Page 137 of 332

135
5
Zicht
Uitschakelen
De handbediende follow me home-verlichtingwordt onmiddellijk uitgeschakeld als:
- u opnieuw een "lichtsignaal" geeft,
- u de lichtschakelaar in een andere stand
zet,
- u het contact aanzet
(of de stand "ON" kies
bij auto's voorzien van het "Keyless entry
and start"-systeem).
Handbediende follow me
home-verlichtin
g
Inschakelen
) Zet de lichtschakelaar in de stand "OFF"
of "AUTO" bij auto's die voorzien zijn van deze functie. ) Zet het contact in de stand "LOCK" en
ver wijder de contactsleutel (of kies destand "OFF" bij auto's voorzien van het"Keyless entry and star t"-systeem). ) Geef binnen 1 minuut na het afzetten
van het contact een "lichtsignaal" met de lichtschakelaar.
De verlichting gaat ongeveer 30 secondenbranden. ) Opnieuw een "lichtsignaal" binnen 60 seconden nadat het contact UIT is gezet (of het selecteren van de stand "OFF" bij
auto's die voorzien zijn van het "Keyless entry and start"-systeem) zorgt ervoor dat
de functie nog voor 30 seconden extra
wordt ingeschakeld. Deze functie zor
gt ervoor dat na het afzetten
van het contact de dimlichten nog even blijven
branden om het uitstappen in het donker te
vergemakkelijken.
De tijd dat de follow me
home-verlichting blijft branden,kan worden ingesteld via het menu"Uitrusting" van het kleurenscherm.
Page 138 of 332
136
Zicht
Instapverlichting buitenzijde Als het donker is, kunt u met de afstandsbediening de verlichting inschakelen.
De instapverlichting wordt ingeschakeld wanneer u de auto met de afstandsbediening ontgrendelt.
Inschakelen
) Zet de lichtschakelaar in de stand "OFF" of "AUTO". )
Druk op het geopende hangslot
van de afstandsbediening of deelektronische sleutel.
De parkeerlichten gaan
gedurende ongeveer
30 seconden branden. Bij auto's
met automatische verlichtinggaat de instapverlichting alleen branden als het donker is.
Uitschakelen
De instapverlichting wordt direct uitgeschakeldals u:
- op de knop met het geopende hangslot van
de afstandsbediening drukt,
- de lichtschakelaar in een andere stand zet,
- het contact aan zet
(of de stand "ON" kiest
bij auto's met het "Keyless entry and star t"-systeem).
Via het menu "Uitrusting" van het kleurenscherm kunt u het type
verlichting dat gaat branden selecteren of de functie deactiveren.
Page 139 of 332
137
5
Zicht
Verstel de koplampen met halogeenlampen
afhankelijk van de belading van uw auto
om verblinding van medeweggebruikers te
voorkomen. 0 1 of 2 personen voorin.1
5 personen (inclusief bestuurder).2
5 personen (inclusief bestuurder) +
maximaal toegestane belading. 3
Bestuurder + maximaal toegestane
belading.
Koplampen
handmatig verstellen Automatische koplampverstelling
Als er een storing optreedt
, verschijnt deze
melding op het multifunctionele display.
Raak de xenonlampen niet aan.Raadpleeg het CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats. Bi
j auto's met xenonlampen stelt het systeem bij stilstaande autoautomatisch de hoogte
van de lichtbundel af, ongeacht de beladingvan de auto. De bestuurder is dus verzekerd
van een optimale verlichting en kan andere weggebruikers niet verblinden.
Page 140 of 332
138
Zicht
u de ruitenwissers vóór en achter inschakelen
om regen en vuil van de ruit te wissen.
De ruitenwissers voor en achter zorgen
voor een optimaal zicht voor de bestuurder,
on
geacht de weersomstandigheden.
Ruitenwisserschakelaar
Instellen
Afhankelijk van de uitvoering zijn de volgende automatische functies van de ruitenwissers mogelijk:
- automatische werking van de ruitenwissers
vóór,
-
automatisch inschakelen van deruitenwisser achter bij het inschakelen vande achteruitversnelling.
Uitvoering met intervalstand
Uitvoering met automatische
ruitenwissers
Page 141 of 332

139
5
Zicht
Bepaalde functies van de ruitenwisser vóór (inter val, ...) kunnen worden ingesteld via het menu "Uitrusting" van het kleurenscherm.
Handmatige bediening
Ruitenwissers vóór
B.
ringschakelaar voor instellen van de
interval van de ruitenwisser of van de gevoeligheid van de regensensor.
Ruitensproeiers vóór
Beweeg de ruitenwisserschakelaar naar u toe.De ruitensproeiers treden in werking en de ruitenwissers worden enige tijd ingeschakeld.
De koplampsproeiers treden gelijktijdig in
werking indien de dim-/grootlichten branden.
Koplampsproeiers
Druk op het uiteinde van de
verlichtingsschakelaar om de koplampsproeiersin te schakelen. Deze werken alleen bij
ingeschakeld dim-/grootlicht.
één keer wissen.
uit,
interval
(wissnelheid handmatig in te
stellen),
of
automatisch
(wissnelheid handmatigin te stellen).
la
ge snelheid
ho
ge snelheid. A
.selecteer de wissnelheid met de schakelaar:
De vol
gende instellingen kunnen worden verhoogd
of verlaagd:
- de frequentie van het wissen als de
ruitenwissers in de intervalstand staan,
- de gevoeligheid van de regensensor als de ruitenwissers in de automatische stand staan.
- "+" : hoge gevoeligheid.
- "-" : lage gevoeligheid.
Om het verbruik vanruitensproeiervloeistof te beperken, worden de koplampsproeiers alleenbij de eerste bediening van de ruitensproeiers ingeschakeld.
Page 142 of 332
140
Zicht
Automatische ruitenwissers
vóór
De ruitenwissers worden automatisch
ingeschakeld als de sensor achter debinnenspiegel regen detecteert. De snelheid
van de ruitenwissers wordt aangepast aan dehoeveelheid neerslag.
Storing
Dek de regensensor, die zich gecombineerdmet de lichtsensor in het midden van de voorruit
achter de binnenspiegel bevindt, niet af.
Inschakelen
)Zet de schakelaar A in de stand "AUTO".
Schakel de automatische werking vande ruitenwissers uit als de auto wordtgewassen in een wasstraat. Om het rubber van de ruitenwisserste beschermen wordt geadviseerd de automatische stand van deruitenwissers uit te schakelen als deauto geparkeerd staat en wanneer de buitentemperatuur lager is dan 0 °
C.
Wacht 's winters met het inschakelen van de automatische ruitenwissers totde voorruit ontdooid is.
Uitschakelen
)
Zet de schakelaar Ain de stand "OFF".
Page 143 of 332
141
5
Zicht
Ruitenwisser achter
uit.
int
erval.
D
e ruitenwisser wist twee keer en schakelt
ver volgens naar de intervalstand. wissen met ruitens
proeier.
Houd de rin
g in deze stand om de ruitensproeier en de ruitenwisser enige tijd in teschakelen.
Het interval van de ruitenwisser achter kan worden ingesteld in het menu"Uitrusting" van het kleurendisplay.
C. selectiering ruitenwisser achter:
Page 144 of 332
142
Zicht
Plafonniers
Plafonnier vóór
Stand 1
De plafonnier gaat branden wanneer een portier of de achterklep wordt geopend.
Wanneer het portier of de achterklep weer
wordt
gesloten, dimt de verlichting geleidelijkgedurende enkele seconden en gaat
ver volgens uit.
De plafonnier gaat automatisch uit in de
volgende gevallen:
- Wanneer de portieren en de achterklepgesloten zijn en het contact in de stand"
ON
" wordt gezet.
- Wanneer de portieren en de achterklep
gesloten zijn en u de auto vergrendelt.
Stand 2
De plafonnier is permanent uit.
In de auto bevinden zich twee
kaartleeslampjes, één aan elke kant van de plafonnier.
Druk op het desbetreffende transparante kapje A.
Kaartleeslampjes
De tijd dat de plafonniers vóór branden kan worden ingesteld in het menu"Uitrusting" van het kleurendisplay.