Page 409 of 648

4094-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Voorwaarden voor de werking van de Rear Crossing Traffic Auto Brake-functie
De functie werkt als het controlelampje ICS OFF niet brandt of knippert ( →Blz. 397,
404) en aan alle onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
● Begrenzingsregeling hybridesysteem
• Het Intelligent Clearance Sonar-systeem me t Rear Crossing Traffic Auto Brake-
functie is ingeschakeld.
• De rijsnelheid is 15 km/h of lager.
• De selectiehendel in stand R staat.
• Het systeem stelt vast dat er harder dan normaal moet worden geremd om een
aanrijding met een naderende auto te voorkomen.
● Remregeling
• De begrenzingsregeling van het hybridesysteem is in werking.
• Het systeem stelt vast dat een noodstop noodzakelijk is om een aanrijding met
een naderende auto te voorkomen.
■ Voorwaarden voor het stoppen van de werking van de Rear Crossing Traffic Auto
Brake-functie
De werking van de functie stopt als aan één van de volgende voorwaarden wordt vol-
daan:
●Begrenzingsregeling hybridesysteem
• Het Intelligent Clearance Sonar-systeem me t Rear Crossing Traffic Auto Brake-
functie is uitgeschakeld.
• De aanrijding kan worden voorkomen met normaal remmen.
• Er nadert niet langer een auto van rechts of links achter de auto.
● Remregeling
• Het Intelligent Clearance Sonar-systeem me t Rear Crossing Traffic Auto Brake-
functie is uitgeschakeld.
• Er zijn ongeveer 2 seconden verstreken nadat de auto door de remregeling tot stilstand is gebracht.
• Het rempedaal wordt ingetrapt nadat de auto tot stilstand is gebracht door de rem- regeling.
• Er nadert niet langer een auto van rechts of links achter de auto.
■ Detectiegebied van de Rear Cros sing Traffic Auto Brake-functie
Het detectiebereik van de Rear Crossing Tr affic Auto Brake-functie verschilt van dat
van de RCTA-functie ( →Blz. 384).
Daardoor wordt de Rear Crossing Traffic Auto Brake-functie mogelijk niet geactiveerd,
ook al signaleert de RCTA-functie een auto en wordt er een waarschuwing gegeven.
■ Als de Rear Crossing Tr affic Auto Brake-functie in werking is geweest
Als de auto is stilgezet door de werking van de Rear Crossing Traffic Auto Brake-func-
tie, wordt de Rear Crossing Traffic Auto Brake-functie uitgeschakeld en gaat het con-
trolelampje ICS OFF branden.
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 409 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 410 of 648

4104-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE■
Weer inschakelen van de Rear Crossing Traffic Auto Brake-functie
Wanneer de Rear Crossing Traffic Auto Brake-functie is uitgeschakeld terwijl deze
functie in werking was, kunt u zelf het Intelligent Clearance Sonar-systeem weer
inschakelen ( →Blz. 397) of het contact UIT en vervolgens weer AAN zetten. Wanneer
de functie wordt uitgeschakeld, gaat het controlelampje ICS OFF branden.
(→ Blz. 133)
Het systeem wordt automatisch weer ingeschakeld als er bij het achteruitrijden niet
langer een auto van rechts of links achter de auto nadert of als de auto van rijrichting
verandert (bijvoorbeeld achteruit in plaats va n vooruit). Wanneer de functie weer wordt
ingeschakeld, dooft het controlelampje ICS OFF.
■ Omstandigheden waaronder de Rear Cr ossing Traffic Auto Brake-functie een
auto niet signaleert
De Rear Crossing Traffic Auto Brake-func tie is niet ontworpen om de volgende typen
voertuigen en/of objecten te signaleren:
● Voertuigen die van direct achter de auto naderen
● Voertuigen die achteruit inparkeren in een parkeerruimte naast uw auto
● Vangrails, muren, bebording, geparkeerde auto's en vergelijkbare stilstaande objec-
ten
*
●Kleine motorfietsen, fietsen, voetgangers, enz.*
●Voertuigen die van de auto af bewegen
● Voertuigen die naderen vanuit parkeerruimtes naast uw auto
*
*
: Afhankelijk van de omstandigheden wordt er mogelijk een auto en/of object gesig-
naleerd.
■ RCTA-zoemer
Als, ongeacht of de RCTA-functie is ingeschakeld of niet ( →Blz. 369), de Rear Cros-
sing Traffic Auto Brake-functie is ingeschakeld en de remregeling wordt uitgevoerd,
klinkt een zoemer om de bestuurder hierop te attenderen. ● Voertuigen die niet kunnen worden gesigna-
leerd door de sensoren als gevolg van obsta-
kels
● Voertuigen vlak bij uw auto die plotseling
accelereren of decelereren
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 410 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 411 of 648
4114-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Omstandigheden waaronder het systeem mogelijk werkt, zelfs als er geen kans
op een aanrijding is
Onder sommige omstandigheden, zoals de onderstaande, werkt de Rear Crossing
Traffic Auto-functie mogelijk zelfs als er geen kans op een aanrijding is.
●Als er water op de achterbumper spat of gespoten wordt, bijvoorbeeld van een
sproeier
●
Wanneer de parkeerplaats uitkijkt op een
straat en er auto's over die straat rijden
● Wanneer een gesignaleerde naderende auto
een bocht maakt
● Wanneer een voertuig uw auto van opzij pas-
seert
● Wanneer de afstand tussen uw auto en
metalen objecten, zoals een vangrail, muur,
verkeersbord of geparkeerde auto, die moge-
lijk elektrische golven richting de achterzijde
van de auto reflecteren, kort is
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 411 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 412 of 648

4124-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE■
Omstandigheden waaronder de Rear Cros sing Traffic Auto Brake-functie moge-
lijk niet goed werkt
Onder sommige omstandigheden, zoals de onderstaande, werkt deze functie mogelijk
niet goed.
● De radarsensoren zijn niet ontworpen om de volgende soorten objecten en voertui-
gen te signaleren:
• Stilstaande objecten
• Voertuigen die van uw auto af bewegen
• Voetgangers, motorfietsen, fietsen, enz.
*
• Objecten die zich zeer dicht bij een radarsensor bevinden
• Voertuigen die de auto van rechts of links achter de auto naderen met een snel-
heid van minder dan ongeveer 8 km/h
• Voertuigen die de auto van rechts of links achter de auto naderen met een snel- heid van meer dan ongeveer 24 km/h
*: Afhankelijk van de omstandigheden wordt er mogelijk een auto en/of object gesig-
naleerd.
● Omstandigheden waaronder de radarsensoren een object mogelijk niet signaleren
• Wanneer een sensor of de omgeving van een sensor zeer heet of koud is
• Als de achterbumper is bedekt met bijvoorbeeld ijs, sneeuw of vuil
• Zware regenval of een andere oorzaak waardoor er veel water op uw auto
terechtkomt
• Wanneer een voertuig naast uw auto het detectiegebied van een radarsensor
blokkeert
• Als de auto sterk naar één kant helt
• Als er uitrusting die een sensor kan hinderen, zoals een sleepoog, bumperbe- schermer (een extra beschermstrip, enz.), fietsendrager of sneeuwploeg, is
geplaatst
• Als de wielophanging is gewijzigd of als er een andere maat banden dan voorge- schreven is gemonteerd
• Als de voorzijde van de auto omhoog of omlaag staat door de belading van de auto
• Als een sticker of een elektronisch onderdeel zoals een kentekenplaat met achter-
grondverlichting (met name fluorescerende), een mistlamp, een spatbordantenne
of een draadloze antenne in de buurt van een van de radarsensoren is geplaatst
• Als de stand van een radarsensor is gewijzigd door een aanrijding o.i.d. of na het
verwijderen en plaatsen van een radarsensor
• Wanneer meerdere auto's naderen met slechts weinig ruimte tussen elke auto
• Wanneer een auto met hoge snelheid nadert
● Omstandigheden waaronder de radarsensor een voertuig mogelijk niet signaleert
• Wanneer een voertuig van rechts of links achter de auto nadert terwijl u achteruitrij-
dend een bocht maakt
• Wanneer u achteruitrijdend een bocht maakt
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 412 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 413 of 648
4134-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Omgaan met de radarsensoren
→Blz. 378• Bij het onder een kleine hoek achteruit uit-
rijden van een parkeerplaats
• Voertuigen die niet kunnen worden gesig- naleerd door de sensoren als gevolg van
obstakels
• Bij het achteruitrijden op een helling met een grote verandering in het hellingsper-
centage
• Wanneer een voertuig een bocht maakt in het detectiegebied
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 413 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 414 of 648
4144-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
Normale modus
Voor normaal gebruik.
Druk wanneer de ECO-rijmodus of de sportmodus is geselecteerd op de schake-
laar om de rijmodus te wijzigen naar de normale modus.
ECO-rijmodus
Gebruik de ECO-rijmodus voor een laag brandstofverbruik tijdens ritten
waarbij vaak wordt geaccelereerd.
Wanneer de ECO-modusschakelaar wordt ingedrukt, gaat het controlelampje ECO
MODE in het instrumentenpaneel branden.
Sportmodus
Gebruik de sportmodus wanneer een grotere acceleratierespons en nauw-
keurig rijgedrag gewenst zijn, bijvoorbeeld bij het rijden op bergwegen.
Wanneer de SPORT-schakelaar wordt ingedrukt, gaat het controlelampje SPORT
in het instrumentenpaneel branden.
Rijmodusselectieschakelaars
De rijmodi kunnen worden geselecteerd overeenkomstig de
rijomstandigheden.
1
2
3
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 414 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 415 of 648

4154-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
CAMRY_HV_EE
4
Rijden
■Werking van de airconditioning in de ECO-rijmodus
De ECO-rijmodus regelt het verwarmen/koelen en de aanjagersnelheid van het aircon-
ditioningsysteem om brandstof te besparen ( →Blz. 424). Stel de aanjagersnelheid af
of schakel de ECO-modus uit om de prestaties van de airconditioning te verbeteren.
■ Auto Glid e Control
Wanneer de Auto Glide Control in werking is, gaat het controlelampje AGC branden.
● De Auto Glide Control werkt in de volgende situaties mogelijk niet:
• Als het rempedaal wordt ingetrapt
• Wanneer een andere schakelstand dan D is geselecteerd
• Wanneer de rijsnelheid ongeveer 15 km/h of lager is
• Wanneer de auto op een aflopende helling accelereert
• Wanneer het PCS (Pre-Crash Safety-systeem) in werking is
• Wanneer de Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik is inge-
schakeld
• Wanneer het Intelligent Clearance Sonar- systeem in werking is (indien aanwezig)
• Wanneer het TRC- of VSC-systeem in werking is
• Wanneer het TRC- of VSC-systeem wordt uitgeschakeld door het indrukken van de schakelaar VSC OFF
■ Automatisch uitschakel en van de sportmodus
De sportmodus wordt automatisch uitgeschakeld als na het rijden in deze stand het
contact UIT wordt gezet. ● Als u tijdens het rijden in de ECO-rijmodus
met ingeschakelde stand D het gaspedaal
loslaat, wordt onder bepaalde voorwaarden
de Auto Glide Control geactiveerd. (Mogelijk
wordt de Auto Glide Control geactiveerd
voordat u het gaspedaal volledig hebt losge-
laten.)
Wanneer de Auto Glide Control in werking
is, wordt de elektromot or (tractiemotor) gere-
geld, zodat er minder hard wordt gedecele-
reerd. Hierdoor kan de auto uitrollen en
wordt er minder brandstof verbruikt.
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 415 Friday, August 14, 2020 9:43 AM
Page 416 of 648

416
CAMRY_HV_EE
4-6. Rijtips
◆Gebruik van de ECO-rijmodus
Bij gebruik van de ECO-rijmodus kan het koppel dat correspondeert met
de mate waarin het gaspedaal wordt ingetrapt geleidelijker worden afgege\
-
ven dan onder normale omstandigheden. Bovendien wordt de werking van
de airconditioning (verwarmen/koelen) geminimaliseerd zodat er minder
brandstof verbruikt wordt. (→Blz. 424)
◆Gebruik van de hybridesysteemindicator
Milieubewust rijden is mogelijk door de naald van de hybridesysteemindi-
cator binnen de Eco-zone te houden. ( →Blz. 138)
◆Bedienen van de selectiehendel
Zet de selectiehendel in stand D als u moet wachten bij een verkeerslicht
of als u in druk verkeer rijdt. Selecteer stand P wanneer de auto gepar-
keerd wordt. Als u stand N gebruikt, is er geen positief effect op het brand-
stofverbruik. In stand N werkt de benzinemotor, maar kan er geen
elektriciteit worden opgewekt. Ook bij gebruik van de airconditioning, enz.
wordt het vermogen van het batterijpakket (tractiebatterij) verbruikt.
◆Bedienen van het gaspedaal/rempedaal
●Rijd zo vloeiend mogelijk. Voorkom onnodig snel accelereren en hard
remmen. Wanneer geleidelijk wordt geaccelereerd en gedecelereerd,
worden de voordelen van de elektromotor (tractiemotor) beter benut,
zodat het brandstofverbruik van de benzinemotor lager is.
● Voorkom herhaaldelijk accelereren. Herhaaldelijk accelereren put het
batterijpakket (tractiebatterij) uit waardoor de auto meer brandstof ver-
bruikt. Het batterijpakket kan worden opgeladen door tijdens het rijden
het gaspedaal iets te laten opkomen.
Rijden met een hybrideauto
Besteed aandacht aan de volgende pu nten om zuinig en milieuvriende-
lijk te rijden:
CAMRY_HV_OM_Europe_OM33F82E.book Page 416 Friday, August 14, 2020 9:43 AM