Page 217 of 568

2174-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
4
Rijden
■Dagrijverlichting
Om uw auto overdag beter zichtbaar te maken voor andere weggebruikers,
wordt de dagrijverlichting automatisch ingeschakeld als de motor wordt
gestart en de parkeerrem wordt gedeactiveerd met de lichtschakelaar uit of in
de stand . (Brandt helderder dan de parkeerlichten voor.) Dagrijverlich-
ting is niet ontworpen voor gebruik in het donker.
■ Sensor koplampregeling (indien aanwezig)
■ Automatisch uitschakelsysteem verlichting
Wanneer de lichtschakelaar in de stand of staat: De koplampen
en mistlampen voor worden automatisch uitgeschakeld als het contact UIT
wordt gezet.
Wanneer de lichtschakelaar in stand staat: Alle verlichting wordt auto-
matisch uitgeschakeld als het contact UIT wordt gezet.
Zet, om de verlichting weer in te schakelen, het contact AAN of zet de licht-
schakelaar een keer in stand OFF en daarna weer in stand of .
■ Zoemer verlichting
Een zoemer klinkt als het contact UIT of in stand ACC staat en het bestuur-
dersportier geopend wordt terwijl de verlichting is ingeschakeld. De werking van de sensor kan in nega-
tieve zin beïnvloed worden als er iets over
de sensor heen geplaatst wordt of als er
iets op de ruit wordt aangebracht waar-
door de sensor wordt afgeschermd.
Hierdoor kan de sensor niet op de juiste
manier de hoeveelheid omgevingslicht
signaleren, waardoor het automatische
koplampsysteem mogelijk onjuist functio-
neert.
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 217 Friday, April 24, 2015 10:36 AM
Page 218 of 568

2184-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)■
Automatische verticale koplampverst elling (auto's met LED-koplampen)
De koplamphoogte wordt automatisch geregeld op basis van het aantal
passagiers in de auto en de mate van belading om verblinding van andere
weggebruikers door de koplampen te voorkomen.
■ Energiebesparende functie
Onder de volgende omstandigheden gaat de overige verlichting na 20 minu-
ten automatisch uit om te voorkomen dat de accu ontladen raakt:
●De koplampen en/of achterlichten branden.
● Het contact wordt in stand ACC of UIT gezet.
● De lichtschakelaar staat in stand of .
Deze functie wordt onder de volgende omstandigheden uitgeschakeld:
● Wanneer het contact AAN wordt gezet.
● Wanneer de lichtschakelaar wordt bediend.
● Wanneer een portier wordt geopend of gesloten.
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. gevoeligheid lichtsensor) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen:
→Blz. 540)
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
Laat de verlichting niet langer ingeschakeld dan noodzakelijk is als het
hybridesysteem niet is ingeschakeld.
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 218 Friday, April 24, 2015 10:36 AM
Page 219 of 568
2194-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
4
Rijden
Schakelaar mistachterlichtSchakelt het mistachter-
licht uit
Schakelt het mistachter-
licht in
Als de schakelaarring los wordt
gelaten, keert de ring terug naar de
stand .
Door de schakelaarring nogmaals
te draaien, wordt het mistachter-
licht uitgeschakeld.
Schakelaar mistlampen
De mistlampen zorgen voor uitstekend zicht bij ongunstige
rijomstandigheden, zoals bij regen of mist.
1
2
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 219 Friday, April 24, 2015 10:36 AM
Page 220 of 568
2204-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
Schakelaar mistlampen voor/mistachterlichtSchakelt de mistlam-
pen voor en de mistach-
terlichten uit
Schakelt de mistlam-
pen voor in
Schakelt de mistlam-
pen voor en het mist-
achterlicht in
Als de schakelaar los wordt gela-
ten, keert de ring terug naar de
stand .
Door de schakelaarring nogmaals
te draaien, wordt alleen het mist-
achterlicht uitgeschakeld.
■Mistlampen kunnen wo rden gebruikt als
Auto's met schakelaar mistachterlicht
De koplampen worden ingeschakeld.
Auto's met schakelaar mistlampen voor en mistachterlicht
Mistlampen voor: De koplampen of parkeerlichten voor zijn ingeschakeld.
Mistachterlicht: De mistlampen voor zijn ingeschakeld.
1
2
3
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 220 Friday, April 24, 2015 10:36 AM
Page 221 of 568
2214-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
4
Rijden
Ruitenwissers met intervalafstelling
De werking van de ruitenwisser wordt geselecteerd door de hendel
als volgt te bewegen: Als de intervalstand wordt geselecteerd, kan het
wisinterval ook worden gewijzigd.
Intervalstand
Lage snelheid ruitenwis-
sers
Hoge snelheid ruiten-
wissers
Enkele slag
Het wisinterval kan worden gewijzigd als de intervalstand wordt gese-
lecteerd. Verkort het interval van de wis-
serwerking
Verlengt het interval van de wis-
serwerking
Ruitenwissers en -sproeiers
Bedienen van de ruitenwisserhendel
1
2
3
4
5
6
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 221 Friday, April 24, 2015 10:36 AM
Page 222 of 568

2224-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
Gelijktijdig inschakelen ruiten-
sproeier en ruitenwisser
De ruitenwissers maken automa-
tisch een aantal wisbewegingen
nadat de sproeier in werking treedt.
Auto's met koplampsproeiers: Als
de koplampen aan zijn en u de
hendel naar u toe getrokken houdt,
werken de koplampsproeiers één
keer. Daarna werken de koplamp-
sproeiers elke vijfde keer dat u de
hendel naar u toe trekt.
Ruitenwissers met regensensor
In de stand AUTO werken de ruitenwissers automatisch wanneer de
sensor signaleert dat het regent. De wissnelheid wordt automatisch
afgestemd op de hoeveelheid neerslag en de rijsnelheid.
Stand AUTO
Lage snelheid ruitenwis-
sers
Hoge snelheid ruiten-
wissers
Enkele slag
In de stand AUTO kan de gevoeligheid van de sensor als volgt wor-
den ingesteld door de schakelaarring te draaien. Verhoogt de gevoeligheid van
de ruitenwisser met regensen-
sor
Verlaagt de gevoeligheid van
de ruitenwisser met regensen-
sor
7
1
2
3
4
5
6
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 222 Friday, April 24, 2015 10:36 AM
Page 223 of 568

2234-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
4
Rijden
Gelijktijdig inschakelen ruiten-
sproeier en ruitenwisser
De ruitenwissers maken automa-
tisch een aantal wisbewegingen
nadat de sproeier in werking treedt.
Auto's met koplampsproeiers: Als
de koplampen aan zijn en u de
hendel naar u toe getrokken houdt,
werken de koplampsproeiers één
keer. Daarna werken de koplamp-
sproeiers elke vijfde keer dat u de
hendel naar u toe trekt.
■De ruitenwissers en ruitensproeiers kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■ Effecten van de rijsnelheid op de ruitenwisserwerking (auto's met ruiten-
wissers met regensensor)
Ook voor de andere standen zal, net als voor de stand AUTO, de tijd tot de
enkele slag om de laatste druppels te verwijderen na het gebruik van de rui-
tensproeier veranderen afhankelijk van de rijsnelheid.
■ Regensensor (auto's met ruitenwisser met regensensor)
●Als de ruitenwisserschakelaar in de stand AUTO wordt gezet terwijl het con-
tact AAN staat, werken de ruitenwissers één keer om aan te geven dat de
stand AUTO is geactiveerd.
● Als de temperatuur van de regensensor 90 °C of hoger is, of -15 °C of lager
is, werkt de automatische functie mogelijk niet. Zet de ruitenwisserschake-
laar in dat geval in een andere stand dan AUTO.
■ Als er geen ruitensproeiervloe istof op de ruit terechtkomt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwezig is en contro-
leer als dat het geval is of de sproeierkoppen niet verstopt zijn.
7
● De regensensor registreert de hoeveel-
heid neerslag.
De auto is voorzien van een optische
sensor. Deze werkt mogelijk niet goed
als zonlicht van de opkomende of
ondergaande zon af en toe op de voor-
ruit valt of als er insecten o.i.d. op de
voorruit zitten.
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 223 Friday, April 24, 2015 10:36 AM
Page 224 of 568

2244-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE (OM12J68E)
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot het gebruik van ruitensproeiervloei-
stof
Gebruik bij koud weer de ruitensproeiervloeistof pas wanneer de voorruit
warm is. De vloeistof kan anders op de voorruit bevriezen en zo het zicht
belemmeren. Dit kan leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ont-
staan.
■ Waarschuwing met betrekking tot he t gebruik van de ruitenwissers in
de stand AUTO (auto's met ruitenwissers met regensensor)
De ruitenwissers kunnen onverwacht in werking treden als de sensor aan-
geraakt wordt of als de voorruit aan trillingen wordt blootgesteld terwijl de
ruitenwissers in de stand AUTO staan. Let erop dat u zich niet kunt bezeren
als de ruitenwissers in werking treden.
OPMERKING
■ Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de voorruit droog is omdat hierdoor de
voorruit beschadigd kan worden.
■ Als er geen ruitensproeiervloeistof uit de sproeierkoppen komt
Als u de hendel gedurende langere tijd naar u toe getrokken houdt, kan de
sproeierpomp beschadigd raken.
■ Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dat geval contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is geraakt deze niet schoon te maken
met een naald of iets dergelijks. Hierdoor kan de sproeierkop beschadigd
raken.
UK AURIS_HV_HB_OM_EE_OM12J68E.book Page 224 Friday, April 24, 2015 10:36 AM