2
i
!
Toegang tot de auto
31
U kunt om de auto te ontgrendelen of vergrendelen de centrale vergrendeling bedienen met de sleutel in het por tierslot of met de
afstandsbediening. De sleutel met afstandsbediening dient tevens voor het starten van de auto en maakt deel uit van de diefstalbeveiliging.
Sleutel met afstandsbediening
Openen van de auto
Uitklappen van de sleutel
)Druk eerst op de knop Aom de sleutel uit
te klappen.
Ontgrendelen met de afstandsbediening
)
Druk op het geopende hangslot
om de auto te ont
grendelen.
Sluiten van de auto
Na het ontgrendelen van de auto knipperen
de richtingaanwijzers tweemaal
en wordt de
binnenverlichting ingeschakeld gedurende
15 seconden.Tegelijkertijd worden de buitenspiegels uitgeklapt.
Ontgrendelen met de sleutel
)
Draai de sleutel rechtsom in het slot van
het bestuurdersportierom de auto terontgrendelen.Na het ontgrendelen van de auto knipperende richtingaanwijzers tweemaal
en wordt debinnenverlichting ingeschakeld gedurende
15 sec onden.
In dit
geval worden de buitenspiegels niet uitgeklapt (zie § "Buitenspiegels").
Vergrendelen met deafstandsbediening
)
Druk op het gesloten hangslot
om de auto te vergrendelen.
Na het ver
grendelen van de auto knipperen de
richtingaanwijzers éénmaal .
Tegelijker tijd worden de buitenspiegelsingeklapt.
Vergrendelen met de sleutel
)
Draai de sleutel linksom in het slot vanhet bestuurdersportierom de auto te rvergrendelen.
Na het vergrendelen van de auto knipperen de
richtingaanwijzers éénmaal .
In dit geval worden de spiegels niet ingeklapt(zie § "Buitenspiegels").
Als de auto is vergrendeld en per ongeluk wordt ontgrendeld zonder datbinnen 30 seconden een portier of de achterklep wordt geopend, wordt de
auto automatisch weer vergrendeld.
Met het slot aan passagierszijde kunnen de overige por tieren en/of de achterklep niet vergrendeld of ontgrendeld worden.