114
c5_nl_ chap04_conduite_ed01-2014
Programma SPORT Stilzetten van de auto
F Druk met de de selectiehendel in de stand
A en draaiende motor op de knop S om het
programma SPORT in te schakelen voor
een sportievere rijstijl.
S wordt weergegeven op het
instrumentenpaneel.
F
D
ruk opnieuw op de toets S als u dit
programma uit wilt schakelen.
S verdwijnt van het display op het
instrumentenpaneel.
bi
j krachtig accelereren wordt de
hoogste versnelling niet ingeschakeld
als de bestuurders de flippers achter
het stuurwiel niet bedient.
se
lecteer de neutraalstand N nooit
tijdens het rijden.
se
lecteer de achteruitversnelling
(stand R ) uitsluitend als de auto volledig
stilstaat en de voet op het rempedaal
wordt gehouden.se lecteer wanneer u de auto met
draaiende motor stilzet altijd de
neutraalstand N .
co
ntroleer voordat u werkzaamheden
onder de motorkap uitvoert altijd of de
selectiehendel in de neutraalstand N
staat en de handrem is aangetrokken.
Voordat u de motor afzet, kunt u:
-
d
e selectiehendel in de stand N zetten om
de neutraalstand te selecteren,
-
e
en versnelling ingeschakeld laten. In dat
geval kan de auto niet worden verplaatst.
tr
ek in beide gevallen altijd de handrem
aan om de auto volledig stil te zetten (als de
handrem niet in de automatische stand staat
ingesteld).
rijden
115
c5_nl_ chap04_conduite_ed01-2014
Storing
Als de aanduiding AUTO bij het aanzetten
van het contact gaat knipperen, in combinatie
met een geluidssignaal en een melding op het
multifunctionele display, duidt dit op een storing
in de versnellingsbak.
Laat dit controleren door het
c
It
ro
Ën-
newerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Houd bij het starten van de motor altijd het
rempedaal ingetrapt.
tr
ek de handrem stevig aan om de auto
volledig te blokkeren, behalve wanneer de
handrem automatisch wordt bediend.
4
rijden
116
c5_nl_ chap04_conduite_ed01-2014
Selecteren van de stand Displayweergave
F automatische stand: zet de selectiehendel
in stand D ,
F
se
quentiële stand: zet de selectiehendel in
stand M ,
F
stand SPORT : zet de selectiehendel in
stand D en druk op de toets A ,
F
stand SNEEUW : zet de selectiehendel in
stand D en druk op de toets B .De stand van de selectiehendel en de
rijstand worden in de klok C van het
instrumentenpaneel weergegeven.
u
kunt de ingeschakelde versnelling
eveneens zien aan de hand van een
schakelpatroonpaneel bij de selec tiehendel.
Automatische versnellingsbak
bij de automatische versnellingsbak kunt u
kiezen uit het comfort van geheel automatisch
schakelen, met de mogelijkheid te kiezen uit
een stand
s
p
ort of s
n
eeuw, of handmatig
schakelen.
u
kunt kiezen uit vier rijstanden:
-
een automatische stand, waarbij het
schakelen elektronisch geregeld wordt
door de versnellingsbak,
-
e
en stand SPORT , die een sportievere
rijstijl mogelijk maakt,
-
e
en stand SNEEUW , die het rijden
onder omstandigheden met weinig grip
vergemakkelijkt,
-
een sequentiële stand, waarbij de
bestuurder zelf kan schakelen . Voor de veiligheid:
-
u
kunt de selectiehendel alleen
uit stand P verwijderen als u het
rempedaal hebt ingetrapt,
-
b
ij openen van een portier geeft
een geluidssignaal aan dat de
selectiehendel zich niet in stand P
bevindt,
-
c
ontroleer altijd of de selectiehendel
in stand P staat voordat u de auto
verlaat.
Als volgens het display de
versnellingsbak zich in stand P bevindt en
de positie van de selectiehendel hiervan
afwijkt, zet de selectiehendel dan in stand
P om de motor te kunnen starten.
rijden
122
c5_nl_ chap04_conduite_ed01-2014
- met de selectiehendel in de stand A of M ,
laat het rempedaal los,
-
m
et de selectiehendel in de stand N
en het rempedaal niet ingetrapt, zet de
selectiehendel in de stand A of M ,
-
o
f schakel de achteruit in.
Overgang naar de START-stand
Het verklikkerlampje "ECO" gaat
uit en de motor wordt automatisch
gestart (elektronisch gestuurde
versnellingsbak) :
Bijzonderheden: automatisch
activeren van de START-stand
Het verklikkerlampje "ECO" knippert
een paar seconden en gaat dan uit.
Dat onder deze omstandigheden de
START-stand wordt geactiveerd, is
volkomen normaal. De
st
Ar
t
-
stand wordt automatisch
geactiveerd als:
-
he
t bestuurderportier wordt geopend,
-
de
veiligheidsgordel van de bestuurder
wordt losgemaakt,
-
d
e snelheid van de auto hoger is
dan 11 km/h (elektronisch gestuurde
versnellingsbak),
-
d
e elektrische parkeerrem wordt
aangetrokken,
-
e
r bepaalde bijzondere omstandigheden
zijn (laadtoestand accu, motortemperatuur,
rembekrachtiging, instelling
airconditioning...).
u
kunt deze functie op elk willekeurig moment
uitschakelen door de schakelaar "ECO OFF" in
te drukken.
Het verklikkerlampje in de schakelaar gaat
branden en er verschijnt een melding op het
display.
Uitschakelen
Als het systeem in de stoP -stand
wordt uitgeschakeld, dan wordt de
motor direct weer gestart.
rijden
123
c5_nl_ chap04_conduite_ed01-2014
Inschakelen
bij een storing in het systeem gaat het
verklikkerlampje in de schakelaar "ECO OFF"
knipperen en vervolgens constant branden.
Laat het systeem controleren door het
cIt
ro
Ën-
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
Als er in de
sto
P
-stand een storing zou
optreden, kan het zijn dat de motor niet
meer wil aanslaan of direct afslaat: alle
verklikkerlampjes branden. Zet in dat geval het
contact af en start de auto dan met behulp van
de sleutel.
Storingen Onderhoud
Dit systeem heeft specifieke kenmerken en maakt
gebruik van een speciale 12V-accu (raadpleeg
voor meer informatie het
c
It
ro
Ën-
netwerk).
Het gebruik van een andere dan de door
cIt
ro
Ën
voorgeschreven accu's kan leiden
tot storingen in het systeem.
Maak voor het opladen van de 12V-accu
gebruik van een 12V-acculader. De polariteiten
mogen hierbij niet worden omgekeerd.
sc
hakel omwille van de veiligheid het
st
op & s
t
art-systeem altijd uit als u
handelingen onder de motorkap wilt
uitvoeren.
Het
s
t
op & s
t
art-systeem maakt
gebruik van geavanceerde technologie.
Laat eventuele werkzaamheden
uitvoeren bij een gekwalificeerde
werkplaats, bijvoorbeeld een
servicepunt van het
c
It
ro
Ën-
netwerk,
die over alle deskundigheid en speciale
gereedschappen beschikt.
Het systeem wordt automatisch
ingeschakeld zodra u het contact
opnieuw aanzet.
Druk nogmaals op de schakelaar "ECO OFF"
.
Het systeem is dan weer ingeschakeld; het
verklikkerlampje in de schakelaar gaat uit en er
wordt een melding op het display weergegeven.
4
rijden
126
c5_nl_ chap04_conduite_ed01-2014
stuurwiel met bedieningstoetsen op vaste naaf
1Draaien
- scrollen door de verschillende informatiepagina's van het display van het instrumentenpaneel.
-
sc rollen door de verschillende menu's van het display van het instrumentenpaneel.
-
V
erhogen/verlagen van waarden.
kort indrukken- openen van het menu van het display van het instrumentenpaneel (alleen bij stilstaande auto).
- s electeren en bevestigen van informatie.
Lang indrukkenresetten van de boordcomputer (als de pagina van de boordcomputer wordt weergegeven).
2ko rt indrukken
- Annuleren van de huidige opdracht.
-
te rug naar de vorige weergave van het display van het instrumentenpaneel.
Lang indrukkenterug naar de oorspronkelijke weergave van het display van het instrumentenpaneel.
3kort indrukkenVerhogen van de snelheid in stappen van 1 km/h / opslaan snelheid.
Ingedrukt houdenVerhogen van de snelheid in stappen van 5 km/h.
4kort indrukkenVerlagen van de snelheid in stappen van 1 km/h / opslaan snelheid.
Ingedrukt houdenVerlagen van de snelheid in stappen van 5 km/h.
5kort indrukkenonderbreken of hervatten van de snelheidsregelaar/-begrenzer (afhankelijk van de geselecteerde
f u n c t i e).
6kort indrukkenselecteren van de functie snelheidsregelaar of snelheidsbegrenzer (de cyclus van deze toets begint
altijd met het selecteren van de snelheidsbegrenzer).
7kort indrukkenuitschakelen snelheidsregelaar/-begrenzer.
8kort indrukken
- Inkomend gesprek aannemen.
- G
esprek afbreken.
-
o
p
enen contextmenu voor telefoon.
-
b
e
vestigen in de lijst en het telefoonmenu.
Lang indrukkenInkomend gesprek weigeren.
9kort indrukken/Lang indrukkenclaxon.
10kort indrukkenActiveren/deactiveren van de bl ack Panel-functie (rijden in het donker).
11kort indrukkenActiveren van de spraakbediening.
Lang indrukkenHerhaling van de navigatie-instructie.
rijden
127
c5_nl_ chap04_conduite_ed01-2014
12Draaien
-
r adio: door de opgeslagen zenders scrollen.
- c
d
-speler/MP3 -cd/cd-wisselaar/jukebox: door de cd's of de speellijsten scrollen.
-
I
n de menu's van het multifunctionele display: navigeren en verhogen/verlagen.
ko
rt indrukken -
I
n de menu's van het multifunctionele display: bevestigen.
- openen van verkorte menu's (afhankelijk van de pagina van het multifunctionele display).
Lang indrukkenopenen van het hoofdmenu van het multifunctionele display.
13
ko
rt indrukken Annuleren van de huidige opdracht en terug naar de vorige weergave van het
multifunctionele display.
ti
jdens een inkomend gesprek: gesprek weigeren.
Lang indrukken
te
rug naar de oorspronkelijke weergave van het multifunctionele display.
14
ko
rt indrukken
to
egang tot het hoofdmenu van het multifunctionele display.
15
kort indrukken/Ingedrukt houdenVerhogen van het volume.
16
kort indrukken/Ingedrukt houdenVerlagen van het volume.
17
ko
rt indrukken -
e
er
ste maal drukken: geluid onderbreken.
-
t
w
eede maal drukken: geluid weer inschakelen.
18
ko
rt indrukken -
r
a
dio: automatisch zoeken naar de hogere frequenties.
-
c
d
-speler/MP3 -cd/cd-wisselaar/jukebox: zoeken naar de volgende track.
Ingedrukt houden -
c
d
-speler/MP3-cd/cd-wisselaar/jukebox: versneld vooruitspoelen.
19
ko
rt indrukken -
r
a
dio: automatisch naar lagere frequenties zoeken.
-
c
d
-speler/MP3 -cd/cd-wisselaar/jukebox: zoeken naar de vorige track.
Ingedrukt houden
cd
-speler/MP3-cd/cd-wisselaar/jukebox: versneld terugspoelen.
20
ko
rt indrukken -
r
a
dio: weergave van de lijst met beschikbare zenders.
-
c
d
-/MP3 -cd en cd-wisselaar: alle nummers van cd en de speellijsten weergeven.
-
j
u
kebox: weergave van de lijst van albums.
Lang indrukken Lijst met zenders actualiseren.
21
kort indrukken/Lang indrukkenclaxon.
22
ko
rt indrukken
MoDe : kiezen van het type informatie dat wordt weergegeven op het multifunctionele display.
4
rijden
130
c5_nl_ chap04_conduite_ed01-2014
Het gaspedaal heeft aan het einde van de slag
een mechanisch “zwaar punt”. Door het pedaal
volledig in te trappen kunt u op elk gewenst
moment de ingestelde maximumsnelheid
overschrijden. Gedurende de tijd dat de
maximumsnelheid wordt overschreden,
knippert de weergegeven snelheid bij A . De
snelheidsbegrenzer treedt automatisch weer in
werking als u het gas loslaat en de rijsnelheid
weer onder de ingestelde waarde komt.
Functie uitschakelen
F Door op toets 5 te drukken.
F D oor de functie snelheidsbegrenzer te
selecteren.
F
D
oor de motor af te zetten.
Storing
Als er een storing in het systeem optreedt,
verschijnt er een bericht op het display, klinkt er
een geluidssignaal en gaat het controlelampje
SERVICE branden.
Laat dit controleren door het
c
It
ro
Ën-
n
etwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Ingestelde snelheid
overschrijden
De snelheidsbegrenzer, die geen
invloed heeft op het remsysteem van de
auto, is bij een steile afdaling of een te
snelle acceleratie niet altijd in staat de
ingestelde snelheid te handhaven.
bi
j het gebruik van andere dan door
cIt
ro
Ën g
oedgekeurde matten
bestaat de kans dat het intrappen van
het gaspedaal gehinderd wordt en de
werking van de snelheidsbegrenzer
belemmerd wordt.
De door
c
It
ro
Ën
goedgekeurde
matten hebben een derde
bevestigingspunt bij de pedalen
waardoor ze de beweging van de
pedalen niet kunnen hinderen.
De snelheid knippert ook als de begrenzer niet
in staat is de ingestelde snelheid te handhaven
(bij een steile afdaling of een te snelle
acceleratie).
Laat om de begrenzer weer te activeren het
gas los, zodat de snelheid weer onder de
ingestelde waarde komt.
rijden