Page 265 of 404

263
Als het AdBlue®-reser voir leeg is, zorgt
een wettelijk verplicht systeem er voor
dat de motor niet opnieuw kan worden
gestart.
Als het SCR-systeem niet goed werkt,
stoot uw auto te veel schadelijke stoffen
uit, waardoor hij niet meer aan de Euro
6-emissienorm voldoet.
Neem bij een storing in het SCR-systeem
zo snel mogelijk contact op met een
PEUGEOT-dealer of een gekwalificeerde
werkplaats: na 1.100 km wordt een
systeem geactiveerd dat het opnieuw
starten van de motor blokkeert.
In beide gevallen geeft een
actieradiusindicator aan hoever u nog kunt
rijden voordat de motor niet meer gestart
kan worden.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de lampjes en de
bijbehorende waarschuwingsmeldingen.
Bevriezing van AdBlue
®
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager
dan ongeveer -11 °C.
Het SCR-systeem is voorzien van een
voorverwarmingssysteem voor het
AdBlue
®-reser voir waardoor u onder alle
weersomstandigheden kunt blijven rijden.
Bijvullen van AdBlue®
Lees voordat u het reser voir gaat
bijvullen eerst aandachtig de volgende
waarschuwingen.
Gebruiksvoorschriften
AdBlue® is een oplossing op ureumbasis. Deze
vloeistof is niet ontvlambaar, kleurloos en
geurloos (koel bewaren).
Als het additief in contact komt met de huid,
moet u de huid wassen met kraanwater en met
zeep. Als additief in de ogen komt, spoel de
ogen dan onmiddellijk en grondig gedurende
ten minste 15 minuten met kraanwater of met
een oogspoelmiddel. Raadpleeg een arts bij
een branderig gevoel of blijvende irritatie.
Als de vloeistof wordt ingeslikt, spoel de mond
dan met schoon water en drink ver volgens een
ruime hoeveelheid water.
Onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld
bij een hoge omgevingstemperatuur) kan het
risico van het vrijkomen van ammoniakdampen
niet worden uitgesloten: adem deze niet in.
Deze ammoniakdampen werken irriterend op
de slijmvliezen (ogen, neus en keel). Bewaar AdBlue
® buiten het bereik van
kinderen, in de originele flacon of fles.
Als het AdBlue
® niet in de originele flacon
wordt bewaard, verliest het zijn zuiverheid.
Verdun de AdBlue
® nooit met water.
Giet nooit AdBlue® in de brandstoftank.
Flacons zijn verkrijgbaar bij het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. Gebruik uitsluitend AdBlue
® die aan de norm
ISO 22241 voldoet.
7
Praktische informatie
Page 266 of 404

264
Vul nooit AdBlue® bij via een vulsysteem
dat is bedoeld voor vrachtwagens.
Voorschriften voor opslag
AdBlue® bevriest bij temperaturen rond -11 °C
e
n verliest zijn kwaliteit bij temperaturen vanaf
25
°C. Het is raadzaam de flacons en flessen
koel en buiten direct zonlicht te bewaren.
Onder deze omstandigheden is de vloeistof ten
minste één jaar houdbaar.
Als de vloeistof bevroren is geweest, kan
deze weer worden gebruikt nadat deze bij
kamertemperatuur volledig is ontdooid.
Bewaar de flacons AdBlue
® niet in uw
auto.
Voer de lege AdBlue
®-flacons of
-flessen niet als huisvuil af.
Deponeer ze in een daartoe bestemde
container of breng ze naar uw
verkooppunt.
Procedure voor bijvullen
Controleer 's winters alvorens bij te vullen of
de omgevingstemperatuur van de auto hoger
is dan -11
°C. Als het kouder is, bevriest het
AdBlue
® waardoor u het niet in het reser voir
kunt gieten.
Laat uw auto enkele uren op een warmere
plaats staan en vul ver volgens het reser voir bij.
F
C
ontroleer voordat u gaat bijvullen of
de auto op een vlakke en horizontale
ondergrond staat.
F
Z
et het contact af en ver wijder de sleutel uit
het contactslot om de motor af te zetten.
of
F
D
ruk bij uitvoeringen met Keyless entry and
start-systeem op de " START/STOP"-knop
om de motor af te zetten. F
Z
org dat de auto is ontgrendeld en open de
brandstofvulklep. De blauwe dop van het
AdBlue
®-reser voir bevindt zich links naast
de brandstofvuldop.
F
D
raai de blauwe dop een zesde
omwenteling linksom.
F
T
rek de blauwe dop omlaag om hem te
verwijderen.
Praktische informatie
Page 267 of 404

265
Belangrijk
Giet nooit AdBlue® in de brandstoftank.
Om er voor te zorgen dat het AdBlue-
reser voir niet overstroomt, wordt
aanbevolen om 10 tot 13 liter vloeistof bij
te vullen.
Als het AdBlue-reser voir van uw auto
helemaal leeg is (dit wordt aangegeven
door de waarschuwingsmeldingen en
u kunt in dat geval de motor niet meer
opnieuw starten), moet u het reser voir
vullen met minimaal 4 liter additief.
Als er AdBlue® op de zijkant van de auto of
op een andere plaats is gemorst, spoel het
additief dan onmiddellijk weg met koud water
of veeg het weg met een vochtige doek.
Als de vloeistof is gekristalliseerd, verwijder
het additief dan met een spons en warm water.
F Breng de blauwe dop aan op de vulopening en draai de dop een 6e omwenteling
rechtsom, tot de aanslag.
F
S
luit de brandstofvulklep.
F
P
ak een flacon of fles met AdBlue
®.
Controleer de houdbaarheidsdatum
en lees ver volgens aandachtig de
gebruiksaanwijzing op het etiket voordat
u de inhoud van de flacon of fles in het
AdBlue-reser voir van uw auto giet.
7
Praktische informatie
Page 268 of 404

266
Gevarendriehoek
Voordat u uit de auto stapt om de
gevarendriehoek uit te vouwen en te
plaatsen moet u om veiligheidsredenen
de alarmknipperlichten inschakelen en uw
reflecterende veiligheidsvest aantrekken.
Opbergruimte
Uitvouwen van de gevarendriehoek
Uitvoeringen met een originele
gevarendriehoek:
F
h
aal de gevarendriehoek uit het etui;
F
v
ouw de poten uit;
F
d
raai beide zijkanten van de driehoek
omhoog;
F
m
aak de zijkanten aan elkaar vast.
Raadpleeg bij andere gevarendriehoeken
de instructies voor het uitvouwen
in de gebruiksaanwijzing van de
gevarendriehoek.
Plaatsen van de gevarendriehoek
F Plaats de gevarendriehoek achter de auto, houd u daarbij aan de ter plaatse geldende
regels.
In de binnenbekleding van de achterklep
bevindt zich een opbergvak voor de
gevarendriehoek.
F
O
pen de achterklep.
F
O
ntgrendel het deksel door de schroef een
kwartslag linksom te draaien.
Brandstoftank leeg
(diesel)
Bij auto's met dieselmotor is het in het geval
van een lege brandstoftank noodzakelijk om
het brandstofsysteem te ontluchten.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de Tankbeveiliging
(diesel) .
Als de motor niet direct aanslaat, beëindig
dan uw startpoging en herhaal de
procedure.
BlueHDi-motoren
F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter diesel.
F
Z
et het contact aan (zonder de motor te
st a r te n).
F
W
acht ongeveer 6 seconden en zet het
contact af.
F
H
erhaal de handelingen 10 keer.
F
B
edien de startmotor om de motor te
starten.
Storingen verhelpen
Page 269 of 404

267
2,0 HDi-motor
F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter diesel.
F
O
pen de motorkap.
F
M
aak indien nodig de sierkap los om de
handopvoerpomp te kunnen bereiken.
F
D
raai de ontluchtingsschroef los.
F
B
edien de handopvoerpomp tot u brandstof
door de transparante slang ziet stromen.
F
D
raai de ontluchtingsschroef weer vast.
F
B
edien de startmotor tot de motor aanslaat
(als de motor niet gelijk aanslaat, wacht dan
ongeveer 15 seconden en start de motor
opnieuw).
F
A
ls de motor na meerdere pogingen niet
aanslaat, bedien dan de handopvoerpomp
en ver volgens de startmotor opnieuw.
F
B
reng de sierkap weer aan en zorg er voor
dat deze goed wordt bevestigd.
F
S
luit de motorkap.
Boordgereedschap
Het boordgereedschap bestaat uit al het
gereedschap waarmee uw auto is geleverd.
De samenstelling er van is afhankelijk van de
uitrusting van uw auto:
-
bandenreparatieset;
-
reservewiel.
Beschikbaar gereedschap
1. Wielblokken om het wegrollen van de auto te
voorkomen (afhankelijk van de uitvoering).
2.
Dop voor de slotbouten (in het dashboardkastje)
(afhankelijk van de uitvoering).
Hiermee kunnen met behulp van de wielsleutel
de speciale slotbouten worden verwijderd.
3. Afneembaar sleepoog.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het slepen van de auto
en het gebruik van het afneembare sleepoog.
Uitvoeringen met een
bandenreparatieset:
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de bandenreparatieset .
4.
Bandenreparatieset.
Deze bestaat uit een 12V-compressor
en een flacon met afdichtmiddel om de
desbetreffende band tijdelijk te repareren
en op spanning te brengen.
8
Storingen verhelpen
Page 270 of 404

268
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het reser vewiel.Al het gereedschap is specifiek bestemd
voor uw auto. Van welk gereedschap uw
auto is voorzien, is afhankelijk van de
uitvoering van de auto.
Gebruik het niet voor andere doeleinden.
De krik mag uitsluitend worden gebruikt voor het
ver wisselen van een wiel met een beschadigde
band.
Gebruik niet een andere krik dan de door de
fabrikant geleverde krik.
Als de auto niet is voorzien van de originele krik,
neem dan contact op met het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats, om de door de
fabrikant voorgeschreven krik aan te schaffen.
De krik voldoet aan de Europese regelgeving zoals
deze is vastgelegd in de Richtlijn 2006/42/EG over
machines.
De krik is onderhoudsvrij.
Toegang tot het gereedschap
Een deel van het gereedschap is onder de
vloerplaat van de bagageruimte, tegen de
dorpel, opgeborgen.
De linker bak bevat de wielsleutel en het
verlengstuk ervan.
De rechter bak bevat de wielblokken en het
sleepoog.
Toegang:
F
o
pen de achterklep,
F
v
ouw de harmonicapanelen samen,
F
p
laats de stoelen van de derde zitrij,
F
m
aak het benodigde gereedschap los van
de dorpel van de bagageruimte.
Uitvoeringen met een
reser vewiel:
5. Wielsleutel.
Hiermee kan de wieldop worden
verwijderd en kunnen de wielbouten
worden losgedraaid.
6. Krik met geïntegreerde slinger.
Hiermee kan de auto worden opgekrikt.
7. Gereedschap voor het ver wijderen van
sierdoppen van wielbouten (afhankelijk
van de uitvoering).
Hiermee kunnen bij lichtmetalen velgen
de sierdoppen van de wielbouten worden
verwijderd.
8. Verlengstuk van de wielsleutel.
Hiermee kunt u de moer van de lierkabel
los- of vastdraaien.
Storingen verhelpen
Page 271 of 404

269
Uitvoeringen met een
bandenreparatieset
Uitvoering zonder opbergbak
Deze set bevindt zich in een tas achter de
linker stoel van de tweede zitrij.
F
K
lap de rugleuning op de zitting voor
toegang tot de tas.
Uitvoering met opbergbak
Deze set bevindt zich in de opbergbak vóór de
linker stoel van de tweede zitrij.
F
T
il het deksel van de opbergbak op voor
toegang tot de set.
Uitvoeringen met een reservewiel
F Voer eerst de handelingen uit voor toegang tot het reservewiel.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over het reser vewiel.
F
D
ruk op de knop om het deksel te
ontgrendelen.
F
H
oud de knop ingedrukt, schuif het deksel
naar het midden en verwijder het.
Deze gereedschapskist bevindt zich in het
midden van het reservewiel, onder de auto.
De kist bevat de krik en het gereedschap
voor het ver wijderen van de sierdoppen van
wielbouten.
Bandenreparatieset
De bandenreparatieset bestaat uit een
compressor en een flacon met afdichtmiddel.
Hiermee kunt u de band tijdelijk repareren
,
zodat u de dichtstbijzijnde garage kunt
bereiken.
Met deze reparatieset kunnen de meeste lekke
banden worden gerepareerd, als het lek zich in
het loopvlak of de hiel van de band bevindt.
De elektrische installatie van de auto biedt
de mogelijkheid een compressor aan te
sluiten en te gebruiken voor de duur die
nodig is om een gerepareerde lekke band
op spanning te brengen.
8
Storingen verhelpen
Page 272 of 404

270
Samenstelling van de set
1.12V-compressor, met geïntegreerde
manometer.
2. Flacon met afdichtmiddel, met
geïntegreerde slang.
3. Sticker met snelheidslimiet.
De sticker met snelheidslimiet moet in
het interieur, in het gezichtsveld van de
bestuurder, worden geplakt om hem/haar
te herinneren aan het feit dat de band
tijdelijk is gerepareerd.
Rijd na het repareren van een band met
de bandenreparatieset niet sneller dan
80
km/h.
Reparatiemethode
F Zet het contact af.
F Plak de sticker met snelheidslimiet in de auto.
F
R
ol de slang uit die onder de compressor is
opgeborgen.
F
H
aal het dopje van het ventiel van de lekke
band en bewaar het op een schone plaats.
F
S
luit de slang van de compressor aan op de
flacon met afdichtmiddel.
Ver wijder niet het voor werp dat de
lekkage heeft veroorzaakt uit de band. F
K
eer de flacon met afdichtmiddel om en
bevestig deze aan de desbetreffende
uitsparing van de compressor.
F
S
luit de slang van de flacon met
afdichtmiddel aan op het ventiel van de
lekke band en zet hem stevig vast.
Storingen verhelpen