Page 121 of 276
5/
VEILIGHEID
BEVESTIGING KINDERZITJES MET DE VEILIGHEIDSGORDEL
Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft dit overzicht de mogelijkheden aan voor het bevestigen met de veiligheidsgordel van een universeel
gehomologeerd kinderzitje (a) in uw auto, gerangschikt naar het gewicht van het kind en de plaats in de auto.
Plaats
Gewicht van het kind
/ leeftijdsindicatie
Tot 13 kg
(groep 0 (b) en 0+)
To t
≈ 1 jaar
9 tot 18 kg
(groep 1)
Va n ≈ 1 tot ≈ 3 jaar
15 tot 25 kg
(groep 2)
Van ≈ 3 tot ≈ 6 jaar
22 tot 36 kg
(groep 3)
Van ≈ 6 tot ≈10 jaar
Passagiersstoel v
Page 122 of 276

120
ADVIEZEN VOOR KINDERZITJES
Plaatsen van een stoelverhoger
Het bovenste gedeelte van de veiligheidsgordel moet over de
schouder van het kind liggen zonder de hals te raken.
Controleer of de heupgordel goed over de bovenbenen van het kind
ligt.
PEUGEOT beveelt aan een stoelverhoger met rugleuning te
gebruiken voorzien van een gordelgeleider ter hoogte van de
schouder. De onjuiste bevestiging van een kinderzitje brengt de veiligheid
van het kind in gevaar in geval van een botsing.
Zorg er bij het monteren van een kinderzitje met de
veiligheidsheidsgordel voor dat deze goed strak om het kinderzitje
is bevestigd en het kinderzitje goed op zijn plaats houdt.
Zorg ervoor dat de veiligheidsgordels of het tuigje van het
kinderzitje, zelfs bij korte ritten, worden vastgemaakt waarbij de
speling ten opzichte van het lichaam van het kind zoveel mogelijk
moet worden beperkt.
Zorg er voor een optimale bevestiging van het kinderzitje "met
het gezicht in de rijrichting" voor dat de rugleuning van het zitje
tegen de rugleuning van de stoel van de auto aandrukt en dat de
hoofdsteun geen belemmering vormt.
Kinderen jonger dan 10 jaar mogen niet met het gezicht in de
rijrichting op de passagiersstoel voor worden vervoerd, behalve
als de achterzitplaatsen al bezet zijn door andere kinderen of als
de achterbank niet bruikbaar, neergeklapt of verwijderd is.
Schakel de airbag aan passagierszijde uit zodra een kinderzitje
met de rug in de rijrichting op de voorstoel wordt geplaatst. Het
kind kan anders bij het afgaan van de airbag levensgevaarlijk
gewond raken. Laat uit veiligheidsoverwegingen:
- geen kinderen zonder toezicht achter in een auto,
- nooit een kind of een dier in een auto achter wanneer alle ruiten
gesloten zijn en de auto in de zon staat,
- de sleutels nooit binnen bereik van de kinderen achter in de
auto.
Page 123 of 276

5/
VEILIGHEID
ISOFIX-BEVESTIGINGEN
Uw auto voldoet aan de wettelijke ISOFIX-normen .
De in onderstaand overzicht aangegeven zitplaatsen zijn voorzien van
ISOFIX-bevestigingen:
Elke zitplaats is voorzien van drie bevestigingsringen:
- twee bevestigingsringen A
, die zich tussen de rugleuning en de
zitting van de zitplaats bevinden, aangegeven met een sticker,
- één bevestigingsring B
, TOP TETHER
genoemd, achter een klepje
aan de bovenzijde van de rugleuning, voor de bevestiging van de
bovenste riem. De ISOFIX-bevestigingen zorgen voor een veilige, degelijke en snelle
montage van het kinderzitje in uw auto.
De ISOFIX-kinderzitjes
beschikken over twee sloten die eenvoudig
aan de twee bevestigingsringen A
kunnen worden verankerd.
Sommige kinderzitjes zijn bovendien voorzien van een bovenste
bevestigingsriem
die kan worden vastgemaakt aan de
bevestigingsring B
.
Maak om de bovenste bevestigingsriem vast te maken het klepje
aan de bovenzijde van de rugleuning open. Bevestig de haak aan de
bevestigingsring B
en trek de riem aan.
Bij een onjuist geplaatst kinderzitje kan het kind bij een aanrijding
ernstig letsel oplopen.
Raadpleeg het overzicht voor de bevestigingsmogelijkheden
van ISOFIX-kinderzitjes in uw auto, waarin staat vermeld welke
kinderzitjes voor uw auto zijn gehomologeerd.
Page 124 of 276
122
ISOFIX-KINDERZITJE AANBEVOLEN DOOR PEUGEOT EN GEHOMOLOGEERD VOOR UW AUTO
"RÖMER Duo Plus ISOFIX"
(gewichtsgroep B1
)
Groep 1: van 9 tot 18 kg
Dit wordt uitsluitend met het gezicht in de rijrichting geplaatst.
Het is voorzien van een bovenste riem voor verankering aan de bovenste bevestiging B
, de
TOP TETHER.
Drie standen: rechtop, ruststand en ligstand.
)
Verstel de voorstoel van de auto om te voorkomen dat de voeten van het kind de
rugleuning raken.
Dit kinderzitje kan ook worden bevestigd op zitplaatsen die niet zijn voorzien van ISOFIX-bevestigingen. Het is in dat geval verplicht het
kinderzitje met de normale driepunts veiligheidsgordel op de zitplaats van de auto te bevestigen.
Volg bij het plaatsen van het kinderzitje de gebruiksaanwijzing van de fabrikant van het zitje.
Page 125 of 276

5/
VEILIGHEID
OVERZICHT BEVESTIGING ISOFIX-KINDERZITJES
Overeenkomstig de Europese wetgeving geeft het overzicht de mogelijkheden aan voor het bevestigen van een ISOFIX-kinderzitje op een plaats in
de auto voorzien van ISOFIX-bevestigingen.
Bij universele en semi-universele ISOFIX-kinderzitjes wordt de ISOFIX-maat op het kinderzitje naast het ISOFIX-logo aangegeven met een letter ( A
t/m G
).
Gewicht van het kind
/ leeftijdsindicatie
Tot 10 kg
(groep 0)
Tot ca. 6 maande n
Tot 10 kg
(groep 0)
Tot 13 kg
(groep 0+)
Tot ca. 1 jaar
Van 9 tot 18 kg
(groep 1)
Van 1 tot ca. 3 jaar
Type ISOFIX-kinderzitje
Reiswieg
*
"rug in de rijrichting"
"rug in de rijrichting"
"gezicht in de
rijrichting"
ISOFIX-maat
F
G
C
D
E
C
D
A
B
B1
ISOFIX-kinderzitjes universeel en
semi-universeel geschikt voor
bevestiging op de buitenste
zitplaatsen achter
X
X
X
IUF
IUF:
zitplaats bestemd voor het aanbrengen van een universeel ISOFIX-kinderzitje "met het gezicht in de rijrichting" dat met de bovenste riem wordt
bevestigd.
Het kan nodig zijn om de voorstoel van de auto naar voren te schuiven om het bevestigen van het kinderzitje achterin te vereenvoudigen.
X:
zitplaats niet geschikt voor de bevestiging van een ISOFIX-kinderzitje van de aangegeven gewichtsklasse.
*
Op de passagiersplaats vóór kan geen reiswieg of kinderbedje voor in de auto worden bevestigd.
Page 126 of 276