallen mogelijk niet. Wacht
nadat u het contact UIT hebt gezet een
paar seconden voordat u het hybridesys-
teem opnieuw start.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Raadpleeg Blz. 406 als het Smart entry-sys-
teem met startknop is uitgeschakeld via de
persoonlijke voork eursinstellingen.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 176 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 179 of 590

177
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-2. Rijprocedures
Rijden
1Breng de auto volledig tot stilstand.
2 Activeer de parkeerrem ( Blz. 184)
en zet de selectiehendel in stand P.
Controleer of het waarschuwingslampje van
de parkeerrem brandt.
3 Druk op de startknop.
Het hybridesysteem stopt en de weergave
van het instrumentenpaneel dooft.
4Laat het rempedaal los en contro-
leer of ACCESSORY (stand ACC)
of IGNITION ON (contact AAN) niet
wordt weergegeven op het multi-
informatiedisplay.
WAARSCHUWING
■Starten van het hybridesysteem
Ga altijd op de bestuurdersstoel zitten alvo-
rens het hybridesysteem te starten. Trap
onder geen enkele voorwaarde het gaspe-
daal in bij het starten van het hybridesys-
teem.
Als u dat wel doet, kan dat leiden tot een
ongeval waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Als een storing aan het hybridesysteem
zich voordoet terwijl de auto rijdt, vergren-
del of open de portieren dan niet totdat de
auto veilig en volledig tot stilstand is geko-
men. Als onder deze omstandigheden het
stuurslot wordt geactiveerd, kan dit leiden
tot een ongeval waarbij dodelijk of ernstig
letsel kan ontstaan.
OPMERKING
■Starten van het hybridesysteem
Indien het hybridesysteem moeilijk start,
laat uw auto dan onmiddellijk controleren
door een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■Symptomen die kunnen duiden op
een defect in de startknop
Als de startknop anders lijkt te werken dan
normaal, bijvoorbeeld al s de knop iets blijft
hangen, kan de startknop defect zijn.
Neem onmiddellijk contact op met een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
Uitschakelen van het
hybridesysteem
WAARSCHUWING
■Uitschakelen van het hybridesysteem
in noodgevallen
●Als u in een noodgeval het hybridesys-
teem tijdens het rijden wilt stoppen,
houdt u de startknop langer dan 2
seconden ingedrukt of drukt u deze
minstens 3 keer kort achter elkaar in.
( Blz. 366)
Raak de startknop echter tijdens het rij-
den niet aan, behalve in geval van
nood. Door het uitschakelen van het
hybridesysteem tijd ens het rijden ver-
liest u niet de controle over het stuurwiel
of de remmen. De stuurbekrachtiging
werkt echter niet meer. Hierdoor zal het
sturen veel zwaarder gaan dan nor-
maal. Zet in dat geval de auto aan de
kant zodra dit veilig kan.
●Als de startknop wordt bediend terwijl
de auto rijdt, verschijnt er een waar-
schuwingsmelding op het multi-informa-
tiedisplay en klinkt er een zoemer.
●Zet om het hybridesysteem opnieuw te
starten nadat dit ten gevolge van een
noodsituatie tijdens het rijden is uitge-
schakeld de selectiehendel in stand N
en druk de startknop in.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 177 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 180 of 590

178
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-2. Rijprocedures
De standen kunnen worden gewijzigd
door op de startknop te drukken als het
rempedaal niet wordt ingetrapt. (De
stand verandert iedere keer dat op de
knop wordt gedrukt.)ACCESSORY (stand ACC)
IGNITION ON (contact AAN)
1 UIT
*
De alarmknipperlichten kunnen worden
gebruikt.
2ACC
Sommige elektrische componenten zoals
het audiosysteem kunnen worden gebruikt.
ACCESSORY (stand ACC) wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
3AAN
Alle elektrische componenten kunnen wor-
den gebruikt.
IGNITION ON (contact AAN) wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
*: Als de selectiehendel niet in stand P staat
en het hybridesysteem wordt uitgezet,
gaat het contact niet UIT, maar blijft AAN
staan.
■Auto power off-functie
Als het contact langer dan 20 minuten in
stand ACC of AAN staat (hybridesysteem
niet in werking) terwijl de selectiehendel in
stand P staat, wordt het contact automatisch
UIT gezet. Deze functie kan echter niet
geheel uitsluiten dat de 12V-accu ontladen
raakt. Laat de auto niet gedurende langere
tijd in stand ACC of AAN staan terwijl het
hybridesysteem niet in werking is.Wijzigen van de standen van
het contact
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
●Zet het contact niet gedurende een lan-
gere periode in stand ACC of AAN zon-
der het hybridesysteem in te schakelen.
●Als ACCESSORY (stand ACC) of IGNI-
TION ON (contact AAN) op het multi-
informatiedisplay wordt weergegeven, is
het contact niet UIT. Verlaat de auto
nadat u het contact UIT hebt gezet.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 178 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 181 of 590

179
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-2. Rijprocedures
Rijden
Als het hybridesysteem wordt uitge-
schakeld met de selectiehendel in een
andere stand dan P, dan wordt het con-
tact niet UIT gezet. Voer de volgende
procedure uit om het contact UIT te zet-
ten:
1 Controleer of de parkeerrem is
geactiveerd.
2 Zet de selectiehendel in stand P.
3 Controleer of IGNITION ON (con-
tact AAN) op het multi-informatie-
display wordt weergegeven en druk
de startknop kort en stevig in.
4 Controleer of ACCESSORY (stand
ACC) of IGNITION ON (contact
AAN) op het multi-informatiedisplay
uit is. Schakelt EV-modus in/uit
Als de EV-modus wordt ingeschakeld, gaat
het controlelampje EV MODE branden. Door
in de EV-modus de schakelaar in te drukken,
wordt teruggekeerd naar normaal rijden
(aandrijving door de benzinemotor en de
elektromotor [tractiemotor]).
■Omstandigheden waarin de EV-modus
niet kan worden ingeschakeld
In de volgende gevallen kan de EV-modus
mogelijk niet worden ingeschakeld. Als de
stand niet ingeschakeld kan worden, klinkt er
een zoemer en verschijnt er een melding op
het multi-informatiedisplay.
Uitschakelen van het
hybridesysteem met de
selectiehendel in een andere
stand dan P
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Schakel het hybridesys teem niet uit als de
selectiehendel in een andere stand dan P
staat. Als het hybridesysteem wordt uitge-
schakeld met de selectiehendel in een
andere stand, dan wordt het contact niet
UIT gezet, maar blijft AAN staan. Als het
contact AAN blijft, kan de accu ontladen
raken.
EV-modus
In de EV-modus wordt er elektrisch
vermogen geleverd door het batte-
rijpakket (tractiebatterij) en wordt
alleen de elektromotor (tractiemo-
tor) gebruikt voor de aandrijving
van de auto.
Deze modus is geschikt voor het
's nachts of in de vroege morgen
door woonwijken rijden of het
rijden in een parkeergarage, enz.
zonder dat u zich zorgen hoeft te
maken over geluidsoverlast of
uitlaatgassen.
Bedieningsinstructies
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 179 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 182 of 590

180
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-2. Rijprocedures
●De temperatuur van het hybridesysteem is
te hoog.
De auto heeft lang in de zon gestaan of na
het oprijden van een helling, het rijden met
hoge snelheid, enz.
●De temperatuur van het hybridesysteem is
te laag.
De auto heeft bijvoorbeeld lang in een
omgeving met een temperatuur lager dan
0°C gestaan, enz.
●De benzinemotor is aan het opwarmen.
●Het batterijpakket (tractiebatterij) is bijna
leeg.
De resterende capaciteit van het batterij-
pakket die op de energiemonitor wordt
aangegeven, is laag. (Blz. 120)
●Rijsnelheid is hoog.
●Het gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de
auto rijdt op een helling, enz.
●De voorruitverwarming is ingeschakeld.
■De EV-modus inschakelen wanneer de
benzinemotor koud is
Als de benzinemotor nog koud is en het
hybridesysteem wordt gestart, wordt na korte
tijd automatisch de benzinemotor gestart,
zodat deze op temperatuur kan komen. In dat
geval kan de EV-modus niet worden inge-
schakeld.
Druk zodra het hybridesysteem is gestart en
het controlelampje READY brandt en voordat
de benzinemotor start op de EV-modusscha-
kelaar om de EV-modus in te schakelen.
■Automatische uitschakeling van de EV-
modus
Tijdens het rijden in de EV-modus, kan in de
volgende gevallen automatisch de benzine-
motor worden gestart en kan de auto worden
aangedreven door de benzinemotor en de
elektromotor (tractiemotor). Als de EV-modus
wordt uitgeschakeld, klinkt er een zoemer,
knippert het controlelampje EV MODE en
wordt er een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
●Het batterijpakket (tractiebatterij) raakt
leeg.
De resterende capaciteit van het batterij-
pakket die op de energiemonitor wordt
aangegeven, is laag. ( Blz. 120)
●Rijsnelheid is hoog.
●Het gaspedaal wordt stevig ingetrapt of de
auto rijdt op een helling, enz.
■Maximale rijafstand in EV-modus
De maximale rijafstand in de EV-modus vari-
eert van een paar honderd meter tot onge-
veer 1 km. Er zijn afhankelijk van de omstan-
digheden van de auto echter situaties waarbij
de EV-modus niet kan worden gebruikt.
(De maximale rijafstand is afhankelijk van de
laadtoestand van het batterijpakket [tractie-
batterij] en de rijomstandigheden.)
■Brandstofverbruik
Het hybridesysteem is ontworpen voor een
zo laag mogelijk brandstofverbruik onder nor-
male rijomstandigheden (aandrijving door
benzinemotor en elektromotor [tractiemotor]).
Als de EV-modus vaker wordt gebruikt dan
nodig is, zal het brandstofverbruik hoger zijn.
■Als “EV Mode Unavailable” (EV-modus
niet beschikbaar) wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay
De EV-modus is niet beschikbaar. De reden
dat de EV-modus niet beschikbaar is (motor
draait stationair, ladingstoestand batterijpak-
ket is laag, rijsnelheid is hoger dan de snel-
heid waarbij de EV-modus werkt of gaspe-
daal is te ver ingetrapt) kan worden weerge-
geven. Gebruik de EV-modus wanneer deze
beschikbaar is.
■Als “EV Mode Deactivated” (EV-modus
uitgeschakeld) wordt weergegeven op
het multi-informatiedisplay
De EV-modus is automa tisch uitgeschakeld.
De reden dat de EV-modus niet beschikbaar
is (ladingstoestand batterijpakket is laag, rijs-
nelheid is hoger dan de snelheid waarbij de
EV-modus werkt of gaspedaal is te ver inge-
trapt) kan worden weergegeven. Rijd een
tijdje met de auto alvorens te proberen de
EV-modus weer in te schakelen.
WAARSCHUWING
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Controleer tijdens het rijden in de EV-
modus zorgvuldig de omgeving van de
auto. Omdat er geen motorgeluiden zijn,
merken voetgangers, fietsers of andere
verkeersdeelnemers en voertuigen in de
omgeving mogelijk niet dat de auto weg-
rijdt of hen nadert.
Wees tijdens het rij den extra voorzichtig,
zelfs als het akoestische voertuigwaar-
schuwingssysteem actief is.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 180 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 183 of 590

181
4
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-2. Rijprocedures
Rijden
*: Zet de selectiehendel onder normale rijomstandigheden in stand D voor een zo
laag mogelijk brandstofverbruik en een zo
laag mogelijke geluidsproductie.
■Beperken plotseling wegrijden (wegrij-
regeling)
Blz. 165
■Tijdens het rijden met ingeschakelde
Dynamic Radar Cruise Control met vol-
ledig snelheidsbereik
Ook wanneer er van de rijmodus naar de
POWER-modus wordt geschakeld om op de
motor af te remmen, wordt er niet afgeremd
op de motor omdat het Dynamic Radar
Cruise Control-systeem met volledig snel-
heidsbereik niet wordt uitgeschakeld.
( Blz. 274)
: Houd, terwijl het contact AAN
staat, het rempedaal ingetrapt* en zet
de selectiehendel in een andere stand
terwijl u de ontgrendelknop van de
schakelblokkering ingedrukt houdt.
Hybridetransmissie
Selecteer de schakelstand op
basis van uw doel en de situatie.
Doel en functie van de
schakelstanden
Schakel- standDoel of functie
PParkeren van de auto/inscha-
kelen van het hybridesysteem
RAchteruit
N
Neutraalstand (Toestand
waarbij het vermogen niet
wordt overgebracht)
DNormaal rijden*
B
Motorremwerking op een gemiddeld niveau bij het afrijden van heuvels
WAARSCHUWING
■Rijden op glad wegdek
Niet abrupt accelereren of schakelen.
Door plotseling afremmen op de motor kan
de auto in een slip raken, wat kan leiden
tot een ongeval.
OPMERKING
■Lading batterijpakket (tractiebatterij)
Als de selectiehendel in stand N staat,
wordt het batterijpakket (tractiebatterij) niet
opgeladen, ook al draait de motor. Als de
auto lang in stand N blijft staan, ontlaadt
het batterijpakket (tractiebatterij) dus en
start de auto mogelijk niet.
Bedienen van de
selectiehendel
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 181 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM
Page 184 of 590

182
Handleiding HV_Europa_M52N30_nl
4-2. Rijprocedures
: Zet de selectiehendel in een
andere stand terwijl u de ontgrendel-
knop van de schakelblokkering inge-
drukt houdt.
: Zet de selectiehendel in een
andere stand, zoals u normaliter doet.
Breng de auto altijd eerst geheel tot stilstand
voordat u schakelt tussen stand P en D.
*: Om de selectiehendel vanuit stand P in een andere stand te zetten, moet u het
rempedaal intrappen voordat u de ontgren-
delknop van de schakelblokkering indrukt.
Als de ontgrendelknop van de schakelblok-
kering eerst wordt ingedrukt, wordt de
schakelblokkering niet gedeblokkeerd.
■Schakelblokkeersysteem
Het schakelblokkeersysteem is een systeem
dat voorkomt dat de selectiehendel tijdens
het starten per ongeluk in een andere stand
gezet wordt.
De selectiehendel kan alleen uit stand P wor-
den gezet wanneer het contact AAN staat en
het rempedaal wordt ingetrapt.
■Als de selectiehendel niet in een andere
stand dan P kan worden gezet
Controleer eerst of het rempedaal is inge-
trapt.
Als de selectiehendel niet in een andere
stand gezet kan worden terwijl u het rempe-
daal ingetrapt hebt, kan er een probleem
aanwezig zijn in het schakelblokkeersys-
teem. Laat de auto onmi ddellijk nakijken door
een erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
Met de volgende procedure kan in noodge-
vallen de blokkering van de selectiehendel
ongedaan worden gemaakt.
Uitschakelen van de schakelblokkering:
1 Activeer de parkeerrem.
2 Zet het contact UIT.
3 Trap het rempedaal in.
4 Wrik het afdekplaatje omhoog met een
sleufkopschroevendraaier o.i.d.
Omwikkel de sleufkopschroevendraaier
met tape om te voorkomen dat het afdek-
plaatje wordt beschadigd. 5
Houd de deblokkeerschakelaar ingedrukt
en druk vervolgens de knop op de selec-
tiehendelknop ingedrukt.
De selectiehendel kan worden verplaatst als
beide knoppen ingedrukt zijn.
■Remwerking van de motor
Wanneer schakelstand B geselecteerd is,
wordt er op de motor afgeremd als u het gas-
pedaal loslaat.
●Wanneer er met hoge snelheden wordt
gereden, voelt u, in vergelijking met nor-
male auto's met een benzinemotor, de
motorremwerking minder.
●Er kan met de auto geaccelereerd worden
zelfs wanneer schakelstand B geselecteerd
is.
Als er continu in stand B wordt gereden, zal
het brandstofverbruik hoog zijn. Selecteer
normaal gesproken stand D.
YARIS(HB)_HV_OM_Europe_OM52N30E.book Page 182 Thursday, August 26, 2021 4:59 PM