Page 137 of 237
Lamp vervangen
SNEL WEER OP WEG
7
ACHTERLICHTEN
Zie voor meer informatie "Lampen". - Bepaal de plaats van de defecte lamp
en open de achterdeuren in een hoek
van 180°. Raadpleeg in rubriek 2 het
gedeelte "Toegang tot de auto".
- Verwijder de twee bevestigingsmoeren.
- Trek aan de buitenzijde de lampunit los. - Maak de 8 borglippen los en verwijder
de lamphouder uit de lampunit.
- Druk de defecte lamp iets in en draai hem linksom om hem te verwijderen.
- Vervang de lamp.
1. Remlichten/achterlichten
Type B , P21/5W - 21/5W
2. Richtingaanwijzers
Type B , PY21W - 21W (amberkleurig)
3. Achteruitrijlichten
Type B , P21W - 21W
4. Mistachterlicht
Type B , P21W - 21W Let bij het monteren op het volgende:
- maak de 8 borglippen vast,
- controleer of de twee witte nokjes in de
uitsparingen van het rubber komen voor
een goede afdichting van de lamp,
- controleer of de bedrading nergens klem zit.
Page 138 of 237

128
Lamp vervangen
DERDE REMLICHT
Type A , W5W - 5 W
Type B , P21W - 21 W
KENTEKENPLAATVERLICHTING
Type A , W5W - 5W
Met achterklep
- Wip het lampglas met behulp van een schroevendraaier op het door de pijl
aangegeven punt los.
- Vervang de lamp.
- Breng het lampglas aan en druk het aan de bovenzijde vast.
Met achterdeuren
- Maak de bekleding aan de binnenzijde los.
- Druk de borglip opzij en neem de stekker los.
- Verwijder de plastic afdekkap.
- Draai de lamphouder een kwart omwenteling linksom.
- Vervang de lamp. Lamp, bereikbaar vanaf de buitenzijde
(achterdeuren)
- Draai de twee bouten los met behulp
van een Torx TM
-sleutel met
20 mm-hulpstuk.
- Verwijder de lampunit.
- Vervang de lamp. Lamp, bereikbaar via de binnenzijde
(achterklep)
- Draai de twee bouten los met behulp
van een Torx TM
-sleutel met
20 mm-hulpstuk.
- Verwijder de kunststof afdekkap.
- Druk de twee borglippen uit elkaar en verwijder de lamphouder.
- Druk de defecte lamp iets in en draai hem linksom om hem te verwijderen.
- Vervang de lamp.
Page 139 of 237

129
Zekering vervangen
SNEL WEER OP WEG
7
ZEKERINGEN VERVANGEN
De drie zekeringkasten bevinden zich:
- in het dashboard aan de rechterzijde (achter het wegklapbare opbergvak),
- in het interieur (accucompartiment),
- onder de motorkap.
Vervangen van een zekering
Voordat u een zekering vervangt, dient u
eerst de oorzaak van de storing op te sporen
en te (laten) verhelpen.
- Gebruik de speciale tang.
Vervang een defecte zekering altijd door
een zekering met dezelfde stroomsterkte.
PEUGEOT is niet aansprakelijk voor
kosten die voortvloeien uit het verhelpen
van storingen veroorzaakt door het
monteren van extra accessoires die niet
door PEUGEOT aanbevolen en geleverd
worden en niet volgens de voorschriften zijn
gemonteerd, en dit geldt met name wanneer
het stroomverbruik van alle apparatuur
samen meer dan 10 milliampère bedraagt.
De aanwijzingen in dit boekje hebben
uitsluitend betrekking op zekeringen die
met behulp van de speciale tang en de
reservezekeringen (achter het opbergvak
aan de rechterzijde van het dashboard) door
de gebruiker vervangen kunnen worden.
Raadpleeg voor overige werkzaamheden het
PEUGEOT-netwerk
Voor technici: raadpleeg voor
alle informatie met betrekking tot
zekeringen en relais de elektrische
schema's van de "Reparatiemethoden" via
het netwerk.
Page 140 of 237

130
Zekering vervangen
ZEKERINGEN DASHBOARD (RECHTERZIJDE)
- Kantel het opbergvak omlaag en trek het met kracht naar buiten om bij de
zekeringen te komen.
Zekering A (Ampère) Functie
1 15 Ruitenwisser achter
2 - Vrij
3 5 Elektronische eenheid airbags
4 10 Sensor verdraaiing stuurwiel, diagnoseaansluitin g, sensor
ESP, handbediende ventilatie, schakelaar koppelings pedaal,
koplampverstelling, pomp roetfilter
5 30 Elektrisch verstelbare buitenspiegels, motor rui tbediening
passagierszijde
6 30 Voeding ruitbediening vóór
7 5 Plafonniers en verlichting dashboardkastje
8 20 Multifunctioneel display, sirene inbraakalarm, a utoradio,
CD-wisselaar, autoradio/telefoon, servicecentrale
trekhaakaansluiting (montage achteraf)
9 10 Diagnoseaansluiting 2e zitrij
10 30 Niveauregeling achter, stuurkolomschakelaars,
instrumentenpaneel
11 15 Diagnoseaansluiting, contact-/stuurslot
12 15 Handsfree set, elektronische eenheid airbags, el ektronische
eenheid parkeerhulp
13 5 Servicecentrale motor, servicecentrale trekhaaka ansluiting
14 15 Regensensor, ventilatie achter, automatische air conditioning,
instrumentenpaneel
15 30
Vergrendeling/ontgrendeling/supervergrendeling te openen carrosseriedelen
16 - Vrij
17 40 Achterruitverwarming, buitenspiegelverwarming
Page 141 of 237
Zekering vervangen
SNEL WEER OP WEG
7
ZEKERINGEN INTERIEUR
- Maak het deksel van het accucompartiment los.
- Verwijder de rode accuklem (+).
Sluit het deksel na de werkzaamheden
zorgvuldig.
Zekering A (Ampère) Functie
1 30 Stoelverwarming
2 20 12V-aansluiting 3e zitrij
3 40/50 Servicecentrale trekhaakaansluiting (montage ach teraf)
4 - Vrij
36 15 Sloten achterdeuren
37 10 Sloten achterdeuren
38 20 Ruitenwisser achter (achterdeuren)
39 10 Ventilatie achter
40 5 Inklapbare buitenspiegels
Page 142 of 237
132
Zekering vervangen
ZEKERINGEN ONDER DE MOTORKAP
- Open de motorkap en schuif de steun van het reservoir van de
ruitensproeiervloeistof weg om
gemakkelijker bij de zekeringen te
kunnen komen.
- Maak de zekeringkast los en kantel deze omlaag om bij de zekeringen te komen.
Zekering A (Ampère) Functie
1 20 Elektronische eenheid motor, brandstof-en luchti nlaatsysteem,
motorventilateurgroep
2 15 Claxon
3 10 Pomp ruitensproeiers voor en achter
4 20 Pomp koplampsproeiers
5 15 Brandstofsysteem
6 10 Stuurbekrachtiging, extra schakelaar rempedaal
7 10 Remsysteem (ABS/ESP)
8 20 Bediening startmotor
9 10 Hoofdschakelaar rempedaal
10 30 Brandstof- en luchtinlaatsysteem, emissieregelin g
11 40 Ventilatie vóór
12 30 Ruitenwissers vóór
13 40 Intelligente servicecentrale (BSI)
14 30 Vrij
Page 143 of 237
133
Ruitenwisserblad vervangen
SNEL WEER OP WEG
7
De ruitenwissers vóór in een speciale stand zetten
- Beweeg de ruitenwisserschakelaar binnen één minuut na het afzetten van
het contact omlaag om de ruitenwissers
naar de voorruitstijlen te bewegen
(speciale stand). Vervangen van een wisserblad vóór
- Til de ruitenwisserarm op.
- Maak het wisserblad los en verwijder het.
- Monteer het nieuwe wisserblad.
- Zet de ruitenwisserarm terug.
Vervangen van het wisserblad achter
- Til de ruitenwisserarm op, maak de clip
los en verwijder het wisserblad.
- Monteer het nieuwe wisserblad en zet de ruitenwisserarm terug.
WISSERBLADEN VERVANGEN
Zet het contact aan en bedien de
ruitenwisserschakelaar om de ruitenwissers
in de ruststand te zetten.
Page 144 of 237

134
Slepen van uw auto
Zonder takelen(4 wielen op de grond)
Gebruik hiervoor altijd een sleepstang.
Aan de voorzijde
- maak het klepje aan de onderkant los met behulp van het vlakke gedeelte van
het sleepoog,
- draai het demonteerbare sleepoog vast tot het stuit.
SLEPEN VAN DE AUTO
Getakeld (2 wielen op de grond)
Het takelen van de wagen bij de wielen
geniet de voorkeur.
Aan de achterzijde
- maak het klepje los met behulp van een muntstuk of het platte uiteinde van het
sleepoog,
- draai het demonteerbare sleepoog vast tot het stuit. Bij het slepen van de auto met
stilstaande motor zijn de rem-en
stuurbekrachtiging uitgeschakeld. Auto met handgeschakelde versnellingsbak (diesel)
Zet de versnellingshendel van een auto
met handgeschakelde versnellingsbak in
de neutraalstand. Als dit advies niet wordt
gevolgd, kunnen tijdens het slepen bepaalde
onderdelen van het remsysteem beschadigd
raken en bestaat de mogelijkheid dat de
rembekrachtiging na het opnieuw starten
van de motor niet meer werkt.