Page 81 of 302

Om ervoor te zorgen dat de auto tegen wegrol‐
len beveiligd is, het volgende in acht nemen:▷Parkeerrem bedienen.▷Op hellingen de voorwielen in de richting
van de stoeprand draaien.▷Op hellingen de auto extra beveiligen, bijv.
met een wielkeg.◀
Keuzehendelstanden
D Drive
Keuzehendelstand voor normaal rijden. Alle
versnellingen voor het vooruitrijden worden
automatisch geschakeld.
R Achteruit
Alleen bij stilstaande auto inschakelen.
N Neutraal De auto kan vrij rollen. Bijv. in wasstraten in‐
schakelen.
Bij Contact uit, zie pagina 69, wordt automa‐
tisch de keuzehendelstand P ingeschakeld.
P Parkeren
Alleen bij stilstaande auto inschakelen. De aan‐
gedreven wielen worden geblokkeerd.
De keuzehendelstand P wordt in de volgende
situaties automatisch ingeschakeld:
▷Na het afzetten van de motor in standby-
modus van de radio, zie pagina 69, of con‐
tact uit, zie pagina 69, als keuzehendel‐
stand R of D ingeschakeld is.▷Bij contact uit, als de keuzehendelstand N
ingeschakeld is.▷Als tijdens stilstand bij geselecteerde keu‐
zehendelstand D of R de gordel van de be‐
stuurdersstoel wordt afgedaan, het be‐
stuurdersportier wordt geopend en de rem
niet ingedrukt wordt.Kickdown
Met kickdown wordt een maximale rijprestatiebereikt. Gaspedaal tot voorbij de weerstand
van de volgasstand indrukken.
Keuzehendelstanden inschakelen
Algemeen
Het rempedaal ingedrukt houden tot wordt
weggereden, anders komt de auto bij een in‐
geschakelde versnelling in beweging.▷De keuzehendelstand P kan pas bij draai‐
ende motor en ingedrukt rempedaal wor‐
den verlaten.▷Bij stilstaande auto het rempedaal indruk‐
ken alvorens vanuit P of N te schakelen,
omdat anders de schakelblokkering niet
wordt gedeactiveerd en het schakelver‐
zoek niet wordt uitgevoerd.
Een blokkering verhindert het per ongeluk
schakelen naar keuzehendelstand R en het per
ongeluk schakelen uit keuzehendelstand P.
Blokkering opheffen
Unlock-toets indrukken, pijl.
Seite 81RijdenBediening81
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 82 of 302

Keuzehendelstand D, N, R inschakelen
Keuzehendel in de gewenste richting drukken,
resp. over drukpunt duwen.
Na het loslaten van de keuzehendel, keert deze
terug naar de middelste stand.
Keuzehendelstand P inschakelen
Toets P indrukken, pijl.
Sportprogramma en handbediening
Sportprogramma activeren
Keuzehendel uit keuzehendelstand D naar
links drukken.
Op het instrumentenpaneel wordt de inge‐
schakelde versnelling weergegeven bijv. S1.
Het sportprogramma van de transmissie is ge‐
activeerd.
Handbediening M/S activeren1.Keuzehendel uit keuzehendelstand D naar
links drukken.2.Keuzehendel naar voren drukken of naar
achteren trekken.
Handbediening M/S wordt actief en er wordt
een andere versnelling ingeschakeld.
Op het instrumentenpaneel wordt de inge‐
schakelde versnelling weergegeven bijv. M1.
Als de situatie het vereist, schakelt de Steptro‐
nic versnellingsbak verder automatisch.
Voorbeeld: bij het bereiken van bepaalde toe‐
rentalgrenzen wordt bij handbediening M/S in‐
dien nodig automatisch opgeschakeld.
Naar handbediening schakelen
▷Terugschakelen: keuzehendel naar voren
drukken.▷Opschakelen: keuzehendel naar achteren
trekken.
Versnelling wordt alleen gewisseld bij passend
toerental en passende snelheid, bij een te
hoog toerental wordt bijvoorbeeld niet terug‐
geschakeld.
De gekozen versnelling wordt kort weergege‐
ven op het instrumentenpaneel, waarna de in‐
geschakelde versnelling weer verschijnt.
Niet X6 M50d: Steptronic Sport
versnellingsbak: automatisch
opschakelen in handbediening M/S
vermijden
De Steptronic Sport-versnellingsbak schakelt
in handbediening M/S bij het bereiken van be‐
paalde toerentalgrenzen niet een versnelling
op, als aan één van de volgende voorwaarden
is voldaan:
Seite 82BedieningRijden82
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 83 of 302

▷DSC gedeactiveerd.▷TRACTION geactiveerd.▷SPORT+ geactiveerd.
Bovendien wordt bij kickdown niet terugge‐
schakeld.
Afhankelijk van de versnellingsbakuitvoering
kan door gelijktijdig bedienen van de kickdown
en de linker schakelpaddel naar de laagst mo‐
gelijke versnelling teruggeschakeld worden.
Dit is niet mogelijk bij kortstondig wisselen via
de schakelpaddels van keuzehendelstand D
naar de handbediening M/S.
X6 M50d: automatisch opschakelen in
handbediening M/S vermijden
Bij het bereiken van bepaalde toerentalgren‐
zen wordt bij handbediening M/S niet automa‐
tisch opgeschakeld.
Bovendien wordt bij kickdown niet terugge‐
schakeld.
Door gelijktijdig bedienen van de kickdown en
de linker schakelpaddel wordt naar de laagst
mogelijke versnelling teruggeschakeld.
Dit is niet mogelijk bij kortstondig wisselen via
de schakelpaddels van keuzehendelstand D
naar de handbediening M/S.
Sportprogramma/handbediening
beëindigen
Keuzehendel naar rechts drukken.
Op het instrumentenpaneel wordt D weerge‐
geven.
Schakelpaddels
Met de schakelpaddels op het stuurwiel kan
snel van versnelling worden gewisseld, zonder
hierbij de handen van het stuurwiel te nemen.
▷Opschakelen: kort aan de rechter schakel‐
paddel trekken.▷Terugschakelen: kort aan de linker scha‐
kelpaddel trekken.▷Afhankelijk van de versnellingsbakuitvoe‐
ring kan door lang aan de linker schakel‐
paddel te trekken naar de laagst mogelijke
versnelling worden teruggeschakeld.
Wisselen van versnelling wordt alleen uitge‐
voerd bij passend toerental en passende snel‐
heid uitgevoerd, bij te hoog toerental wordt
niet teruggeschakeld.
Op het instrumentenpaneel wordt kort de ge‐
kozen versnelling en vervolgens de ingescha‐
kelde versnelling weergegeven.
Als bij automatische bediening met de scha‐
kelpaddels op het stuurwiel wordt geschakeld,
wordt kort overgeschakeld naar handbedie‐
ning.
Wanneer in handbediening gedurende een be‐
paalde tijd voorzichtig wordt gereden, niet
wordt geaccelereerd of via de schakelpaddels
wordt geschakeld, wordt teruggeschakeld naar
automatische bediening.
Afhankelijk van de versnellingsbakuitvoering
kan als de keuzehendel nog steeds in keuze‐
hendelstand D staat, naar automatische bedie‐
ning worden omgeschakeld:
▷Lang aan rechter schakelpaddel trekken.
OfSeite 83RijdenBediening83
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 84 of 302

▷Naast het kort aan de rechter schakelpad‐
del trekken, tevens kort aan de linker scha‐
kelpaddel trekken.
Weergaven op het
instrumentenpaneel
De keuzehendelstand wordt ge‐
toond, bijv.: P.
Parkeervergrendeling elektronisch
ontgrendelen
Algemeen De parkeervergrendeling elektronisch ontgren‐
delen om de auto uit de gevarenzone te ma‐
noeuvreren.
Ontgrendeling is alleen mogelijk wanneer de
startmotor de motor kan doordraaien.
Keuzehendelstand N inschakelen
1.Rempedaal indrukken.2.Start/stop-knop indrukken. De startmotor
moet hoorbaar aanslaan.3.Unlock-toets op de keuzehendel indrukken
en de keuzehendel in keuzehendelstand N
zetten en zo laten staan.
Desbetreffende Check-Control-melding
wordt weergegeven.4.Keuzehendel loslaten en binnen ca. 6 se‐
conden opnieuw in stand N zetten.
Stand N wordt op het instrumentenpaneel
weergegeven.5.Rem loslaten zodra de startmotor stopt.6.De auto uit de gevarenzone manoeuvreren
en vervolgens tegen wegrollen beveiligen.Steptronic Sport versnellingsbak:
Launch Control
Principe Launch Control maakt bij het wegrijden op
stroef wegdek een optimale acceleratie moge‐
lijk.
Algemeen
Het gebruik van Launch Control leidt tot vroeg‐
tijdige slijtage van onderdelen, omdat deze
functie een zeer hoge belasting voor de auto
vormt.
Launch Control niet tijdens het inrijden, zie pa‐
gina 214, gebruiken.
In verband met een optimale stabiliteit DSC zo
spoedig mogelijk weer inschakelen.
Een geoefende bestuurder kan in de modus
DSC OFF mogelijk betere acceleratiewaarden
realiseren.
Voorwaarden
Launch Control is beschikbaar bij bedrijfs‐
warme motor, dus na een ononderbroken rit
van minstens 10 km.
Bij het wegrijden met Launch Control niet stu‐
ren.
Wegrijden met Launch Control
Bij draaiende motor:1. Toets indrukken of met de rijbele‐
vingsschakelaar SPORT+ kiezen.
Het instrumentenpaneel geeft TRACTION
weer en het controlelampje voor DSC OFF
gaat aan.2.Keuzehendelstand S inschakelen.3.Met de linkervoet krachtig het rempedaal
intrappen.4.Gaspedaal tot voorbij de weerstand van de
volgasstand intrappen en ingetrapt hou‐
den, kickdown.Seite 84BedieningRijden84
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 85 of 302
Op het instrumentenpaneel verschijnt een
vlagsymbool.5.Het toerental wordt geregeld. Binnen 3 se‐
conden de rem loslaten.
Voordat Launch Control opnieuw wordt ge‐
bruikt de transmissie ca. 5 minuten laten af‐
koelen.
Launch Control wordt bij nieuw gebruik inge‐
steld op de omgevingsomstandigheden, bijv.
nat wegdek.
Seite 85RijdenBediening85
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 86 of 302
WeergavenUitrusting van de auto
In dit hoofdstuk worden alle standaard, lands‐
pecifieke en speciale uitrustingen beschreven
die in de modelserie aangeboden worden. Er
worden daarom ook uitrustingen beschreven
die in een auto, bijv. vanwege de landspeci‐fieke of gekozen speciale uitrusting niet be‐
schikbaar zijn. Dat geldt ook voor veiligheidsre‐
levante functies en systemen. Bij gebruik van
deze functies en systemen moeten de in het
land geldende voorschriften worden nage‐
leefd.
Overzicht, instrumentenpaneel
1Brandstofmeter 942Snelheidsmeter3Meldingen, bijv. Check-Control4Toerenteller 945Motorolietemperatuur 946Momenteel verbruik7Elektronische weergaven 868Kilometers resetten 95
Elektronische weergaven
▷Selectielijsten, zie pagina 100.▷Buitentemperatuur, zie pagina 95.▷Automatische start-stop-functie, zie pa‐
gina 71.▷Boordcomputer, zie pagina 100.Seite 86BedieningWeergaven86
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 87 of 302

▷Datum, zie pagina 95.▷Energieterugwinning, zie pagina 96.▷Versnellingsbakaanduiding, zie pagina 84.▷Gordelwaarschuwing voor de achterbank,
zie pagina 57.▷Kilometer/dagteller, zie pagina 95.▷Meldingen, bijv. Check-Control, zie pa‐
gina 90.▷Momenteel verbruik, zie pagina 96.▷Navigatieweergave, zie Handleiding bij na‐
vigatie-, entertainment- en communicatie‐
systeem.▷Actieradius, zie pagina 95.▷Status, rijbelevingsschakelaar, zie pa‐
gina 151.▷Benodigd onderhoud, zie pagina 96.▷Snelheidslimietinformatie, zie pagina 98.▷Tijd, zie pagina 95.
Multifunctioneel instrumentendisplay
Principe
Het instrumentendisplay is een variabele weer‐
gave. Wanneer van programma wordt gewis‐
seld via de rijbelevingsschakelaar, past zich de
weergavesoort aan het desbetreffende pro‐
gramma aan. De verandering van de weergave
kan via iDrive worden gedeactiveerd.De weergaven op het instumentendisplay kun‐
nen gedeeltelijk van de weergaven in deze
handleiding afwijken.
Overzicht
1Brandstofmeter 942Controle- en waarschuwingslampjes 903Snelheidsmeter4Variabele weergavenSeite 87WeergavenBediening87
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15
Page 88 of 302

5Toerenteller 94
Selectielijsten 100ECO PRO-weergaven 2266Motorolietemperatuur 947Boordcomputer 1008Kilometers resetten 95Verandering van de weergaven in-/
uitschakelen
Er kan ingesteld worden of het instrumenten‐
display bij een verandering van het rijpro‐
gramma naar de ECO PRO- of SPORT-weer‐
gave automatisch wisselt naar de
overeenkomstige weergave.
Op het Control Display:1."Instellingen"2."Info-display"3."ECO PRO info"of "Rijmodusweergave"
Met navigatiesysteem Professional:
vergrootglasfunctie in-/uitschakelen
U kunt instellen of de actuele snelheid in de
snelheidsmeter vergroot moet worden weer‐
gegeven.
Op het Control Display:
1."Instellingen"2."Info-display"3."Loepfunctie"
ECO PRO weergeven
1Snelheidsmeter2Variabele weergaven: ECO PRO-tips, Aan‐
wijzingen vertragingsassistent, Weergaven
bestuurdersassistentiesystemen3Efficiëntieweergave 2264Transmissie-aanduiding5▷Blauw: bonusactieradiusSeite 88BedieningWeergaven88
Online Edition for Part no. 01 40 2 966 029 - X/15