Page 73 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
7-15
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
3 .Al s de koelvloei stof op of beneden de
merk streep voor minim umnive au
s taat, verwijder d an de voetpl aatmat
aan de linkerzijde door deze omhoog
te trekken. 4. Verwijder de
afdekk ap over het koel-
vloei stofre servoir door de schroef lo s
te h alen.
5. Open de dop v an het koelvloei stofre-
s ervoir, vu l koelvloei stof bij tot aan de
merk streep voor m axim umnive au, en
s lu it d an de dop v an het koelvloei stof-
re servoir weer. WAARSCHUWING!
Verwijder alleen de dop van het
koelvloeistofreservoir. Probeer
nooit om de radiatorvuldop te ver-
wijderen als de motor koud
is.
[DWA15162]
LET OP: Als er geen koel-
vloeistof aanwezig is, gebruik dan
in plaats daarvan gedistilleerd wa-
ter of onthard leidingwater. Gebruik
geen hard water of zout water, dit is
schadelijk voor de motor. Als er in plaats van koelvloeistof water is ge-
bruikt, vervang dit dan zo snel mo-
gelijk door koelvloeistof, anders is
het systeem niet beschermd tegen
vorst en corrosie. Als er water aan
de koelvloeistof is toegevoegd, laat
dan een Yamaha dealer zo snel mo-
gelijk het antivriesgehalte van de
koelvloeistof controleren om te
voorkomen dat de effectiviteit van
de koelvloeistof afneemt.
[DCA10473
]
6. Monteer het koelvloei stofre servoir
door de s chroef aan te brengen.
7. Pl aats de voetpl aatmat aan de linker-
1. Kijkgl as koelvloei stofnive au
2. Merk streep m aximumnive au
3.Merk streep minim umniveau
1. M at op de voetpl aat
1
2
3
1
1. K ap koelvloei stofre servoir
2. Schroef
1
2
1. Dop koelvloei stofre servoirInhoud koelvloeistofreservoir (tot
aan de merkstreep voor maximumni-
veau):
0.27 L (0.29 US qt, 0.24 Imp.qt)
1
2PW-9-D0_1.book 15 ページ 2015年2月20日 金曜日 午前11時19分
Page 74 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
7-16
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
zijde in de oor spronkelijke po sitie en
dr uk deze oml aag vast.
DAU520 31
Het luchtfilterelement vervangenHet l uchtfilterelement moet worden verv an-
gen volgens de intervalperioden vermeld in
het periodieke smeer- en onderho udss che-
m a. Verv ang het l uchtfilterelement v aker als
u in zeer stoffige of vochtige ge bieden rijdt.
Om het luchtfilterelement te vervangen 1. Verwijder p aneel C. (Zie p agina 7-8.)
2. Verwijder het l uchtfilterdek sel door de
s chroeven te verwijderen.
3 .Trek het l uchtfilterelement u it.4. Breng een nie
uw lu chtfilterelement
aa n in het l uchtfilterh uis . LET OP:
Zorg ervoor dat het filterelement
goed aanligt in het luchtfilterhuis.
Laat de motor nooit draaien met het
luchtfilterelement uitgenomen,
hierdoor kunnen de zuiger(s) en/of
cilinder(s) overmatig versleten ra-
ken.
[DCA104 82]
5. Monteer het l uchtfilterdek sel door de
s chroeven aan te brengen.
6. Monteer het p aneel.
1. Schroef
2. Luchtfilterdek sel
1
1 2
1. Luchtfilterelement
1
2PW-9-D0_1.book 16 ページ 2015年2月20日 金曜日 午前11時19分
Page 75 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
7-17
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
DAU33 483
S tationair toerentalHet sta tion air toerent al moet als volgt wor-
den gecontroleerd en event ueel afge steld
volgens de interv alperioden vermeld in het
periodieke smeer- en onderho udss chem a.
De motor moet w arm zijn om deze afs telling
te verrichten. 1. Verwijder p aneel D. (Zie p agina 7-8.)
2. Controleer het sta tiona ir toerent al en
s tel dit indien nodig volgen s de specifi-
c a tie af door de sta tion airstel schroef te
dr aa ien. Dr aai de schroef in de richting
( a ) om het sta tion air toerent al te verho-
gen. Dr aai de s ch
roef in de richting (b )
om het s ta tion air toerent al te verl agen.
OPMERKINGAl s het voorge schreven sta tion air toerent al
niet h aalbaar i s volgen s de hier boven be-
s chreven werkwijze, vraa g dan eenY am aha de aler de afs telling uit te voeren.
3 . Monteer het p aneel.
DAU21 385
De vrije slag van de gasgreep
controlerenDe vrije s la g v an de gas greep dient bij de
b innenr and v an de g asgreep 3.0–5.0 mm
(0.12–0.20 in) te b edragen. Controleer de
vrije sla g v an de gas greep regelm atig en
l aat de vrije s la g indien nodig afs tellen door
een Y am aha de aler.
1. Stationair stel schroefS tationair toerental:
1100–13 00 tpm
1(a)(b)
1. Vrije
slag v an gas greep
1
2PW-9-D0_1.book 17 ページ 2015年2月20日 金曜日 午前11時19分
Page 76 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
7-1 8
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
DAU21402
KlepspelingDe klep speling k an tijden s ge bru ik g aan af-
wijken, w aardoor de l ucht/b ra nds tof-ver-
hou ding k an ver anderen en/of het
motorgel uid toeneemt. Om dit te voorko-
men moet de klep speling door een Y am aha
dea ler worden afge steld volgen s de inter-
v a lperioden vermeld in het periodieke
s meer- en onderho udss chem a.
DAU51 973
BandenB anden zijn het enige cont act t uss en de
m achine en het wegdek. Veiligheid onder
a lle rijom sta ndigheden h angt af v an een re-
l a tief klein cont actoppervl ak met het weg-
dek. Het i s d aarom e ssentieel om de
banden te allen tijde in een goede conditie
te hou den en deze op tijd te verv angen door
de voorge schreven banden.
Bandenspanning
De bandens panning moet voor elke rit wor-
den gecontroleerd en indien nodig worden
b ijge steld.
WAARSCHUWING
DWA10504
Rijden met deze machine met een on-
juiste bandenspanning kan leiden tot
verlies van de controle met mogelijk ern-
stig letsel of overlijden tot gevolg.
De bandspanning moet worden ge-
controleerd en afgesteld terwijl de
banden koud zijn (wanneer de tem-
peratuur van de banden gelijk is
aan de omgevingstemperatuur).
De bandspanning moet worden
aangepast aan de rijsnelheid en het
totale gewicht van rijder, passagier,
bagage en accessoires dat voor ditmodel is vastgesteld.
WAARSCHUWING
DWA10512
Belaad uw machine nooit te zwaar. Rij-
den met een te zwaar belaste machinekan leiden tot een ongeval. Bandenspanning (gemeten op koude
banden):
0–90 kg (0–198 lb):Voor:
225 kP a (2.25 kgf/cm
2, 33 p si)
Achter: 250 kP a (2.50 kgf/cm2, 3 6 ps i)
XP500 90–196 kg (198–432 lb)
XP500A 90–193 kg (198–425 lb): Voor:
225 kP a (2.25 kgf/cm2, 33 p si)
Achter: 280 kP a (2. 80 kgf/cm2, 41 p si)
Maximale belasting*: XP500 1 96 kg (4 32 l b)
XP500A 1 93 kg (425 l b)
*Tot aal gewicht v an bestuurder, p as-
sa gier, bag age en acce ssoire s
2PW-9-D0_1.book 18 ページ 2015年2月20日 金曜日 午前11時19分
Page 77 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
7-1 9
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
Inspectie van banden
Voor elke rit moeten de banden worden ge-
controleerd. Als de bandprofieldiepte op het
midden v an de band de vermelde limiet
heeft bereikt, de band spijker s of s tu kje s
gl as b ev at of w anneer de w ang v an de band
s che urtje s vertoont, moet de band onmid-
dellijk door een Y am aha de aler worden ver-
v a ngen.OPMERKINGDe slijt agelimiet voor ba ndprofieldiepte is
voor diver se l anden ver schillend. Neem al-
tijd de lok ale voor schriften in a cht.
WAARSCHUWING
DWA10472
Laat sterk versleten banden door
een Yamaha dealer vervangen. Rij-
den op een machine met versleten
banden is niet alleen verboden,
maar dit heeft ook een averechts ef-
fect op de rijstabiliteit, waardoor u
de macht over het stuur zou kunnen
verliezen.
De vervanging van onderdelen van
wielen en remmen, inclusief ban-
den, dient te worden overgelaten
aan een Yamaha dealer, die over de
nodige vakkundige kennis en erva-
ring beschikt om dit te doen.
Rijd niet te snel direct na het verwis-
selen van een band. Het bandopper-
vlak dient eerst te zijn ingereden
voordat het zijn optimale eigen-schappen verkrijgt.
Bandeninformatie
Dit model i s u itger ust met tubeless banden
en bandventielen.
B anden vero uderen, zelf s als ze niet of
s lecht s s por adi sch zijn geb ru ikt. Sche uren
in het r ubber v an het loopvla k en de wang
v a n de band, som s in com bin atie met ver- vorming v
an het k arkas , zijn een teken v an
vero udering. O ude banden moeten worden
gecontroleerd door bandenspecialis ten om
n a te g aan of ze ge schikt zijn voor verder
geb ru ik.
WAARSCHUWING
DWA16101
Monteer altijd voor- en achterban-
den van hetzelfde merk en type.
Verschillende banden kunnen het
weggedrag van de machine veran-
deren, wat kan leiden tot een onge-
val.
Controleer altijd of de ventieldopjes
stevig zijn bevestigd om zo lucht-
lekkage te voorkomen.
Gebruik uitsluitend de hierna ver-
melde bandventielen en luchtven-
tielbuisjes om te voorkomen dat debanden onder het rijden leeglopen.
N a u itgeb reide te sts zijn alleen de hieronder
vermelde banden door Y am ah a goedge-
ke urd voor dit model.
1. W ang v an band
2. B andprofieldiepteMinimale bandprofieldiepte (voor en
achter):
1.6 mm (0.06 in)
1 2
2PW-9-D0_1.book 19 ページ 2015年2月20日 金曜日 午前11時19分
Page 78 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
7-20
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
DAU51 921
GietwielenLet ten aanzien v an de voorge schreven
wielen op het volgende voor een optim ale
pre sta tie, leven sd uur en veilige werking v an
u w voert uig.
Voor elke rit moeten de velgr anden
worden gecontroleerd op sche urtje s,
ver buiging, kromheid of andere sch a-
de. L aat in gev al v an sch ade het wiel
door een Y am aha dea ler verv angen.
Pro beer het wiel nooit zelf te rep are-
ren, hoe klein de rep ara tie ook i s. Ver-
v a ng een wiel da t vervormd is of
h aa rs che urtje s vertoont.
N a het verva ngen van een wiel of band
moet het wiel worden uitge balanceerd.
Een niet uitgeba la nceerd wiel z al mo-
gelijk slecht fu nctioneren of k an een
s lechte wegligging en een verkorte le-
ven sd uur va n de banden tot gevolg
hebb en.
Draai n a rep ara tie of verv anging v an
de voor band de ventielmoer en de
b orgmoer v ast met het voorge schre-
ven aanh aalmoment.
Voorband:
Maa t:
120/70R15 M/C 56H
F ab rikant/model:
DUNLOP/GPR-100F
B andventiel:
PVR5 9A
L uchtventiel buis :
# 9100 (origineel)
Achterband:
Maa t:
160/60R15 M/C 67H
F ab rikant/model:
DUNLOP/GPR-100
B andventiel:
TR412
L uchtventiel buis :
# 9100 (origineel)
1. Ventielmoer
2. Ventiel borgmoerAanhaalmomenten:
Ventielmoer:2.0 Nm (0.2 m·kgf, 1.4 ft·l bf)
Borgmoer ventiel:
3.0 Nm (0. 3 m·kgf, 2.2 ft·l bf)
1
2
2PW-9-D0_1.book 20 ページ 2015年2月20日 金曜日 午前11時19分
Page 79 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
7-21
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
DAU50 861
Vrije slag van voor- en
achterremhendel controlerenVoor
Achter
A an de uiteinden v an de remhendel s m ag
geen vrije sla g aanwezig zijn. Al s er toch een vrije s
la g i s, l aa t dan een Y am aha dea -
ler het rem sy steem ins pecteren.
WAARSCHUWING
DWA14212
Een zacht of sponzig gevoel in de rem-
hendel kan betekenen dat er lucht in het
hydraulisch systeem aanwezig is. Als er
lucht in het hydraulisch systeem zit, laat
dan het systeem door een Yamaha dea-
ler ontluchten voordat de machine wordt
gebruikt. Lucht in het hydraulisch sy-
steem heeft een nega tief effect op de
remwerking, waardoor u de macht over
het stuur zou kunnen verliezen met eenongeluk als gevolg.
DAU5 30 32
Achterremblokkeerkabel
afstellenAl s de achterrem blokkeerhendel niet goed
f u nctioneert, moet mogelijkerwij s de a chter-
rem blokkeerk abel worden afge steld. Al s de
a chterrem blokkeerhendel niet wordt ge-
b ru ikt, moet de lengte v an de a chterrem-
b lokkeerk abel bij de achterremkl auw 43–45
mm (1.69 –1.77 in) bedr agen.
Controleer de lengte v an de a chterrem blok-
keerk abel regelm atig en s tel deze indien
nodig als volgt b ij.
Om de a chterrem blokkeerk abel l anger te
m aken dr aait u de s telmoer bij de achter-
remkl auw in de richting ( a).
Om de ach-
terrem blokkeerk abel korter te m aken
dr aait u de stelmoer in de richting ( b).
1. Geen vrije s lag remhendel
1. Geen vrije s lag remhendel
1
1
1. Stelmoer
2. Lengte achterrem blokkeerk abel
2
1
(a)
(b)
2PW-9-D0_1.book 21 ページ 2015年2月20日 金曜日 午前11時19分
Page 80 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN AFSTELLINGEN
7-22
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
WAARS CHUWING! Vraag een Yamaha
dealer de afstelling te doen als de juis-
te afstelling niet haalbaar is volgens
de beschreven werkwijze.
[DWA16151]
Controleer d at de achterrem blokkering i s
ontgrendeld en controleer d at het achter-
wiel soepel ronddr aait.
DAU522 93
Achterremblokkering
controlerenDe achterrem blokkering moet worden ge-
controleerd volgen s de interv alperioden
vermeld in het periodieke smeer- en onder-
hou dss chem a.
1. Achterrem blokkeerk abel afs tellen.
2. Bekr achtig de achterrem blokkering en
pro beer de m achine d an iet s voor uit te
d uwen om te controleren of de achter-
rem blokkering naar behoren werkt.
3 .De achterrem blokkeerkl auw is voor-
zien v an een s lijtage-indic ator die u in
s taa t stelt om de toe sta nd v an de ach-
terrem blokkeer blokken te controleren.
Controleer om de achterrem blo
kkeer-
b lokken te controleren de po sitie v an
de indic ator terwijl de achterrem blok-
keerhendel i s aangetrokken. Als de in-
dic ator voor bij de
s lijt age-indic atorgroef beweegt, l aat
d an uw Y am aha de aler de achterrem-
b lokkering controleren.
4. Controleer of er geen sche uren of bar-
s ten in de r ubberen mof zitten.
1.Slijt age-indic atorgroef
2. Slijt age-indic ator
3.R ubberen mof
1 2
3
2PW-9-D0_1.book 22 ページ 2015年2月20日 金曜日 午前11時19分