Page 273 of 307
Media Player functies (alleen bij Blue&Me™)Toets Functies Methode
Keuze vorige/volgende
map/artiest/genre/album op basis van de
actieve keuzemodusToets kort indrukkenVorige/volgende nummer weergeven Toets kort indrukken
269
AUTORADIO
Page 274 of 307
BEDIENINGSTOETSEN OP STUURWIEL(voor bepaalde uitvoeringen/markten, waar aanwezig)Toets Functies Methode
AudioMute aan/uit (Radio werking) of
Pauzefunctie (MP3 of Media Player werking
alleen bijBlue&Me
™
)Toets kort indrukken
+Volume verhogen Toets indrukken
-Volume verlagen Toets indrukken
SRCKeuze van golfband (FM1, FM2, FMT, FMA,
MW1, MW2) en audiobron; Radio, MP3 of
Media Player (alleen metBlue&Me
™
) /AUX
(alleen metBlue&Me
™
, voor bepaalde
uitvoeringen/markten, waar aanwezig)Toets indrukken
OPMERKING: Uitgaande van de FM- of AM-
bron ingesteld op de radio (bijv. FM1 of
MW1), als u bladert door de audiobronnen
met behulp van de SRC-toets (en als u stopt
op een andere bron dan de radio), schakelt de
radio, wanneer de radiobron (FM of AM)
geselecteerd wordt met de toetsen op het
bedieningspaneel van de radio, altijd de
laatste radiobron (FMA of MW2) in.
SRC
fig. 2
L0F0049
270
AUTORADIO
Page 275 of 307
Toets Functies Methode
Radio: opgeslagen radiostation oproepen (van
1 tot 6) CD/CD MP3: volgende nummer
selecterenToets indrukkenRadio: opgeslagen radiostation oproepen (van
6 tot 1) CD/CD MP3: vorig nummer selecterenToets indrukken
271
AUTORADIO
Page 276 of 307

INLEIDINGDe autoradio biedt de volgende functies:
Radio
❒PLL-tuner met FM/AM/MW golfbanden;
❒RDS (Radio Data System) met TA-functie
(verkeersinformatie) - TP (verkeersprogramma's)
- EON (Enhanced Other Network) - REG
(regionale programma's);
❒AF: zoeken naar alternatieve frequenties in RDS;
❒voorbereiding voor noodberichten;
❒automatisch/handmatig afstellen op stations;
❒FM Multipath detector;
❒handmatige opslag van 30 stations: 18 op FM-
golfband (6 op FM1, 6 op FM2, 6 op FMT), 12 op
MW-golfband (6 op MW1, 6 op MW2);
❒automatische programmering (Autostore-functie)
van 6 stations op betreffende FM-golfband;
❒SPEED VOLUME functie (behalve uitvoeringen
met 360° HI-FI MUSIC-systeem): automatische
snelheidsafhankelijke volume-aanpassing;
❒automatische Stereo/Mono selectie.CD-speler
❒Directe keuze van de CD;
❒Keuze van nummer (vooruit/achteruit);
❒Nummers snel vooruit-/terugspoelen;
❒Functie CD-display: weergave van CD-naam en
verstreken tijd vanaf begin van het nummer;
❒Afspelen van audio CD, CD-R en CD-RW.
Multimedia CD's bevatten naast
audiotracks ook tracks met gegevens. Het
afspelen van dit type CD kan ruis met een
zodanig volume veroorzaken, dat niet alleen de
verkeersveiligheid in gevaar komt, maar ook de
eindversterker en de speakers beschadigd
kunnen raken.
MP3 CD-speler
❒Functie MP3-Info (ID3-TAG);
❒Keuze van map (vorige/volgende);
❒Keuze van nummer (vooruit/achteruit);
❒Nummers snel vooruit-/terugspoelen;
❒Functie MP3-Display: weergave van mapnaam,
ID3-TAG informatie, verstreken tijd vanaf het
begin van het nummer, bestandsnaam;
❒Afspelen van audio- of gegevens-CD, CD-R en CD-
RW.
272
AUTORADIO
Page 277 of 307

Audiogedeelte
❒Mute/Pause functie:
❒Soft-Mute functie;
❒Loudness functie (behalve uitvoeringen met 360°
HI-FI MUSIC-systeem);
❒grafische 7-bands equalizer (behalve uitvoeringen
met 360° HI-FI MUSIC-systeem);
❒Gescheiden regeling hoge/lage tonen;
❒Balansregeling linker/rechter kanalen.
Media Player (alleen met Blue&Me™)
Zie voor de functies van de Media Player het
Blue&Me™ supplement.
AUX (alleen met Blue&Me™)
(voor bepaalde uitvoeringen/markten, waar
aanwezig)
❒Selectie AUX-bron;
❒AUX Offset functie: afstelling volume van
draagbaar apparaat op dat van een van de andere
bronnen;
❒Draagbare speler afspelen.
FUNCTIES EN AFSTELLINGENINSCHAKELING AUTORADIO
De autoradio wordt ingeschakeld als er kort op de
toets/knop
(ON/OFF) wordt gedrukt.
Bij inschakeling van de autoradio, wordt het volume
beperkt tot de waarde 20 als eerder een hogere
waarde was ingesteld of tot de waarde 5 als eerder de
waarde 0 of Mute/Pause was ingesteld. In alle andere
gevallen wordt de eerder ingestelde waarde
behouden.
Wanneer de radio wordt ingeschakeld terwijl de
sleutel uit het contactslot is gehaald, dan schakelt hij
automatisch na circa 20 minuten uit. Nadat de radio
zichzelf automatisch heeft uitgeschakeld, kan hij
weer 20 minuten extra worden ingeschakeld door op
de
(ON/OFF) toets/knop te drukken.
UITSCHAKELING AUTORADIO
Druk kortstondig op de
(ON/OFF) toets/knop.
RADIOFUNCTIES KIEZEN
Door kortstondig en herhaaldelijk op de FM AS toets
te drukken, kunnen achter elkaar de volgende
audiobronnen geselecteerd worden:
❒TUNER (“FM1”, “FM2”, “FMA”).
Door kortstondig en herhaaldelijk op de AM toets te
drukken, kunnen achter elkaar de volgende
audiobronnen geselecteerd worden:
❒TUNER ("MW1", "MW2").
273
AUTORADIO
Page 278 of 307

CD-FUNCTIE KIEZEN
Door kortstondig op de MEDIA toets te drukken, kan
de CD-functie gekozen worden.
GEHEUGENFUNCTIE AUDIOBRON
Als een andere functie (bijv. de radio) wordt gekozen,
terwijl naar een CD wordt geluisterd, dan wordt de
weergave onderbroken en weer vanuit hetzelfde punt
hervat als naar de CD-bron wordt teruggekeerd.
Als een andere functie wordt gekozen terwijl naar de
radio wordt geluisterd, dan wordt afgestemd op het
laatst gekozen station als weer naar de radio wordt
teruggekeerd.
VOLUMEREGELING
Draai de
(ON/OFF) toets/knop om het volume te
regelen.
Als het volumeniveau wordt gewijzigd tijdens het
uitzenden van verkeersinformatie, dan blijft deze
nieuwe instelling slechts gehandhaafd tot het einde
van deze verkeersinformatie.
MUTE/PAUSE FUNCTIE
(reset van volume)
Druk opnieuw op de
toets om de Mute-functie uit
te schakelen. Het volume wordt geleidelijk verhoogd
tot het eerder ingestelde niveau.
Wanneer het volumeniveau wordt gewijzigd met de
hiervoor bestemde toetsen, dan wordt de Mute-
functie uitgeschakeld en het volume ingesteld op het
nieuwe gekozen niveau.Bij geactiveerde Mute-functie, wordt deze genegeerd
wanneer verkeersinformatie binnenkomt (als de TA-
functie is geactiveerd) of als een noodbericht wordt
ontvangen. De functie wordt weer ingeschakeld
wanneer het bericht beëindigd is.
GELUIDSINSTELLINGEN
De functies van het audiomenu zijn afhankelijk van
de geactiveerde bron: AM/FM/CD/Media Player
(alleen metBlue&Me™) /AUX (alleen met
Blue&Me™, voor bepaalde uitvoeringen/markten,
indien aanwezig).
Druk kortstondig op de
toets om de audiofuncties
te veranderen.
Na de eerste druk op detoets, toont het display de
waarde van het bass-niveau voor de op dat moment
ingeschakelde bron (bijv. bij gebruik van FM, toont
het display het opschrift "FM Bass +2").
Gebruik de
of
toets om door de menufuncties te
lopen. Gebruik voor het wijzigen van de instelling
van de gekozen functie de
of
toets.
De huidige status van de gekozen functie verschijnt
op het display.
De functies waarin het menu voorziet zijn:
❒BASS (regeling van lage tonen);
❒TREBLE (regeling hoge tonen);
❒BALANCE (regeling balans rechts/links);
❒FADER (regeling balans voor/achter);
❒LOUDNESS (behalve uitvoeringen met 360° HI-FI
MUSIC-systeem) (inschakelen/uitschakelen functie
LOUDNESS);
274
AUTORADIO
Page 279 of 307

❒EQUALIZER (behalve uitvoeringen met 360°
HI-FI MUSIC-systeem) (inschakelen en selectie
fabrieksinstelling equalizer);
❒USER EQUALISER (behalve uitvoeringen met
360° HI-FI MUSIC-systeem) (gepersonaliseerde
equaliser-instellingen).
TOONREGELING (lage/hoge tonen)
Ga als volgt te werk:
❒Gebruik de
of
toets om “Bass” of “Treble” in
het AUDIO-menu in te stellen;
❒druk op de
of
toets om de lage of hoge tonen
te verhogen/verlagen.
Door kortstondig op de toetsen te drukken, zullen de
niveaus in stappen veranderen. Door ze langer
ingedrukt te houden, zullen de niveaus sneller
veranderen.
BALANSREGELING
Ga als volgt te werk:
❒Gebruik de
of
toets om de "Balance" in het
AUDIO-menu in te stellen;
❒druk op de
toets om het volume van de rechter
speakers te verhogen of op de
toets om het
volume van de linker speakers te verhogen.
Door kortstondig op de toetsen te drukken, zullen de
niveaus in stappen veranderen. Door ze langer
ingedrukt te houden, zullen de niveaus sneller
veranderen.
Kies de waarde "
0
" om de audio-uitgangen
rechts en links op dezelfde waarde in te stellen.FADERREGELING
Ga als volgt te werk:
❒Gebruik de
of
toets om de "Fader" in het
AUDIO-menu in te stellen;
❒druk op de
toets om het volume van de achterste
speakers te verhogen of op de
toets om het
volume van de voorste speakers te verhogen.
Door kortstondig op de toetsen te drukken, zullen de
niveaus in stappen veranderen. Door ze langer
ingedrukt te houden, zullen de niveaus sneller
veranderen.
Kies de waarde "
0
" om de audio-uitgangen
achter en voor op dezelfde waarde in te stellen.
LOUDNESSFUNCTIE
(behalve uitvoeringen met 360° HI-FI MUSIC-
systeem)
De loudnessfunctie verbetert het geluidsvolume
wanneer naar een laag volume wordt geluisterd, door
de bassen en de hoge tonen te versterken.
Kies voor het inschakelen/uitschakelen van de
functie, de instelling Loudness in het AUDIO-menu
m.b.v. de
of
toets.
De toestand van de functie (in- of uitgeschakeld)
wordt enige seconden op de display getoond door het
opschrift “Loudness On” of "Loudness Off”.
275
AUTORADIO
Page 280 of 307

EQ-FUNCTIE
(equaliser inschakelen/uitschakelen)
(behalve uitvoeringen met 360° HI-FI MUSIC-
systeem)
De ingebouwde equaliser kan in- of uitgeschakeld
worden. Wanneer de equaliserfunctie is
uitgeschakeld, kunnen uitsluitend de audio-
instellingen “Bass” (lage tonen) en “Treble” (hoge
tonen) geregeld worden, terwijl als de functie is
ingeschakeld tevens de geluidscurven geregeld
kunnen worden. Kies voor het uitschakelen van de
equaliser, de "EQ OFF" functie met de
of
toets.
Gebruik voor het inschakelen van de equaliser de
of
toets om een van de instellingen te kiezen:
❒"FM/AM/CD...EQ User" (instelling van 7
equaliserbanden die door de gebruiker veranderd
kunnen worden);
❒"Classic" (vooraf ingestelde equaliserinstelling
voor optimaal geluid van klassieke muziek);
❒"Rock" (vooraf ingestelde equaliserinstelling voor
optimaal geluid van rock- en popmuziek);
❒"Jazz" (vooraf ingestelde equaliserinstelling voor
optimaal geluid van jazzmuziek);
Wanneer een van de equaliserinstellingen
ingeschakeld is, licht het opschrift “EQ” op.FUNCTIE USER EQ SETTINGS
(equaliserinstellingen alleen als de
USER-instelling gekozen is)
(behalve uitvoering met 360° HI-FI MUSIC-
systeem)
Selecteer voor een persoonlijke equaliserinstelling
met de
of
toets "User" en druk op de MENU-
toets.
Op het display verschijnt een grafiek met 7 staafjes,
waarbij elk staafje een frequentie voorstelt.
Kies het te veranderen staafje met de
of
toets;
het gekozen staafje begint te knipperen en kan
geregeld worden met de
of
toets.
Druk opnieuw op de
toets om de instelling op te
slaan.
Op het display wordt de op dat moment
ingeschakelde bron weergegeven, gevolgd door de
tekst "User". Als bijvoorbeeld “FM” wordt gebruikt,
wordt op het display de tekst "FM EQ User"
weergegeven.
MENU
Functies menutoetsen
Druk kortstondig op de MENU-toets voor het
inschakelen van de MENU-functie. Het display toont
het eerste instelbare menu-item (AF) ("AF Switching
On" op het display).
Gebruik de
of
toets om door de menufuncties te
lopen. Gebruik voor het wijzigen van de instelling
van de gekozen functie de
of
toets.
276
AUTORADIO