Page 81 of 185

Instrumenten en bedieningsorganen79
en een multifunctionele versie met
meer aanpasbare instellingen.
Sommige weergegeven functies ver‐
schillen tussen onderweg en stilstand van de auto. Sommige opties zijn al‐
leen onderweg beschikbaar.
Afhankelijk van de variant verschijnen
de volgende punten op het display:
■ Kilometerteller, dagteller 3 67
■ Klok 3 63
■ Buitentemperatuur 3 63
■ Koplampverstelling 3 89
■ Versnellingsbakdisplay 3 107
■ Lampje Stop/Start-systeem 3 102
■ Boordinformatie 3 84
■ Boordcomputer 3 85
Menu's en opties selecteren U selecteert de menu's en opties met
de toetsen op het instrumentenbord.
SET q-toets indrukken:
■ één keer voor het instellingenmenu
■ nogmaals indrukken voor een menuoptie en submenuopties
■ na wijzigingen nogmaals kort in‐ drukken om een waarde te beves‐
tigen en automatisch terug naar het vorige scherm van het display te
gaan
Houd eventueel de knop SETq in‐
gedrukt om terug naar het vorige
scherm van het display te gaan zon‐
der wijzigingen in de huidige menu‐
optie op te slaan.
Let op
Na een bepaalde tijd wordt het menu
Instellingen automatisch afgesloten.
Alleen wijzigingen die al via de knop
SET q bevestigd zijn, worden opge‐
slagen.
Page 82 of 185

80Instrumenten en bedieningsorganen
Druk op de knop R om op het scherm
omhoog te bladeren of om de weer‐
gegeven waarde te verhogen. Inge‐
drukt houden om de waarde snel te
verhogen (opnieuw indrukken om op
de gewenste waarde te stoppen).
Druk op de knop S om op het scherm
omlaag te bladeren of om de weerge‐
geven waarde te verlagen. Ingedrukt
houden om de waarde snel te verla‐
gen (opnieuw indrukken om op de ge‐ wenste waarde te stoppen).
Opties menu Instellingen - standaardversie Het menu Instellingen bevat de vol‐
gende opties:
■ ILLU
■ SPEEd
■ HOUR
■ UNIT
■ bUZZ
■ BAG P
■ DRLILLU (helderheid van
interieurverlichting)
Hiermee stelt u bij 's nachts rijden met
dimlicht de helderheid van de interi‐
eurverlichting van de auto in (bijv. in‐
strumentenbord, display klimaatrege‐
ling).
SPEEd (geluidssignaal
maximumsnelheid)
Hiermee activeert of deactiveert u het geluidssignaal voor de maximum‐
snelheid of wijzigt u de maximumsnel‐
heid. Snelheden tussen 30 en
200 km/u kunnen worden opgesla‐
gen.
Na het activeren wordt de bestuurder bij het overschrijden van de maxi‐
mumsnelheid gewaarschuwd met een geluidssignaal.
Na het selecteren van deze menu‐
optie activeert of deactiveert u de functie (op Aan of Uit zetten) en be‐
vestigt u de geselecteerde optie.Druk op de knop SETq na het acti‐
veren ( Aan) om naar de huidige inge‐
stelde snelheid te gaan. Pas deze
naar keuze aan en bevestig de
nieuwe waarde.
Geluidssignalen 3 84.
HOUR (klok instellen)
Hiermee stelt u de uren in (waarde
knippert) en bevestigt u de nieuwe waarde. Hiermee stelt u de minuten in (waarde knippert) en bevestigt u de
nieuwe waarde.
Klok 3 63.
UNIT (maateenheid)
Hiermee stelt u de maateenheid op
km of miles in.
bUZZ (volume geluidssignalen)
Hiermee stelt u het volume van ge‐
luidssignalen in en bevestigt u de
nieuwe waarde. Er zijn 8 niveaus be‐
schikbaar.
Ook klinkt er elke keer bij het indruk‐
ken van de knop SETq, R of S een
geluidssignaal.
Geluidssignalen 3 84.
Page 83 of 185

Instrumenten en bedieningsorganen81
BAG P (frontairbag en sidebag
passagier activeren/deactiveren)
Activeert de frontpassagiersairbags
als er een volwassene op de passa‐
giersstoel voor zit. Deactiveer de air‐
bags wanneer er een kinderveilig‐
heidssysteem op deze stoel staat.9 Gevaar
Kans op dodelijk letsel voor een
kind in een kinderzitje op de pas‐
sagiersstoel met geactiveerde air‐
bag.
Kans op dodelijk letsel voor een
volwassene op de passagiersstoel met gedeactiveerde airbag.
Activeer of deactiveer in deze menu‐optie de airbags ( BAG P Aan of BAG
P Uit ) en bevestig uw keuze; er ver‐
schijnt een bevestigingsbericht op het display. Selecteer JA (wijzigingen be‐
vestigen) of Nee (wijzigingen annule‐
ren).
Airbag deactiveren 3 46.
DRL (dagrijlicht)
Activeer het dagrijlicht om bij daglicht
beter zichtbaar te zijn (op Aan zetten).
Deactiveren als dit niet nodig is (op
UIT zetten).
Dagrijlicht 3 89.
Opties menu Instellingen -
multifunctionele versie
Het menu Instellingen bevat de vol‐
gende opties:
■ Verlichting
■ Snelheidspiep
■ Gegevens trip B
■ Stel uur in
■ Datum instellen
■ Radio-info
■ Autoclose
■ Maateenheid
■ Taal
■ Waarschuwingsvolume
■ Knopvolume
■ Zoemer veiligheidsgordels
■ Service■Passagiersairbag
■ Dagrijlicht
■ Menu Afsluiten
VERLICHTING (helderheid van
interieurverlichting)
Hiermee stelt u bij 's nachts rijden met dimlicht de helderheid van de interi‐
eurverlichting van de auto in (bijv. in‐
strumentenbord, display klimaatrege‐
ling).
U kunt de helderheid ook wijzigen met
de knoppen R of S zonder naar het
menu Instellingen te gaan.
SNELHEIDSPIEP (geluidssignaal
maximumsnelheid)
Hiermee activeert of deactiveert u het geluidssignaal voor de maximum‐
snelheid of wijzigt u de maximumsnel‐
heid. Snelheden tussen 30 en
200 km/u kunnen worden opgesla‐
gen.
Na het activeren wordt de bestuurder bij het overschrijden van de maxi‐
mumsnelheid gewaarschuwd meteen geluidssignaal.
Page 84 of 185

82Instrumenten en bedieningsorganen
Na het selecteren van deze menu‐
optie activeert of deactiveert u de
functie (op Aan of Uit zetten) en be‐
vestigt u de geselecteerde optie.
Druk op de knop SETq na het acti‐
veren ( Aan) om naar de huidige inge‐
stelde snelheid te gaan. Pas deze
naar keuze aan en bevestig de
nieuwe waarde.
Geluidssignalen 3 84.
GEGEVENS TRIP B
Hiermee activeert of deactiveert u de
tweede tripcomputer (op Aan of Uit
zetten).
Trip B houdt het gemiddelde verbruik, de afgelegde afstand, de gemiddelde
snelheid en de reistijd bij. De meting
kan op ieder gewenst moment op‐
nieuw gestart worden. Boordcompu‐
ter 3 85.
TIJD INSTELLEN (klok en klokmodus instellen)
Na het selecteren van deze menu‐ optie kunt u de tijd instellen of de klok‐ modus op 12 uurs- of 24 uursweer‐
gave instellen.Selecteer Tijd en bevestig. Hiermee
stelt u de uren in (waarde knippert) en bevestigt u de nieuwe waarde. Hier‐
mee stelt u de minuten in (waarde
knippert) en bevestigt u de nieuwe
waarde.
Selecteer Modus en bevestig. Selec‐
teer 12h of 24h en bevestig.
Klok 3 63.
DATUM INSTELLEN
Hiermee stelt u het jaar in (waarde
knippert) en bevestigt u de nieuwe
waarde. Hiermee stelt u de maand in
(waarde knippert) en bevestigt u de
nieuwe waarde. Hiermee stelt u de
dag in (waarde knippert) en bevestigt
u de nieuwe waarde.
RADIO INFO (audio- en radio-
informatie weergeven)
Hiermee activeert u de radio-info (op
Aan zetten) voor het weergeven van
audio- en radio-informatie (bijv. zen‐
derfrequentie, RDS-berichten, track‐
nummer). Deactiveren als dit niet no‐ dig is (op UIT zetten).AUTOCLOSE (automatische
centrale vergrendeling onderweg)
Activeer de autoclose-functie (op
Aan zetten) om de portieren automa‐
tisch te vergrendelen bij een snelheid
van meer dan 20 km/u. Deactiveren
als dit niet nodig is (op UIT zetten).
MAATEENHEID (voor afstand,
brandstofverbruik en temperatuur)
In deze menuoptie kunt u de maat‐
eenheid voor afstand, brandstofver‐
bruik en temperatuur instellen.
Selecteer Afstand en bevestig. Stel
de maateenheid in op km of mi (miles)
en bevestig.
Selecteer Verbruik en bevestig. Wan‐
neer de eenheid voor Afstand op km
is ingesteld, kunt u de eenheid voor
brandstofverbruik op l/100km of km/l
instellen. Wanneer de eenheid voor Afstand op mi (miles) is ingesteld,
verschijnt het brandstofverbruik in
mpg .
Selecteer Temperatuur en bevestig.
Stel de maateenheid in op °C of °F en
bevestig.
Page 85 of 185

Instrumenten en bedieningsorganen83
TAAL (voor displayberichten)
Displayberichten kunnen in verschil‐
lende talen worden getoond, o.a.: En‐ gels, Duits, Frans, Italiaans, Portu‐
gees, Spaans, Nederlands, Pools en
Turks. Selecteer de gewenste taal en
bevestig.
WAARSCHUWINGSVOLUME
(volume geluidssignalen)
Hiermee stelt u het volume van ge‐
luidssignalen in en bevestigt u de
nieuwe waarde. Er zijn 8 niveaus be‐
schikbaar.
Geluidssignalen 3 84.
KNOPVOLUME
Elke keer bij het indrukken van de knop SETq, R of S klinkt er een ge‐
luidssignaal.
Hiermee stelt u het volume van deze geluidssignalen in en bevestigt u de
nieuwe waarde. Er zijn 8 niveaus be‐
schikbaar.
Geluidssignalen 3 84.ZOEMER VEILIGHEIDSGORDELS
(geluidssignaal voor gordelverklikker
bestuurders- en/of passagiersstoel
opnieuw activeren)
Deze menuoptie is alleen beschik‐
baar wanneer de gordelverklikker al
door een werkplaats gedeactiveerd
is.
Na het opnieuw activeren wordt/-en
de bestuurder en/of de passagier ge‐
waarschuwd met een geluidssignaal
als de betreffende veiligheidsgordel
niet is omgedaan.
Gordelverklikker 3 72.
SERVICE (afstand tot volgende
onderhoudsbeurt)
In deze menuoptie ziet u de reste‐
rende afstand tot de volgende onder‐ houdsbeurt.
De afstand tot de volgende onder‐
houdsbeurt wordt ook automatisch
weergegeven wanneer de afstand
2.000 km bereikt en wordt elke vol‐
gende 200 km herhaald.
Service-display 3 70.PASSAGIERSAIRBAG (frontairbag
en sidebag passagier activeren/
deactiveren)
Activeert de frontpassagiersairbags als er een volwassene op de passa‐
giersstoel voor zit. Deactiveer de air‐
bags wanneer er een kinderveilig‐
heidssysteem op deze stoel staat.9 Gevaar
Kans op dodelijk letsel voor een
kind in een kinderzitje op de pas‐
sagiersstoel met geactiveerde air‐ bag.
Kans op dodelijk letsel voor een
volwassene op de passagiersstoel met gedeactiveerde airbag.
Activeer of deactiveer in deze menu‐optie de airbags ( Bag Pass Aan of
Bag Pass Uit ) en bevestig uw keuze;
er verschijnt een bevestigingsbericht
op het display. Selecteer JA (wijzigin‐
gen bevestigen) of Nee (wijzigingen
annuleren).
Airbag deactiveren 3 46.
Page 86 of 185

84Instrumenten en bedieningsorganen
DAGRIJLICHT
Activeer het dagrijlicht om bij daglicht beter zichtbaar te zijn (op Aan zetten).
Deactiveren als dit niet nodig is (op
UIT zetten).
Dagrijlicht 3 89.
MENU AFSLUITEN
Via deze menuoptie sluit u het menu
Instellingen af.Boordinformatie
Geluidssignalen
Er klinkt slechts één geluidssignaal
tegelijk.
Het geluidssignaal voor niet gedra‐ gen veiligheidsgordels geniet de pri‐oriteit boven alle andere geluidssig‐nalen.
Bij het starten van de motor of tijdens het rijden ■ Wanneer de veiligheidsgordel niet wordt gedragen.
■ Bij aangetrokken handrem vanaf een bepaalde snelheid.
■ Wanneer de parkeerhulp een ob‐ stakel herkent.
■ Als er een storing in de parkeerhulp
wordt gedetecteerd.
■ Wanneer bij het wegrijden een van de portieren of de achterklep niet
goed gesloten is.
■ Als de snelheid korte tijd een be‐ paalde limiet overschrijdt.■ Auto's met geautomatiseerde ver‐snellingsbak: de neutrale stand is
niet geselecteerd of het rempedaal
is niet ingetrapt.
■ Bij een transmissiestoring bij auto's
met geautomatiseerde versnel‐
lingsbak.
■ Wanneer er een waarschuwings‐ bericht verschijnt op het Driver In‐
formation Centre.
Bij het parkeren van de auto en/of het openen van hetbestuurdersportier ■ Als de contactsleutel nog in het contactslot steekt.
■ Auto's met geautomatiseerde ver‐ snellingsbak: de neutrale stand is
niet geselecteerd, de handrem is
niet aangetrokken of het rempedaal en/of het rempedaal is niet inge‐trapt.
Page 87 of 185

Instrumenten en bedieningsorganen85Berichten
brandstofsysteem
Brandstofblokkeersysteem
Bij een in zekere mate ernstige bot‐ sing wordt omwille van de veiligheidhet brandstofsysteem geblokkeerd
en wordt de motor automatisch uitge‐
schakeld. Ook kan er een betreffend
waarschuwingsbericht op het Driver Information Center verschijnen 3 78.
Zie " Motor afzetten " om het brand‐
stofblokkeersysteem terug te zetten
en met de auto te kunnen rijden
3 102.Tripcomputer
De boordcomputer geeft informatie
over rijgegevens die voortdurend ge‐
registreerd en elektronisch verwerkt
worden.
De volgende functies zijn te selecte‐
ren door de knop TRIP op het uiteinde
van de wisserhendel meerdere malen in te drukken:
Standaardversie ■ Gemiddeld verbruik
■ Momentaan verbruik
■ Actieradius
■ Afgelegde afstand
■ Gemiddelde snelheid
■ Reistijd (rijtijd)
Multifunctionele versie Twee dagtellers, trip A en trip B, kun‐
nen worden geselecteerd en worden
apart bijgehouden.
U kunt de informatie van de twee trip‐
computers onafhankelijk van elkaar
resetten, waardoor u de afstanden
van verschillende trips kunt bekijken.
Trip A ■ Gemiddeld verbruik
■ Momentaan verbruik
■ Actieradius
■ Afgelegde afstand
■ Gemiddelde snelheid
■ Reistijd (rijtijd)
Trip B ■ Gemiddeld verbruik
■ Afgelegde afstand
■ Gemiddelde snelheid
■ Reistijd (rijtijd)
Page 88 of 185

86Instrumenten en bedieningsorganen
Trip B kan worden gedeactiveerd via
het Driver Information Center 3 78.
Informatie boordcomputer
resetten Reset de tripcomputer door één van
de functies te selecteren en gedu‐
rende enkele seconden de knop
TRIP ingedrukt te houden.
De volgende informatie op de boord‐
computer wordt gereset:
■ Gemiddeld verbruik
■ Afgelegde afstand
■ Gemiddelde snelheid
■ Reistijd (rijtijd)
Bij het overschrijden van de maxi‐
mumwaarde van een van de parame‐
ters wordt de boordcomputer automa‐ tisch teruggezet.
Gemiddeld verbruik
Het gemiddelde verbruik wordt aan‐
gegeven op basis van de afgelegde
afstand en de verbruikte brandstof
sinds de laatste reset.
De meting kan op ieder gewenst mo‐
ment opnieuw gestart worden.
Momentaan verbruik
Weergave van het actuele brandstof‐
verbruik.
_ _ _ _ verschijnt op het display als de
auto gedurende langere tijd met een
draaiende motor wordt geparkeerd.
Actieradius De actieradius wordt berekend op ba‐
sis van de huidige inhoud van de
brandstoftank en het gemiddelde ver‐
bruik sinds de laatste reset.
Wanneer het bereik minder dan
50 km is, verschijnt _ _ _ _ op het dis‐
play.Na het tanken wordt de nieuwe actie‐ radius na korte tijd automatisch bijge‐
werkt.
De meting kan op ieder gewenst mo‐
ment opnieuw gestart worden.
Let op
Het bereik wordt niet getoond als de auto gedurende langere tijd met
draaiende motor wordt geparkeerd.
Afgelegde afstand
Geeft de afgelegde afstand sinds de
laatste reset aan.
De meting kan op ieder gewenst mo‐
ment opnieuw gestart worden.
Gemiddelde snelheid
Geeft de gemiddelde snelheid sinds
de laatste reset aan.
De meting kan op ieder gewenst mo‐
ment opnieuw gestart worden.
Ritonderbrekingen waarbij het con‐
tact wordt uitgeschakeld niet meege‐ rekend.
Reistijd (rijtijd)
De tijd die sinds het tonen van de laat‐ ste reset verstreken is.