Page 177 of 640
1774-1. Voordat u gaat rijden
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
Multidrive CVT
Trap, terwijl de selectiehendel in stand D staat, het rempedaal in.
Auto's met Stop & Start-systeem: Als het Stop & Start-systeem is ingescha-
keld, wordt de motor uitgeschakeld bij het intrappen van het rempedaal.
Activeer indien nodig de parkeerrem.
Zet de selectiehendel in stand P of N als de auto langdurig stil zal staan.
(Blz. 213)
Handgeschakelde transmissie
Trap met ingetrapt koppelingspedaal het rempedaal in.
Activeer indien nodig de parkeerrem.
Als de auto gedurende langere tijd stilstaat, zet dan de selectiehendel in
stand N. ( Blz. 218)
Auto's met Stop & Start-systeem: Als het Stop & Start-systeem is ingescha-
keld, wordt de motor uitgeschakeld als de selectiehendel in de vrijstand
wordt gezet en het koppelingspedaal wordt losgelaten. ( Blz. 218)
Tot stilstand brengen van de auto
1
2
1
2
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 177 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 178 of 640

1784-1. Voordat u gaat rijden
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
Multidrive CVT
Trap, terwijl de selectiehendel in stand D staat, het rempedaal in.
Activeer de parkeerrem. ( Blz. 222)
Zet de selectiehendel in stand P. ( Blz. 213)
Plaats bij het parkeren op een helling indien nodig wielblokken.
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop: Zet het contact
UIT om de motor uit te schakelen.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop: Druk op de startknop
om de motor uit te schakelen.
Vergrendel de portieren nadat u ge controleerd hebt of u de sleutel
bij u hebt.
Handgeschakelde transmissie
Trap met ingetrapt koppelingspedaal het rempedaal in.
Activeer de parkeerrem. ( Blz. 222)
Zet de selectiehendel in stand N. ( Blz. 218)
Zet de auto bij het parkeren op een helling in de 1e versnelling of de ach-
teruit en plaats indien nodig wielblokken.
Auto's zonder Smart entry-systeem en startknop: Zet het contact
UIT om de motor uit te schakelen.
Auto's met Smart entry-systeem en startknop: Druk op de startknop
om de motor uit te schakelen.
Vergrendel de portieren nadat u ge controleerd hebt of u de sleutel
bij u hebt.
Parkeren van de auto
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 178 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 179 of 640

1794-1. Voordat u gaat rijden
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
Multidrive CVT
Activeer de parkeerrem en zet de selectiehendel in stand D.
Trap het gaspedaal geleidelijk in.
Deactiveer de parkeerrem.
Handgeschakelde transmissie
Houd de parkeerrem geactiveerd, trap het koppelingspedaal volle-
dig in en zet de selectiehendel in de 1e versnelling.
Trap het gaspedaal een beetje in en laat tegelijkertijd het koppe-
lingspedaal geleidelijk opkomen.
Deactiveer de parkeerrem.
■Als u wegrijdt op een helling omhoog
De Hill Start Assist Control wordt geactiveerd. ( Blz. 313)
■ Regen, rijden in de
●Rijd voorzichtig als het regent, omdat het zicht dan minder is, de ruiten
beslagen kunnen zijn en de weg glad kan zijn.
● Rijd extra voorzichtig wanneer het begint te regenen, de weg kan dan
immers bijzonder glad zijn.
● Matig uw snelheid bij het rijden in de regen, tussen band en wegdek kan er
zich dan immers een waterfilm vormen die het sturen en remmen kan
bemoeilijken.
■ Motortoerental tijdens het rijden (auto's met Multidrive CVT)
In de volgende gevallen kan het motortoerental tijdens het rijden te hoog
oplopen. Dit is het gevolg van automatisch op- of terugschakelen, al naar
gelang de rijomstandigheden. Het duidt niet op plotseling accelereren.
●Het systeem signaleert dat de auto een helling op of af rijdt
● Als het gaspedaal wordt losgelaten
● Als het rempedaal is ingetrapt en de sportmodus is geselecteerd
Wegrijden op een helling
1
2
3
1
2
3
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 179 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 180 of 640

1804-1. Voordat u gaat rijden
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)■
Inrijden van uw nieuwe Toyota
Voor een maximale levensduur van de auto adviseren wij rekening te houden
met onderstaande aanwijzingen:
●De eerste 300 km:
Voorkom plotseling sterk afremmen.
● De eerste 800 km:
Rijd niet met een aanhangwagen.
● De eerste 1.000 km:
• Rijd niet met extreem hoge snelheden.
• Vermijd plotseling sterk accelereren.
• Rijd niet langdurig in een lage versnelling.
• Rijd niet langdurig met een constante snelheid.
■ Rijden in het buitenland
Zorg ervoor dat uw auto voldoet aan de in het desbetreffende land geldende
wettelijke voorschriften en controleer of de juiste brandstof verkrijgbaar is.
(Blz. 592)
■ Stationair draaien vóór uitzetten van de motor
Laat de motor stationair draaien na rijden met hoge snelheden of oprijden
van een helling om schade aan de turbo te voorkomen.
8NR-FTS motor
1ND-TV en 1WW motor
RijomstandighedenStationair draaien
Normaal stadsgebruik Niet nodig
Rijden met hoge
snelheid Constante snelheid van
ongeveer 100 km/h
Ongeveer 1 minuut
Rijden op een steile helling, constant rijden met
een snelheid van 100 km/h of meer (rijden op
een circuit, enz.) of trekken van een aanhangwa-
gen Ongeveer
2 minuten
RijomstandighedenStationair draaien
Normaal stadsgebruik Niet nodig
Rijden met hoge
snelheid Constante snelheid van
ongeveer 80 km/h
Ongeveer
20 seconden
Constante snelheid van
ongeveer 100 km/h Ongeveer 1 minuut
Rijden op een steile helling of constant rijden
met een snelheid van 100 km/h of meer (rijden
op een circuit, enz.) Ongeveer
2 minuten
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page
180 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 181 of 640

1814-1. Voordat u gaat rijden
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan resulteren in ernstig
letsel.
■Bij het starten van de auto (auto's met Multidrive CVT)
Houd het rempedaal altijd ingetrapt als de auto stilstaat en de motor draait.
Dit voorkomt kruipen van de auto.
■ Tijdens het rijden
● Zorg ervoor dat u, voordat u wegrijdt, blindelings het gas- en rempedaal
kunt vinden.
• Als u per ongeluk in plaats van het rempedaal het gaspedaal intrapt, zal
de auto onverwacht accelereren, wat een ongeval tot gevolg kan heb-
ben.
• Bij het achteruitrijden draait u we llicht uw lichaam, waardoor het bedie-
nen van de pedalen moeilijk wordt. Zorg dat u de pedalen altijd goed
kunt bedienen.
• Zorg dat u altijd in de juiste houding achter het stuur zit, ook als de auto maar kort hoeft te rijden. Zo kunt u rem- en gaspedaal goed bedienen.
• Trap het rempedaal met uw rechtervoet in. Wanneer u het rempedaal
met uw linkervoet intrapt, kan in een noodgeval uw reactie vertraagd
worden, waardoor een ongeval kan ontstaan.
● Rijd niet met de auto over licht ontvlambare materialen en parkeer de auto
ook niet in de buurt van dergelijke materialen.
Het uitlaatsysteem en de uitlaatgassen kunnen zeer heet worden. Deze
hete onderdelen kunnen brand veroorzaken als er licht ontvlambaar mate-
riaal aanwezig is.
● Zet de motor niet uit tijdens het rijden. Door de motor tijdens het rijden uit
te zetten, verliest u niet de controle over het stuurwiel of de remmen, maar
werkt de bekrachtiging van deze systemen niet meer. Hierdoor zal het
remmen en sturen veel zwaarder gaan dan normaal. Zet in dat geval de
auto aan de kant zodra dit veilig kan.
In geval van nood echter, bijvoorbeeld als de auto onmogelijk op de nor-
male manier tot stilstand kan worden gebracht: Blz. 509
● Rem bij het afdalen van een steile helling af op de motor (terugschakelen)
om een veilige snelheid aan te kunnen houden.
Het continu gebruiken van de remmen kan leiden tot oververhitting en een
verminderde remwerking. ( Blz. 213, 218)
● Verstel het stuurwiel, de stoel en de binnen- en buitenspiegels niet tijdens
het rijden.
Als u dat wel doet, kunt u de macht over het stuur verliezen.
● Controleer altijd of alle passagiers hun armen, hoofd en andere lichaams-
delen binnen de auto houden.
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 181 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 182 of 640

1824-1. Voordat u gaat rijden
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Rijden op glad wegdek
● Door plotseling remmen, accelereren en sturen kunnen de banden hun
grip verliezen, met controleverlies tot gevolg.
● Door plotseling accelereren, afremmen op de motor als gevolg van scha-
kelen of wijzigingen in het motortoerental kan de auto in een slip raken.
● Trap, nadat u door een plas bent gereden, het rempedaal lichtjes in om
ervoor te zorgen dat de remmen goed werken. Door natte remblokken kan
de remwerking afnemen. Remmen die aan één kant van de auto nat zijn
en niet goed werken, kunnen de besturing bemoeilijken.
■ Bedienen van de selectiehendel
● Auto's met Multidrive CVT: Laat de auto niet achteruit rollen als de vooruit-
versnelling is ingeschakeld of vooruit rollen terwijl de selectiehendel in
stand R staat.
Als dat wel gebeurt, kan de motor afslaan of kan de auto niet op de juiste
manier op rem- en stuurcommando's reageren, waardoor een aanrijding
of schade aan de auto kan ontstaan.
● Auto's met Multidrive CVT: Zet de selectiehendel nooit in stand P terwijl de
auto nog rijdt.
Als u dat wel doet, kan er schade aan de transmissie ontstaan waardoor u
de controle over de auto kunt verliezen.
● Zet de selectiehendel tijdens het vooruitrijden niet in stand R.
Als u dat wel doet, kan er schade aan de transmissie ontstaan waardoor u
de controle over de auto kunt verliezen.
● Zet de selectiehendel tijdens het achteruitrijden niet in een vooruitversnel-
ling.
Als u dat wel doet, kan er schade aan de transmissie ontstaan waardoor u
de controle over de auto kunt verliezen.
● Zet de selectiehendel tijdens het rijden niet in stand N. Als u dat wel doet,
wordt de verbinding tussen de motor en de transmissie verbroken. Als de
transmissie in stand N staat, is afremmen op de motor niet mogelijk.
● Auto's met Multidrive CVT: Zet de selectiehendel niet in een andere stand
als het gaspedaal is ingetrapt. Als de selectiehendel in een andere stand
dan P of N wordt gezet, kan de auto onverwacht snel accelereren, waar-
door een ongeval en ernstig letsel kunnen ontstaan.
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 182 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 183 of 640

1834-1. Voordat u gaat rijden
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
4
Rijden
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Als u een piepend of krassend geluid hoort (remblokslijtage-indicato-
ren)
Laat de remblokken zo snel mogelijk nakijken en indien nodig vervangen
door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De remschijven kunnen beschadigd raken als de remblokken niet op tijd
vervangen worden.
Het rijden met een auto waarvan de remblokken en/of de remschijven de
slijtagelimiet overschreden hebben, is gevaarlijk.
■ Bij stilstaande auto
● Laat de motor niet met te veel toeren draaien.
Als de transmissie in een andere stand dan P (Multidrive CVT) of N staat,
kan de auto onverwachts accelereren, waardoor er een aanrijding kan ont-
staan.
● Auto's met Multidrive CVT: Voorkom het ontstaan van ongelukken door het
wegrollen van de auto en houd het rempedaal altijd ingetrapt als de motor
draait, activeer indien nodig de parkeerrem.
● Voorkom voor- of achteruitrollen van de auto bij stoppen op een helling,
waardoor een ongeval kan ontstaan: trap altijd het rempedaal in en acti-
veer de parkeerrem indien nodig.
● Voorkom dat de motor met een te hoog toerental draait.
Als de motor met een hoog toerental draait terwijl de auto stilstaat, kan het
uitlaatsysteem oververhit raken, hetgeen brand kan veroorzaken als er
brandbaar materiaal aanwezig is.
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 183 Monday, March 16, 2015 12:05 PM
Page 184 of 640

1844-1. Voordat u gaat rijden
UK AURIS_HB_EE (OM12J21E)
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot
gevolg hebben.
■Als de auto geparkeerd is
● Laat geen brillen, aanstekers, spuitbussen of blikken frisdrank in de auto
liggen als deze in de zon geparkeerd staat.
Dit kan resulteren in het volgende:
• Een aansteker of spuitbus kan gas gaan lekken, waardoor brand kan
ontstaan.
• De temperatuur in de auto kan zo hoog oplopen dat kunststof brillengla-
zen en kunststof monturen kunnen vervormen of barsten.
• Blikjes frisdrank kunnen open barsten, waardoor de inhoud in het interi- eur terechtkomt. Bovendien kan de vloeistof kortsluiting in de elektri-
sche componenten van de auto veroorzaken.
● Laat geen aanstekers achter in de auto. Als een aansteker in het dash-
boardkastje of op de vloer ligt, kan deze per ongeluk gaan branden als er
bagage wordt geplaatst of een stoel wordt afgesteld en brand veroorza-
ken.
● Plak geen parkeerschijven op de voorruit of andere ruiten. Plaats geen
reservoirs zoals luchtverfrissers op het instrumentenpaneel of dashboard.
Deze parkeerschijven of reservoirs kunnen als een lens werken en brand
veroorzaken in de auto.
● Laat geen portier of ruit open als het gebogen glas van naastliggende
gebouwen voorzien is van een gemetalliseerde film, bijvoorbeeld een zil-
verkleurige folie. Weerkaatst zonlicht kan van het glas een lens maken en
brand veroorzaken.
● Auto's met Multidrive CVT: Activeer altijd de parkeerrem, zet de selectie-
hendel in stand P, zet de motor uit en sluit de auto af.
Laat de auto niet onbeheerd achter met draaiende motor.
● Raak de uitlaatpijp niet aan als de motor draait en ook niet net na het uit-
zetten van de motor.
Anders kunt u brandwonden oplopen.
UK AURIS_HB_OM_EE_OM12J21E.book Page 184 Monday, March 16, 2015 12:05 PM