Page 137 of 250

136VEILIGHEID
GROEP 2 fig. 10
Kinderen met een gewicht tussen 15 en 25 kg kunnen direct door
de veiligheidsgordels van de auto worden beschermd. Kinderen
moeten zo in de kinderzitjes worden geplaatst, dat het diagonale
gordelgedeelte schuin over de borst en niet langs de nek ligt. Het
horizontale gordelgedeelte moet over het bekken en niet over de
buik van het kind liggen.
GROEP 3 fig. 11
Bij kinderen met een gewicht tussen 22 en 36 kg is de borstom-
vang van dien aard dat de kinderen gewoon tegen de rugleuning
kunnen steunen en niet meer in een kinderzitje hoeven te wor-
den vervoerd. In figuur 11 wordt een voorbeeld gegeven van de
juiste positie van het kind op de achterbank.
fig. 10A0J0099mfig. 11A0J0100m
De afbeeldingen dienen alleen ter illustratie van
de bevestiging. Houdt u voor de montage van het
kinderzitje aan de instructies. De fabrikant is ver-
plicht deze instructies bij te leveren.
Er bestaan kinderzitjes die geschikt zijn voor de ge-
wichtsgroepen 0 en 1 die uitgerust zijn met een be-
vestigingspunt achter. Deze kinderzitjes hebben zelf
gordels om het kind te beschermen. Vanwege het gewicht
kan het gevaarlijk zijn als ze verkeerd worden gemonteerd
(bijvoorbeeld als een kussen tussen het kinderzitje en de
veiligheidsgordels van de auto wordt geplaatst). Houdt u
voor de montage strikt aan de bijgeleverde instructies.
127-148 Alfa NL MiTo 4-07-2008 19:08 Pagina 136
Page 138 of 250
VEILIGHEID137
2
GESCHIKTHEID VAN DE ZITPLAATSEN VOOR HET GEBRUIK VAN UNIVERSELE KINDERZITJES
De auto voldoet aan de nieuwe Europese 2000/3/EU-richtlijnen voor de montage van kinderzitjes op de verschillende plaatsen in de
auto. Zie de volgende tabel:
Legenda:
U = geschikt voor “Universele” kinderzitjes overeenkomstig de Europese ECE/R44- voorschriften voor de aangegeven “groepen”.
Passagier Passagier achter
Groep Gewichtsklasse voor zijkant en in het midden
Groep 0, 0+ tot 13 kg U U
Groep 1 9-18 kg U U
Groep 2 15-25 kg U U
Groep 3 22-36 kg U U
127-148 Alfa NL MiTo 4-07-2008 19:08 Pagina 137
Page 139 of 250

138VEILIGHEID
Belangrijkst veiligheidsvoorschriften voor het
ver voer van kinderen:
❍monteer het kinderzitjes op een van de zitplaatsen achter, om-
dat die plaatsen bij een ongeval de meeste bescherming bie-
den;
❍als de frontairbag aan passagierszijde buiten werking wordt ge-
steld, moet altijd gecontroleerd worden of de airbag daad-
werkelijk is uitgeschakeld: het betreffende lampje
Fmoet
continu branden;
❍houdt u bij de montage van het kinderzitje strikt aan de in-
structies. De fabrikant is verplicht deze instructies bij te leve-
ren. Bewaar de instructies samen met het instructieboekje in
de auto. Monteer geen gebruikte kinderzitjes waarvan de ge-
bruiksaanwijzingen ontbreken.
❍controleer altijd of de gordels goed zijn vastgemaakt door aan
de gordelband te trekken;
❍Ieder veiligheidssysteem is bedoeld voor slechts een kind: ver-
voer nooit twee kinderen in een systeem;
❍controleer altijd of de gordel niet langs de nek van het kind
loopt;
❍zorg er tijdens de rit voor dat het kind geen afwijkende hou-
ding aanneemt of de gordels losmaakt;
❍vervoer kinderen nooit in uw armen, ook geen pasgeboren kin-
deren. Niemand is sterk genoeg om ze bij een ongeval vast
te kunnen houden;
❍Na een ongeval moet het zitje door een nieuw exemplaar wor-
den vervangen.
127-148 Alfa NL MiTo 4-07-2008 19:08 Pagina 138
Page 140 of 250
VEILIGHEID139
2
INBOUWVOORBEREIDING VOOR DE
MONTAGE VAN EEN “ISOFIX”
KINDERZITJE
De auto is voorbereid op de montage van “Isofix Universeel”-kin-
derzitjes; een nieuw gestandaardiseerd Europees systeem voor het
vervoeren van kinderen.
Er kan ook een mengvorm worden gekozen, een traditioneel kin-
derzitje en een Isofix-kinderzitje. Als voorbeeld is in fig. 12 een
voorbeeld van een kinderzitje aangegeven. Het “Isofix Universeel”-
kinderzitje is voor de gewichtsgroep 1.
Voor de andere gewichtsklassen zijn speciale Isofix zitjes beschik-
baar, die alleen kunnen worden gebruikt als ze zijn ontworpen, ge-
test en goedgekeurd voor deze auto (zie de lijst met geschikte
auto’s bij het zitje).
fig. 12A0J0093m
WAARSCHUWING Op de middelste zitplaats achter kan geen enkel
type kinderzitje wordt gemonteerd.
127-148 Alfa NL MiTo 4-07-2008 19:08 Pagina 139
Page 141 of 250

140VEILIGHEID
ISOFIX KINDERZITJE MONTEREN
Haak het kinderzitje aan de onderste metalen ogen A-fig. 13 tus-
sen de rugleuning en de achterbankzitting en:
❍voor de passagiersstoel voor: bevestig vervolgens de boven-
ste riem (die wordt geleverd met het zitje) aan de beugels B-
fig. 14 aan de onderzijde nabij de geleider van de voorstoel;
❍voor de achterste zitplaatsen: bevestig de bovenste riem (van
het zitje) aan de beugels C-fig. 14 aan de onderzijde van de
rugleuning.
Er kan ook een mengvorm worden gekozen, een traditioneel kinder-
zitje en een Isofix-kinderzitje. Als gebruik wordt gemaakt van een
Universeel Isofix zitje, moeten ECE R44/03 “Universeel Isofix” goed-
gekeurde zitjes worden gebruikt. In Lineaccessorie ALFA ROMEO is een
“universeel Isofix” kinderzitje (“Duo Plus”) leverbaar. Zie voor meer
informatie over de montage en/of het gebruik van het kinderzitje
het “Instructieboekje” dat bij het kinderzitje is geleverd.
fig. 13A0J0092mfig. 14A0J0310m
Monteer het kinderzitje alleen als de auto stilstaat.
Het kinderzitje is op de juiste wijze aan de beugels
bevestigd als u het hoort vergrendelen. Houdt u in
ieder geval aan de instructies voor de montage, de de-
montage en de plaatsing. De fabrikant van het kinder-
zitje is verplicht deze instructies bij te leveren.
127-148 Alfa NL MiTo 4-07-2008 19:08 Pagina 140
Page 142 of 250

VEILIGHEID141
2
GESCHIKTHEID VAN DE ZITPLAATSEN VOOR HET GEBRUIK VAN ISOFIX KINDERZITJES
In de onderstaande tabel is, in overeenstemming met de europese regel ECE 16 de mogelijkheid aangegeven voor de montage van Iso-
fix kinderzitjes op zitplaatsen met Isofix beugels.
Gewichtsklasse Richting Klasse Passagier Passagier achter
kinderzitje Isofix label voor zijkant links zijkant rechts
ReiswiegTegen rijrichting F X X X
Tegen rijrichting G X X X
Groep 0 tot 10 kg Tegen rijrichting E IL X X
Tegen rijrichting G X X X
Groep 0 + tot 13 kg Tegen rijrichting E IL X X
Tegen rijrichting G X X X
Tegen rijrichting D IL X X
Tegen rijrichting G X X X
Groep 1 van 9 tot 18 kg In rijrichting B IUF IUF IUF
In rijrichting BI IUF IUF IUF
In rijrichting A IUF X X
IUF geschikt voor Isofix-kinderzitjes uit de universele klasse (met een derde bevestigingspunt boven) die in de rijrichting bevestigd moeten worden en
goedgekeurd zijn voor het gebruik door die gewichtsgroep.
IL: geschikt voor Isofix-kinderzitjes, die speciaal ontworpen en goedgekeurd zijn voor dit type auto. Het kinderzitje kan gemonteerd worden door de
voorstoel naar voren te schuiven.
X: de opstelling van de Isofix beugels voor het beschermen van kinderen in deze gewichtsklasse.
127-148 Alfa NL MiTo 4-07-2008 19:08 Pagina 141
Page 143 of 250

142VEILIGHEID
FRONTAIRBAGS
De auto is uitgerust met meertraps-frontairbags (“Smart bags”)
aan bestuurders- en passagierszijde en knie-airbags aan bestuur-
derszijde.
“SMARTBAGS”
(MEERTRAPS-FRONTAIRBAGS)
De frontairbags (bestuurder en passagiers) zijn ontworpen om de
inzittenden te beschermen bij een middelzware frontale botsing
door een kussen tussen de inzittende en het stuurwiel of het dash-
board te plaatsen.
De airbags zijn geen vervanging, maar vormen een aanvulling op
de veiligheidsgordels. De gordels moeten altijd worden omgelegd.
Bij een ongeval kan een inzittende die geen veiligheidsgordel heeft
omgelegd, in contact komen met een airbag die nog niet volledig
opgeblazen is. Hierdoor wordt de inzittende minder door de airbag
beschermd.
Het is mogelijk dat de frontairbags in de volgende gevallen niet
worden ingeschakeld:
❍bij frontale botsingen met een ander deel van de auto dan
het front tegen makkelijk vervormbare objecten (bijv. als het
voorspatbord tegen de vangrail komt);
❍als de auto onder andere auto’s of veiligheidsvoorzieningen
schuift (bijvoorbeeld onder vrachtwagens of de vangrail);
in deze gevallen wordt geen enkele aanvullende bescherming wordt
geboden op de veiligheidsgordels. Als de airbags in deze gevallen
niet geactiveerd worden, betekent dit niet dat het systeem niet
goed functioneert.
FRONTAIRBAG AAN BESTUURDERSZIJDE
fig. 15
Deze bevindt zich in een ruimte in het midden van het stuurwiel.
Plaats geen stickers of andere objecten op het
stuur, op het deksel van de airbag aan passa-
gierszijde of de zijkant van de hemelbekleding.
Plaats geen voorwerpen op het dashboard aan de pas-
sagierszijde, omdat deze het correct openen van de air-
bag aan passagierszijde kunnen hinderen en de inzitten-
den ernstig kunnen verwonden.
fig. 15A0J0047m
127-148 Alfa NL MiTo 4-07-2008 19:08 Pagina 142
Page 144 of 250

VEILIGHEID143
2
FRONTAIRBAG AAN PASSAGIERSZIJDE
fig. 16
Deze bevindt zich in een ruimte in het dashboard.
Rijd altijd met beide handen op de stuurwielrand,
zodat bij het in werking treden van de airbag het
systeem niet wordt gehinderd door obstakels. Rijd
niet met voorover gebogen lichaam, maar ga goed recht-
op zitten en steun tegen de rugleuning.
fig. 16A0J0050m
Monteer absoluut geen kinderzitje achterstevoren
op de voorpassagiersstoel als de frontairbag aan pas-
sagierszijde is ingeschakeld. Als bij een ongeval de
airbags in werking treden (opblazen), kan dit ern-
stig letsel en zelfs de dood tot gevolg hebben, on-
geacht de zwaarte van het ongeluk. Als er geen andere mo-
gelijkheid is, moet in ieder geval de airbag aan passagiers-
zijde uitgeschakeld worden als het kinderzitje op de passa-
giersstoel voor wordt geplaatst. Bovendien moet de passa-
giersstoel zo ver mogelijk naar achteren zijn geplaatst; hier-
door wordt voorkomen dat het kinderzitje het dashboard
raakt. Ook als het niet wettelijk verplicht is, raden wij u aan,
voor een optimale bescherming van de volwassenen, de air-
bag onmiddellijk weer in te schakelen zodra er geen kin-
deren meer vervoerd worden.
127-148 Alfa NL MiTo 4-07-2008 19:08 Pagina 143