Page 65 of 324
4
Sleutels / 4-3
Portiervergrendeling met afstandsbediening / 4-4
Antidiefstalsysteem / 4-6
Sloten / 4-8
Achterklep / 4-13
Ruiten / 4-16
Motorkap / 4-21
Tankdopklep / 4-23
Stuurwiel / 4-26
Spiegels / 4-28
Instrumentenpaneel / 4-32
Parkeerhulp / 4-46
Alarmknipperlichten / 4-48
Lighting / 4-48
Ruitenwissers en ruitensproeiers / 4-54
Interieurverlichting / 4-57
Ontwaseming / 4-59
Handbediend verwarmings- en ventilatiesysteem / 4-60
Voorruit ontdooien en ontwasemen / 4-70
Opbergvak / 4-72
Overige voorzieningen / 4-73
Audiosysteem / 4-79
Kenmerken van uw auto
Page 66 of 324

Kenmerken van uw auto
2
4
D010100AEN
Noteer het sleutelnummer
Het sleutelcodenummer is ingeprent in het metalen plaatje met barcode
bevestigd aan de sleutelbos. Met dit
nummer kan een officiële HYUNDAI
Erkend Reparateur uw sleutel
makkelijker namaken in het geval dat uw
sleutels verloren gaan. Verwijder hetmetalen plaatje met barcode en berg
deze veilig op. Maak tevens een
aantekening van het sleutelcodenummer
en berg deze op een veilige plaats op
maar niet in uw voertuig. D010200AEN Sleutelfuncties
Wordt gebruikt om de motor te starten en
de portieren te vergrendelen en
ontgrendelen.
SLEUTELS
WARNING
- Contactsleutel
Kinderen alleen achterlaten in de auto met de contactsleutel is
gevaarlijk, zelfs als decontactsleutel niet in het contact
steekt. Kinderen doen graag
volwassenen na en zouden desleutel in het contactslot kunnen
steken. Met de contactsleutel is het
mogelijk voor kinderen om de
elektrisch bedienbare ruiten teopenen of andere
bedieningsorganen in werking te
stellen. Het is zelfs mogelijk dat ze
de motor starten, zaken waarvan
ernstig lichamelijk letsel het gevolg
kan zijn. Laat kinderen nooit zonder
toezicht achter met decontactsleutels in de auto.
OUN046100L
WAARSCHUWING
Gebruik uitsluitend een originele
HYUNDAI-contactsleutel in uw
auto. Als er een imitatiesleutel
wordt gebruikt, kan het gebeurendat het contactslot na het aanslaan
van de motor niet van stand START
naar stand ON terugkeert. Hierdoor
blijft de startmotor continu draaien
en kan er schade ontstaan aan de
startmotor. Tevens kan er brand
ontstaan als gevolg van
oververhitting in de bedrading.
Page 67 of 324

43
Kenmerken van uw auto
D010300CEN
Startblokkeersysteem
(indien van toepassing)
Uw auto is uitgerust met een elektronisch
startblokkeersysteem om de kans op
ongeoorloofd gebruik te verminderen.
De startblokkering bestaat uit een kleine
transponder in de contactsleutel en
elektronische systemen in de auto.
Wanneer u uw contactsleutel in hetcontactslot steekt en het contact in stand
ON zet, controleert het
startblokkeersysteem of de sleutel geldig
is.
Als wordt bepaald dat de sleutel geldig
is, kan de motor worden gestart.
Als wordt bepaald dat de sleutel niet
geldig is, kan de motor niet worden
gestart.
Uitschakelen van de startblokkering:
Steek de sleutel in het contact en zet het contact in stand ON.
Activeren van hetstartblokkeersysteem:
Zet het contact in stand OFF. De
startblokkering wordt automatisch
geactiveerd. Zonder geldige sleutel kan
de motor niet worden gestart.
✽✽ AANWIJZING
Houd bij het starten van de motor
andere sleutels met transponder uit de
buurt. Anders start de motor mogelijk
niet of kan hij vlak na het aanslaan weer
afslaan. Bewaar de sleutels die u bij uw
auto krijgt gescheiden van elkaar om
problemen te voorkomen. ✽
✽
AANWIJZING
Raadpleeg een officiële HYUNDAI-
dealer als u extra sleutels nodig hebt of
als u uw sleutels verliest.WAARSCHUWING
Bewaar geen reservesleutels in uw
auto, om diefstal van uw auto te
voorkomen. Uw wachtwoord van de
startblokkering is uniek en strikt
persoonlijk. Bewaar het nummer
niet ergens in uw auto.
OPMERKING
Houd geen metalen voorwerpen in de buurt van de sleutel of hetcontactslot.
Deze metalen voorwerpen kunnenhet signaal van de transponderstoren, waardoor de motor niet kanworden gestart.
OPMERKING
De transponder in uw
contactsleutel is een belangrijk onderdeel van het startblokkeersysteem. Hij isontworpen voor jarenlang
probleemloos gebruik. Let op voorvocht, statische elektriciteit en een ruwe behandeling. Hierdoor kan destartblokkering defect raken.
OPMERKING
Breng geen wijzigingen aan in het startblokkeersysteem. Hierdoor kanhet systeem defect raken. Laat het
systeem indien nodig controlerenen repareren door een officiëleHYUNDAI-dealer.
Storingen veroorzaakt dooronjuiste afstelling of eigenhandige
modificaties van het startblokkeersysteem vallen nietonder de fabrieksgarantie.
Page 68 of 324

Kenmerken van uw auto
4
4
Werking centrale
portiervergrendeling metafstandsbediening
D020101APA
Vergrendelen
Alle portieren (en de achterklep) worden
vergrendeld wanneer op de toets
vergrendelen/ontgrendelen (1) wordt
gedrukt als een voorportier is
ontgrendeld. Als alle portieren (en de
achterklep) gesloten zijn, knipperen de
alarmknipperlichten eenmaal om aan te
geven dat de portieren (en de
achterklep) vergrendeld zijn. Als een
portier (of achterklep) echter open is,
knipperen de alarmknipperlichten niet. Als alle portieren (en de achterklep) met
de vergrendeltoets zijn vergrendeld,
knipperen de alarmknipperlichteneenmaal.
D020102APA
Ontgrendelen
Alle portieren (en de achterklep) worden
ontgrendeld wanneer op de toets
vergrendelen/ontgrendelen (1) wordt
gedrukt als beide voorportieren zijn
vergrendeld. De alarmknipperlichten
knipperen tweemaal opnieuw om aan te
geven dat alle portieren (en de
achterklep) ontgrendeld zijn. Na het
indrukken van deze toets zullen de
portieren (en de achterklep) automatisch
vergrendeld worden tenzij u ze binnen 30s opent.
D020200AEN
Voorzorgsmaatregelen afstandsbediening
✽✽
AANWIJZING
In de volgende omstandigheden werkt
de afstandsbediening niet:
Als de contactsleutel in het contactslot zit.
Als de afstandsbediening buiten het
bereik is van de ontvanger (ongeveer
10 m [30 feet]).
Als de batterij in de afstandsbediening (bijna) leeg is.
Als het signaal wordt geblokkeerd door andere auto's of objecten.
Als de buitentemperatuur extreem laag is.
Als de afstandsbediening zich in de buurt bevindt van een radiozender of
een luchthaven, waardoor de normale
werking van de afstandsbediening
verstoord wordt.
Vergrendel en ontgrendel de portieren
met de contactsleutel wanneer de
afstandsbediening niet juist werkt.
Neem contact op met een officiële
HYUNDAI-dealer als de
afstandsbediening niet goed werkt.
PORTIERVERGRENDELING MET AFSTANDSBEDIENING (INDIEN VAN TOEPASSING)
OTQ047002
Page 69 of 324

45
Kenmerken van uw auto
D020300BTQ
Vervangen van batterij
De afstandsbediening is voorzien van
een lithium batterij van 3 V, die bij
normaal gebruik enkele jaren meegaat.
Vervang de batterij op de volgende
manier.
1. Verwijder de schroef (1) met eenkruisschroevendraaier.
2. Plaats een smal stukje gereedschap in de opening in wip het middelste
dekseltje van de afstandsbediening
los.
3. Verwijder de afdekkap van de batterij (2). 4. Vervang de batterij door een nieuwe.
Plaats de nieuwe batterij op de
aangegeven manier met de pluskant
"+" naar boven gericht.
5. Plaats de batterij in omgekeerde volgorde van verwijderen.
OPMERKING
Zorg ervoor dat de
afstandsbediening niet nat wordt.
Beschadiging van deafstandsbediening door water ofandere vloeistoffen, valt niet onder de fabrieksgarantie.
OPMERKING
Wijzigingen of aanpassingen die
niet expliciet zijn goedgekeurd doorde garantieverstrekker kunnenertoe leiden dat de gebruiker nietmeer bevoegd is om de apparatuur
te bedienen. Als de centrale portiervergrendeling niet werktomdat er wijzigingen of aanpassingen zijn gedaan die niet
expliciet zijn goedgekeurd door degarantieverstrekker, dan valteventuele reparatie of schade nietlanger onder de garantie van de
fabrikant.
OPMERKING
De afstandsbediening is ontworpen voor jarenlang probleemloos
gebruik. Door vocht of statischeelektriciteit kan de afstandsbediening echter defectraken. Raadpleeg voor vragen over
het gebruik van deafstandsbediening of voor het vervangen van de batterij een officiële HYUNDAI-dealer.
Door het gebruik van een verkeerde batterij kan de afstandsbedieningniet goed werken. Gebruik altijd dejuiste batterij.
Laat de afstandsbediening om beschadiging te voorkomen niet
vallen en stel hem niet bloot aan vocht, hitte of zonlicht.
Een onjuist afgevoerde batterij kan schadelijk zijn voor het milieu en
voor uw gezondheid. Zorg ervoordat de batterij volgens de wettelijke voorschriften wordt afgevoerd.
OTQ047003G
Page 70 of 324

Kenmerken van uw auto
6
4
D030000AEN
Dit systeem is ontworpen om inbraak in
de auto te voorkomen. Het systeem heeft
drie standen: in de eerste is het alarm
ingeschakeld, in de tweede stand klinkt
het alarm en in de derde stand is het
alarm uitgeschakeld. Als het systeem
wordt geactiveerd, klinkt er een alarm en
knipperen de alarmknipperlichten. D030100ATQ
Antidiefstalsysteem ingeschakeld
Parkeer de auto en zet de motor uit.
Schakel het alarm in zoals hieronder
beschreven is.
1. Verwijder de sleutel uit het contact.
2. Controleer of alle portieren, de
motorkap en de achterklep goed gesloten zijn.
3. Vergrendel de portieren met de afstandsbediening.
Na het voltooien van bovenstaandestappen knipperen de
alarmknipperlichten eenmaal om aan te
geven dat het alarm is ingeschakeld.
Als een portier, de achterklep of de
motorkap open is, knipperen de
alarmknipperlichten niet en schakelt het
antidiefstalsysteem niet in. Als alle
portieren, de achterklep en de motorkap
met de vergrendeltoets zijn gesloten,
knipperen de alarmknipperlichteneenmaal.
✽✽ AANWIJZING
De sleutel kan door een officiële
HYUNDAI-dealer worden geactiveerd
voor het antidiefstalsysteem. Raadpleeg
een officiële HYUNDAI-dealer indien u
van deze functie gebruik wilt maken.
Schakel het alarm pas in als alle
passagiers de auto verlaten hebben.
Als het alarm wordt ingeschakeldterwijl er nog iemand in de auto zit,
wordt het alarm geactiveerd als
diegene de auto verlaat. Als binnen 30
seconden na het inschakelen van het
alarm een portier, de achterklep of de
motorkap wordt geopend, wordt het
systeem uitgeschakeld om onnodig
activeren van het alarm te voorkomen.
ANTIDIEFSTALSYSTEEM (INDIEN VAN TOEPASSING)
Antidiefstal
systeem
ingescha
-keld
Alarm
geacti-veerd
Alarm
uitgescha-keld
Page 71 of 324

47
Kenmerken van uw auto
D030200AEN-EE
Alarm geactiveerd
Het alarm wordt geactiveerd als een van
de volgende situaties zich voordoet
terwijl het alarm is ingeschakeld.
Een van de voor- of achterportierenwordt geopend zonder de afstandsbediening.
De achterklep wordt geopend zonder de afstandsbediening.
De motorkap wordt geopend. De claxon klinkt en de
alarmknipperlichten knipperen
gedurende 30 seconden. Het alarm kan
worden uitgeschakeld door de portieren
te ontgrendelen met deafstandsbediening. D030400BTQ
Alarm uitgeschakeld
Het systeem wordt uitgeschakeld zodra
de portieren (en achterklep) worden
ontgrendeld met de afstandsbediening.
Na het drukken op de ontgrendeltoets
knipperen de alarmknipperlichten
tweemaal om aan te geven dat het alarm
is uitgeschakeld. Als er op de
ontgrendeltoets van de
afstandsbediening wordt gedrukt en er
binnen 30 seconden geen portier (of
achterklep) wordt geopend, wordt het
alarm weer ingeschakeld.
✽✽
AANWIJZING - A uto's zonder
startblokkeersysteem
Probeer de motor niet te starten als het alarm is ingeschakeld. De
startmotor wordt uitgeschakeld als
het alarm is geactiveerd.
Steek, als het alarm niet met de
afstandsbediening is uitgeschakeld, de
contactsleutel in het contact, zet het
contact in stand ON en wacht 30
seconden. Daarna zal het alarm
worden uitgeschakeld.
Raadpleeg een officiële HYUNDAI- dealer als u uw sleutels verloren bent. ✽
✽
AANWIJZING -
Startblokkeersysteem
Steek, als het systeem niet uitgeschakeld is met de
afstandsbediening. De contactsleutel
in contactslot en start de motor.
Daarna zal het alarm worden
uitgeschakeld.
Raadpleeg een officiële HYUNDAI-
dealer als u uw sleutels verloren bent.
OPMERKING
Breng geen wijzigingen aan in het
antidiefstalsysteem. Hierdoor kandit defect raken. Laat het systeemindien nodig controleren en
repareren door een officiëleHYUNDAI-dealer.
Storingen veroorzaakt dooronjuiste afstelling of eigenhandigeaanpassingen van het
antidiefstalsysteem vallen nietonder de fabrieksgarantie.
Page 72 of 324

Kenmerken van uw auto
8
4
D050100ATQ
Portiersloten van buitenaf
vergrendelen/ontgrendelen
Draai de sleutel naar de achterzijde
van de auto om het portier te
ontgrendelen en naar de voorzijde om
het portier te vergrendelen.
Als het portier met de sleutel wordt vergrendeld/ontgrendeld, zullen alle
overige portieren en de achterklep
gelijktijdig vergrendeld/ontgrendeld
worden. (indien van toepassing)
Als het voorportier met de sleutel wordt vergrendeld, zullen alle overige
portieren automatisch en gelijktijdig
vergrendeld worden. (indien vantoepassing) De portieren kunnen ook met de
afstandsbediening worden vergrendeld
en ontgrendeld. (indien vantoepassing)
Trek de portiergreep na het ontgrendelen omhoog om het portier teopenen.
Druk het portier met de hand dicht om het te sluiten. Zorg ervoor dat de
portieren goed dicht zitten.
✽✽ AANWIJZING
In een koud en nat klimaat werken de portiervergrendeling en
portiermechanismen mogelijk niet
door bevriezingsverschijnselen.
Als het portier een aantal keren snel
achter elkaar wordt vergrendeld en
weer ontgrendeld, ofwel met de sleutel
ofwel met de schakelaar
portiervergrendeling, zal de werking
van het systeem tijdelijk worden
onderbroken om beschadiging van de
onderdelen te voorkomen.
Als de portieren ontgrendeld zijn, kande schuifdeur achter geopend worden
door aan de greep te trekken en de
deur richting de achterzijde van de
auto te schuiven.
Zodra de achterdeur volledig is geopend, wordt hij automatisch
vergrendeld.
Trek de greep naar de voorzijde van de
auto en schuif de deur naar voren om
deze te sluiten.
SLOTEN
OTQ047005
Vergrendeld
Ontgrendelen
OTQ047006
Schuifdeuren achter