Page 89 of 191

Instrumenten en bedieningsorganen87Het mistachterlicht is ingeschakeld
3 98.
Cruise control
m brandt groen.
Het systeem wordt ingeschakeld.
Afhankelijk van de versie kan er een
bericht op het Driver Information Cen‐
ter (DIC) 3 87 verschijnen.
Cruise control 3 125.
Portier open
( brandt rood.
Brandt bij geopende portieren of een
geopende motorkap of achterklep.
Afhankelijk van de versie kan er een
waarschuwingsbericht op het Driver Information Center (DIC) 3 87 ver‐
schijnen.
Wanneer de auto gaat rijden, klinkt er
ook een geluidssignaal.Informatiedisplays
Driver Information Center
Het Driver Information Center (DIC)
zit in de instrumentengroep tussen de
snelheidsmeter en de toerenteller. Er
zijn twee versies verkrijgbaar, een
standaardversie
en een multifunctionele versie met
meer aanpasbare instellingen.
Sommige weergegeven functies ver‐
schillen tussen onderweg en stilstand
van de auto. Sommige opties zijn al‐
leen onderweg beschikbaar.
Afhankelijk van de versie kunnen de
volgende punten op het display ver‐
schijnen:
● kilometerteller, dagteller 3 73
● klok 3 69
● buitentemperatuur 3 69, 3 94
● koplampverstelling 3 97
● versnellingsbakdisplay 3 117
Page 90 of 191

88Instrumenten en bedieningsorganen● lampje Stop/Start-systeem3 112
● boordinformatie 3 93
● tripcomputer 3 94
Menu's en opties selecteren
U selecteert de menu's en opties met
de toetsen op het instrumentenbord.Druk op SETq:
● één keer voor het instellingen‐ menu
● nogmaals indrukken voor een menuoptie en submenuopties
● na wijzigingen nogmaals kort in‐ drukken om een waarde te be‐
vestigen en automatisch terug
naar het vorige scherm van het
display te gaan
Houd eventueel SETq ingedrukt om
terug naar het vorige scherm van het
display te gaan zonder wijzigingen in
de huidige menuoptie op te slaan.
Let op
Na een bepaalde tijd wordt het menu
Instellingen automatisch afgesloten.
Alleen wijzigingen die al via SETq
bevestigd zijn, worden opgeslagen.
Druk op R om op het scherm omhoog
te bladeren of om de weergegeven
waarde te verhogen. Ingedrukt hou‐
den om de waarde snel te verhogen
(opnieuw indrukken om op de gewen‐ ste waarde te stoppen).
Druk op S om op het scherm omlaag
te bladeren of om de weergegeven
waarde te verlagen. Ingedrukt hou‐
den om de waarde snel te verlagen
(opnieuw indrukken om op de gewen‐ ste waarde te stoppen).
Page 91 of 191

Instrumenten en bedieningsorganen89Opties menu Instellingen -
standaardversie
Het menu Instellingen bevat de vol‐
gende opties:
● ILLU
● SPEEd
● HOUR
● UNIT
● bUZZ
● BAG P
● DRL
ILLU (helderheid van
interieurverlichting)
Hiermee stelt u bij 's nachts rijden met
dimlicht de helderheid van de interi‐
eurverlichting van de auto in (bijv. in‐
strumentenbord, display klimaatrege‐
ling).
SPEEd (geluidssignaal
maximumsnelheid)
Hiermee activeert of deactiveert u het geluidssignaal voor de maximum‐
snelheid of wijzigt u de maximumsnel‐heid. Snelheden tussen 30 en
200 km/u kunnen worden opgesla‐
gen.
Na het activeren wordt de bestuurder bij het overschrijden van de maxi‐mumsnelheid gewaarschuwd meteen geluidssignaal.
Na het selecteren van deze menu‐
optie activeert of deactiveert u de functie (op Aan of Uit zetten) en be‐
vestigt u de geselecteerde optie.
Druk op SETq na het activeren
( Aan ) om naar de huidige ingestelde
snelheid te gaan. Pas deze naar
keuze aan en bevestig de nieuwe
waarde.
Geluidssignalen 3 93.
HOUR (klok instellen)
Hiermee stelt u de uren in (waarde
knippert) en bevestigt u de nieuwe
waarde. Hiermee stelt u de minuten in (waarde knippert) en bevestigt u de
nieuwe waarde.
Klok 3 69.
UNIT (maateenheid)
Hiermee stelt u de maateenheid op
km of miles in.bUZZ (volume geluidssignalen)
Hiermee stelt u het volume van ge‐
luidssignalen in en bevestigt u de
nieuwe waarde. Er zijn 8 niveaus be‐
schikbaar.
Ook klinkt er elke keer bij het indruk‐
ken van SETq, R of S een geluids‐
signaal.
Geluidssignalen 3 93.
BAG P (frontairbag en sidebag
passagier activeren/deactiveren)
Activeert de frontpassagiersairbags als er een volwassene op de passa‐
giersstoel voor zit. Deactiveer de air‐
bags wanneer er een kinderveilig‐
heidssysteem op deze stoel staat.9 Gevaar
Kans op dodelijk letsel voor een
kind in een kinderzitje op de pas‐
sagiersstoel met geactiveerde air‐ bag.
Kans op dodelijk letsel voor een
volwassene op de passagiersstoel met gedeactiveerde airbag.
Page 92 of 191

90Instrumenten en bedieningsorganenActiveer of deactiveer in deze menu‐
optie de airbags ( BAG P Aan of BAG
P Uit ) en bevestig uw keuze; er ver‐
schijnt een bevestigingsbericht op het display. Selecteer JA (wijzigingen be‐
vestigen) of Nee (wijzigingen annule‐
ren).
Airbag deactiveren 3 51.
DRL (dagrijlicht)
Activeer het dagrijlicht om bij daglicht beter zichtbaar te zijn (op Aan zetten).
Deactiveren als dit niet nodig is (op
UIT zetten).
Dagrijlicht 3 97.
Opties menu Instellingen - multifunctionele versie
Het menu Instellingen bevat de vol‐
gende opties:
● Verlichting
● Snelheidspiep
● Gegevens trip B
● Stel uur in
● Datum instellen
● Radio-info
● Autoclose●Maateenheid
● Taal
● Waarschuwingsvolume
● Knopvolume
● Zoemer veiligheidsgordels
● Service
● Passagiersairbag
● Dagrijlicht
● Menu Afsluiten
VERLICHTING (helderheid van
interieurverlichting)
Hiermee stelt u bij 's nachts rijden met
dimlicht de helderheid van de interi‐
eurverlichting van de auto in (bijv. in‐
strumentenbord, display klimaatrege‐ ling).
U kunt de helderheid ook wijzigen
door R of S in te drukken zonder naar
het menu Instellingen te gaan.
SNELHEIDSPIEP (geluidssignaal
maximumsnelheid)
Hiermee activeert of deactiveert u het
geluidssignaal voor de maximum‐
snelheid of wijzigt u de maximumsnel‐heid. Snelheden tussen 30 en
200 km/u kunnen worden opgesla‐ gen.
Na het activeren wordt de bestuurder
bij het overschrijden van de maxi‐
mumsnelheid gewaarschuwd met
een geluidssignaal.
Na het selecteren van deze menu‐
optie activeert of deactiveert u de functie (op Aan of Uit zetten) en be‐
vestigt u de geselecteerde optie.
Druk op SETq na het activeren
( Aan ) om naar de huidige ingestelde
snelheid te gaan. Pas deze naar
keuze aan en bevestig de nieuwe
waarde.
Geluidssignalen 3 93.
GEGEVENS TRIP B
Hiermee activeert of deactiveert u de
tweede tripcomputer (op Aan of Uit
zetten).
Trip B houdt het gemiddelde verbruik, de afgelegde afstand, de gemiddelde
snelheid en de reistijd bij. De meting
kan op ieder gewenst moment op‐
nieuw gestart worden. Boordcompu‐
ter 3 94.
Page 93 of 191

Instrumenten en bedieningsorganen91TIJD INSTELLEN (klok en klokmodusinstellen)
Na het selecteren van deze menu‐
optie kunt u de tijd instellen of de klok‐
modus op 12 uurs- of 24 uursweer‐
gave instellen.
Selecteer Tijd en bevestig. Hiermee
stelt u de uren in (waarde knippert) en bevestigt u de nieuwe waarde. Hier‐
mee stelt u de minuten in (waarde
knippert) en bevestigt u de nieuwe
waarde.
Selecteer Modus en bevestig. Selec‐
teer 12h of 24h en bevestig.
Klok 3 69.
DATUM INSTELLEN
Hiermee stelt u het jaar in (waarde
knippert) en bevestigt u de nieuwe
waarde. Hiermee stelt u de maand in
(waarde knippert) en bevestigt u de
nieuwe waarde. Hiermee stelt u de
dag in (waarde knippert) en bevestigt
u de nieuwe waarde.RADIO INFO (audio- en radio-
informatie weergeven)
Hiermee activeert u de radio-info (op
Aan zetten) voor het weergeven van
audio- en radio-informatie (bijv. zen‐
derfrequentie, RDS-berichten, track‐
nummer). Deactiveren als dit niet no‐ dig is (op UIT zetten).
AUTOCLOSE (automatische
centrale vergrendeling onderweg)
Activeer de autoclose-functie (op
Aan zetten) om de portieren automa‐
tisch te vergrendelen bij een snelheid van meer dan 20 km/u. Deactiveren
als dit niet nodig is (op UIT zetten).
MAATEENHEID (voor afstand,
brandstofverbruik en temperatuur)
In deze menuoptie kunt u de maat‐
eenheid voor afstand, brandstofver‐ bruik en temperatuur instellen.
Selecteer Afstand en bevestig. Stel
de maateenheid in op km of mi (miles)
en bevestig.
Selecteer Verbruik en bevestig. Wan‐
neer de eenheid voor Afstand op km
is ingesteld, kunt u de eenheid voor
brandstofverbruik op l/100km of km/l
instellen. Wanneer de eenheid voorAfstand op mi (miles) is ingesteld,
verschijnt het brandstofverbruik in
mpg .
Selecteer Temperatuur en bevestig.
Stel de maateenheid in op °C of °F en
bevestig.
TAAL
Selecteerbare talen zijn onder an‐ dere: Engels, Duits, Frans, Italiaans,
Portugees, Spaans, Nederlands,
Pools en Turks. Selecteer de gewen‐ ste taal en bevestig.
WAARSCHUWINGSVOLUME
(volume geluidssignalen)
Hiermee stelt u het volume van ge‐
luidssignalen in en bevestigt u de
nieuwe waarde. Er zijn 8 niveaus be‐
schikbaar.
Geluidssignalen 3 93.
KNOPVOLUME
Elke keer bij het indrukken van
SET q, R of S klinkt er een geluids‐
signaal.
Page 94 of 191

92Instrumenten en bedieningsorganenHiermee stelt u het volume van deze
geluidssignalen in en bevestigt u de
nieuwe waarde. Er zijn 8 niveaus be‐
schikbaar.
Geluidssignalen 3 93.
ZOEMER VEILIGHEIDSGORDELS
(geluidssignaal voor gordelverklikker
bestuurders- en/of passagiersstoel
opnieuw activeren)
Deze menuoptie is alleen beschik‐
baar wanneer de gordelverklikker al
door een werkplaats gedeactiveerd
is.
Na het opnieuw activeren wordt/-en
de bestuurder en/of de passagier ge‐
waarschuwd met een geluidssignaal
als de betreffende veiligheidsgordel
niet is omgedaan.
Gordelverklikker 3 79.
SERVICE (afstand tot volgende
onderhoudsbeurt)
In deze menuoptie ziet u de reste‐
rende afstand tot de volgende onder‐ houdsbeurt.De afstand tot de volgende onder‐
houdsbeurt wordt ook automatisch
weergegeven wanneer de afstand
2.000 km bereikt en wordt elke vol‐
gende 200 km herhaald.
Service-display 3 75.
PASSAGIERSAIRBAG (frontairbag
en sidebag passagier activeren/
deactiveren)
Activeert de frontpassagiersairbags als er een volwassene op de passa‐
giersstoel voor zit. Deactiveer de air‐
bags wanneer er een kinderveilig‐
heidssysteem op deze stoel staat.9 Gevaar
Kans op dodelijk letsel voor een
kind in een kinderzitje op de pas‐
sagiersstoel met geactiveerde air‐ bag.
Kans op dodelijk letsel voor een
volwassene op de passagiersstoel met gedeactiveerde airbag.
Activeer of deactiveer in deze menu‐optie de airbags ( Bag Pass Aan of
Bag Pass Uit ) en bevestig uw keuze;
er verschijnt een bevestigingsbericht
op het display. Selecteer JA (wijzigin‐
gen bevestigen) of Nee (wijzigingen
annuleren).
Airbag deactiveren 3 51.
DAGRIJLICHT
Activeer het dagrijlicht om bij daglicht beter zichtbaar te zijn (op Aan zetten).
Deactiveren als dit niet nodig is (op
UIT zetten).
Dagrijlicht 3 97.
MENU AFSLUITEN Via deze menuoptie sluit u het menu
Instellingen af.
Page 95 of 191

Instrumenten en bedieningsorganen93Boordinformatie
Geluidssignalen Er klinkt slechts één geluidssignaal
tegelijk.
Het geluidssignaal voor niet gedra‐
gen veiligheidsgordels geniet de pri‐
oriteit boven alle andere geluidssig‐
nalen.
Bij het starten van de motor of
tijdens het rijden
● Wanneer de veiligheidsgordel niet wordt gedragen.
● Bij aangetrokken handrem vanaf een bepaalde snelheid.
● Wanneer de parkeerhulp een ob‐
stakel herkent.
● Als er een storing in de parkeer‐ hulp wordt gedetecteerd.
● Als bij het wegrijden een van de portieren, de motorkap of de ach‐terklep niet goed gesloten is.
● Als de snelheid korte tijd een be‐
paalde limiet overschrijdt.● Als het Stop/Start-systeem de motor niet automatisch opnieuwkan starten.
● Auto's met geautomatiseerde versnellingsbak; rempedaal is bij
het starten van de motor niet in‐
getrapt.
● Auto's met geautomatiseerde versnellingsbak; bij het wegrijdenof onderweg is een onjuiste ver‐
snelling geselecteerd.
● Auto's met geautomatiseerde versnellingsbak; wanneer de
auto stilstaat, als de motor loopt
en er een versnelling ingescha‐
keld is: transmissie schakelt in
bepaalde situaties automatisch
N in.
● Als de koppeling bij auto's met geautomatiseerde versnellings‐
bak oververhit is.
● Bij een transmissiestoring bij au‐ to's met geautomatiseerde ver‐
snellingsbak.
● Als er een waarschuwingsbe‐ richt, bijv. lage bandenspanning,
op het Driver Information Center
(DIC) verschijnt.Bij het parkeren van de auto
en/of het openen van het
bestuurdersportier
● Als de contactsleutel nog in het contactslot steekt.
Berichten
brandstofsysteem
BrandstofblokkeersysteemBij een in zekere mate ernstige bot‐sing wordt omwille van de veiligheid
het brandstofsysteem geblokkeerd
en wordt de motor automatisch uitge‐
schakeld.
Controlelamp 9 3 78 licht op als de
brandstofblokkeerschakelaar wordt geactiveerd en, afhankelijk van de
versie, er kan ook een bijbehorend
waarschuwingsbericht op het Driver
Information Center (DIC) 3 87 ver‐
schijnen.
Zie " Motor afzetten " om het brand‐
stofblokkeersysteem terug te zetten
en met de auto te kunnen rijden
3 111.
Page 96 of 191

94Instrumenten en bedieningsorganenTripcomputerDe boordcomputer geeft informatie
over rijgegevens die voortdurend ge‐
registreerd en elektronisch verwerkt
worden.
Afhankelijk van de versie kunnen de
volgende functies worden geselec‐
teerd door TRIP op het uiteinde van
de wisserhendel meerdere malen in
te drukken:
Standaardversie ● buitentemperatuur
● gemiddeld verbruik
● momentaan verbruik
● actieradius
● afgelegde afstand
● gemiddelde snelheid
● reistijd (rijtijd)
Multifunctionele versie Twee dagtellers, trip A en trip B, kun‐
nen worden geselecteerd en worden
apart bijgehouden.
U kunt de informatie van de twee trip‐
computers onafhankelijk van elkaar
resetten, waardoor u de afstanden
van verschillende trips kunt bekijken.
Trip A ● buitentemperatuur
● gemiddeld verbruik
● momentaan verbruik
● actieradius
● afgelegde afstand
● gemiddelde snelheid
● reistijd (rijtijd)
Trip B ● gemiddeld verbruik
● afgelegde afstand● gemiddelde snelheid
● reistijd (rijtijd)
Trip B kan worden gedeactiveerd via
het Driver Information Center (DIC) 3 87.
Informatie boordcomputer
resetten
Reset de tripcomputer door één van
de functies te selecteren en gedu‐
rende enkele seconden TRIP inge‐
drukt te houden.