Page 65 of 308

63
jumper_nl_Chap03_Ergo-et-confort_ed01-2015
AUTOMATISCHe AIRCOndITIOnIng - Cen TRA le R egel I ng
Het bedieningspaneel van de automatische
airconditioning (volgens uitvoering) bevindt
zich op de middenconsole.
Stand AUTO
Inschakelen van de stand FUll
AUT O: druk op de schakelaar AUTO
om alle functies van het systeem in te
schakelen. Dit wordt bevestigd door
de weergave van FU
ll
AUT
O. Dit is de normale
gebruiksstand van de automatische airconditioning.
Stel met de draaiknop om de toets AUTO de
temperatuur naar wens in tussen:
-
HI (High tot ≈ 32) en
-
LO (Low tot ≈ 16).
Het systeem regelt aan de hand van de
temperatuurinstelling de luchtverdeling, de
luchtopbrengst en de luchttoevoer om het comfort
en de luchtcirculatie in het interieur optimaal te
houden.
U hoeft het systeem niet meer zelf bij te regelen.
Weergave van de instellingen van de
automatische airconditioning op het display.
Instelbare stand AUTO
Als de stand AUTO is geselecteerd,
kunnen verschillende instellingen worden
gewijzigd: luchtverdeling, luchtopbrengst,
airconditioning en luchttoevoer/
luchtrecirculatie.
Op het display wordt in plaats van de melding FU
ll
AUT
O de melding AUTO weergegeven.
Druk nogmaals op deze toets om terug te keren naar
de volautomatische werking. Op het bedieningspaneel
verschijnt in plaats van de melding AUTO de melding
FU
ll
AUT
O.
Als na het handmatig instellen het systeem de ingestelde
temperatuur niet kan vasthouden, zal de melding AUTO
knipperen en vervolgens verdwijnen. Druk op AUTO om
terug te keren naar de automatische regeling.
Airconditioning onderbreken
Druk op deze toets om de
werking van de airconditioning te
onderbreken. De sneeuwvlok op
het display verdwijnt.
Volledig uitschakelen
Druk op deze schakelaar om het
systeem uit te schakelen. Het
verklikkerlampje en het display
worden uitgeschakeld.
Bij draaiende motor en ingeschakelde
airconditioning worden dit symbool en de melding
FU
ll
AUT
O weergegeven op het display.
De overige aanduidingen zijn afhankelijk van de
instellingen van de gebruiker.
Ventilatie
3
eRgOnOMIe en COMFORT
Page 66 of 308

64
jumper_nl_Chap03_Ergo-et-confort_ed01-2015
draaiknop instellen comfortwaarde
De waarde kan worden ingesteld tussen:
-
een maximale waarde van 32
in de
stand HI (High), waarbij de toegevoerde
lucht wordt opgewarmd.
-
een minimale waarde van 16
in de stand
LO (Low), waarbij de toegevoerde lucht
wordt afgekoeld.
luchtverdeling
Druk op deze toetsen (de desbetreffende lampjes
gaan branden) om de luchtstroom te verdelen naar:
de uitstroomopeningen voor het
ontwasemen/ontdooien van de
voorruit en de zijruiten vóór,
de middelste ventilatieroosters en
zijventilatieroosters (borst en hoofd),
de uitstroomopeningen voor en
achter (voetenruimten).
Combineer de toetsen voor een optimale
luchtverdeling.
luchtopbrengst
Druk herhaaldelijk op deze
toets om de luchtopbrengst te
vergroten (+) of te verkleinen (-).
Toevoer van buitenlucht/
luchtrecirculatie in het interieur
Als het verklikkerlampje brandt,
circuleert de lucht in het interieur en is
de toevoer van buitenlucht afgesloten om stank en
stofoverlast in het interieur tegen te gaan. Gebruik
deze stand niet langer dan nodig is.
Druk op de toets om het verklikkerlampje uit
te schakelen en de toevoer van buitenlucht te
hervatten.
Wanneer u op de toets AUTO drukt, wordt de
toevoer van buitenlucht weer ingeschakeld. Deze
stand maakt het mogelijk de lucht in het interieur
te verversen en de ruiten te ontwasemen. Druk
nogmaals op de toets AUTO om de functie FU
ll
AUT
O weer in te schakelen.
Snel ontwasemen/
ontdooien
Druk op deze toets om de ruiten
snel condens- en ijsvrij te krijgen.
Het lampje gaat branden.
Het systeem zorgt voor een optimale
regeling van de airconditioning, de
luchtopbrengst en luchttoevoer, de
achterruitverwarming en de luchtverdeling
naar de voorruit en zijruiten.
Schakel wanneer uw auto is voorzien van
een extra verwarming dit systeem uit om
de ruiten snel te kunnen ontwasemen/
ontdooien.
exTRA V en TI l ATI e ACHT e R
De bediening van dit systeem, als aanvulling
op de standaard ventilatie in het interieur,
bevindt zich op het onderste gedeelte van
het dashboard, naast het stuurwiel.
Uitstroom van lucht
Door op deze schakelaar te drukken wordt de lucht
naar buiten geblazen, het lampje gaat branden.
Door opnieuw op de schakelaar te drukken wordt
dit uitgeschakeld en gaat het lampje uit.
Toevoer van buitenlucht
Door op deze schakelaar te drukken wordt de lucht
van buitenaf toegevoerd in het interieur, het lampje
gaat branden. Door opnieuw op de schakelaar te
drukken wordt dit uitgeschakeld en gaat het lampje uit.
Ventilatie
Page 67 of 308

65
jumper_nl_Chap03_Ergo-et-confort_ed01-2015
exTRA V e RWARMI ng SS y ST e M en
e
xtra verwarmingsunit
Bij de uitvoering met 2-3 zitplaatsen bevindt
deze zich onder de bestuurdersstoel en
wordt de lucht naar voren geblazen.
VeRWARMIng en/OF AIRCO nd ITIO n I ng ACHT e R
Afhankelijk van de uitvoering kan
uw auto zijn voorzien van een extra
airconditioningsunit achter in de auto: het
luchtverdelingskanaal in het dak en de
afzonderlijke uitstroomopeningen zorgen
voor een perfecte regeling van de verdeling
van koele lucht in de auto.
De over de vloer verspreide warme lucht
wordt vanuit de airconditiningsunit vóór
verdeeld ter hoogte van de voetenruimte van
de passagiers op zitrij 2
en 3.
Op de wielkast links achter bevindt
zich een uitstroomopening voor de
verwarming van de voetenruimte van de
passagiers op zitrij 3.
extra verwarming
Dit is een extra verwarming van het interieur
als aanvulling op de standaarduitrusting.
De werking is onafhankelijk van de motor.
Standkachel of aanvullende
programmeerbare verwarming
Dit is een aanvullend, programmeerbaar
en afzonderlijk systeem dat het korte
koelvloeistofcircuit van de dieselmotor
opwarmt om het starten te vergemakkelijken.
Het systeem verbetert de prestaties van
het ontdooien, ontwasemen en (volgens
uitvoering) de stoelverwarming.
Het opwarmen van het interieur kan sneller
plaatsvinden.
Het systeem kan geprogrammeerd worden om te
worden ingeschakeld voordat u in de auto stapt. Bij de uitvoering met 5-9
zitplaatsen
bevindt deze zich achter in de auto.
Afhankelijk van de uitvoering wordt
de lucht rechtstreeks vanaf de
verwarmingsunit of via de uitstroomopeningen
onder de twee zitrijen het interieur in geblazen.
Druk op deze schakelaar om de
verwarming in of uit te schakelen.
Het lampje brandt als de
verwarming is ingeschakeld.
Zet de schakelaar uit wanneer u de ruiten
snel wilt ontdooien of ontwasemen.
Automatische aanvullende
verwarming
Dit aanvullende systeem wordt automatisch
ingeschakeld bij het aanzetten van het
contact. De verwarming wordt afhankelijk
van de buitentemperatuur en de temperatuur
in de auto geactiveerd.
Hij wordt automatisch uitgeschakeld zodra de
verwarming handmatig wordt ingeschakeld.
Ventilatie
3
eRgOnOMIe en COMFORT
Page 68 of 308
66
jumper_nl_Chap03_Ergo-et-confort_ed01-2015
Inschakelen/uitschakelen
Met behulp van deze schakelaar
op het bedieningspaneel uiterst
links op het dashboard kan de
bestuurder de bediening achter in
de auto in- of uitschakelen.
Eén keer indrukken: inschakelen (lampje
brandt).
Twee keer indrukken: uitschakelen (lampje uit). Zet de knop in de stand 0
om de aanjager
uit te schakelen. Om condens te voorkomen, zorgt een
veiligheidssysteem echter automatisch voor
de ventilatie achter, ook als de schakelaar in
de stand 0
staat.
luchtopbrengstInstellen comfortwaarde
- van blauw (toevoer van koude
lucht),
-
tot rood (toevoer van warme
lucht).
De functie kan worden uitgeschakeld met de schakelaar
OFF van het centrale "Monozone" bedieningspaneel.
Zet de knop in de gewenste stand:
De kracht van de luchttoevoer via
de ventilatieroosters varieert van 1
tot 4.
Zet de knop in de gewenste stand
voor een optimaal comfort.
Ventilatie
Page 69 of 308

67
jumper_nl_Chap03_Ergo-et-confort_ed01-2015
Instellen van de tijdschakelaar
Zet voordat u de standkachel programmeert
de klok van de tijdschakelaar gelijk.
Druk op de toets "set" en houd deze toets
ingedrukt.
Het display wordt verlicht en het pictogram
van het instellen van de tijd verschijnt.
Druk binnen 10 seconden op een van de
twee toetsen voor het instellen van de tijd tot
de juiste tijd wordt weergegeven:
-
">"
om de klok vooruit te
zetten,
of
-
"<"
om de klok terug te zetten.
Weergeven van de tijd
P
RO
g
RAMM
ee
RBAR
e
ST
A
ndk
ACH
el
De programmeerbare standkachel (volgens
uitvoering) zorgt voor een geleidelijke
voorverwarming van het koelcircuit, zodat de
motor beter op temperatuur is bij het starten.
Met behulp van de tijdschakelaar kunt u
het gewenste inschakeltijdstip kiezen. Het
systeem zorgt ervoor dat het interieur sneller
wordt opgewarmd. Tijdweergave
digitale programmering
Het bedieningspaneel van de
programmeerbare standkachel bevindt
zich naast het stuurwiel, onder het
bedieningspaneel
MO
de . Pictogram verwarmingscyclus
Pictogram instellen en weergave
tijd
Weergave nummer geselecteerd
programma
Pictogram ventilatie
Toetsen instellen tijd
Programmaselectietoets
Toets direct inschakelen
verwarming
Druk lang op de toets om de klok sneller
vooruit of terug te zetten.
Laat de toets "set" los.
Als de verlichting van het scherm dooft, is
de tijd opgeslagen.
Druk op de toets "<" of ">".
Het pictogram van de
weergave van de tijd verschijnt
en gedurende ongeveer
10
seconden wordt de tijd
weergegeven.
Ventilatie
3
eRgOnOMIe en COMFORT
Page 70 of 308

68
jumper_nl_Chap03_Ergo-et-confort_ed01-2015
direct inschakelen van de standkachel
Controleer voor het inschakelen van de
standkachel of:
-
de knop van de temperatuurregeling in
de stand "Warme lucht" (rood) staat,
-
de knop van de luchtopbrengstregeling
in de stand "2" staat. Het symbool "- -:- -" of de
eerder ingestelde tijd en het
voorkeuzenummer (1, 2
of 3)
worden gedurende 10
seconden
weergegeven.
Opmerking: druk om de overige voorkeuze-
instellingen weer te geven binnen
10
seconden herhaaldelijk op de toets "set".
Druk op deze toets.
Het display wordt verlicht en het
pictogram van de verwarmingscyclus
verschijnt en wordt weergegeven
zolang de standkachel in werking is.
Uitgestelde inschakeling van de
standkachel
Het inschakelen van de standkachel kan
tussen 1
minuut en 24 uur van tevoren
geprogrammeerd worden.
U kunt drie verschillende tijdschakelingen
opslaan en een uitgestelde inschakeling
programmeren.
Opmerking: wanneer u de standkachel
dagelijks op dezelfde tijd wilt inschakelen,
hoeft u alleen de opgeslagen tijdschakeling
elke dag opnieuw te programmeren.
Druk op de toets "set" om het
display te verlichten. Druk binnen 10
seconden op de
toets voor het instellen van de tijd
"<" of ">" om de inschakeltijd in
te stellen.
De programmering wordt opgeslagen als de
inschakeltijd en het voorkeuzenummer
(1, 2 of 3) verdwijnen en de verlichting van
het display wordt uitgeschakeld.
Standaard zijn er vooraf geselecteerde
tijden in het systeem opgeslagen
(1
= 6 uur; 2 = 16 uur, 3 = 22 uur). Bij een
wijziging in de geprogrammeerde tijd wordt
de eerder geselecteerde tijd gewist.
Als de accu wordt losgekoppeld, worden
de standaard geselecteerde tijden weer
teruggezet.
Annuleren van de programmering
Druk kort op de toets "set"
om een geprogrammeerde
inschakeltijd te wissen.
De verlichting van het
display wordt uitgeschakeld en het
voorkeuzenummer (1, 2
of 3) verdwijnt.
Oproepen van een programmering
Druk herhaaldelijk op de toets
"set" tot het voorkeuzenummer
(1, 2 of 3) van de gewenste
inschakeltijd verschijnt.
Na 10
seconden verdwijnt de tijd, die
opgeslagen blijft, van het display, dat echter
blijft branden en het voorkeuzenummer
(1, 2
of 3) blijft weergeven.
Ventilatie
Page 71 of 308

69
jumper_nl_Chap03_Ergo-et-confort_ed01-2015
Laat de standkachel ten minste 1 keer
per jaar aan het einde van de herfst
controleren. Onderhoud en reparaties
aan het systeem mogen alleen worden
uitgevoerd door het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Gebruik uitsluitend originele
vervangingsonderdelen.
Uitschakelen van de standkachel
Bij een uitgestelde inschakeling van
de standkachel wordt de verwarming
automatisch uitgeschakeld na afloop van de
geprogrammeerde duur.
gebruiksvoorschrift
Gebruik om koolmonoxidevergiftiging
te voorkomen de standkachel nooit in
afgesloten ruimten zoals een garage of
werkplaats zonder afzuiginstallatie.
De standkachel wordt uitgeschakeld als de
accuspanning laag is, zodat het starten van
de motor niet in gevaar komt.
De standkachel wordt gevoed door brandstof
uit de brandstoftank van de auto. Controleer,
voordat u de standkachel programmeert of
inschakelt, of er nog voldoende brandstof in
de tank aanwezig is.
Schakel de standkachel bij het tanken
altijd uit om brand- en explosiegevaar te
voorkomen. De temperatuur rondom de standkachel
mag niet hoger zijn dan 120°C. Een hogere
temperatuur (bijv. in een oven van een
spuiterij) kan het elektrische circuit van de
auto beschadigen.
De standkachel is voorzien van een
thermische beveiliging die in het geval
van oververhitting van de motor als
gevolg van een gebrek aan koelvloeistof
de verbranding onderbreekt. Controleer
het koelvloeistofniveau en vul het indien
nodig bij; houd u zich daarbij aan de
voorschriften die zijn vermeld in de rubriek
"Onderhoud - Niveaus". Druk vervolgens
op de programmaselectietoets alvorens de
verwarming in te schakelen.
Instellen van de duur van de
verwarming
De duur van de verwarming kan worden
ingesteld tussen 10
en 60 minuten.
Druk op de toets "set" en houd
de toets ingedrukt.
Druk tegelijkertijd op de toets "<" of ">".
De tijd en het pictogram van
het instellen van de tijd worden
weergegeven.
Druk nogmaals op de toets "set" en houd
de toets ingedrukt.
Druk nogmaals tegelijkertijd op de toets "<"
of ">".
De geprogrammeerde duur van de
verwarming wordt weergegeven en het
pictogram van de verwarmingscyclus of van
de ventilatie knippert.
Stel de duur van de verwarming in met de
toets "<" of ">".
De duur van de verwarming is opgeslagen
als deze niet meer op het display wordt
weergegeven of als u nogmaals op de toets
"set" drukt. Als de standkachel direct wordt
ingeschakeld, druk dan nogmaals
op deze toets om de verwarming
handmatig uit te schakelen.
Het pictogram van de verwarmingscyclus
verdwijnt en de verlichting van het display
gaat uit.
Ventilatie
3
eRgOnOMIe en COMFORT
Page 72 of 308
70
jumper_nl_Chap03_Ergo-et-confort_ed01-2015
Twee aanvullende functies
De standkachel is een afzonderlijk systeem
dat geprogrammeerd kan worden. Voordat
het interieur wordt opgewarmd, verwarmt de
standkachel geleidelijk de motor om het starten
te vergemakkelijken. Het opwarmen van
interieur en het ontdooien en ontwasemen van
de ruiten kan vervolgens sneller plaatsvinden.
Daarnaast is de extra verwarming een
systeem dat een aanvulling is op de
standaarduitrusting. Het systeem kan
onafhankelijk van de motor werken. Het
inschakelen van de verwarming kan worden
geprogrammeerd.
Ventilatie