Page 73 of 218

72
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
BRANDSTOF-
NOODSCHAKELAAR
Deze veiligheidsschakelaar bevindt
zich onder het dashboard naast de
portierstijl aan passagierszijde. Om de
schakelaar te bereiken, moet u de be-
kleding verplaatsen. De schakelaar
springt omhoog bij een ongeval, waar-
door de toevoer van brandstof wordt
gestopt en de motor afslaat.
Als het systeem is ingeschakeld,
brandt het controlelampje
èop het
instrumentenpaneel en verschijnt er
een bericht (bepaalde uitvoeringen)
op het instelbare multifunctionele dis-
play.
Controleer de auto zorgvuldig op
brandstoflekkage, bijvoorbeeld in de
motorruimte, onder de auto of in de
nabijheid van de brandstoftank.
Als u na een ongeval een
brandstoflucht ruikt of
merkt dat het brandstofsysteem
lekt, druk dan de schakelaar niet
weer terug, zodat brand wordt
voorkomen.
ATTENTIE
fig. 84L0D0388m
Als u geen brandstoflekkage waar-
neemt en de auto kan nog verder rij-
den, druk dan op knop A-fig. 84om
de brandstoftoevoer weer te herstellen
en de verlichting weer in te schakelen.
Draai na een ongeval de contactsleu-
tel in stand STOPom te voorkomen
dat de accu ontlaadt.
Page 74 of 218

73
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
INTERIEUR-
UITRUSTING
BOVENSTE
DASHBOARDKASTJES fig. 85-86
Om de kastjes te gebruiken, moet u
het deksel m.b.v. mechanisme A ont-
grendelen en optillen totdat het dek-
sel in een vaste stand blijft openstaan.
Het opbergvak C-fig. 89en het vak
met DIN-afmetingen D-fig. 89be-
vinden zich in het midden van het
dashboard
Het “DIN”-vak Dkan worden uitge-
nomen voor de installatie van de au-
toradio uit het Lancia Lineaccessori-
programma.
fig. 85L0D0389m
fig. 86L0D0087m
Rijd niet met geopende
dashboardkastjes: bij een
ongeval zouden de inzittenden zich
kunnen verwonden.
ATTENTIE
fig. 87L0D0088m
fig. 88L0D0418m
fig. 89L0D0090m
OPBERGVAKKEN
Het opbergvak A-fig. 87bevindt zich
in het dashboard, tegenover de voor-
passagier.
In het opbergvak Akunt u een tas
E-fig. 90plaatsen uit het Lancia Li-
neaccessori-programma.
Het opbergvak B-fig. 88bevindt zich
in het dashboard, links van het stuur-
wiel.
Page 75 of 218
74
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
OPBERGRUIMTE
OP HEMELBEKLEDING fig. 94
De opbergruimte dient om snel lichte
voorwerpen in op te bergen (bijv. do-
cumenten, wegenkaarten enz.).
BELANGRIJK Plaats geen zware
voorwerpen in de opbergruimte en
houdt u er ook niet aan vast.
De opbergruimte is alleen aanwezig
op uitvoeringen zonder opendak.
BEKERHOUDER –
BLIKJESHOUDER fig. 92
De bekerhouders – blikjeshouders be-
vinden zich op de tunnelconsole voor
de handrem.
PASJES/KAARTHOUDER fig. 93
Op de tunnelconsole bevinden zich
gleuven om telefoonkaarten, mag-
neetpasjes of tolkaarten in op te ber-
gen. VAKKEN ACHTER fig. 91
In ieder portier bevindt zich een op-
berg/documentenvak.
fig. 90L0D0343m
fig. 91L0D0153m
fig. 92L0D0091m
fig. 93L0D0092m
fig. 94L0D0093m
Page 76 of 218

75
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
CD-OPBERGVAK ACHTER MET
BLIKJESHOUDER fig. 95
Op de tunnelconsole, achter de hand-
rem, bevindt zich een opbergvak voor
cd’s met een blikjeshouder.
STEKKERDOZEN (12V)
Deze werken uitsluitend als de con-
tactsleutel in stand MARstaat.
De stekkerdoos A-fig. 96bevindt zich
voor in de auto; als de auto is uitge-
rust met “rokerskit”, is de stekker-
doos Avervangen door een aansteker.
De auto kan zijn uitgerust met een
stekkerdoos C-fig. 97, ook aan de lin-
kerzijde van de bagageruimte.
fig. 95L0D0236m
fig. 96L0D0236m
fig. 97L0D0154m
ROKERSKIT
(indien aanwezig)
Aansteker fig. 99
Deze is in de tunnelconsole
geplaatst naast de handrem.
Druk op de knop met de sleutel in
stand MAR; na ongeveer 15 seconden
springt de knop automatisch terug en
is de aansteker gereed voor gebruik.
BELANGRIJK Controleer altijd of de
aansteker na het indrukken ook uit-
schakelt.
Asbak fig. 99
De asbak bestaat uit een uitneembaar
kunststof houder met een veerope-
ning. De asbak kan in de beker/blik-
jeshouder geplaatst worden op de tun-
nelconsole.
BELANGRIJK Gebruik de asbak niet
als prullenbak voor papiertjes; als
deze in contact komen met smeulende
peuken kan er brand ontstaan.
Page 77 of 218

ZONNEKLEPPEN
De zonnekleppen zitten aan beide zij-
den naast de binnenspiegel. Ze kun-
nen voor de voorruit of voor de zijruit
worden gedraaid.
Bij bepaalde uitvoeringen is de zon-
neklep voorzien van een spiegeltje.
Om het spiegeltje te gebruiken, moet
het schuifklepje A-fig. 100(indien
aanwezig) worden geopend.
OPENDAK
(indien aanwezig)
Het opendak is voorzien van een anti-
letselfunctie. Sensoren in de ruitrub-
bers kunnen een eventueel obstakel
waarnemen als de ruit sluit. In dat ge-
val onderbreekt het systeem de ruit-
beweging en wordt de ruit onmiddel-
lijk geopend. Het opendak met grote
ruit “skydome” bestaat uit 2 ruitpa-
nelen, een vast paneel en een beweeg-
baar paneel. De panelen zijn voorzien
van een zonnescherm dat met de
hand in twee standen kan worden ge-
zet (geopend/gesloten). Het opendak
kan uitsluitend bediend worden als de
contactsleutel in stand MARstaat.
Met de knop bij de plafondverlichting
voor kunt u het dak openen/sluiten.
Openen
Als u de knop B-fig. 101indrukt en
ingedrukt houdt, opent het voorste
ruitpaneel in “kantelstand”. Druk
nogmaals langer dan een halve se-
conde op de knop Bom de ruit geheel
te openen. De ruit kan in een tussen-
liggende stand worden gezet door op-
nieuw op de knop te drukken.
76
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
fig. 99L0D0096m
fig. 100L0D0097m
De aansteker wordt erg heet.
Gebruik de aansteker voor-
zichtig en voorkom dat hij gebruikt
wordt door kinderen: risico op brand
en/of brandwonden.
ATTENTIE
Page 78 of 218

BEDIENING IN
NOODGEVALLEN
Als het opendak niet elektrisch be-
diend kan worden, dan kan het hand-
matig worden bediend; ga hiervoor als
volgt te werk:
❒verwijder de beschermdop op de
hemelbekleding, tussen de twee
zonneschermen
❒pak de bij de auto geleverde zes-
kantige sleutel
❒steek de sleutel in de zitting A-fig.
102en draai de sleutel:
– rechtsom om het dak te openen
– linksom om het dak te sluiten. Sluiten
Als het dak in geheel geopende stand
staat en u drukt langer dan een halve
seconde op de knop A-fig. 101, dan
komt het voorste ruitpaneel automa-
tisch in “kantelstand”. De ruit kan in
een tussenliggende stand worden ge-
zet door opnieuw op de knop te druk-
ken. Druk nogmaals op de knop Aen
houd de knop ingedrukt om het pa-
neel geheel te sluiten.
77
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
fig. 101L0D0098mfig. 102L0D0099m
Als er een imperiaal ge-
monteerd is, is het raad-
zaam het opendak alleen in
“kantelstand” te gebruiken.
Open het dak niet bij
sneeuw of ijs: het kan dan
beschadigd worden.
Page 79 of 218

78
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
PORTIER BESTUURDERSZIJDE
fig. 103
Op de armsteun zijn twee of (indien
aanwezig) vijf bedieningsschakelaars
gemonteerd waarmee u, als de con-
tactsleutel in stand MARstaat, de zij-
ruiten bedient:
Aopenen/sluiten zijruit linksvoor;
Bopenen/sluiten zijruit rechtsvoor;
ELEKTRISCHE
RUITBEDIENING
Bij uitvoeringen met 2 bedienings-
schakelaars (alleen elektrische ruitbe-
diening voor) is er geen automatische
bediening omhoog/omlaag, terwijl bij
uitvoeringen met 4 bedieningsscha-
kelaars (elektrische ruitbediening voor
en achter) er aan bestuurderszijde een
automatische bediening omhoog/om-
laag is en aan passagierszijde alleen
omlaag (indien van toepassing ook
omhoog), terwijl er achter alleen een
automatische bediening omlaag is.
BELANGRIJK Als de contactsleutel in
stand STOPstaat of is uitgenomen,
dan kunnen de ruiten nog ongeveer 2
minuten worden bediend. Het sys-
teem wordt echter onmiddellijk uitge-
schakeld als een van de portieren
wordt geopend.
fig. 103L0D0103m
Copenen/sluiten zijruit linksachter
(indien aanwezig);
Dopenen/sluiten zijruit rechtsachter
(indien aanwezig);
Eblokkeren van de schakelaars op
de achterportieren (indien aanwe-
zig). Als het systeem is ingescha-
keld, brandt het lampje op de
knop.
Page 80 of 218

79
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
Automatische werking
(indien aanwezig)
Enkele uitvoeringen met vier elek-
trisch bedienbare ruiten met automa-
tische bediening omhoog en omlaag
van de portierruit aan bestuurders-
zijde en alleen omlaag van de andere
ruiten.
ASchakelaar voor automatisch
volledig openen en sluiten;
B-C-DSchakelaars voor alleen au-
tomatisch volledig openen.
Druk kort op een van de schakelaars
voor het “stapsgewijs” openen/sluiten
van de ruit. Als u de schakelaar lo-
slaat, stopt de beweging van de ruit.
PORTIER PASSAGIERSZIJDE
EN ACHTERPORTIEREN
(indien aanwezig) fig. 104
In de armsteun van ieder portier is
een schakelaar gemonteerd om aan
die zijde de ruit te bedienen.
fig. 104L0D0155m
Onzorgvuldig gebruik van
de elektrische ruitbedie-
ning kan gevaarlijk zijn. Contro-
leer voor en tijdens het bedienen
van de ruit altijd of de passagiers
niet kunnen worden verwond door
de bewegende ruiten, hetzij direct
door contact met de ruit, hetzij
door voorwerpen die door de ruit
worden meegesleept of geraakt.
Verwijder altijd de sleutel uit het
contactslot als u de auto verlaat om
te voorkomen dat een onverwachtse
inschakeling van de elektrische
ruitbediening gevaar oplevert voor
de achtergebleven passagiers.
ATTENTIE
fig. 105L0D0156m
HANDMATIGE RUITBEDIENING
(indien aanwezig)
Open of sluit de ruiten met de be-
treffende slingerfig. 105.