Page 57 of 272

57
Ergonomie en comfort
3
► Plaats de beschermhoes door de 4 klemhaken van de hoes vast te maken aan de 4 bevestigingspunten op de scheidingswand.► Trek de hoofdsteunstangen uit de neergeklapte rugleuning; er blijven twee uitsparingen zichtbaar.► Laad de gewenste voorwerpen.
NOTIC E
De maximaal toegestane belasting van de neergeklapte rugleuning is 100 kg.
► Breng de lus van de hoes aan om de hoofdsteun.► Trek de lus met behulp van het instelbare deel aan om de geladen voorwerpen op de juiste wijze binnen de hoes vast te houden.
NOTIC E
De beschermhoes kan na gebruik blijven zitten.
NOTIC E
Controleer regelmatig of de beschermhoes nog in een goede staat verkeert.Neem bij tekenen van slijtage contact op met een TOYOTA-dealer om de hoes te laten vervangen door een beschermhoes die voldoet aan de specificaties en de kwaliteit die TOYOTA en uw auto nodig hebben.
Dubbele cabine
Een verwijderbare scheidingswand die tussen de eerste en tweede zitrij kan worden geplaatst
beschermt de bestuurder en passagiers tegen mogelijk schuivende lading.Een luik in de scheidingswand kan worden geopend om lange voorwerpen te vervoeren.In de auto bevindt zich een beschermhoes om lange voorwerpen veilig te kunnen vervoeren.
Page 58 of 272

58
WARNI NG
Vergrendel de verwijderbare scheidingswand uitsluitend in deze 2 standen.
WARNI NG
Leun bij het instappen niet op de verwijderbare scheidingswand.
WARNI NG
Wees alert als de auto zich op een steile helling bevindt, er zich achter de scheidingswand bagage bevindt en er passagiers aan boord zijn.
WARNI NG
Plaats geen bagage achter de scheidingswand achter de tweede zitrij wanneer de rugleuning van het 2/3-deel van de bank is neergeklapt.
WARNI NG
Schakel de voorpassagiersairbag uit wanneer u lange voorwerpen vervoert.
Verplaatsen van de
scheidingswand
Naar voren verplaatsen van de scheidingswand
► Klap de rugleuningen van de stoelen van de tweede zitrij neer en controleer of ze goed zijn neergeklapt. Pas indien nodig de stand van de
stoelen van de eerste zitrij aan (door ze naar voren te bewegen).► Maak de bovenste grendels A en B los.► Controleer of de grendels C en D ontgrendeld worden.► Schuif de scheidingswand naar voren.► Vergrendel de onderste grendels C en D en controleer of de paspennen goed in hun behuizingen vallen.► Vergrendel de bovenste grendels A en B.
Naar achteren verplaatsen van de scheidingswand
► Maak de bovenste grendels A en B los.► Maak de onderste grendels C en D los.► Schuif de scheidingswand naar achteren.► Vergrendel de bovenste grendels A en B.► Klap de rugleuningen van de stoelen van de tweede zitrij terug.
NOTIC E
De bovenste aanslagen moeten mogelijk worden versteld als:– er overmatige kracht moet worden uitgeoefend om de bovenste grendels A en B te bedienen.– er tijdens het rijden geluiden hoorbaar zijn die worden veroorzaakt door overmatige speling.
Page 59 of 272

59
Ergonomie en comfort
3
NOTIC E
Als de scheidingswand wordt vergrendeld achter de stoelen van de tweede of de eerste zitrij, wordt met een vergrendelgeluid aangegeven dat de bovenste grendels gesloten zijn.
WARNI NG
Rijd nooit met een niet-vergrendelde scheidingswand.
WARNI NG
Verplaats de scheidingswand niet als de grendels uitgeklapt zijn - kans op krassen of beschadiging van kunststof panelen!
WARNI NG
Verwijder de scheidingswand nooit om de auto om te bouwen van een bedrijfsauto naar een personenauto.Hierdoor zou de veiligheid van gebruikers in gevaar kunnen komen door de afwezigheid van een kinderslot op de achterklep (verplicht bij personenauto's).
WARNI NG
Let op de laadhoogte achter de scheidingswand en het formaat van de lange lading in de beschermhoes: de bestuurder moet goed zicht houden.
WARNI NG
Plaats geen lading tussen de scheidingswand en de rugleuning van de bank.
Openen/sluiten van het luik
► Open/sluit het luik E met de grendel.► Gebruik de steun F om het luik open te houden.
WARNI NG
Wanneer u bagage vervoert, moet het luik E open worden gehouden met de steun F.
WARNI NG
Doe altijd het volgende: sluit het luik E, berg de steun F op in zijn behuizing (gebruik de clip) en
zet de rugleuning van de buitenste passagiersstoel(en) (afhankelijk van de positie van de scheidingswand) rechtop als u geen lange lading vervoert.
WARNI NG
Plaats indien mogelijk geen lading op de glijstang van het luik E. Plaats lading indien mogelijk op de neergeklapte rugleuningen van de stoelen.De maximaal toegestane belasting van de glijstang van het luik E is 20 kg.
Page 60 of 272

60
Plaatsen van de
beschermhoes
WARNI NG
De beschermhoes moet altijd geplaatst zijn als de rugleuning van de buitenste zitplaats is neergeklapt en het luik in de scheidingswand open is.
WARNI NG
Er mag geen passagier op de buitenste zitplaats van de eerste zitrij plaatsnemen als de rugleuning van de buitenste zitplaats op de tweede zitrij erachter is neergeklapt en het luik open is vanwege een lange lading.Er mag geen passagier op de middelste zitplaats van de tweede zitrij plaatsnemen als de rugleuning van de buitenste zitplaats neergeklapt is en het luik open is vanwege een lange lading.
WARNI NG
Zorg er bij het laden van lange voorwerpen voor dat de beschermhoes correct wordt geplaatst.
► Klap de rugleuning van de buitenste zitplaats(en) neer (afhankelijk van de positie van de scheidingswand)Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de achterbank en met name het neerklappen van de rugleuningen.Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de tweezitsbank voor en met name de neergeklapte positie van de buitenste zitplaats.
► Plaats de beschermhoes door de 4 klemhaken van de hoes vast te maken aan de 4 bevestigingspunten op de scheidingswand.► Trek de hoofdsteunstangen uit de neergeklapte rugleuning(en) van de buitenste zitplaats(en) (afhankelijk van de positie van de scheidingswand); er blijven twee uitsparingen zichtbaar.► Laad de gewenste voorwerpen.
NOTIC E
Plaats geen zware lading op de neergeklapte
rugleuning van de eerste zitrij. Plaats zware lading indien mogelijk op de vloer.De maximaal toegestane belasting van de neergeklapte rugleuningen van de tweede zitrij is 80 kg.
Page 61 of 272

61
Ergonomie en comfort
3
NOTIC E
Het is normaal dat een extra stuk beschermhoes zichtbaar is als de scheidingswand achter de eerste zitrij is geplaatst.► Zet dit extra stuk beschermhoes vast in de ruimte onder het dashboardkastje.
► Bevestig de lus(sen) rond de hoofdsteun(en) (afhankelijk van de positie van de scheidingswand)► Trek de lus(sen) met behulp van het instelbare deel aan om de geladen voorwerpen op de juiste wijze binnen de hoes vast te houden.
WARNI NG
Plaats lading uitsluitend in een beschermhoes in het passagierscompartiment (met name op de afdekplaat).
NOTIC E
Controleer regelmatig of de beschermhoes nog
in een goede staat verkeert.Neem bij tekenen van slijtage contact op met een TOYOTA-dealer om de hoes te laten vervangen door een beschermhoes die voldoet aan de specificaties en de kwaliteit die TOYOTA en uw auto nodig hebben.
Verwarming en ventilatie
Advies
NOTIC E
Gebruik van het ventilatie- en airconditioningsysteem► Let er voor een gelijkmatige verdeling van de lucht naar het interieur op dat het luchtinlaatrooster onder de voorruit, de
verschillende luchtkanalen, ventilatieroosters en overige uitstroomopeningen alsmede de luchtafvoeropening in de bagageruimte vrij blijven.
► Dek de zonlichtsensor op het dashboard niet af; deze wordt gebruikt voor het regelen van de automatische airconditioning.► Zet de airconditioning ten minste één of twee keer per maand 5 tot 10 minuten aan om het systeem in perfecte staat te houden.► Als het systeem geen koude lucht aanvoert, schakel het dan uit en neem contact op met een TOYOTA-dealer of een gekwalificeerde werkplaats.Bij een zware belasting van de motor (trekken van een aanhangwagen op een steile helling bij een hoge buitentemperatuur) kan de airconditioning tijdelijk worden uitgeschakeld voor een optimale trekkracht van de motor.
WARNI NG
Vermijd te lang rijden met een uitgeschakelde aanjager en het te lang gebruiken van de luchtrecirculatie. Zo voorkomt u dat de ruiten beslaan of de luchtkwaliteit vermindert.
Als de binnentemperatuur zeer hoog is wanneer de auto lang in de zon heeft gestaan, is het raadzaam het passagierscompartiment korte tijd
te ventileren.Zorg ervoor dat de aanjagersnelheid voldoende hoog is ingesteld, zodat de lucht in het passagierscompartiment goed ververst wordt.
Page 62 of 272

62
NOTIC E
Condensvorming door de airconditioning kan ertoe leiden dat zich een klein plasje water onder de auto vormt Dit is een normaal verschijnsel.
NOTIC E
Onderhoud van het ventilatie- en airconditioningsysteem► Controleer regelmatig de staat van het interieurfilter en laat de filterelementen periodiek vervangen.Het is raadzaam om een gecombineerd interieurfilter te gebruiken. Dankzij het toegevoegde speciale actieve middel is de lucht die de inzittenden inademen schoner en blijft het passagierscompartiment schoner (vermindering van allergische reacties, onaangename geurtjes en vetaanslag).► Om een correcte werking van de airconditioning te garanderen, moet u deze overeenkomstig de aanbevelingen in het onderhouds- en garantieboekje laten controleren.
NOTIC E
Snel verwarmen van het interieur
► Druk op toets 3c.► Draai draaiknop 1 naar een hogere temperatuur (minstens 21).
► Draai draaiknop 2 naar stand 3 of verder.► Druk op toets 4 voor een sneller resultaat (laat de luchtrecirculatie niet te lang ingeschakeld staan, anders kunnen de ruiten beslaan).► Druk niet op de andere toetsen.
Bevat gefluoreerde broeikasgassen R134aAfhankelijk van de uitvoering en het land van bestemming bevat het airconditioningsysteem gefluoreerde broeikasgassen R134a.
NOTIC E
Stop & StartDe verwarmings- en airconditioningssystemen werken alleen als de motor draait.
Schakel tijdelijk het Stop & Start-systeem uit om een comfortabele temperatuur in het passagierscompartiment te behouden.Zie het desbetreffende hoofdstuk voor meer informatie over de Stop & Start.
Verwarming
Handmatig bediende
airconditioning
De airconditioning werkt alleen bij draaiende motor.
1.Temperatuur.
2.Luchtstroom.
3.Luchtverdeling.
4.Recirculatie van lucht in het interieur.
5.Airconditioning aan/uit.
Luchtopbrengst
► Draai aan knop 2 om de gewenste luchtopbrengst te verkrijgen.
Page 63 of 272

63
Ergonomie en comfort
3
NOTIC E
Wanneer de draaiknop van de luchtcirculatie in de stand minimaal staat (systeem UIT), wordt de temperatuur in de auto niet meer geregeld. Er blijft door de rijwind echter nog wel een kleine luchtstroom gehandhaafd.
Temperatuur
► Draai knop 1 van “LO” (koel) naar “HI” (warm) om de temperatuur naar behoefte in te stellen.
NOTIC E
Een waarde van rond de 21 zorgt voor een optimaal comfort. Afhankelijk van uw wensen is een instelling tussen 18 en 24 gebruikelijk.Daarnaast raden we aan om instellingsverschillen tussen links en rechts van meer dan 3 te vermijden.
NOTIC E
Als de temperatuur in de auto bij het instappen aanzienlijk lager of hoger is dan de ingestelde waarde van de comfortmodus, hoeft de weergegeven waarde niet te worden gewijzigd om het vereiste comfortniveau te bereiken. Het systeem compenseert automatisch en zo snel mogelijk het temperatuurverschil.
NOTIC E
Om het passagierscompartiment maximaal te koelen of te verwarmen is het mogelijk de minimale waarde 14 of de maximale waarde 28 te overschrijden.► Draai draaiknop 1 naar links tot aan LO of naar rechts tot aan HI.
Luchtverdeling
Voorruit en zijruiten (3a).Uitstroomopeningen in het midden en opzij (3b).Voetenruimten (3c).De luchtverdeling kan gedetailleerder worden afgesteld door meerdere toetsen in te drukken.
WARNI NG
Voor een optimaal comfort (afhankelijk van de buitentemperatuur)
< 15°C: druk op toets 3a en 3c.15°C - 25°C: druk op toets 3b en 3c.> 25°C: druk op toets 3b.
Airconditioning
De airconditioning werkt doeltreffend in elk jaargetijde, bij draaiende motor en mits de ruiten zijn gesloten.Dit systeem maakt het mogelijk om:– in de zomer de temperatuur in het interieur te verlagen,– in de winter bij temperaturen boven 3°C beslagen ruiten snel te ontwasemen.
Aan/uit
► Druk op toets 5 om de airconditioning in of uit te schakelen.Om bij ingeschakelde airconditioning sneller koele lucht te verkrijgen kunt u gedurende enige tijd de recirculatiestand inschakelen door op toets 4 te drukken. Schakel daarna de toevoer van buitenlucht weer in.
NOTIC E
De airconditioning werkt niet als de regeling voor de luchtopbrengst in de stand UIT staat.
WARNI NG
Als de airconditioning is uitgeschakeld, kunnen onaangename verschijnselen optreden (vocht, beslagen ruiten).
Page 64 of 272

64
Automatische
airconditioning met
gescheiden regeling
1.Temperatuur.
2.Luchtstroom.
3.Luchtverdeling.
4.Recirculatie van lucht in het interieur.
5.Airconditioning aan/uit.
6.Automatische comfortmodus.
7.Programma “Zicht”.
8.Functie “Mono”.
Automatische comfortmodus
► Druk meerdere keren op toets “AUTO” (6).De geactiveerde modus wordt zoals hieronder beschreven op het scherm weergegeven:Zorgt voor een zachte, stille werking door de luchtstroom te beperken.Biedt het beste compromis tussen een comfortabele temperatuur en een stille werking.Zorgt voor een dynamische, effectieve
luchtstroom.
NOTIC E
Wanneer de motor koud is, zal de luchtstroom slechts geleidelijk toenemen tot het optimale niveau om te voorkomen dat te veel koude lucht wordt verspreid.Bij koud weer wordt er eerst alleen warme lucht naar de voorruit, de zijruiten en de voetenruimte gevoerd.
Handmatige modus
Als u dat wenst, kunt een andere dan de door het systeem voorgestelde modus kiezen door een instelling te wijzigen. De overige functies worden dan nog steeds automatisch geregeld. Het symbool “AUTO” verdwijnt wanneer u een instelling wijzigt.
Uitschakelen van het systeem
► Druk op toets 2 “-” totdat het ventilatorsymbool is verdwenen.Hierdoor worden alle functies van de automatische
airconditioning met gescheiden regeling uitgeschakeld.De temperatuur wordt niet langer geregeld. Er blijft door de rijwind echter nog wel een kleine luchtstroom gehandhaafd.► Druk op toets 2 “+” om het systeem weer in te schakelen.
Temperatuur
De bestuurder en voorpassagier kunnen de temperatuur afzonderlijk van elkaar naar wens instellen.De op het display weergegeven waarde heeft betrekking op een bepaald comfortniveau en niet op een temperatuur in graden Celsius of Fahrenheit.► Duw toets 1 omlaag om de waarde te verlagen of omhoog om de waarde te verhogen.
NOTIC E
Een waarde van rond de 21 zorgt voor een optimaal comfort. Afhankelijk van uw wensen is een instelling tussen 18 en 24 gebruikelijk.Daarnaast raden we aan om instellingsverschillen tussen links en rechts van meer dan 3 te vermijden.
NOTIC E
Als de temperatuur in de auto bij het instappen aanzienlijk lager of hoger is dan de ingestelde waarde van de comfortmodus, hoeft de weergegeven waarde niet te worden gewijzigd om het vereiste comfortniveau te bereiken. Het systeem compenseert automatisch en zo snel mogelijk het temperatuurverschil.