Page 153 of 312
151
C3Picasso_nl_Chap11_informations-pratiques_ed01-2014
F Zet het contact af.
F P lak de sticker met de snelheidslimiet in
het interieur van de auto. F
ro l de slang uit die onder de compressor is
opgeborgen.
F
s
l
uit de slang van de compressor aan op
de flacon met afdichtmiddel.
F
k
e
er de flacon met afdichtmiddel om en
bevestig deze aan de desbetreffende
uitsparing van de compressor.
Ver wijder niet het voor werp dat de
lekkage heeft veroorzaakt uit de band. F
H aal het dopje van het ventiel van de lekke
band en bewaar het op een schone plaats.
F
s
l
uit de slang van de flacon met
afdichtmiddel aan op het ventiel van de
lekke band en zet hem stevig vast.
Reparatiemethode
11
Praktische informatie
Page 154 of 312

152
C3Picasso_nl_Chap11_informations-pratiques_ed01-2014
F Controleer of de schakelaar van de compressor in de stand " O" staat.
F
r
o
l de elektrische kabel, die onder de
compressor is opgeborgen, volledig uit.
F
s
l
uit de stekker van de compressor aan op
de 12V-aansluiting van de auto.
F
Z
et het contact aan. Let op: het afdichtmiddel is schadelijk
(ethyleenglycol, colofonium...) bij
inname en irriterend voor de ogen.
Houd het middel buiten het bereik van
kinderen.
De uiterste gebruiksdatum van het
middel is op de flacon vermeld.
Gooi de flacon na gebruik niet weg,
maar lever deze in bij het CI
t
ro
Ën-
n
etwerk of een officieel inzamelpunt.
Vergeet niet om bij het CI
t
ro
Ën-
n
etwerk of een gekwalificeerde
werkplaats een nieuwe flacon met
afdichtmiddel te kopen.
F
sc hakel de compressor in door de
schakelaar in de stand " I" te zetten tot de
bandenspanning is opgelopen tot 2,0
bar.
H
et afdichtmiddel wordt onder druk in de
band gespoten; maak de slang niet los van
het ventiel tijdens deze handeling (kans op
spatten). Als na vijf tot zeven minuten de
gewenste bandenspanning niet is
bereikt, is de band niet te repareren met
de bandenreparatieset; neem contact
op met het CI
t
ro
Ën-
netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om u verder
te helpen.
Praktische informatie
Page 155 of 312

153
C3Picasso_nl_Chap11_informations-pratiques_ed01-2014
F Zet de schakelaar in de stand "O".
F V erwijder de set.
F
M
aak direct een rit van ongeveer vijf
kilometer met matige snelheid (tussen
20
en 60 km/h), zodat het afdichtmiddel het
lek kan dichten.
F
Z
et de auto stil en controleer de reparatie
en de bandenspanning met de set.
Controle / aanpassen bandenspanning
u kunt de compressor, zonder inspuiting
v an het afdichtmiddel, ook gebruiken om de
bandenspanning te controleren of de banden
op spanning te brengen.
F
V
er wijder het dopje van het ventiel van de
band en bewaar het op een schone plaats.
F
r
o
l de slang uit die onder de compressor is
opgeborgen.
F
s
l
uit de slang aan op het ventiel en zet
hem stevig vast. F
C ontroleer of de schakelaar van de
compressor in de stand " O" staat.
F
r
o
l de elektrische kabel, die onder de
compressor is opgeborgen, volledig uit.
F
s
l
uit de stekker van de compressor aan op
de 12V-aansluiting van de auto.
F
Z
et het contact aan.
11
Praktische informatie
Page 156 of 312
154
C3Picasso_nl_Chap11_informations-pratiques_ed01-2014
F schakel de compressor in door de schakelaar in de stand " I" te zetten en
breng de band op de spanning die is
aangegeven op de bandenspanningssticker
van de auto.
o
m
de bandenspanning te verlagen:
druk op de zwarte knop op de slang van
de compressor, bij de aansluiting op het
ventiel.
F
Z
et, zodra de gewenste spanning is
bereikt, de schakelaar in de stand " O".
F
V
er wijder de set en berg deze op.
Controlesysteem
bandenspanning
Het verklikkerlampje voor te lage
bandenspanning zal na het repareren
van een wiel blijven branden tot het
systeem is gereset.
ra
adpleeg voor meer informatie de rubriek
"
ban
denspanningscontrolesysteem".
Als de spanning van een of meer
banden is aangepast, moet
het controlesysteem van de
bandenspanning worden gereset.
Zie de rubriek
"
ban
denspanningscontrole".
Praktische informatie
Page 157 of 312

155
C3Picasso_nl_Chap11_informations-pratiques_ed01-2014
Wiel verwisselen
Het gereedschap bevindt zich onder de vloer
van de bagageruimte:
F
o
pen de achterklep,
F
v
erwijder de vloerplaat,
F
t
il de vloerbedekking op,
F
v
erwijder de houder waarin het
gereedschap is opgeborgen.
F
v
erwijder de polystyreen opbergbak,
Overige accessoires
5. Afneembaar sleepoog. Z ie de paragraaf "sl epen van uw auto".
Toegang tot het gereedschap
In het geval van een lekke band kunt u het wiel met het bij de auto geleverde gereedschap ver wisselen volgens de onderstaande procedure.
Beschikbaar gereedschap
Dit gereedschap is specifiek voor uw auto.
Gebruik het niet voor andere doeleinden.
1.
Wielsleutel.
H
iermee kan de wieldop worden ver wijderd
en kunnen de wielbouten worden
losgedraaid.
2.
k
r
ik met geïntegreerde slinger.
H
iermee kan de auto worden opgekrikt.
3.
G
ereedschap voor het ver wijderen van
sierdoppen.
H
iermee kunnen bij lichtmetalen velgen
de sierdoppen van de wielbouten worden
verwijderd.
4.
D
op voor het verwijderen van slotbouten
(in het dashboardkastje).
H
iermee kunnen met behulp van de
wielsleutel de speciale slotbouten worden
ver wijderd (voor zover de auto ermee
uitgerust is).
11
Praktische informatie
Page 158 of 312
156
C3Picasso_nl_Chap11_informations-pratiques_ed01-2014
Wiel met wieldop
Demonteren: verwijder eerst de
wieldop door deze met behulp van de
wielsleutel 1
bij de ventielopening los te
wippen en vervolgens los te trekken.
Monteren: plaats de wieldop , begin
bij de ventielopening en druk de wieldop
rondom met de hand vast.
Toegang tot het reservewiel
Het reservewiel bevindt zich onder de vloer van
de bagageruimte.
Afhankelijk van het land van bestemming, is
er een stalen reservewiel of noodreservewiel
aanwezig.
Zie de paragraaf "
to
egang tot het
gereedschap" voor meer informatie.
Bevestiging van het
stalen reservewiel of
noodreservewiel
Indien uw auto is voorzien van
lichtmetalen velgen is het normaal
dat bij het monteren van het stalen
reservewiel of noodreservewiel de
ringen van de bouten de velg niet raken.
Als de bouten volledig zijn aangedraaid,
zorgt het conische draagvlak van de
bouten voor de bevestiging van het
reservewiel.
Praktische informatie
Page 159 of 312
157
C3Picasso_nl_Chap11_informations-pratiques_ed01-2014
Verwijderen van het reservewiel
F Draai de gele centrale bout los en ver wijder deze.
F
t
i
l het reservewiel aan de achterzijde op
en trek het naar u toe.
F
V
er wijder het wiel uit de bagageruimte.
Terugplaatsen van het
reser vewiel
F Leg het reservewiel in de reservewielbak.
F P laats de gele centrale bout terug in het
hart van het wiel.
F
D
raai de centrale bout vast tot deze klikt en
het reservewiel goed vastzit. F
P
laats de kunststof opbergbak terug,
F P laats de houder met het gereedschap
terug en druk de houder vast.
11
Praktische informatie
Page 160 of 312

158
C3Picasso_nl_Chap11_informations-pratiques_ed01-2014
Demonteren van het wiel
Procedure
F Ver wijder de dop van de wielbouten met het gereedschap 3 (alleen bij lichtmetalen
velgen).
F
b evestig de dop 4 op de wielsleutel 1
en
draai de slotbout (voor zover de auto
ermee uitgerust is) een omwenteling los.
F
D
raai de overige wielbouten een
omwenteling los met alleen de wielsleutel 1 .
Stilzetten van de auto
Zet de auto op een plaats waar het
verkeer niet gehinderd wordt en zorg
ervoor dat de auto op een horizontale,
stabiele en niet-gladde ondergrond staat.
tr
ek de handrem aan, zet het contact af
en schakel de eerste versnelling* in om
de wielen te blokkeren.
Plaats indien nodig een wielblok onder
het wiel kruislings tegenover het te
verwisselen wiel.
Controleer of de inzittenden de auto
hebben verlaten en zich op een veilige
plaats bevinden.
Ga nooit onder een auto liggen die alleen
op de krik steunt; gebruik een bok.
*
st
and R bij de elektronisch gestuurde
versnellingsbak.
Praktische informatie