Page 49 of 312

47
C3Picasso_nl_Chap03_confort_ed01-2014
6. Regeling luchtverdeling
F Druk op één of meer toetsen om de luchtstroom te verdelen
naar:
7. Regeling luchtopbrengst
F Draai deze knop naar links om de luchtopbrengst te
verminderen of naar rechts om
deze te verhogen.
8. Toevoer van buitenlucht/luchtrecirculatieF Draai de knop van de luchtopbrengst naar
links tot alle lampjes uitgaan.
Alle functies van de airconditioning en het
ventilatiesysteem worden dan uitgeschakeld.
De temperatuur wordt dan niet meer
geregeld, maar er blijft een kleine luchtstroom
gehandhaafd.
F
D
raai de knop van de luchtopbrengst naar
rechts of druk op de toets "AUTO" om het
systeem weer met de laatst ingestelde
waarden in te schakelen.
F
D
ruk op deze toets om de
lucht in het interieur te laten
recirculeren. Het lampje van de
toets gaat branden.
-
d
e voorruit en de zijruiten (ontwasemen of
ontdooien),
- de voorruit, de zijruiten en de ventilatieroosters,- de voorruit, de zijruiten, de ventilatieroosters en de beenruimte van de
passagiers,
-
d
e ventilatieroosters en de beenruimte van
de passagiers,
-
d
e ventilatieroosters,
-
d
e beenruimte van de passagiers,
-
d
e voorruit, de zijruiten en de beenruimte
van de passagiers.
De lampjes van de luchtopbrengst, tussen
de twee propellers, gaan afhankelijk van de
ingestelde waarde geleidelijk branden. F
D
ruk de toets, zodra de luchtrecirculatie
niet meer nodig is, nogmaals in om de
toevoer van buitenlucht te hervatten en het
beslaan van de ruiten te voorkomen. Het
lampje van de toets gaat uit.
9. Centrale regeling/gescheiden regeling
F Druk op deze toets om
de instellingen van de
passagierszijde af te stemmen
op die van de bestuurderszijde
(centrale regeling). Het lampje
van de toets gaat branden.
De luchtrecirculatie dient om de toevoer van
buitenlucht bij stank en stofoverlast af te
sluiten.
Vermijd het te lang rijden met
ingeschakelde luchtrecirculatie of
een uitgeschakeld systeem om te
voorkomen dat de ruiten beslaan of de
luchtkwaliteit vermindert.
Uitschakelen van het
systeem
3
Comfort
Page 50 of 312

48
C3Picasso_nl_Chap03_confort_ed01-2014
ParfumeurDe par fumeur, die voor een aangename geur in de auto zorgt, kan met een draaiknop naar wens
worden ingesteld. Het geurelement is in verschillende geuren leverbaar.
Geurelement plaatsen
F Verwijder de houder van het element.
F P laats het element (met de bloem
r e c ht s b ove n).
F
D
ruk de knop in en draai deze een kwart
omwenteling met de wijzers van de klok mee.
De regelknop is geïntegreerd in het dashboard
of in het bovenste opbergvak van het
dashboard.
Met behulp van deze knop kunt u de sterkte
van de geur instellen.
F
D
raai de knop naar rechts om de geur in de
auto te verspreiden.
F
D
raai de knop naar links om de par fumeur
af te sluiten.
Geurelement
Geurelement verwijderen
F Druk het element in en draai het een kwart omwenteling tegen de wijzers van de klok in.
F
V
erwijder het element
F
s
l
uit het element af met de houder.
Voer om veiligheidsredenen handelingen
met het geurelement uitsluitend uit bij
stilstaande auto.
Haal geurelementen niet uit elkaar.
Probeer de par fumeur of de
geurelementen niet bij te vullen.
Vermijd elk contact met de huid en
met de ogen.
Houd de geurelementen buiten het
bereik van kinderen en huisdieren. Gooi het originele element niet weg: dit
moet worden gebruikt om het systeem
af te sluiten als de geurelementen niet
worden gebruikt.
Draai de knop voor een langere
levensduur van het geurelement naar
links zodra de sterkte van de geur in het
interieur voldoende is.
Houd de middelste ventilatieroosters
geopend.
De geursterkte is mede afhankelijk van
de instellingen van de ventilatie en de
airconditioning.
Regelknop
Het geurelement kan zeer eenvoudig worden
vervangen.
u
kunt het geurelement op elk moment
ver wisselen en buiten de auto bewaren, dankzij
de houder waarmee het element kan worden
afgesloten als het reeds is gebruikt.
bi
j het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats zijn verschillende
geuren leverbaar.
Comfort
Page 51 of 312
49
C3Picasso_nl_Chap03_confort_ed01-2014
Vo or stoelenDe zitting, de rugleuning en de hoofdsteun zijn verstelbaar voor een optimale zitpositie.
Hoogteverstelling
bestuurdersstoelRugleuningverstelling
Verstelling in lengterichting
F til de beugel op en schuif de stoel in de
gewenste stand. F
tr ek de hendel omhoog of duw deze
omlaag tot de gewenste stand bereikt is. F
D uw de handgreep naar achteren.
Zorg er bij het verstellen van de stoel naar achteren voor dat het schuiven van de stoel niet wordt verhinderd door personen of hinderlijke
voor werpen op de vloer achter de stoel om te voorkomen dat de stoel wordt geblokkeerd.
o
n
derbreek het schuiven van de stoel meteen als dit
het geval is.
3
Comfort
Page 52 of 312

50
C3Picasso_nl_Chap03_confort_ed01-2014
Afstellen van de armsteun
F Druk op de knop onder het uiteinde van de armsteun om deze te ontgrendelen.
F
Z
et de armsteun in de laagste stand.
F
t
rek
de armsteun stapsgewijs omhoog tot
u de gewenste stand heeft bereikt.
Voor het opklappen van de hoofdsteun licht
u deze op en duwt u hem naar achteren tot
voorbij het weerstandspunt.
Hoogteverstelling hoofdsteun
F trek de hoofdsteun naar boven om deze hoger te zetten.
F
D
ruk op de pal A en trek de hoofdsteun
omhoog om hem te verwijderen.
F
s
t
eek om de hoofdsteun terug te zetten
de pennen van de hoofdsteun recht in
de openingen van de rugleuning tot de
hoofdsteun op zijn plaats blijft.
F
D
ruk gelijktijdig op de pal A en op de
hoofdsteun om deze lager te zetten.
Aanvullende instellingen
Voor de veiligheid is het frame van de
hoofdsteun gekarteld om te voorkomen
dat de hoofdsteun zakt in het geval van
een aanrijding.
De juiste stand van de hoofdsteun is
als de bovenzijde van de hoofdsteun
zich ter hoogte van de bovenzijde
van het hoofd bevindt.
Ga nooit rijden als de hoofdsteunen zijn
verwijderd. De hoofdsteunen moeten
zijn geplaatst en correct zijn afgesteld.
Comfort
Page 53 of 312

51
C3Picasso_nl_Chap03_confort_ed01-2014
Tafelstand van de
passagiersstoel vóór
Als deze stoel net als de achterbank in de
tafelstand staat, kunnen lange voor werpen
vervoerd worden.
F
D
uw de hendel naar boven en houd de
rugleuning vast ter wijl u deze neerklapt
op het zitgedeelte.
kl
ap de hendel van de
rugleuningverstelling om om de rugleuning
volledig neer te klappen.
F
t
e
rugplaatsen van de rugleuning: zet de
rugleuning omhoog en druk hem in de
vergrendelde stand.
bi
j draaiende motor is de stoelver warming voor
beide voorstoelen afzonderlijk regelbaar.
F
M
et de draaiknop naast de voorstoel kan
de stoelverwarming ingeschakeld worden
en kan een verwarmingsstand worden
geselecteerd:
0
:
u
i
t.
1
: Laag.
2
: Gemiddeld.
3
: Hoog.
Bediening
stoelverwarming
Vergeet niet, alvorens u deze handelingen
uitvoert, het opklaptafeltje aan de
achterzijde van de rugleuning in te klappen.
In verband met de veiligheid mag de
achterpassagier zijn voeten niet op de
in de tafelstand geplaatste voorstoel
leggen.
3
Comfort
Page 54 of 312
52
C3Picasso_nl_Chap03_confort_ed01-2014
Achterbankelk achterbankdeel (1/3 - 2/3) is afzonderlijk verstelbaar.
Verstelling in lengterichting Verstelling van de
rugleuning
F trek aan de hendel en schuif de
achterbank naar voren of naar achteren.er z ijn twee standen:
- rechtop,
-
c
omfortstand (naar achteren).
Verstellen van de rugleuning:
F
t
rek
de hendel naar voren.
Verstellen van de
hoofdsteunen
De deelbare achterbank (1/3 - 2/3) is voorzien
v an kommavormige hoofdsteunen.
Ze zijn verstelbaar in een hoge stand
(comfort en veiligheid) en in een lage stand
(zicht naar achteren).
Ze zijn bovendien ver wijderbaar; ga als volgt te werk:F trek de hoofdsteun omhoog tot de aanslag,
F d ruk vervolgens tegen de nok A .
rij
d nooit met verwijderde hoofdsteunen
wanneer zich passagiers op de
achterbank bevinden. Zorg ervoor dat ze
geplaatst zijn en in de hoge stand staan.
Comfort
Page 55 of 312
53
C3Picasso_nl_Chap03_confort_ed01-2014
Ingeklapte stand
F Verplaats, indien nodig, de voorstoel naar voren.
F
V
erplaats de zitting van de bank zo ver
mogelijk naar achteren.
F
s
c
huif de hoofdsteunen in.
F
t
r
ek aan hendel A om de rugleuning te
ontgrendelen, waarna deze neerklapt op
de zitting.
De bank verdwijnt in de vloer, waarna u over
een vlakke doorlopende vloer beschikt.
De rugleuning terugplaatsen:
F
k
a
ntel de rugleuning naar achteren totdat
deze blokkeert.
F
Z
et het zitgedeelte in de gewenste stand. Let er bij het terugplaatsen op dat de
gordels niet klem komen te zitten.
3
Comfort
Page 56 of 312

54
C3Picasso_nl_Chap03_confort_ed01-2014
spiegels
De buitenspiegel is elektrisch verstelbaar.
Aan de onderkant van het spiegelhuis is een in-
en uitstapverlichting geïntegreerd.
Deze verlichting gaat branden bij het openen
of sluiten van een portier. De verlichting werkt
volgens een tijdschakeling.
Inklappen
F Van buitenaf: vergrendel de auto met de afstandsbediening of de sleutel.
F
V
anuit het interieur: trek bij aangezet
contact de schakelaar A vanuit de
middelste stand naar achteren.
Uitklappen
F Van buitenaf: ontgrendel de auto met de afstandsbediening of de sleutel.
F
V
anuit het interieur: trek bij aangezet
contact de schakelaar A vanuit de
middelste stand naar achteren.
Verstellen
F Zet de knop A naar links of rechts om de desbetreffende spiegel te selecteren.
F
D
uw de knop B in de 4 richtingen om de
spiegel af te stellen.
F
Z
et de knop A weer in het midden.
Als de buitenspiegels zijn ingeklapt met behulp
van de schakelaar A, worden ze niet automatisch
uitgeklapt als de auto wordt ontgrendeld. t
rek
nogmaals de schakelaar A naar achteren om de
buitenspiegels uit te klappen.
Het automatisch in- en uitklappen
van de buitenspiegels kan worden
gedeactiveerd door het CI
t
ro
Ën-
n
etwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
kl
ap de elektrisch bediende spiegels
nooit handmatig in of uit.
De weergegeven objecten in de
buitenspiegels lijken verder af dan ze in
werkelijkheid zijn.
Hiermee moet rekening worden gehouden om
de afstand ten opzichte van achteropkomend
verkeer goed in te schatten.
Buitenspiegels
Comfort