Page 57 of 398

55
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Met deze functie kunt u uw auto
op afstand lokaliseren, wat vooral
praktisch is bij weinig licht. De auto
dient hiervoor wel vergrendeld te zijn.
Lokaliseren van de auto
F Druk op het gesloten hangslot op de afstandsbediening.
Hierna zullen gedurende ongeveer tien
seconden de plafonniers gaan branden en de
richtingaanwijzers gaan knipperen.
Verlaat om veiligheidsredenen
(kinderen in de auto) de auto nooit,
zelfs niet voor een korte tijd, zonder de
sleutel van het Keyless entry and
start-systeem mee te nemen.
Wees bedacht op diefstal als de sleutel
van het Keyless entry and start-
systeem zich binnen het detectiebereik
bevindt ter wijl uw auto ontgrendeld is.
om t
e voorkomen dat de batterij van
de elektronische sleutel ontladen raakt,
gaan de "Keyless entry"-functies over
in de waakfase als de auto langer dan
21
dagen niet is gebruikt. o
m d
e functies
weer te activeren, dient u op een van de
knoppen van de afstandsbediening te
drukken of de motor te starten met de
elektronische sleutel in de lezer.
2
toegang tot de auto
Page 58 of 398

56
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Volledig ontgrendelen
"Keyless entry and start" met de elektronische sleutel op zak
Systeem waarmee de auto ontgrendeld
(geopend), vergrendeld (gesloten) en gestart
kan worden zonder dat u de elektronische
sleutel tevoorschijn hoeft te halen.F
A
ls u de elektronische sleutel op zak
hebt binnen de detectiezone A , kunt u
de auto ontgrendelen door uw hand op
de achterzijde van een voorportiergreep
te leggen.
t
r
ek vervolgens aan de
portiergreep om het portier te openen.
De centrale vergrendeling werkt niet:
-
a
ls het contact is aangezet,
-
a
ls een van de portieren of de
achterklep nog geopend is,
-
a
ls een sleutel van het Keyless
entry and start-systeem zich nog in
de auto bevindt.
Als de auto is vergrendeld en per
ongeluk wordt ontgrendeld zonder dat
binnen ongeveer 30
seconden een van
de portieren wordt geopend, wordt de
auto automatisch weer vergrendeld.
Het alarmsysteem (indien aanwezig)
wordt in dat geval niet meer
ingeschakeld.
Het in- en uitklappen van
de buitenspiegels met de
afstandsbediening kan worden
uitgeschakeld door het P
e
ugeot
-
n
etwerk of een gekwalificeerde
werkplaats.Selectief ontgrendelen
Als de selectieve ontgrendeling van het bestuurdersportier is
geactiveerd:
F Wanneer de elektronische sleutel zich in de detectiezone
aan de bestuurderszijde bevindt, legt u uw hand achter
de portiergreep van het bestuurdersportier om alleen het
bestuurdersportier te ontgrendelen.
t
rek
vervolgens aan
de portiergreep om het portier te openen.
F Wanneer de elektronische sleutel zich in de detectiezone zich aan de passagierszijde bevindt en u uw hand achter
de portiergreep van het voorportier aan passagierszijde
legt, wordt de gehele auto ontgrendeld.
t
r
ek vervolgens
aan de portiergreep om het portier te openen.
Standaard is de volledige ontgrendeling geselecteerd.
Deze instelling kan worden uitgevoerd via het menu
"Rijhulpsysteem" en vervolgens "Configuratie
auto" en "Toegang auto" .
Druk op deze toets om aanvullende
informatie weer te geven.
Het ontgrendelen wordt bevestigd door
het gedurende enkele seconden snel
knipperen van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering van
uw auto worden de buitenspiegels
uitgeklapt en wordt het inbraakalarm
uitgeschakeld.
toegang tot de auto
Page 59 of 398

57
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Vergrendelen
F Druk, als de sleutel zich binnen het detectiegebied A bevindt, met een van uw
vingers op een van de voorportiergrepen
(bij de merktekens) om de auto te
vergrendelen.
H
oud uw vinger op de portiergreep tot de
ruiten volledig gesloten zijn.
Het vergrendelen wordt bevestigd
door het gedurende enkele seconden
branden van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering worden de
buitenspiegels ingeklapt en wordt het
inbraakalarm ingeschakeld.Let erop dat niemand het correcte
sluiten van de ruiten in de weg staat.
Zorg ervoor dat kinderen zich tijdens
het bedienen van de ruit niet kunnen
bezeren.
om
wille van de veiligheid en ter
voorkoming van diefstal: laat nooit de
elektronische sleutel in de auto achter,
ook niet wanneer u in de buurt bent.
Het is raadzaam de sleutel bij u te houden.
Als een portier of de achterklep niet
goed is gesloten, zal met draaiende
motor of als de auto sneller dan
10
km/h rijdt gedurende enkele
seconden een melding worden
weergegeven. F
D ruk, als de sleutel zich in de
detectiezone A bevindt, op de
vergrendelingsknop van de achterklep
om de auto te vergrendelen.
2
toegang tot de auto
Page 60 of 398

58
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Supervergrendeling
De supervergrendeling blokkeert het van
buitenaf en van binnenuit openen van de
portieren.
Als de supervergrendeling is ingeschakeld,
is ook de vergrendelingsschakelaar in het
interieur buiten werking.
Schakel daarom nooit de supervergrendeling
in als er zich iemand in de auto bevindt.
Met de afstandsbediening
F Druk op het gesloten hangslot om de auto volledig te
vergrendelen.
H
oud het hangslot ingedrukt om
de ramen te sluiten.
Met het Keyless entry and start-systeem
Via de portieren:
F D ruk, als de elektronische sleutel zich in de
detectiezone A bevindt, met een vinger op
de portiergreep (bij de merktekens) om de
auto te vergrendelen.
F
D
ruk binnen vijf seconden nogmaals op de
portiergreep om de supervergrendeling in
te schakelen.
Zorg ervoor dat het correct sluiten van
de ramen niet gehinderd wordt door
personen.
Let op in de auto aanwezige kinderen
wanneer u de ramen sluit.
F
D
ruk binnen 5
seconden nogmaals
op het gesloten hangslot om de
supervergrendeling van de auto in te
schakelen.
Vuil (vocht, stof, modder, zout, ...) op de binnenzijde van de portiergreep kan de detectie
negatief beïnvloeden.
Als na het reinigen van de binnenzijde van de portiergreep met een doek de detectie niet
verbetert, raadpleeg dan het P
e
ugeot
-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Plotseling contact met water (waterstraal, hogedrukspuit, ...) kan door het systeem worden
beschouwd als een verzoek om ontgrendelen van de auto. Via de achterklep:
F
D ruk, als de sleutel zich in de detectiezone A
bevindt, op de vergrendelingsknop van de
achterklep om de auto te vergrendelen.
F
D
ruk binnen vijf seconden nogmaals op de
vergrendelingsknop van de achterklep om
de supervergrendeling van de auto in te
schakelen.
toegang tot de auto
Page 61 of 398

59
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Achterklep
F ontgrendel de auto met de afstandsbediening, druk op de
schakelaar voor het openen en
open de achterklep.
Openen met de "Keyless
entry and start"-
afstandsbediening
F Druk op deze knop; de auto
wordt ontgrendeld.
Openen met de sleutel
Standaard wordt de auto volledig ontgrendeld.
Deze instelling kan worden uitgevoerd via
het menu " Rijhulpsysteem " en vervolgens
" Configuratie auto " en "Toegang auto ".
Volledig ontgrendelen
Selectief ontgrendelen
F Druk op deze knop; de
achterklep wordt ontgrendeld.
Druk op deze toets om aanvullende
informatie weer te geven.
F
D
ruk op de schakelaar voor het openen en
open de achterklep.
F
D
ruk op de schakelaar voor het openen en
open de achterklep.
Volledige ontgrendeling
F Druk op de schakelaar voor het openen ter wijl de elektronische sleutel zich in
het detectiegebied A bevindt en open
vervolgens de achterklep.
Openen met het Keyless
entry and start-systeem
Standaard is de volledige ontgrendeling geactiveerd.
Deze instelling kan worden uitgevoerd via het menu
"Rijhulpsysteem" en vervolgens "Configuratie
auto" en "Toegang auto" .
Selectieve ontgrendeling
2
toegang tot de auto
Page 62 of 398

60
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Als de ontgrendeling van alleen de achterklep
is geactiveerd:
F
D
ruk, als de elektronische sleutel zich in de
detectiezone A bevindt, op de knop voor
het openen van de achterklep om alleen
de achterklep te ontgrendelen en beweeg
vervolgens de achterklep omhoog.
Het ontgrendelen wordt gesignaleerd door het
gedurende enkele seconden snel knipperen
van de richtingaanwijzers.
Druk op deze toets om aanvullende
informatie weer te geven.
Sluiten
F trek de achterklep omlaag met behulp van een van de handgrepen aan de
binnenzijde.
Als de achterklep niet goed is gesloten (het
slot heeft twee standen), wordt bij draaiende
motor of tijdens het rijden (snelheid hoger
dan 10
km/h) gedurende enkele seconden een
melding weergegeven.
Noodbediening
Ontgrendelen
F Klap de achterbank naar voren om bij het slot in de bagageruimte te komen.
F
S
teek een kleine schroevendraaier in de
opening A van het slot om de achterklep te
ontgrendelen.
F
V
erplaats de nok naar rechts.
Vergrendeling na het sluiten
Wanneer de achterklep weer wordt gesloten,
wordt deze weer vergrendeld als het probleem
niet is verholpen.Hiermee kan bij een lege accu of een eventuele
storing in het systeem van de centrale
vergrendeling de achterklep mechanisch
ontgrendeld worden.
F
D
ruk, als de sleutel zich in de detectiezone
A bevindt, op de vergrendelingsknop van
de achterklep om de auto te vergrendelen.
Het vergrendelen wordt gesignaleerd door het
gedurende enkele seconden knipperen van de
richtingaanwijzers.
Vergrendelen met Keyless
entry and start
toegang tot de auto
Page 63 of 398

61
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Noodsleutel
Openen/sluiten met de
geïntegreerde sleutel van het
Keyless entry and start-systeem
Met de geïntegreerde sleutel kan de auto
vergrendeld en ontgrendeld worden als de
elektronische sleutel niet werkt:
-
l
ege batterij, accu ontladen of
losgekoppeld, ...
-
a
uto bevindt zich in een omgeving met veel
elektromagnetische straling.
F
t
r
ek aan de knop 1 en wacht tot de
geïntegreerde sleutel 2
naar buiten komt.
Vergrendelen van het
bestuurdersportier
F Steek de geïntegreerde sleutel in het portierslot en draai deze rechtsom.
Ontgrendelen van het
bestuurdersportier
F Steek de geïntegreerde sleutel in het portierslot en draai deze linksom.
Vergrendelen van het portier aan
passagierszijde
F open de portieren.
F
C ontroleer of de kinderbeveiliging van de
achterportieren niet geactiveerd is.
F
S
teek de geïntegreerde sleutel in het
slot op de zijkant van het portier en draai
de sleutel een achtste omwenteling
rechtsom (achterportier rechts) of linksom
(achterportier links).
F
S
luit de portieren en controleer van
buitenaf of de auto goed is vergrendeld.
Als het inbraakalarm is geactiveerd, zal het
geluidssignaal dat klinkt bij het met de sleutel
(geïntegreerd in de afstandsbediening) openen van
een portier, bij het aanzetten van het contact stoppen.
Ontgrendelen van het portier aan
passagierszijde
F trek aan de portiergreep aan de
binnenzijde.
Zie de desbetreffende rubriek
voor meer informatie over de
kinderbeveiliging.
2
toegang tot de auto
Page 64 of 398

62
308_nl_Chap02_ouvertures_ed02-2015
Batterij vervangen
Batterij ref.: CR2032 / 3 V.
D eze batterij is via het Pe ugeot- netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats verkrijgbaar.
Als de batterij vervangen moet worden, wordt u
gewaarschuwd door een melding op het display
van het instrumentenpaneel.
F
W
ip het deksel met een kleine
schroevendraaier bij de uitsparing los.
F
V
erwijder het deksel.
F
V
erwijder de lege batterij.
F
P
laats een nieuwe batterij in de juiste
richting in de houder.
F
D
ruk het deksel vast.
go
oi de lege batterijen van de
afstandsbediening niet weg: ze bevatten
metalen die schadelijk zijn voor het milieu.
Lever lege batterijen in bij een speciaal
verzamelpunt.
Na het losnemen en weer aansluiten van de accukabels,
het vervangen van de batterij van de afstandsbediening
of een storing in de afstandsbediening kan de auto
niet meer met de afstandsbediening ontgrendeld,
vergrendeld en gelokaliseerd worden.
F Steek eerst de mechanische sleutel (ondergebracht in de afstandsbediening)
in het slot om de auto te ontgrendelen.
F
V
erwijder de bekleding onder de
12V-aansluiting.
F
P
laats de elektronische sleutel in de
desbetreffende houder.
F
Z
et het contact aan door op de knop
"S
tA
R
t/
S
t
o
P
" te drukken.
De elektronische sleutel werkt nu weer.
Storing in en resetten van
de afstandsbediening
Raadpleeg zo snel mogelijk het Pe ugeot- netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats als de storing niet is verholpen.
toegang tot de auto