Page 385 of 648

3854-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Omstandigheden waaronder de RCTA mogelijk niet goed werkt
●De RCTA-functie signaleert andere auto's mogelijk niet goed onder de volgende
omstandigheden:
• Als de sensor niet goed is uitgelijnd doordat de sensor of de omgeving ervan is
blootgesteld aan hevige schokken
• Wanneer er ijs of modder e.d. op de achterbumper zit
• Onder slechte weersomstandigheden, b ijvoorbeeld bij zware regenval, mist en
sneeuw
• Wanneer er continu meerdere auto's naderen
• Parkeren onder een kleine hoek
• Wanneer een auto met hoge snelheid nadert
• Bij het parkeren op een steile helling, zoals op een heuvel, een daling in de weg, enz.
• Direct nadat de RCTA is ingeschakeld
• Direct nadat het hybridesysteem is gestart terwijl de RCTA is ingeschakeld
• Wanneer voorwerpen zoals een fietsendrager op de achterzijde van de auto zijn gemonteerd
● Onder de volgende omstandigheden is de kans dat de RCTA onnodig een auto en/of
object signaleert groter:
• Wanneer een voertuig uw auto van opzij passeert
• Wanneer de afstand tussen uw auto en metalen objecten, zoals een vangrail,
muur, verkeersbord of geparkeerde auto, die mogelijk elektrische golven richting
de achterzijde van de auto reflecteren, kort is
De helderheid van de indicatoren in de buitenspiegels en het volume van de
RCTA-zoemer kunnen worden gewijzigd via ( →Blz. 148) op het multi-
informatiedisplay.
• Voertuigen die niet kunnen worden waar- genomen door de sensoren als gevolg
van obstakels
• Wanneer de parkeerplaats uitkijkt op een straat en er auto's over die straat rijden
Wijzigen van de instelli ngen voor de indicatoren in de buitenspiegels
en de RCTA-zoemer
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 385 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 386 of 648

3864-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
Hoeksensoren voor
Binnenste sensoren voor
(indien aanwezig)
Hoeksensoren achter
Binnenste sensoren achter
(indien aanwezig)
Druk op
/ van de bedie-
ningstoetsen van het instrumen-
tenpaneel en selecteer .
Druk op
/ van de bedie-
ningstoetsen van het instrumen-
tenpaneel en selecteer .
Druk op van de bedie-
ningstoets van het instrumenten-
paneel.
Elke keer dat op wordt gedrukt, wisselt de functie tussen aan en
uit.
Als de schakelaar aan is, gaat het controlelampje branden om de bestuurder
te informeren dat het systeem geactiveerd is.
Toyota Parking Assist-sensor
De afstand van uw auto tot stilstaande objecten bij het fileparkeren en
achteruit inparkeren in een gara ge wordt gemeten door sensoren en
wordt doorgegeven via de displays en een zoemer. Controleer bij
gebruik van dit systeem ook altijd zelf de omgeving.
Soorten sensoren
1
2
3
4
Toyota Parking Assist-sensor in-/uitschakelen
1
2
3
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 386 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 387 of 648

3874-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
Wanneer de sensoren een object signaleren, wordt de bestuurder door mid-
del van de volgende displays geïnformeerd over de positie en afstand tot het
object.
De getoonde afbeelding dient slechts als voorbeeld en verschilt mogelijk van
het werkelijke beeld op het multi-informatiedisplay.
■Multi-informatiedisplayWerking hoeksensor voor
Werking binnenste sensor voor
(indien aanwezig)
Werking hoeksensor achter
Werking binnenste sensor ach-
ter (indien aanwezig)
■Scherm audiosysteemToyota Parking Assist-sensor
Wanneer de auto achteruitrijdt.
Bij detectie van een object ver-
schijnt er in het bovenste deel van
het scherm een vereenvoudigde
weergave.
■Uitschakelen van het geluid van de zoemer
●Dempen van het geluid van de zoemer
De zoemer kan tijdelijk worden gedempt door op van de bedieningstoetsen
van het instrumentenpaneel te drukken terwijl een objectdetectiedisplay wordt weer-
gegeven op het multi-informatiedisplay.
● Weer inschakelen van het geluid
Het dempen wordt in de volgende situaties automatisch geannuleerd:
• Als de selectiehendel in een andere stand wordt gezet
• Als de rijsnelheid 10 km/h of hoger wordt terwijl de selectiehendel in stand D staat
• Als de Toyota Parking Assist-sensor eenmaal wordt uitgeschakeld en weer wordt
ingeschakeld
• Als het contact eenmaal UIT en weer AAN wordt gezet
• Wanneer een sensor defect is
Weergave
1
2
3
4
1
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 387 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 388 of 648
3884-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE■
Weergave afstand
Sensoren die een object signaleren, branden continu of knipperen.
*: De afbeeldingen wijken mogelijk af van de getoonde afbeeldingen. (
→Blz. 387)
Weergave sensorsignalering, afstand tot object
Multi-informatie-
display
*
HulpdisplayGlobale afstand tot object
Toyota Parking Assist MonitorBinnenste
sensoren voor en
achter
(indien aanwezig)Hoeksensoren voor en achter
(continu)(langzaam knip- peren)
Ve r
weg
Dichtbij Binnenste sen-
sor voor:
100 cm -
60 cm
Binnenste sen-
sor achter:
150 cm -
60 cm
⎯
(continu)(knipperen)
60 cm - 45 cm
60 cm - 45 cm
(continu)(snel
knipperen) 45 cm - 35 cm
45 cm - 35 cm
(knipperen)(continu)
Minder dan
35 cm
Minder dan
35 cm
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 388 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 389 of 648

3894-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Werking zoemer en afstand tot een object
Een zoemer klinkt als de sensoren in werking zijn.
● De geluidssignalen volgen elkaar sneller op naarmate de auto dichter
bij het object komt.
Als de auto het object genaderd is tot de volgende afstand, klinkt er een
continu geluidssignaal: ongeveer 35 cm.
● Als er gelijktijdig 2 of meer objecten worden gesignaleerd, reageert het
zoemersysteem op het dichtstbijzijnde object. Als een of beide obsta-
kels dichter bij de auto komen dan hierboven vermeld staat, klinkt er
een langdurig piepsignaal, gevolgd door elkaar snel opvolgende piep-
signalen.
Ongeveer 100 cm (indien aanwe-
zig)
Ongeveer 150 cm (indien aanwe-
zig)
Ongeveer 60 cm
Het schema toont het detectiebereik
van de sensoren. Houd er rekening
mee dat de sensoren geen objecten
kunnen signaleren die zich extreem
dicht bij de auto bevinden.
Het bereik van de sensoren kan ver-
schillend zijn, afhankelijk van bijvoor-
beeld de vorm van het object.
Het volume van de zoemer kan worden gewijzigd via het multi-informatiedis-
play ( →Blz. 148) als het contact AAN staat.
Detectiebereik van de sensoren
1
2
3
Het geluidsvolume van de zoemer wijzigen
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 389 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 390 of 648

3904-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
■De Toyota Parking Assist-sensor kan worden gebruikt als
●Hoeksensoren voor:
• Het contact AAN staat.
• De selectiehendel in een andere stand dan P staat.
• De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10 km/h.
● Binnenste sensoren voor (indien aanwezig):
• Het contact AAN staat.
• De selectiehendel in een andere stand dan P of R staat.
• De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10 km/h.
● Hoeksensoren achter:
• Het contact AAN staat.
• De selectiehendel in stand R staat.
• De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10 km/h.
● Binnenste sensoren achter (indien aanwezig):
• Het contact AAN staat.
• De selectiehendel in stand R staat.
• De rijsnelheid lager is dan ongeveer 10 km/h.
■ Weergave Toyota Parking Assist-sensor
Wanneer er een object wordt gesignaleerd als de Toyota Parking Assist Monitor in
werking is, verschijnt er een waarschuwing in het bovenste deel van het scherm, zelfs
als de weergave is uitgeschakeld.
■ Detectie-informatie sensoren
●Het detectiegebied van de sensoren is beperkt tot het gebied rond de bumper van de
auto.
● Afhankelijk van de vorm van het object en andere factoren kan de detectieafstand
korter worden of kan detectie niet mogelijk zijn.
● Mogelijk worden objecten niet gesignaleerd als deze zich te dicht bij de sensor bevin-
den.
● Tussen het signaleren van een object en de weergave zit een kleine vertraging. Zelfs
als er met lage snelheid wordt gereden, bestaat de mogelijkheid dat het object bin-
nen het detectiegebied van de sensoren komt voordat het display wordt weergege-
ven en het waarschuwingssignaal hoorbaar is.
● Smalle paaltjes of objecten die lager zijn dan de sensor worden mogelijk niet gesig-
naleerd wanneer u ze nadert, zelfs als ze eenmaal zijn gesignaleerd.
● Het kan moeilijk zijn om de geluidssignalen te horen als de audio-installatie hard
staat of als de luchtcirculatie van de airconditioning veel geluid produceert.
■ Als “Parking Assist Unavailable Please Clean Parking Assist Sensor” (Parking
Assist niet beschikbaar, re inig Parking Assist-sensor) wordt weergegeven op het
multi-informatiedisplay
Mogelijk is een sensor vuil of bedekt met sneeuw of ijs. Wanneer dit in zo'n geval van
de sensor wordt verwijderd, moet het systeem weer normaal werken.
Ook kan het gebeuren dat er een storing wordt weergegeven of een object niet wordt
gesignaleerd doordat de sensor bij lage buitentemperaturen is bevroren. Als de sensor
is ontdooid, moet het systeem weer normaal werken.
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 390 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 391 of 648
3914-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Als “Parking Assist Unavailable” (Parki ng Assist niet beschikbaar) wordt weer-
gegeven op het multi-informatiedisplay
Er kan continu water over de sensor stromen, zoals bij zware regenval. Als het sys-
teem signaleert dat de toestand weer norm aal is, zal het systeem weer normaal wer-
ken.
WAARSCHUWING
■ Bij gebruik van de Toyota Parking Assist-sensor
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Anders kan een ongeval het gevolg zijn.
● Rijd als het systeem is ingeschakeld niet harder dan 10 km/h.
● Het detectiegebied van de sensoren en de reactietijden zijn beperkt. Controleer tij-
dens het voor- of achteruitrijden of de omgeving (vooral naast de auto) veilig is en
rijd langzaam. Regel de snelheid met het rempedaal.
● Monteer geen accessoires binnen de detectiegebieden van de sensoren.
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 391 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 392 of 648

3924-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
WAARSCHUWING
■Sensoren
De staat van de auto en de omgeving kunnen van invloed zijn op de capaciteit van
de sensor om een object correct te signaleren. Specifieke situaties waarin dit voor
kan komen ziet u hieronder.
● Er zit vuil, sneeuw of ijs op de sensor. (Het reinigen van de sensoren zal het pro-
bleem oplossen.)
● De sensor is bevroren. (Het ontdooien van de sensor zal het probleem oplossen.)
Vooral bij lage buitentemperaturen kan het gebeuren dat er ten gevolge van een
bevroren sensor een abnormaal beeld te zien is op het display of dat objecten niet
worden gesignaleerd.
● De sensor is op een of andere manier afgedekt.
● De auto helt sterk over naar één zijde.
● De auto rijdt op een bijzonder hobbelige weg, op een helling, op grind of op gras.
● Er is veel omgevingslawaai rond de auto van claxons, motorfietsmotoren, lucht-
remmen van vrachtwagens of andere geluidsbronnen die ultrasone geluidsgolven
produceren.
● Er is een andere auto uitgerust met Parking Assist-sensoren in de nabije omge-
ving.
● De sensor is bedekt met een laklaag of een overvloedige hoeveelheid regenwater.
● De sensor wordt doornat als gevolg van een overstroomde weg.
● De auto is uitgerust met een staafantenne of een draadloze antenne.
● Er zijn sleepogen geplaatst.
● Als de bumper of sensor een sterke schok ondergaat.
● De auto nadert een hoge of gebogen stoeprand.
● Het detectiegebied wordt verkleind als gevolg van een object, zoals een verkeers-
bord.
● In fel zonlicht of zeer koud weer.
● Objecten direct onder de bumper worden niet waargenomen.
● Als het object zich te dicht bij de sensor bevindt.
● Als een niet-originele Toyota-wielophanging (bijvoorbeeld verlaagde wielop-
hanging) is gemonteerd.
● Er is een kentekenplaat met achtergrondverlichting gemonteerd.
Naast bovenstaande voorbeelden zijn er situaties waarin verkeersborden en andere
objecten vanwege hun vorm door de sensor dichterbij worden gezien dan ze in wer-
kelijkheid zijn.
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 392 Friday, August 14, 2020 9:43 AM