Page 161 of 236
10
TECHNISCHE GEGEVENS
AFMETINGEN (IN MM) AFM
Page 162 of 236
10
TECHNISCHE GEGEVENS
A.
Constructeursplaatje.
Dit nummer is ingeslagen in een
plaatje op de middenstijl aan de
passagierszijde.
B.
Serienummer onder de motor-
kap.
Dit nummer is ingeslagen in de car-
rosserie, bij de voorruit.
C.
Kentekenplaat vóór.
D.
Banden en kleurcode van de lak.
Deze sticker op de middenstijl aan
bestuurderszijde geeft de volgende
informatie:
- de bandenspanning bij leeg gewicht
en maximale lading,
- afmetingen velgen en banden,
- de bandenspanning van het reser-
vewiel,
- de kleurcode van de lak.
Controleer de bandenspanning
minimaal één keer per maand,
bij koude banden.
Een te lage bandenspanning
leidt tot een verhoogd brand-
stofgebruik.
Page 163 of 236
Page 164 of 236
11
AUDIO en TELEMATICA
Autoradio in-/uitschakelen.
Volume verlagen/verhogen.
CD-speler/CD-wisselaar
selecteren.
Automatisch
afl opend
zoeken naar zenders.
Vorige track selecteren.
Audio-instellingen kiezen
en regelen (BASS,
TREBLE, ...).
Handmatig omhoog en
omlaag zoeken naar
zenders/PTY.
Functie-instellingen
(AF/REG/TP/SCV/...).
Vorige/volgende MP3-map
zoeken.
Eén of meer CD's
uitwerpen.
CD-compartiment.
Eén of meerdere CD's
plaatsen.
AUDIO-CD-SYSTEEMAUDIO-CD-SYSTEEM
Radio selecteren.
Band selecteren
(FM, MW, LW).
Automatisch zenders
opslaan (autostore).
Automatisch vooruit
zoeken naar zenders.
Volgende track selecteren.
Page 165 of 236
11
AUDIO en TELEMATICA
Informatie weergeven
per pagina.
Weergave
CD-Text/MP3/ID3-Tag.
Herhaald afspelen
(track/MP3-map/disc).
Handmatig zenders opslaan
en selecteren/PTY
(12 t/m 17).
Willekeurig afspelen
(tracks/MP3-map/disc).
Multifunctioneel display.
Versneld achteruit zoeken.
Versneld vooruit zoeken.
Verkeersinformatie
zoeken (TP).
PTY inschakelen/
uitschakelen
.
Begin afspelen van elke
track (map MP3/Disc).
Vorige disc selecteren.
Volgende disc selecteren.
Page 166 of 236

11
AUDIO en TELEMATICA
STUURKOLOMSCHAKELAARSSTUURKOLOMSCHAKELAA
1.
Aan/Uit en selecteren van
geluidsbron, radio of CD
2.
Volume verlagen
3.
Volume verhogen
4.
Zoeken naar radiozenders in
oplopende frequentie/ Volgende
track/ Snel vooruitspoelen
5.
Zoeken naar radiozenders in
afl opende frequentie/
Vorige track/ Snel terugspoelen
Deze toetsen kunnen worden gebruikt
wanneer het contact in de stand "ON"
of "ACC" staat.
Inschakelen
Druk meer dan twee seconden op toets 1
.
De laatst geselecteerde audiobron
voordat het systeem werd uitgescha-
keld, wordt weer ingeschakeld.
Bron selecteren
Druk op toets 1
.
De bron verandert in de volgende volg-
orde: FM1 / FM2 / FM3 / MW / LW /
CD / FM1...
Zoeken naar radiozenders
Druk op de toets 4
of 5
om respectieve-
lijk in oplopende of afl opende frequen-
tie te zoeken.
Druk, tijdens het afspelen van
een track, op toets 5
om terug
te gaan naar het begin van deze
track.
Volume regelen
Houd toets 2
of 3
ingedrukt om respec-
tievelijk het volume te verlagen of te
verhogen.
Uitschakelen
Druk meer dan twee seconden op
toets 1
.
Zoeken op CD
Druk op de toets 4
of 5
om respectieve-
lijk de volgende of vorige track van de
CD te selecteren.
Houd de toets 4
of 5
ingedrukt om de
track die wordt afgespeeld respectieve-
lijk snel vooruit of achteruit te spoelen.
Page 167 of 236

11
AUDIO en TELEMATICA
ALGEMENE FUNCTIES
Inschakelen
Druk op de toets "PWR".
De laatst gebruikte geluids-
bron wordt automatisch in-
geschakeld.
De autoradio kan worden
gebruikt als het contact in de stand
"ON" of "ACC" staat.
Volumeregeling
Draai de knop "VOL" naar
links om het volume te ver-
lagen en naar rechts om het
volume te verhogen.
Uitschakelen
Druk nogmaals op de toets "PWR".
Audio-instellingen
Druk meerdere keren op de
knop "SOUND" om de au-
dio-instellingen te wijzigen.
De volgorde van de audio-
instellingen is als volgt:
SUB PUNCH / TYPE / FIELD /
BASS / MID / TREBLE / FADER /
BALANCE / OFF.
Snel opslaan van
voorkeursinstellingen
Om uw voorkeursinstellingen op te
slaan houdt u de knop ingedrukt terwijl
u draait. Wanneer de gewenste instel-
ling is bereikt, laat u de knop los.
De autoradio onthoudt vervolgens uw
voorkeursinstelling.
Stand "Hold"
Als u deze knop ten minste 2 seconden
lang ingedrukt houdt, schakelt het systeem
over naar de stand "Hold". De audio-instel-
lingen worden dan in het geheugen opge-
slagen, totdat u de knop opnieuw langer
dan 2 seconden indrukt.
Geluidssfeer instellen met
"TYPE"
Draai aan de knop "SOUND"
om één van de volgende
geluidssferen in te stellen:
CLASSIC / JAZZ / POP /
ROCK / HIP-HOP.
Wanneer u uw geluidsvoorkeur hebt
bepaald, bevestigt u deze door de knop
"SOUND" in te drukken.
"CLASSIC": verdeelt het geluid evenre-
dig voor de beste weergave van klas-
sieke muziek.
"JAZZ": benadrukt lage, midden- en
hoge tonen voor de beste weergave
van jazz.
"POP": benadrukt het stemgeluid en de
hoge en lage tonen voor de beste weer-
gave van popmuziek.
"ROCK": benadrukt de middentonen en
het ritme voor de beste weergave van
rockmuziek.
"HIP-HOP": benadrukt de bas en geeft
een krachtig geluid voor de beste weer-
gave van hiphop.
Op het moment dat de "TYPE"-
instelling gewijzigd wordt, wordt
de geluidsweergave kort onder-
broken. De functie audio-instellingen wordt
uitgeschakeld als de radio of CD-
speler wordt ingeschakeld, of
wanneer u gedurende ten minste
10 seconden geen toets indrukt.
Page 168 of 236

11
AUDIO en TELEMATICA
Surround instellen met "FIELD"
Draai aan de knop "SOUND"
om de surroundinstellingen
te wijzigen:
NORMAL / STAGE / LIVE /
HALL.
"NORMAL": benadrukt de stemmen op
de voorgrond en de instrumenten om-
ringen de luisteraar.
"STAGE": benadrukt de stemmen, alsof
de luisteraar zich voor het podium be-
vindt.
"LIVE": benadrukt het geluid als bij een
concert, waarbij het geluid uit alle rich-
tingen komt.
"HALL": benadrukt het geluid zoals in
een zaal, met lichte galm en echo.
Lagetonenregeling "BASS"
Draai aan de knop "SOUND"
om de weergave van lage
tonen aan te passen aan uw
voorkeur.
Middentonenregeling "MID"
Draai aan de knop "SOUND" om de
weergave van middentonen aan te pas-
sen aan uw voorkeur.
Hogetonenregeling "TREBLE"
Draai aan de knop "SOUND" om de
weergave van hoge tonen aan te pas-
sen aan uw voorkeur.
Geluidsverdeling voor en achter
"FADER"
Draai aan de knop "SOUND" om de ver-
deling van het geluid tussen de voorste
en achterste luidsprekers in te stellen.
Geluidsverdeling links en
rechts "BALANCE"
Draai aan de knop "SOUND" om de ver-
deling van het geluid tussen de linker
en rechter luidsprekers in te stellen.
Op het moment dat de "FIELD"-
instelling gewijzigd wordt, wordt
de geluidsweergave kort onder-
broken. Wanneer de instelling op "0"
staat, wordt het geluid gelijkma-
tig verdeeld.
Automatische volumecorrectie
"SCV"
Met deze functie kunnen de "VO-
LUME", "BASS", "MID" en "TREBLE"
regelingen automatisch worden aan-
gepast aan de snelheid van de auto.
Druk gedurende ten min-
ste 2 seconden op de knop
"SOUND" om deze instellin-
gen te wijzigen.
Druk vervolgens meerdere
keren op deze knop, totdat
de functie verschijnt die u wilt wijzigen:
AF / CT / REG / TP-S / PTY (talen) /
SCV / PHONE / OFF.
Draai de knop "SOUND" naar links
om de functie uit te schakelen of naar
rechts om de functie in te schakelen.
Op het moment dat de "SUB PUNCH"-
instelling wordt gewijzigd, wordt de
geluidsweergave kort onderbroken.
Volumeregeling van de
subwoofer "SUB PUNCH"
Draai aan de knop "SOUND" om het
volume van de subwoofer in te stellen.
De "SUB PUNCH"-regeling is alleen
beschikbaar op auto's die uitgerust zijn
met "Premium Sound".
Wanneer u uw surroundvoorkeur hebt
bepaald, bevestigt u deze door de knop
"SOUND" in te drukken.