Page 289 of 307

Druk nogmaals op de FM AS-toets om de Autostore-
functie te onderbreken: de radio zal opnieuw op het
station afstemmen dat vóór inschakeling van de
functie beluisterd werd.
Na beëindiging van de Autostore-functie, stemt de
radio automatisch af op het eerste voorkeuzestation
op de FMA-golfband aan de voorkeuzezijde 1.
De stations die op dat moment een sterk signaal
hebben, worden vervolgens automatisch in de
gekozen golfband onder de toetsen 1 t/m 6
opgeslagen.
Wanneer de Autostore-functie binnen de MW-
golfband wordt ingeschakeld, dan wordt automatisch
de FMA-golfband geselecteerd, waar de functie
wordt uitgevoerd.
OpmerkingSoms slaagt de Autostore-functie er niet
in 6 stations met een voldoende sterk signaal te
vinden. In dat geval worden de sterkste stations
onder de vrije voorkeuzetoetsen opgeslagen.
OpmerkingWanneer de Autostore-functie wordt
ingeschakeld, worden de eerder opgeslagen stations
op de FMA-golfband gewist.ONTVANGST VAN NOODBERICHTEN
De autoradio kan in de RDS-modus noodberichten
ontvangen in geval van uitzonderlijke
omstandigheden of situaties die gevaar van algemene
aard kunnen opleveren (aardbevingen,
overstromingen enz.), indien deze worden
uitgezonden door het station waarop is afgestemd.
Deze functie wordt automatisch ingeschakeld en kan
niet worden uitgeschakeld.
Tijdens het uitzenden van een alarmbericht
verschijnt op het display het opschrift "Alarm". Het
volume van de radio verandert tijdens dit bericht op
dezelfde wijze als bij verkeersinformatie.
EON FUNCTIE (Enhanced Other Network)
In sommige landen bestaan circuits die meerdere
stations die verkeersinformatie uitzenden groeperen.
In zo'n geval wordt het programma van het
beluisterde station tijdelijk onderbroken voor:
❒ontvangst van verkeersinformatie (alleen bij
ingeschakelde TA-functie);
❒het luisteren naar regionale programma’s, elke
keer als deze worden uitgezonden door een station
van hetzelfde circuit.
285
AUTORADIO
Page 290 of 307
STEREO-UITZENDINGEN
Als het ontvangstsignaal zwak is, schakelt de
weergave automatisch van Stereo naar Mono over.
CD-SPELERINLEIDING
Dit hoofdstuk beschrijft uitsluitend de varianten voor
wat betreft de werking van de CD-speler: zie voor
een beschrijving van de werking van de autoradio het
hoofdstuk “Functies en Instellingen”.
KEUZE VAN DE CD-SPELER
Ga voor het inschakelen van de ingebouwde CD-
speler als volgt te werk:
❒breng een CD bij reeds ingeschakeld apparaat in:
het eerste nummer wordt afgespeeld;
of
❒als er reeds een CD is ingebracht, schakel dan de
autoradio in en druk vervolgens kort op de CD-
toets om de “CD” werking te kiezen: het laatst
beluisterde nummer zal afgespeeld worden.
Voor een optimale weergave wordt het gebruik van
originele CD's aangeraden. Als CD-R/RW's worden
gebruikt, dan adviseren wij exemplaren van goede
kwaliteit die met de laagst mogelijke snelheid
gebrand worden.
286
AUTORADIO
Page 291 of 307

INBRENGEN/UITWERPEN VAN DE CD
Steek de CD voorzichtig in de sleuf, zodat het
automatische laadysteem ingeschakeld wordt dat de
CD correct zal plaatsen.
De CD kan ook worden ingebracht bij uitgeschakelde
radio en contactsleutel in de stand MAR: in dit geval
blijft de radio uitgeschakeld. Wanneer de autoradio
wordt ingeschakeld, wordt de laatst beluisterde
audiobron vóór het uitschakelen geactiveerd.
Wanneer een CD wordt ingebracht, verschijnt op het
display het symbool "CD-IN" en het opschrift "CD
Reading". Deze blijven weergegeven totdat de
autoradio de op de CD aanwezige nummers heeft
gelezen. Hierna begint de autoradio automatisch het
eerste nummer af te spelen.
Druk op de
toets (EJECT) bij ingeschakelde radio
om het automatisch uitwerpen van de CD te
activeren. Na het uitwerpen wordt de audiobron
ingeschakeld die beluisterd werd voordat de CD werd
afgespeeld.
Als de CD niet uit de autoradio wordt verwijderd,
dan wordt de CD na circa 20 seconden automatisch
opnieuw geladen en wordt afgestemd op de Tuner
(Radio).
De CD kan niet worden uitgeworpen als de autoradio
uitgeschakeld is.
Als de uitgeworpen CD weer in de speler wordt
geplaatst zonder dat hij volledig uit de sleuf is
verwijderd, dan schakelt de radio niet over op de
CD-speler.Mogelijke foutmeldingen
Als de geladen CD niet kan worden gelezen (bijv. als
een CD-ROM is ingebracht of een CD andersom is
ingebracht, of als er een leesfout is), verschijnt op de
display het opschrift "CD Disc error".
Daarna wordt de CD uitgeworpen en hoort men de
audiobron die ingeschakeld was voordat de CD-
speler werd gekozen.
Wanneer een externe audiobron is ingeschakeld (TA,
ALARM of Phone), wordt de CD die niet gelezen kan
worden niet uitgeworpen zolang deze functies niet
beëindigd zijn. Hierna toont het display bij
ingeschakelde CD-speler enkele seconden het
opschrift "CD Disc error" en wordt de CD
uitgeworpen.
Als de CD-speler oververhit raakt, kan het afspelen
van de CD tijdelijk onderbroken worden. De
autoradio zal automatisch overschakelen op de Radio
(Tuner) en het display zal “CD hot” en vervolgens
“CD disc error” tonen.
DISPLAY-INFORMATIE
Wanneer de CD-speler werkt, verschijnt op het
display de volgende informatie:
❒"CD Track 5": geeft het tracknummer op de CD
aan;
❒"03.42": geeft de verstreken speelduur vanaf het
begin van het nummer aan (als de betreffende
menufunctie is ingeschakeld).
287
AUTORADIO
Page 292 of 307

KEUZE VAN NUMMER (vooruit/achteruit)
Druk kortstondig op de
toets om het vorige CD-
nummer en op de
toets om het volgende nummer
af te spelen.
De nummers worden achter elkaar afgespeeld: het
eerste nummer wordt na het laatste nummer
geselecteerd en andersom.
Als het nummer langer dan 3 seconden wordt
afgespeeld en op detoets wordt gedrukt, wordt het
nummer vanaf het begin herhaald.
Als men in dat geval het vorige nummer wil
beluisteren, drukt men tweemaal op de toets.
SNEL VOORUIT-/TERUGSPOELEN VAN
NUMMERS
Houd de
toets ingedrukt om het gekozen nummer
snel vooruit te spoelen en de
toets om het nummer
snel achteruit te spoelen.
Het snel vooruit-/ terugspoelen wordt onderbroken
zodra de toets wordt losgelaten.
PAUZE-FUNCTIE
Druk, om de CD-speler in de pauzestand te zetten,
op de
toets. Het opschrift "CD Pause" verschijnt
op de display.
Druk, om het nummer weer af te spelen, opnieuw op
de
toets. Als een andere audiobron wordt gekozen,
dan wordt de pauze-functie uitgeschakeld.
CD MP3-SPELERINLEIDING
Dit hoofdstuk beschrijft uitsluitend de varianten voor
wat betreft de werking van de CD MP3-speler: zie
voor een beschrijving van de werking van de
autoradio het hoofdstuk “Radio" en "CD MP3-
speler”.
OPMERKING MPEG Layer-3 audio decoding
technology in licentie van Fraunhofer IIS en
Thomson Multimedia.
MP3 WERKING
Behalve het afspelen van normale audio-CD’s, kan de
autoradio ook CDROM’s afspelen waarop
gecomprimeerde audiobestanden in MP3-formaat
zijn geregistreerd. De autoradio werkt zoals
beschreven in het hoofdstuk "CD-speler", wanneer
een normale audio-CD wordt ingebracht.
Voor een optimale weergave wordt geadviseerd om
CD's van goede kwaliteit te gebruiken die met de
laagst mogelijke snelheid gebrand zijn.
De bestanden op een MP3 CD zijn in mappen
gestructureerd die lijsten maken van alle mappen
met MP3-nummers (mappen en submappen worden
allemaal op hetzelfde niveau weergegeven): de
mappen die geen MP3-nummers bevatten, kunnen
niet geselecteerd worden.
De kenmerken en de werking voor de weergave van
MP3-bestanden zijn als volgt:
❒de gebruikte CD-ROM’s moeten zijn gebrand
volgens de ISO 9660 standaard;
288
AUTORADIO
Page 293 of 307

❒de muziekbestanden moeten de extensie “.mp3”
hebben: bestanden met een andere extensie
kunnen niet afgespeeld worden;
❒de volgende weergavefrequenties kunnen
afgespeeld worden: 44.1 kHz, stereo (96 tot 320
kbit) - 22.05 kHz, mono of stereo (32 tot 80 kbit);
❒nummers met een variabele bit-rate kunnen
afgespeeld worden.
OpmerkingDe namen van de nummers mogen niet
de volgende tekens bevatten: spaties , ' (apostrofs), (
en ) (haakjes openen en sluiten). Zorg er tijdens het
branden van een MP3-CD voor dat de
bestandsnamen deze tekens niet bevatten; als dit wel
het geval is, dan kan de autoradio de betreffende
nummers niet afspelen.
KEUZE VAN MP3-SESSIES OP HYBRIDE
DISKS
Als een hybride disk (Mixed Mode, Enhanced, CD-
Extra) wordt ingebracht die ook MP3-bestanden
bevat, dan begint de autoradio automatisch met het
afspelen van de audiosessie. Tijdens het afspelen kan
worden overgeschakeld naar de MP3-sessie door de
MEDIA-toets langer dan 2 seconden ingedrukt te
houden.
OpmerkingWanneer de functie geactiveerd wordt,
kan de autoradio enkele seconden nodig hebben
voordat het afspelen start. Tijdens de controle van de
disk, toont de display het opschrift “CD READING”.
Als er geen MP3-bestanden worden gedetecteerd,
hervat de autoradio het afspelen van de audiosessie
vanaf het punt, waarop deze onderbroken werd.DISPLAY-INFORMATIE
Weergave ID3-TAG-informatie
De autoradio kan niet alleen informatie over de
verstreken speelduur, naam van de map en van het
bestand weergegeven, maar ook ID3-TAG-informatie
over de Titel, Artiest en Auteur van het nummer.
De naam van de MP3-map die op de display wordt
getoond, komt overeen met de naam waarmee de
CD-map is opgeslagen, gevolgd door een asterisk.
Voorbeeld van een MP3-mapnaam: BEST OF *.
Wanneer voor weergave van de ID3-TAG informatie
(Titel, Artiest, Album) is gekozen die niet voor het
afgespeelde nummer is opgeslagen, dan wordt deze
informatie vervangen door de naam van het bestand.
KEUZE VAN VOLGENDE/VORIGE MAP
Druk op de
toets om een van de volgende mappen
te kiezen of druk op de
toets om een vorige map te
kiezen.
Het display toont het nummer en de naam van de
map (bijv. "DIR 2 XXXXXX").
XXXXXX: naam van de map (het display toont
alleen de eerste 8 tekens).
289
AUTORADIO
Page 294 of 307

De mappen worden achter elkaar geselecteerd: de
eerste map wordt na de laatste map geselecteerd en
andersom.
Als binnen 2 seconden geen enkele andere
map/nummer wordt geselecteerd, dan wordt het
eerste nummer van de nieuwe map afgespeeld.
Als het laatste nummer van de op dat moment
gekozen map wordt afgespeeld, dan wordt de
volgende map afgespeeld.
STRUCTUUR VAN DE MAPPEN
De autoradio met MP3-speler:
❒herkent alleen mappen die bestanden in MP3-
formaat bevatten;
❒als de MP3-bestanden van een CD-ROM in
“submappen” zijn opgenomen, dan wordt hun
structuur naar één niveaustructuur gebracht,
namelijk naar het niveau van de hoofdmappen.
AUX (uitsluitend bij het Blue&Me™
systeem)(voor bepaalde uitvoeringen/markten, waar
aanwezig)
INLEIDING
In dit hoofstuk worden de varianten voor wat betreft
de werking van de AUX-bron beschreven: zie voor
een beschrijving van de werking van de radio het
hoofdstuk "Functies en Instellingen".
AUX MODUS
Om de AUX-bron te activeren, meerdere malen op de
MEDIA-toets of de SRC-bediening op het stuurwiel
drukken tot de bijbehorende bron wordt
weergegeven.
BELANGRIJK
De functies van het apparaat dat aangesloten is op
het AUX-stopcontact worden rechtstreeks geregeld
door het apparaat zelf; het is niet mogelijk om
nummer/map/playlist te veranderen met de
bedieningstoetsen van de radio of die op het
stuurwiel.
Laat de kabel van uw draagbare speler niet in het
AUX-stopcontact zitten, om mogelijk geruis van de
luidsprekers te voorkomen.
OPMERKING: het AUX-stopcontact is niet
ingebouwd in de radio. Zie hetBlue&Me™
Supplement en de Snelgids voor de plaats van het
AUX-stopcontact.
290
AUTORADIO
Page 295 of 307

PROBLEEMOPLOSSINGALGEMEEN
Laag volume
De Fader-functie moet zijn ingesteld op de waarden
"F" (voor), om te voorkomen dat het
uitgangsvermogen van de autoradio vermindert en
het volume wordt uitgezet als de fader is ingesteld op
R+9.
Bron kan niet geselecteerd worden
Er is geen geluidsdrager ingebracht.
Breng de af te spelen CD of CD MP3 in.
CD-SPELER
De CD wordt niet afgespeeld
De CD is vuil. Maak de CD schoon.
Er zitten krassen op de CD. Probeer een andere CD
te gebruiken.De CD kan niet ingebracht worden
Er is al een CD ingebracht. Druk op de
toets en
verwijder de CD.
LEZEN VAN MP3-BESTAND
Er worden nummers overgeslagen tijdens het
afspelen van MP3-bestanden
Er zitten krassen op de CD of de CD is vuil. Maak de
CD schoon, zie hiervoor de beschrijving in de
paragraaf “CD” in het hoofdstuk “INLEIDING”.
De speelduur van de MP3-nummers wordt niet
correct weergegeven
In sommige gevallen kan de speelduur van de MP3-
nummers verkeerd worden weergegeven (vanwege de
opnamemethode).
291
AUTORADIO
Page 296 of 307