2563-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
■Als het schuifdak niet normaal sluit
Ga als volgt te werk:
1 Breng de auto tot stilstand.
2 Houd de schakelaar CLOSE ingedrukt.
*
Het schuifdak gaat dicht, gaat weer open en
stopt ongeveer 10 seconden. Vervolgens
sluit het weer en stopt het in de volledig
gesloten positie.
3Controleer of het schuifdak geheel geslo-
ten is en laat dan de schakelaar los.
*: Als de schakelaar niet op het juiste
moment wordt losgelaten, moet de proce-
dure helemaal opnieuw worden uitge-
voerd.
Als het schuifdak ook na het op de juiste
wijze uitvoeren van bovenstaande procedure
niet volledig sluit, laat dan uw auto controle-
ren door een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■Als het schuifdak niet normaal beweegt
Wanneer het openen en sluiten van het
schuifdak niet normaal verloopt of wanneer
het niet automatisch kan worden geopend,
voer dan de onderstaande initialisatieproce-
dure uit.
1 Breng de auto tot stilstand.
2 Houd schakelaar DOWN ingedrukt.
*
Het schuifdak stopt automatisch in de
omhooggekantelde stand. Vervolgens wordt
het geopend, gesloten, omhoog gekanteld en
omlaag gekanteld en stopt het in de volledig
gesloten positie.
3Controleer of het schuifdak volledig is
gestopt en laat de schakelaar los.
*: Herhaal de procedure vanaf het begin als
u de schakelaar hebt losgelaten terwijl het
schuifdak nog in beweging was.
Als het schuifdak ook na het op de juiste
wijze uitvoeren van bovenstaande procedu-
res niet normaal opent of sluit of niet automa-
tisch wordt geopend, laat dan de auto
nakijken door een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■Waarschuwingsfunctie schuifdak open
De zoemer klinkt en er verschijnt een mel-
ding op het multi-informatiedisplay wanneer
het contact UIT wordt gezet en het bestuur-
dersportier wordt geopend terwijl het schuif-
dak geopend is.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde instellingen (bijvoorbeeld de kop-
peling aan de portiervergrendeling) kunnen
worden gewijzigd. (Systemen met mogelijk-
heden voor persoonlijke voorkeursinstellin-
gen: → Blz. 689)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen
in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgs-
maatregelen kan ernsti g letsel tot gevolg
hebben.
■Openen van het schuifdak
●Laat geen van de inzittenden tijdens het
rijden zijn/haar hand of hoofd buiten de
auto uit steken.
●Ga niet op het schuifdak zitten.
■Openen en sluiten van het schuifdak
●De bestuurder is verantwoordelijk voor
het openen en sluiten van het schuifdak.
Laat, om onbedoelde bediening, met
name door kinderen, te voorkomen, het
schuifdak niet door kinderen bedienen.
Het kan gebeuren dat een lichaamsdeel
van een kind of een andere passagier
klem komt te zitten tussen het schuif-
dak.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 256 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
259
3
3-5. Openen en sluiten van de ruiten en het schuifdak
Voordat u gaat rijden
■Klembeveiliging
Als tijdens het sluiten een object bekneld
raakt tussen het panoramadak en het frame,
stopt de beweging van het panoramadak en
wordt het weer iets geopend:
●Het panoramadak is aan het sluiten of naar
beneden aan het kantelen.
●Het elektrisch bedienbare zonnescherm is
aan het sluiten.
■Sluiten van zowel het panoramadak als
het elektrisch bedienbare zonnescherm
Schuif de schakelaar naar voren.
Het elektrisch bedienbare zonnescherm sluit
tot halverwege en stopt dan. Het panorama-
dak sluit vervolgens volledig. Daarna sluit het
elektrisch bedienbare zonnescherm volledig.
■Aan portierslot gekoppelde werking
panoramadak
●Het panoramadak kan worden geopend en
gesloten met behulp van de mechanische
sleutel.
* ( → Blz. 655)●Het panoramadak kan worden geopend en
gesloten met behulp van de afstandsbe-
diening.
* (→ Blz. 162)●Auto's met een alarm: Het alarm kan wor-
den geactiveerd als het alarm is ingescha-
keld en het panoramadak wordt gesloten
met de aan het portierslot gekoppelde wer-
king van het panoramadak. ( →Blz. 101)
*: Deze instellingen moeten aan de persoon-
lijke voorkeur worden aangepast door een
erkende Toyota-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwa-
lificeerde en uitgeruste deskundige.
■Als het panoramadak of het elektrisch
bedienbare zonnescherm niet normaal
sluit
Ga als volgt te werk:
1 Breng de auto tot stilstand.
2 Zet het contact AAN.
3 Schuif de schakelaar of
naar voren en houd de schakelaar vast.
Blijf dit gedurende ongeveer 10 secon-
den doen nadat het panoramadak of het
elektrisch bedienbare zonnescherm sluit
en weer opent. Het panoramadak en het
elektrisch bedienbare zonnescherm slui-
ten.
*
4Controleer of het panoramadak en het
elektrisch bedienbare zonnescherm vol-
ledig gesloten zijn en laat de schakelaar
los.
*: Als de schakelaar niet op het juiste
moment wordt losgelaten, moet de proce-
dure helemaal opnieuw worden uitge-
voerd.
Als het panoramadak of elektrisch bedien-
bare zonnescherm ook na het op de juiste
wijze uitvoeren van bovenstaande procedure
niet volledig sluit, laat dan uw auto controle-
ren door een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
■Waarschuwingsfunctie panoramadak
open
Een zoemer klinkt en er verschijnt een mel-
ding op het multi-informatiedisplay wanneer
het contact UIT wordt gezet en het bestuur-
dersportier wordt geopend terwijl het panora-
madak geopend is.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde instellingen (bijvoorbeeld de kop-
peling aan de portiervergrendeling) kunnen
worden gewijzigd. (Systemen met mogelijk-
heden voor persoonlijke voorkeursinstellin-
gen: → Blz. 689)
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 259 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
2664-1. Voordat u gaat rijden
3Activeer de parkeerrem.
(→Blz. 303)
Zet de selectiehendel bij het parkeren op
een helling indien nodig in stand 1 of R.
4 Zet het contact UIT om de motor uit
te zetten.
5 Vergrendel de portieren nadat u
gecontroleerd hebt of u de sleutel
bij u hebt.
Plaats bij het parkeren op een helling indien
nodig wielblokken.
■Wegrijden op een steile helling
omhoog
Automatische transmissie of Mul-
tidrive CVT
1 Zet met ingetrapt rempedaal de
selectiehendel in stand D.
(→Blz. 290, 294)
2 Trek de parkeerremschakelaar
omhoog om de parkeerrem hand-
matig te activeren. ( →Blz. 303)
3 Laat het rempedaal opkomen en
trap langzaam het gaspedaal in om
de auto in beweging te brengen.
Functie automatisch deactiveren parkeer-
rem ( →Blz. 300)
Handgeschakelde transmissie
1 Houd het rempedaal en het koppe-
lingspedaal volledig ingetrapt en zet
de selectiehendel in de 1e versnel-
ling. ( →Blz. 299)
2 Trek de parkeerremschakelaar
omhoog om de parkeerrem hand-
matig te activeren. ( →Blz. 303)
3 Trap het gaspedaal een beetje in en
laat tegelijkertijd het koppelingspe-
daal geleidelijk opkomen om de
auto in beweging te brengen.
Functie automatisch deactiveren parkeer-
rem ( →Blz. 300)
■Als u wegrijdt op een helling omhoog
De Hill Start Assist Control wordt geacti-
veerd. ( →Blz. 445)
■Rijden in de regen
●Rijd voorzichtig als het regent, omdat het
zicht dan minder is, de ruiten beslagen
kunnen zijn en de weg glad kan zijn.
●Rijd extra voorzichtig wanneer het begint
te regenen, de weg kan dan immers bij-
zonder glad zijn.
●Matig uw snelheid bij het rijden in de
regen, tussen band en wegdek kan er zich
dan immers een waterfilm vormen die het
sturen en remmen kan bemoeilijken.
■Motortoerental tijdens het rijden
(behalve handgeschakelde transmissie)
In de volgende gevallen kan het motortoeren-
tal tijdens het rijden te hoog oplopen. Dit is
het gevolg van automatisch op- of terugscha-
kelen, al naar gelang de rijomstandigheden.
Het duidt niet op plotseling accelereren.
●Het systeem signaleert dat de auto een
helling op of af rijdt
●Als het gaspedaal wordt losgelaten
●Als het rempedaal is ingetrapt en de sport-
modus is geselecteerd
■Beperken van het motorvermogen
(Brake Override-systeem)
●Wanneer het gaspedaal en rempedaal
gelijktijdig worden ingetrapt, wordt het
motorvermogen mogelijk beperkt.
●Er wordt een waarschuwingsmelding weer-
gegeven op het multi-informatiedisplay ter-
wijl het systeem in werking is. ( →Blz. 624)
■Beperken plotseling wegrijden (wegrij-
regeling) (auto's met automatische
transmissie of Multidrive CVT)
●Wanneer de onderstaande ongewone
bediening plaatsvindt, wordt het motorver-
mogen mogelijk beperkt.
• Wanneer de selectiehendel van R in D, van D in R, van N in R, van P in D of van P
in R wordt gezet (D omvat S [auto's met
automatische transmissie]) of M [auto's
met Multidrive CVT] terwijl het gaspedaal
wordt ingetrapt, verschijnt er een waar-
schuwingsmelding op het multi-informatie-
display. Lees de op het multi-
informatiedisplay weergegeven waarschu-
wingsmelding en volg de aanwijzingen op.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 266 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
2864-2. Rijprocedures
1Trek aan de parkeerremschakelaar
om te controleren of de parkeerrem
is geactiveerd. ( →Blz. 303)
Het waarschuwingslampje van de parkeer-
rem gaat branden.
2Controleer of de selectiehendel in
stand P (automatische transmissie
of Multidrive CVT) of in de neutraal-
stand (handgeschakelde transmis-
sie) staat.
3 Trap het rempedaal (automatische
transmissie of Multidrive CVT) of
het koppelingspedaal (handgescha-
kelde transmissie) stevig in.
en een melding worden op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
Als dit niet wordt weergegeven, kan de
motor niet worden gestart.
4 Druk kort en krachtig op de start-
knop.
Eén keer kort en stevig indrukken van de
startknop is voldoende om deze te bedie-
nen. U hoeft de startknop niet ingedrukt te
houden.
De motor wordt gestart totdat hij aanslaat,
waarbij elke startpoging maximaal 30 secon-
den duurt.
Houd het rempedaal (automatische trans-
missie of Multidrive CVT) of het koppelings-
pedaal (handgeschakelde transmissie) ingetrapt tot de motor goed draait.
De motor kan in elke stand van het contact
worden gestart.
■Als de motor niet aanslaat
●De startblokkering is mogelijk niet uitge-
schakeld. (
→Blz. 76)
Neem contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
●Lees de op het multi-informatiedisplay
weergegeven melding m.b.t. het starten en
volg de aanwijzingen op.
■Als de accu ontladen is
De motor kan niet worden gestart met het
Smart entry-systeem met startknop. Raad-
pleeg Blz. 657 om de motor opnieuw te star-
ten.
■Leegraken batterij elektronische sleutel
→ Blz. 134
■Omstandigheden die de werking kun-
nen beïnvloeden
→ Blz. 182
■Aanwijzing voor de instapfunctie
→ Blz. 183
■Stuurslotfunctie
●Nadat het contact UIT is gezet en de por-
tieren zijn geopend en gesloten, wordt het
stuurwiel geblokkeerd door de stuurslot-
functie. Als u nogmaals op de startknop
drukt, wordt het stuurslot automatisch weer
uitgeschakeld.
●Als het stuurslot niet kan worden ontgren-
deld, wordt “Push Engine Switch while
Turning Steering Wheel in Either Direction”
(druk de startknop in en draai het stuurwiel
in een willekeurige richting) weergegeven
op het multi-informatiedisplay.
Startknop (auto's met
Smart entry-systeem en
startknop)
Als u de volgende handelingen uit-
voert terwijl u een elektronische
sleutel bij u hebt, wordt de motor
gestart of de stand van het contact
veranderd.
Starten van de motor
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 286 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
287
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
Controleer of de selectiehendel in stand P
staat. Druk de startknop kort en stevig in
terwijl u het stuurwiel naar links en rechts
beweegt.
●Om te voorkomen dat de elektromotor van
het stuurslot oververhit raakt, kan het voor-
komen dat de werking van de elektromotor
wordt onderbroken als de motor in korte
tijd herhaaldelijk wordt gestart en uitgezet.
Wacht in dat geval met het starten van de
motor. Na ongeveer 10 seconden zal de
elektromotor van het stuurslot weer functi-
oneren.
■Als er een storing aanwezig is in het
Smart entry-systeem met startknop
Als “Smart Entry & Start System Malfunction”
(storing in Smart entry-systeem met start-
knop) wordt weergegeven op het multi-infor-
matiedisplay, is er mogelijk een storing
aanwezig in het systeem. Laat de auto
onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige.
■Batterij elektronische sleutel
→ Blz. 591
■Bediening van de startknop
●Als de knop niet kort en krachtig wordt
ingedrukt, wijzigt de stand van het contact
mogelijk niet of wordt de motor niet gestart.
●Als u probeert de motor te herstarten direct
nadat het contact UIT is gezet, dan start de
motor in sommige gevallen niet. Wacht
nadat u het contact UIT hebt gezet een
paar seconden voordat u de motor her-
start.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Raadpleeg Blz. 655 als het Smart entry-sys-
teem met startknop is uitgeschakeld via de
persoonlijke voorkeursinstellingen.1 Breng de auto volledig tot stilstand.
2 Activeer de parkeerrem wanneer
deze in de stand voor handmatige
bediening staat. ( →Blz. 303)
Controleer of het waarschuwingslampje van
de parkeerrem brandt.
WAARSCHUWING
■Bij het starten van de motor
Start de motor altijd terwijl u in de bestuur-
dersstoel zit. Trap nooit het gaspedaal in
terwijl u de motor start.
Als u dat wel doet, kan dat leiden tot een
ongeval waarbij ernstig letsel kan ont-
staan.
■Wees voorzichtig tijdens het rijden
Als zich een storing voordoet in de motor
terwijl de auto rijdt, vergrendel of open de
portieren dan niet totdat de auto veilig en
volledig tot stilstand is gekomen. Als onder
deze omstandigheden het stuurslot wordt
geactiveerd, kan dit leiden tot een ongeval
waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
OPMERKING
■Bij het starten van de motor
●Jaag een nog koude motor nooit op toe-
ren.
●Indien de motor moeilijk aanslaat of
vaak afslaat, laat uw auto dan onmiddel-
lijk controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Symptomen die kunnen duiden op
een probleem met de startknop
Wanneer u merkt dat de bediening van de
startknop niet helemaal gaat zoals u
gewend bent, bijvoorbeeld als de start-
knop bij het indrukken iets blijft hangen,
kan dit duiden op een defect. Neem
onmiddellijk contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of
een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
Uitzetten van de motor
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 287 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
2884-2. Rijprocedures
3Zet de selectiehendel in stand P
(automatische transmissie of Mul-
tidrive CVT) of in de neutraalstand
(handgeschakelde transmissie).
4 Druk kort en krachtig op de start-
knop.
De verbrandingsmotor stopt en de weergave
van het instrumentenpaneel dooft.
5Laat het rempedaal los en contro-
leer of ACCESSORY (stand ACC)
of IGNITION ON (contact AAN) niet
wordt weergegeven op het multi-
informatiedisplay. De stand kan worden gewijzigd door op
de startknop te drukken zonder het
rempedaal (automatische transmissie
of Multidrive CVT) of het koppelingspe-
daal (handgeschakelde transmissie) in
te trappen. (De stand verandert iedere
keer dat op de knop wordt gedrukt.)
1
UIT
*
De alarmknipperlichten kunnen worden
gebruikt.
Het multi-informatiedisplay wordt niet weer-
gegeven.
2ACC
Sommige elektrische componenten zoals
het audiosysteem kunnen worden gebruikt.
ACCESSORY (stand ACC) wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
3AAN
Alle elektrische componenten kunnen wor-
den gebruikt.
IGNITION ON (contact AAN) wordt op het
multi-informatiedisplay weergegeven.
*: Auto's met automatische transmissie of
Multidrive CVT: Als de selectiehendel in
een andere stand dan P staat terwijl de
motor uit wordt gezet, verandert de stand
van het contact in ACC, niet in UIT.
WAARSCHUWING
■Uitzetten van de motor in noodgeval-
len
●Als u in noodgevallen de motor tijdens
het rijden af wilt zetten, houd dan de
startknop gedurende ten minste 2
seconden ingedrukt of druk hem ten
minste driemaal achter elkaar kort in.
(→ Blz. 608)
Bedien de startknop tijdens het rijden
echter uitsluitend in noodgevallen. Door
de motor tijdens het rijden uit te zetten,
verliest u niet de controle over het stuur-
wiel of de remmen, maar werkt de
bekrachtiging van deze systemen niet
meer. Hierdoor zullen het remmen en
sturen veel zwaarder gaan dan nor-
maal. Zet in dat geval de auto aan de
kant zodra dit veilig kan.
●Als de startknop wordt bediend terwijl
de auto rijdt, verschijnt er een waar-
schuwingsmelding op het multi-informa-
tiedisplay en klinkt er een zoemer.
●Zet om de motor opnieuw te starten
nadat deze ten gevolge van een noodsi-
tuatie tijdens het ri jden is uitgeschakeld
de selectiehendel in stand N en druk de
startknop kort en stevig in.
Wijzigen van de stand van het
contact
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 288 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
289
4
4-2. Rijprocedures
Rijden
■Auto power off-functie
Auto's met automatische transmissie of
Multidrive CVT
Als het contact gedurende meer dan 20
minuten in stand ACC staat of gedurende
meer dan een uur AAN staat (zonder dat de
motor draait) met de selectiehendel in stand
P, schakelt het systeem het contact automa-
tisch UIT. Deze functie kan echter niet geheel
uitsluiten dat de accu ontladen kan raken.
Laat het contact niet gedurende langere tijd
in stand ACC of AAN staan zonder dat de
motor draait.
Auto's met handgeschakelde transmissie
Als het contact gedurende meer dan 20
minuten in stand ACC staat of gedurende
meer dan een uur AAN staat (zonder dat de
motor draait), schakelt het systeem het con-
tact automatisch UIT. Deze functie kan ech-
ter niet geheel uitsluiten dat de accu ontladen
kan raken. Laat het contact niet gedurende
langere tijd in stand ACC of AAN staan zon-
der dat de motor draait.
Als de motor wordt uitgezet terwijl de
selectiehendel in een andere stand dan
P staat, wordt het contact niet UIT maar
in stand ACC gezet. Voer de volgende
procedure uit om het contact UIT te zet-
ten:
1 Controleer of de parkeerrem is
geactiveerd.
2 Zet de selectiehendel in stand P.
3 Controleer of ACCESSORY (stand
ACC) op het multi-informatiedisplay
wordt weergegeven en druk de
startknop kort en stevig in.
4 Controleer of ACCESSORY (stand
ACC) of IGNITION ON (contact
AAN) op het multi- informatiedisplay
uit is.
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
accu
●Laat het contact niet gedurende langere
tijd in stand ACC of AAN staan wanneer
de motor niet draait.
●Als ACCESSORY (stand ACC) of IGNI-
TION ON (contact AAN) op het multi-
informatiedisplay wordt weergegeven, is
het contact niet UIT. Verlaat de auto
nadat u het contact UIT hebt gezet.
Uitzetten van de motor als de
selectiehendel in een andere
stand dan P staat (auto's met
automatische transmissie of
Multidrive CVT)
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de
accu
Schakel de motor niet uit als de selectie-
hendel in een andere stand dan P staat.
Als de motor wordt uitgeschakeld met de
selectiehendel in een andere stand, wordt
het contact niet UIT maar in stand ACC
gezet. Als het contact in stand ACC blijft
staan, kan de accu ontladen raken.
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 289 Friday, August 7, 2020 1:15 PM
2904-2. Rijprocedures
*: Indien aanwezig
*1: In stand D kiest het systeem de voor de rijomstandigheden meest geschikte ver-
snelling. Bij normaal rijden wordt stand D
aangeraden.
*2: Alleen auto's met paddle shift-schake-laars: door het selecteren van schakelbe-
reiken in stand D kan er passend op de
motor geremd worden. ( →Blz. 292)
*3: Het selecteren van een schakelpro-
gramma in stand S verlaagt het maxi-
male toerental in de verschillende
versnellingen, beïnvloedt het afremmen
op de motor en voorkomt onnodig
opschakelen.
■Wanneer er wordt gereden met inge-
schakelde Dynamic Radar Cruise Con-
trol met volledig snelheidsbereik of
cruise control (indien aanwezig)
Ook wanneer de volgende handelingen wor-
den uitgevoerd met als doel op de motor af te
remmen, wordt er niet op de motor afgeremd
omdat de Dynamic Radar Cruise Control met
volledig snelheidsbereik of cruise control niet
wordt uitgeschakeld.
●Als er tijdens het rijden in stand D* of S
wordt teruggeschakeld naar 7, 6, 5 of 4.
( → Blz. 292, 293)
●Als de sportmodus wordt ingeschakeld tij-
dens het rijden in stand D. ( →Blz. 436)
*: Alleen auto's met paddle shift-schakelaars
■Als “High Transmission Fluid Temp See
Owner’s Manual” (temperatuur trans-
missievloeistof hoog, raadpleeg hand-
leiding) wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay (AWD-uitvoerin-
gen)
Schakel stand D in
* en laat het gaspedaal los
om de rijsnelheid te verlagen. Breng de auto
op een veilige plaats tot stilstand, zet de
selectiehendel in stand P en laat de motor
stationair draaien totdat de waarschuwings-
melding verdwijnt.
*: Zet de selectiehendel tijdens het rijden in de normale stand D ( →Blz. 292) als er in
stand D een schakelbereik is geselecteerd.
(alleen auto's met paddle shift-schake-
laars)
Wanneer de waarschuwingsmelding is ver-
dwenen, kunt u weer gaan rijden.
Laat de auto controleren door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige wanneer de waarschu-
wingsmelding niet verdwijnt na enige tijd.
■Beperken plotseling wegrijden (wegrij-
regeling)
→ Blz. 266
■AI-SHIFT-functie
De AI-SHIFT-functie schakelt automatisch de
passende versnelling in, in overeenstemming
met de handelingen van de bestuurder en de
rijomstandigheden.
De AI-SHIFT-functie is automatisch geacti-
veerd als de selectiehendel in stand D staat.
(De functie wordt uitgeschakeld als de selec-
tiehendel in stand S wordt gezet.)
Automatische transmissie*
Selecteer de schakelstand op
basis van uw doel en de situatie.
Doel en functie van de
schakelstanden
Schakel-
stand Doel of functie
PParkeren van de auto/starten van de motor
RAchteruit
NNeutraalstand
DNormale rijmodus*1, 2
SRijden in S-modus*3
(→ Blz. 293)
pM_RAV4_OM_OM42D20E_(EE).book Page 290 Friday, August 7, 2020 1:15 PM