Page 41 of 299
HANDBEDIENDE AIRCONDITIONING(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
BEDIENINGSELEMENTEN
A Draaiknop voor luchttemperatuur
(rood=warm/blauw=koud) fig. 32
B Schuifje luchtrecirculatie fig. 32
interne luchtrecirculatieluchttoevoer van buitenafBELANGRIJK Men adviseert de interne
luchtrecirculatie in te schakelen in de file of in
tunnels, om te voorkomen dat vervuilde lucht in
het interieur komt. Gebruik de functie echter niet
langdurig, vooral als er meerdere passagiers aan
boord zijn, om beslagen ruiten te voorkomen.
fig. 32
L0F0101
39WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 42 of 299

naar het lichaam en de zijruitennaar het lichaam, de zijruiten en de voetenalleen naar de voetennaar de voeten en de voorruitalleen naar de voorruit
D Knop voor in-/uitschakeling
achterruitverwarming fig. 32.
Wanneer de functie actief is, brandt de LED op de
knop.
Om de accu efficiënt te houden, wordt de functie
na ongeveer 20 minuten automatisch
uitgeschakeld.
E Draaiknop voor ventilatorsnelheid en
inschakeling/uitschakeling airconditioning fig.
32. Druk op de knop om de airconditioning
in te schakelen: de led op de knop gaat
branden. Dit zorgt voor een snelle koeling van
het interieur.
OpmerkingDraai de knop naar 0 om de
luchtstroom uit de roosters te onderbreken.
F knop voor inschakeling/uitschakeling
aircocompressor fig. 32.
Snel ontwasemen/ontdooien van de voorruit
en de voorste zijruiten (MAX-DEF)
Ga als volgt te werk:
❒draai de knop A naar het rode gebied;
❒verplaats het schuifje B naar
;❒draai de knop C naar
;
❒draai knop E naar 4 (maximum
ventilatorsnelheid).
BELANGRIJK De airconditioning is zeer nuttig
om het ontwasemen te versnellen, aangezien
de lucht wordt ontvochtigd. Plaats de knoppen
dus zoals hierboven is beschreven en druk op de
knop
om de airconditioning in te schakelen (de
led op de knop gaat branden).
EXTRA VERWARMING
(voor bepaalde versies/markten)
De extra verwarming versnelt het opwarmen van
het interieur wanneer het zeer koud is. De extra
verwarming schakelt automatisch uit nadat de
gewenste comfortsituatie is bereikt.
De extra verwarming werkt alleen bij lage
buitentemperatuur en
motorkoelvloeistoftemperatuur. De extra
verwarming wordt niet ingeschakeld als de
accuspanning laag is.
ONDERHOUD VAN HET SYSTEEM
Schakel in de winter de airconditioning minstens
eens per maand circa 10 minuten in. Laat vóór
het begin van het zomerseizoen het systeem
controleren door het Lancia Servicenetwerk.
40
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
C Draaiknop luchtverdeling fig. 32
Page 43 of 299
AUTOMATISCHEAIRCONDITIONING(voor bepaalde versies/markten)
BEDIENINGSELEMENTEN
Knoppen A - Handmatige selectie
luchtverdeling
Door op deze knoppen te drukken, kan de lucht
op vijf manieren verdeeld worden:
naar de uitstroomopeningen van de voorruit
en de voorste zijruiten om deze te
ontwasemen of te ontdooien.
fig. 33
L0F0129
41WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 44 of 299

naar de luchtroosters in het midden en aan de
zijkant van het dashboard om de borst en
het gelaat tijdens het warme seizoen te
verkoelen.naar de uitstroomopeningen in de
beenruimten voorin. Wegens de natuurlijke
neiging van warmte om op te stijgen, warmt
dit type verdeling het interieur zo snel
mogelijk op, waardoor onmiddellijk een
behaaglijk gevoel wordt verkregen.+
verdeling tussen uitstroomopeningen
beenruimten (warmste lucht) en
roosters op dashboard (koelste lucht).
+
verdeling tussen uitstroomopeningen
beenruimten en uitstroomopeningen
voorruit/voorste zijruiten. Dit type
verdeling biedt een doeltreffende
verwarming van het interieur en
voorkomt dat de ruiten beslaan.
Knop B MAX
- Activering MAX-DEF
functie
Wanneer op deMAXknop
wordt gedrukt,
activeert het systeem alle functies voor snel
ontwasemen/ontdooien, namelijk:
❒compressor aan (als de weersomstandigheden
geschikt zijn)
❒luchtrecirculatie uit
❒maximum instelling luchttemperatuur (HI)
❒ventilatorsnelheid op basis van de
koelvloeistoftemperatuur❒luchtstroom gericht op de voorruit en de voorste
zijruiten
❒Knop C
- Inschakeling/uitschakeling
aircocompressor
Wanneer de knop wordt ingedrukt, wordt de
compressor uitgeschakeld.
Wanneer de compressor is uitgeschakeld:
❒schakelt het systeem de luchtrecirculatie uit om
te voorkomen dat de ruiten beslaan;
❒is het niet mogelijk om lucht naar het interieur
te voeren met een lagere temperatuur dan de
buitentemperatuur (de temperatuur aangegeven
op de display gaat knipperen als het systeem
niet de verlangde comfortsituatie kan
garanderen);
❒kan de ventilatorsnelheid handmatig gereset
worden (bij ingeschakelde compressor kan
de ventilatie niet onder een staafje op de display
zakken).
Knop D- Interne luchtrecirculatie
aan/uit
Men adviseert de interne luchtrecirculatie in te
schakelen in de file of in tunnels, om te
voorkomen dat vervuilde lucht in het interieur
komt.
Bij lage temperaturen of als de compressor uit is,
wordt de recirculatie uitgezet om beslagen ruiten
te voorkomen.
42
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 45 of 299

BELANGRIJK Het wordt afgeraden de
luchtrecirculatie in te schakelen bij lage
buitentemperaturen, aangezien de ruiten sneller
kunnen beslaan.
Knop E (AUTO) - Activering AUTO functie
(automatische bediening airconditioning)
Wanneer de AUTO-knop wordt bediend en de
vereiste temperatuur is ingesteld, regelt het
systeem de temperatuur, de hoeveelheid en de
verdeling van de lucht in het interieur en zorgt
voor de inschakeling van de compressor.
Knop F
- Inschakeling/uitschakeling
achterruitverwarming
Wanneer de knop
wordt ingedrukt, gaat de led
op de knop branden.
Knoppen G
- Instelling ventilatorsnelheid
Knop H (OFF) - Inschakeling/uitschakeling
airconditioning
Wanneer de OFF-knop wordt bediend, wordt het
systeem uitgeschakeld.
Bij uitgeschakeld systeem, is de situatie van de
klimaatregeling als volgt:
❒alle leds zijn uit;
❒de display van de ingestelde temperatuur is uit;
❒de luchtrecirculatie is uit;❒de compressor is uitgeschakeld;
❒de ventilator is uitgeschakeld.
KnopI-Toename luchttemperatuur
Bij bediening van deze knop wordt de
luchttemperatuur in het interieur verhoogd.
Knop L - Afname luchttemperatuur
Bij bediening van deze knop wordt de
luchttemperatuur in het interieur verlaagd.
43WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 46 of 299

BESCHRIJVING
De automatische airconditioning zorgt
voor een gescheiden regeling van de temperatuur
aan bestuurders- en aan passagierszijde.
Het systeem is uitgerust met de AQS-functie (Air
Quality System) die automatisch de
luchtrecirculatie inschakelt wanneer de
buitenlucht vervuild is (bijv. in de file en in
tunnels).
De automatisch gecontroleerde parameters en
functies zijn:
❒luchttemperatuur uit de luchtroosters aan
bestuurderszijde/passagierszijde voor
❒luchtverdeling naar de luchtroosters aan
bestuurderszijde/passagierszijde voor
❒ventilatorsnelheid (traploze regeling van de
luchtstroom)
❒inschakeling van de compressor (voor
koelen/ontvochtigen van de lucht)
❒luchtrecirculatie.
Alle functies kunnen handmatig worden gewijzigd.
Met andere woorden, men kan een of meer
functies selecteren en de parameters naar wens
veranderen. Hierbij wordt echter de automatische
regeling van de functies die handmatig zijn
gewijzigd uitgeschakeld: het systeem grijpt alleen
in om veiligheidsredenen (bijv. kans op beslaan).De handmatige instellingen hebben altijd voorrang
boven de automatische instellingen en blijven
opgeslagen totdat de gebruiker het systeem weer
op automatische werking overzet, behalve in
de gevallen dat het systeem om veiligheidsredenen
ingrijpt. Als men handmatig een functie aanpast,
blijven de andere functies automatisch geregeld.
De hoeveelheid lucht die in het interieur wordt
gevoerd houdt geen verband met de snelheid van
de auto; deze wordt geregeld door de elektronische
geregelde ventilator.
De luchttemperatuur in het interieur wordt altijd
automatisch geregeld op basis van de ingestelde
temperatuur op de display van de bestuurder
en de voorpassagier (behalve wanneer het systeem
is uitgeschakeld of onder bepaalde
omstandigheden waarin de compressor is
uitgeschakeld).
Het systeem biedt handmatige instelling van de
volgende parameters en functies:
❒luchttemperatuur aan bestuurderszijde/
passagierszijde voor
❒ventilatorsnelheid (traploze regeling)
❒luchtverdeling in 5 standen (bestuurder/
passagier)
❒inschakeling van de compressor
❒snel ontwasemen/ontdooien
❒luchtrecirculatie
44
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
❒achterruitverwarming
❒uitschakeling van het systeem.
Page 47 of 299

INSCHAKELING VAN DE
KLIMAATREGELING
Het systeem kan op verschillende manieren
ingeschakeld worden; het verdient echter
aanbeveling op de AUTO-knop te drukken en de
gewenste temperatuur op de display in te stellen.
Het systeem biedt de mogelijkheid om voor de
zones van bestuurder en passagier verschillende
temperaturen in te stellen met een maximum
verschil van 7°C.
De compressor van het systeem werkt alleen
wanneer de motor draait en de buitentemperatuur
meer dan 4°C bedraagt.
WERKING AUTOMATISCHE
KLIMAATREGELING
Druk op de AUTO-knop; het systeem regelt
automatisch het volgende:
❒de hoeveelheid lucht die in het interieur wordt
gevoerd;
❒de verdeling van de lucht in het interieur;
waarbij alle eerdere handmatige instellingen
gewist worden.
Tijdens de werking van de automatische
klimaatregeling, verschijnt het opschrift AUTO op
de display.Tijdens de automatische werking blijft het
mogelijk om de ingestelde temperaturen
te veranderen en de volgende functies handmatig
uit te voeren:
❒instelling ventilatorsnelheid
❒selectie luchtverdeling
❒inschakeling/uitschakeling interne
luchtrecirculatie en AQS-functie
❒inschakeling aircocompressor.
BELANGRIJK
Het wordt afgeraden de interne
luchtrecirculatie in te schakelen bij
lage buitentemperaturen, aangezien de
ruiten sneller kunnen beslaan.
REGELING VENTILATORSNELHEID
Druk op de knop
om de ventilatorsnelheid te
verhogen/verlagen.
De mogelijke snelheden worden aangegeven door
de staafjes die op de display oplichten:
❒maximum ventilatorsnelheid = alle staafjes
branden
❒minimum ventilatorsnelheid = één staafje
brandt.
De ventilator kan alleen uitgeschakeld worden
(geen enkel staafje brandt) als de aircocompressor
is uitgeschakeld met behulp van de knop
.
45WEGWIJS IN UW
AUTOVEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
Page 48 of 299

Druk op de AUTO-knop om de automatische
werking van de ventilatorsnelheid na een
handmatige instelling te herstellen.
SNEL ONTWASEMEN/ONTDOOIEN VAN DE
VOORRUIT (MAX-DEF functie)
Druk op de knopMAX
om automatisch de
tijdgeregelde werking te activeren van alle functies
die voor het snel ontwasemen/ontdooien van de
voorruit en de voorste zijruiten zijn vereist.
De functies zijn:
❒inschakeling van de aircocompressor (bij een
buitentemperatuur boven 4°C)
❒uitschakeling, indien eerder ingeschakeld, van
de interne luchtrecirculatie
❒inschakeling van de achterruitverwarming (led
op knopMAX
brandt) en de weerstanden
in de buitenspiegels
❒instelling maximum luchttemperatuur
❒bediening van de nuttige luchtopbrengst.
ONTWASEMEN/ONTDOOIEN VAN
VERWARMDE ACHTERRUIT EN
BUITENSPIEGELS
Druk op de knopom in te schakelen: als deze
functie is ingeschakeld, gaat de led op de knop
branden.
Dit is een tijdgeregelde functie die na 20 minuten
automatisch uitschakelt. Druk opnieuw op de
knop
om de functie voortijdig uit te schakelen.BELANGRIJK Plak geen stickers op de elektrische
weerstandsdraden aan de binnenzijde van de
achterruit, om beschadiging te voorkomen.
BELANGRIJK Druk op de knop
om lucht
van buitenaf toe te voeren.
INSCHAKELING VAN DE INTERNE
LUCHTRECIRCULATIE EN DE AQS-FUNCTIE
(Air Quality System)
Druk op de knop
.
De interne luchtrecirculatie kan op drie
verschillende manieren worden uitgevoerd:
❒automatische regeling;
❒geforceerde uitschakeling (luchtrecirculatie
altijd uitgeschakeld, lucht van buitenaf
toegevoerd)
❒geforceerde inschakeling (interne
luchtrecirculatie altijd ingeschakeld).
Wanneer de OFF-knop wordt bediend, schakelt
het systeem automatisch de interne
luchtrecirculatie in. De externe luchtrecirculatie
kan altijd ingeschakeld worden door de knop
in te drukken en andersom.
Bij bediende OFF-knop is het niet mogelijk de
AQS-functie (Air Quality System) in te schakelen.
46
WEGWIJS IN UW
AUTO
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD EN
ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER