Page 73 of 164

Overzicht touchscreen
TOUCHSCREEN5.3
1.Statusbalk
Op de statusbalk aan de bovenzijde van het scherm staan snelkoppelingen naar Charging, HomeLink, Driver Profiles, voertuiginformatie (de Tesla “T”), info over updates, Bluetooth® en de status van de airbag aan passagierszijde. Daarnaast worden de temperatuur, de tijd, de signaalsterkte van het netwerk, Bluetooth, en de status van de airbag aan passagierszijde aangegeven. Als er een waarschuwing wordt gegeven (uitroepteken) tik dan op het icoontje om de actuele waarschuwingen weer te geven.
OPMERKING: De tijd wordt automatisch ingesteld via het mobiele netwerk. Tik op Controls > Settings > Language & Units om de eenheden voor temperatuur (Co o r Fo) en tijd (12- of 24-uursnotatie) te veranderen.
2.Apps
Er zijn verschillende manieren om een app weer te geven:
•Tik op het icoontje van de app om de gegevens op het bovenste gedeelte van het scherm weer te geven. Tik, als de app al weergegeven wordt, nog een keer op het icoontje om naar een volledig scherm over te schakelen (slechts enkele apps hebben een volledig-schermfunctie).
•Sleep het icoontje van de app naar het bovenste gedeelte van het scherm.
•Tik op het icoontje en houd het even vast. Er verschijnt een pop-up met de vraag of u de app op het bovenste of het onderste gedeelte van het scherm weer wilt geven.
3.Scherm
De weergave van het scherm is afhankelijk van de app die is geselecteerd (in dit voorbeeld worden de Nav- en de Media-app weergegeven). Bij sommige apps (zoals Nav en Web) kunt u in- en uitzoomen met de gebruikelijke vingerbewegingen.
4.Maximaliseren/minimaliseren
Tik op het kleine rechthoekje om de desbetreffende app op het hele scherm weer te geven (niet bij alle apps mogelijk). Tik nog een keer op dit icoontje om twee apps tegelijk weer te geven.
5.Bedieningsorganen
Dit icoon geeft toegang tot alle bedieningsorganen en instellingen van de Model S (portieren, sloten, verlichting enz.)
6.Climate control (zie blz. 5.10).
7.Vo l u m e re g e l i n g
Tik op het pijltje omhoog of het pijltje omlaag om het volume van de luidsprekers te regelen. U kunt dit ook met behulp van het scrollwieltje aan de linkerzijde op het stuur doen.
OPMERKING: Als u bij het instappen een portier opent, gaat de mediaspeler door met het weergeven van de muziek die bij het uitschakelen van de auto ook al werd afgespeeld. Het volume blijft zacht tot u zit en het portier sluit, dan wordt het volume automatisch ingesteld op h e t vo lu m e d a t a l eerder was ingesteld. Als u het portier weer opent, wordt het volume weer verminderd. Als het laatste portier wordt gesloten stopt de mediaspeler de weergave.
8.Positie van twee weergegeven apps wisselen.
WA A R S C H U W I N G : K i j k n i e t n a a r h e t touchscreen onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding. Alles wat van belang is tijdens het rijden wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.
Media. Zie blz. 5.14.
Nav. Zie blz. 5.23.
Energy. Zie blz. 4.23.
We b . To e g a n g t o t h e t i n te r n e t via de web browser.
Camera. Weergave van het gebied achter de auto. Dit beeld verschijnt automatisch zodra de selectiehendel in stand R (Achteruit) wordt gezet. Zie blz. 4.29.
Te l e f o o n . Z i e b l z . 5 . 2 1 .
Page 74 of 164
Touchscreen - BedieningsorganenTouchscreen - Bedieningsorganen
5.4GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
To u c h s c r e e n - B e d i e n i n g s o r g a n e nBediening Model S
Tik op Controls linksonder op het touchscreen voor de bediening van de Model S.
OPMERKING: De onderstaande afbeelding is uitsluitend bedoeld ter verduidelijking. Afhankelijk van de opties, de softwareversie en het land van bestemming kan de informatie op het touchscreen enigszins afwijken.
Page 75 of 164

Touchscreen - Bedieningsorganen
TOUCHSCREEN5.5
1.Close
Tik op het kruisje in de cirkel aan de linker bovenzijde om het venster te sluiten. U kunt het venster ook sluiten door ergens buiten het venster op het scherm te tikken.
2.Sunroof
Tik op dit icoon om de stand het het open dak (indien aanwezig) in te stellen (zie blz. 2.12).
3.Driving
•Suspension
Tik op dit icoon om, als de auto is uitgerust met actieve luchtvering, de hoogte van de auto handmatig aan te passen (zie blz. 5.12). U moet het rempedaal intrappen om de instelling van de vering te kunnen veranderen. Auto's met actieve luchtvering hebben een automatische niveauregeling die ook werkt als de auto is uitgeschakeld. Deze niveauregeling moet uitgeschakeld worden als de auto wordt opgetakeld of gesleept (zie blz. 7.26 en 9.3).
•Steering mode
Vo o r h e t i n s te l l e n va n d e k ra c h t wa a r m e e het stuurwiel verdraaid moet worden. Sport geeft een betere respons terwijl Comfort zorgt voor een lichtere besturing en extra gemak bij het inparkeren (zie blz. 4.3).
•Regenerative braking
Als het gaspedaal wordt losgelaten, zal de auto snelheid verliezen door het regeneratief remmen. De energie die daarbij wordt opgewekt, wordt gebruikt om de batterij weer op te laden. Selecteer Low om het remmende effect te beperken, dit gaat echter wel ten koste van de actieradius (zie blz. 4.25).
OPMERKING: Ongeacht de instellingen is de hoeveelheid energie die met regeneratief remmen wordt herwonnen kleiner als de batterij vol is, of als het heel heet of heel heet is (de extra energie wordt gebruikt om de batterij te koelen of te verwarmen).
•Tr a c t i o n C o n t r o l
Als de Traction Control wordt uitgeschakeld, verschijnt er een waarschuwing op het instrumentenpaneel. Het systeem wordt
aan het einde van elke rit automatisch weer ingeschakeld (zie blz. 4.26).
•Creep
Selecteer ON als u wilt dat de auto in stand D (Rijden) en R (Achteruit) kruipt als u het rempedaal loslaat (net als bij een conventionele automatische transmissie). Om deze instelling te kunnen veranderen moet de selectiehendel in stand P (Parkeren) staan.
4.Cold weather-pakket
Als de Model S is uitgerust met het optionele Cold Weather-pakket beschikt u over stoelverwarming en verwarmde ruitenwissers. U kunt de verwarming van de beide voorstoelen ook instellen via het bedieningspaneel van de airco aan de onderzijde van het touchscreen (zie blz. 5.8).
5.Tr i p s
Het bekijken en resetten van de dagteller (zie blz. 4.22).
6.Displays
Vo o r h e t h a n d m a t i g i n s t e l l e n va n d e lichtsterkte en het selecteren van dag- (lichte achtergrond) of nachtweergave (donkere achtergrond). Als het scherm op Auto staat, wisselt het touchscreen automatisch tussen dag- en nachtweergave waarbij de lichtsterkte afhankelijk is van de hoeveelheid licht.
7.E-Brake & Power Off
U kunt handmatig:
•De parkeerrem vastzetten en lossen (blz. 4.24).
•Uitschakelen (zie blz. 4.7)
•De Model S in Neutraal laten staan door de Tow-stand in te schakelen (zie blz. 9.3).
8.Doors & locks (zie blz. 2.4)
9.Control lights (zie blz. 4.13)
WA A R S C H U W I N G : K i j k n i e t n a a r het touchscreen onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding. Alles wat van belang is tijdens het rijden wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.
Page 76 of 164
Touchscreen - InstellingenTouchscreen - Instellingen
5.6GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
To u c h s c r e e n - I n s t e l l i n g e nPersoonlijke instellingen Model S
Druk op de tab Settings aan de bovenzijde van het Controls-venster om uw persoonlijke voorkeuren in te stellen.
OPMERKING: De onderstaande afbeelding is uitsluitend bedoeld ter verduidelijking. Afhankelijk van de opties, de softwareversie en het land van bestemming kan de informatie op het touchscreen enigszins afwijken. Bijvoorbeeld bij auto's voor de US heeft de tab “Language & Units” een andere titel: “Units & Format.”
Page 77 of 164

Touchscreen - Instellingen
TOUCHSCREEN5.7
1.Hier stelt u de voorkeuren van de geïnstalleerde apps instellen. Apps waarvan u de instellingen niet kunt instellen, worden in het grijs weergegeven.
2.Driver profiles (zie blz. 4.2)
3.Language & Units
Vo o r h e t i n s te l l e n va n d e we e rg ave va n :
•Taal: Voor het instellen van de taal waarin waarschuwingen, berichten en navigatie-aanwijzingen (indien van toepassing) worden weergegeven.
OPMERKING: Als u de taal verandert, zal het touchscreen even sluiten en opnieuw opstarten.
•Regio: Voor het selecteren van een regio voor het formaat van datum en (mm dd jj/dd-mm-jj, enz,) en de weergave van decimalen (5.123, 5,123 enz.).
•Afstand: Eenheden voor de actieradius (mijl of km), snelheidsmeter, energiegrafiek, dagteller en Google map zoekfuncties en navigatieroutes.
•Tijd: 12- of 24-uursnotatie.
•Te m p e r a t u u r : oF of oC.
•Laadeenheden: Weergave van energie (kWh) of afstand (mijl/km).
•Actieradius: Berekende actieradius (op basis van ECE R101) of Ideale actieradius (op basis van ideale omstandigheden zoals rijden met een constante snelheid van 89 km/h op een vlakke weg, zonder extra verbruikers (stoelverwarming, airconditioning enz.).
4.Ve h i c l e
•Drive-away vergrendeling: Als deze optie op ON staat, worden alle portieren vergrendeld als de auto een snelheid van meer dan 8 km/h bereikt (zie blz. 2.5).
•Walk-away vergrendeling: Als deze optie op ON staat, worden alle portieren vergrendeld als u van de auto wegloopt en de sleutel meeneemt (zie blz. 2.5). Alleen beschikbaar als de auto is uitgerust met het optionele Tech-pakket.
•Child-Protection Locks: A l s d e z e o p t i e o p ON staat, kunnen de achterportieren en de achterklep niet van binnenuit geopend worden.
•Auto-Present Handels: Als deze optie op ON staat komen de portiergrepen automatisch naar buiten als u met een afstandsbediening naar de auto loopt, ongeacht of de auto vergrendeld is of niet (zie blz. 2.4).
•Mirrors Auto-Tilt: Als deze optie op ON staat, kantelen de buitenspiegels automatisch omlaag bij het inschakelen van de achteruit (zie blz. 4.6). Alleen beschikbaar als de auto is uitgerust met het optionele Tech-pakket.
•Headlights After Exit Als deze optie op ON staat, blijven de koplampen nog 2 minuten na het verlaten van de auto branden of tot u de auto vergrendelt (zie blz. 4.16).
•Range mode: Als deze optie op ON staat, wordt het vermogen van de airconditioning beperkt om energie te besparen. De verwarming/airconditioning kan dan minder effectief zijn.
5.Safety & Security
Voor het in- of uitschakelen van veiligheidsfuncties:
•Passagiersairbag (zie blz. 3.17).
•Alarminstallatie en veiligheidsopties van de auto (zie blz. 5.25).
•To e g a n g o p a f s t a n d t o t m o b i e l e a p p s v a n Te s l a ( z i e b l z . 5 . 2 8 ) .
6.HomeLink
Gebruik HomeLink voor radiografisch werkende bediening van garagedeuren, verlichting of beveiligingssystemen (zie blz. 5.26).
WA A R S C H U W I N G : K i j k n i e t n a a r h e t touchscreen onder het rijden. Dit vergroot de kans op een aanrijding. Alles wat van belang is tijdens het rijden wordt op het instrumentenpaneel weergegeven.
Page 78 of 164

Climate ControlClimate Control
5.8GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
Climate ControlOverzicht Climate control
De bediening van de Climate control wordt permanent weergegeven aan de onderzijde van het touchscreen. Standaard staat de airconditioning altijd op Auto On, dat zorgt voor een maximaal comfort onder alle normale omstandigheden. Als u de temperatuur aanpast, past het systeem automatisch de temperatuur, de luchtverdeling, de luchtrecirculatie, de luchthoeveelheid en de aanjagersnelheid aan om de ingestelde temperatuur te bereiken en aan te houden. Tik op Auto On om deze instellingen te overrulen (zie blz. 5.10).
De aanjager, de verwarming en de airconditioning worden alle door de batterij gevoed. Dat betekent dat langdurig gebruik van deze systemen de actieradius kan verminderen.
OPMERKING: De onderstaande afbeelding is uitsluitend bedoeld ter verduidelijking. Afhankelijk van de opties, de softwareversie en de instellingen kan de informatie op het touchscreen enigszins afwijken.
1.De voorstoelen zijn uitgerust met thermostatisch geregelde stoelverwarming met 3 standen (1 = laagste stand, 3=hoogste stand).
Als de verwarming is ingeschakeld, branden de controlelampjes rood en wordt aangegeven in welke stand de verwarming staat.
OPMERKING: Als de Model S is uitgerust met het optionele Cold weather-pakket, zijn ook de drie zitplaatsen op de achterbank voorzien van verwarming en kan de verwarming van alle stoelen bediend worden door op Controls > Cold Weather te tikken.
OPMERKING: De stoelverwarming gebruikt veel minder energie dan de Climate control.
2.Tik op het pijltje omhoog of pijltje omlaag om de temperatuur in te stellen (van LO, 17 °C tot HI, 32 °C). Tik op SYNC TEMP in de pop-up die verschijnt als u op het pijltje tikt. Op deze manier kunt u de temperatuur voor bestuurder en passagier tegelijkertijd instellen.
OPMERKING: De temperatuur kan worden weergegeven in oC of oF (Controls > Settings > Language & Units).
3.Automatische/handbediende Climate control (zie blz. 5.10).
4.De voorruitontwaseming richt de luchtstroom op de voorruit en zet de verwarming en de aanjagersnelheid in de hoogste stand. Een keer tikken voor de normale werking (icoontje wordt blauw). Tw e e k e e r t i k k e n v o o r d e m a x i m a l e w e r k i n g (icoontje wordt rood). Tik nog een keer op het icoontje om de voorruitontwaseming uit te schakelen en de luchtverdeling, de verwarming en de aanjagersnelheid terug te zetten in de vorige standen.
5.Climate control AAN/UIT zetten.
6.De achterruitverwarming* werkt gedurende 15 minuten en wordt dan automatisch uitgeschakeld.
*A l s d e M o d e l S i s u i t g e r u s t m e t h e t optionele Tech-pakket, zijn de buitenspiegels voorzien van spiegelverwarming.
Page 79 of 164
Climate Control
TOUCHSCREEN5.9
WA A R S C H U W I N G : O m ve r b r a n d i n g b i j langdurig gebruik te voorkomen, moeten personen met aandoeningen aan het zenuwstelsel en mensen met een hoge pijngrens vanwege diabetes, leeftijd, neurologische problemen enz. extra voorzichtig zijn bij het gebruik van de Climate control en de stoelverwarming.
Page 80 of 164

Climate ControlClimate Control
5.10GEBRUIKERSHANDLEIDING MODEL S
Climate control instellen
Het systeem zorgt volledig automatisch voor een maximaal comfort onder alle normale omstandigheden. Als u de temperatuur naar eigen wens instelt, past het systeem automatisch de temperatuur, de luchtverdeling, de luchtrecirculatie, d e l u c h t h o e v e e l h e i d e n d e a a n j a g e r s n e l h e i d a a n om de ingestelde temperatuur te bereiken en aan te houden.
Tik op Auto On om de automatische instelling te overrulen en de eigen instellingen te bekijken. Tik vervolgens op de instelling die u wilt veranderen. Als u dit doet, zal het blauwe Auto On-icoontje grijs worden en verschijnt Reset Auto op het scherm.
1.Tik op Reset Auto om het systeem weer volledig automatisch te laten werken.
2.Tik op A/C On of A/C Off om de airconditioning aan of uit te zetten. Het uitschakelen zal leiden tot minder koeling maar het spaart ook energie waardoor de actieradius toeneemt.
Omdat de Model S veel stiller is dan een auto met een gewone verbrandingsmotor, kan het zijn dat u de compressor hoort werken. Verlaag de aanjagersnelheid of schakel de luchtrecirculatie in om het geluid te beperken.
OPMERKING: Het uitschakelen kan er onder bepaalde omstandigheden toe leiden dat de ruiten beslaan.
3.Tik op een van de icoontjes om de aanvoer van buitenlucht in te stellen.
4.Tik op een van de icoontjes om de luchtstroom te regelen. U hebt keuze uit:
5.Tik op het schuifje en sleep dit in de gewenste stand om de aanjagersnelheid te regelen.
OPMERKING: Verhoog de aanjagersnelheid bij hoge temperaturen. Dan zal de airconditioning minder hard hoeven te werken.
Va n b u i t e n a f w o r d t e r ve r s e l u c h t aangevoerd (zie blz. 5.11). Alhoewel minder efficiënt dan bij het recirculeren van de lucht bij extreme hitte of kou, wordt er nu meer lucht aangezogen en naar achteren gevoerd. Deze stand wordt dan ook aanbevolen als er kinderen op de achterste zitrij worden vervoerd.
De aanvoer van buitenlucht is afgesloten en de lucht in het interieur wordt gerecirculeerd. Daarmee kunt u voorkomen dat uitlaatgassen en stank het interieur binnendringen maar de kans dat de ruiten beslaan, neemt wel toe. Het recirculeren van de lucht is de meest effectieve manier om het interieur te koelen maar het maakt wel lawaai. Zet de luchtrecirculatie uit om het beslaan van de ruiten onder bepaalde omstandigheden te voorkomen.
Ve n t i l a t i e ro o s t e r s b e e n r u i m t e
Ve n t i l a t i e ro o s t e r s d a s h b o a rd
Vo o r r u i t o n t w a s e m i n g