Page 137 of 402
135
Zicht
B. Ring voor de selectie van de ruitenwisser
achter: draai de ring tot het symbooltje
tegenover de markering staat.
Schakel de automatische werking vande ruitenwisser achter uit bij sneeuwval of strenge vorst en bij montage vaneen fietsendrager op de achterklep.Dit kan worden uitgevoerd via hetconfiguratiemenu van de auto.
Uit.
Interval.
Sproeien en wissen.
Draai de ring tot deze niet verder kan;
de ruitensproeier achter werkt en
ver vol
gens zal de wisser gedurendeenige tijd wissen.
Achteruitversnelling
Als de ruitenwissers vóór zijn geactiveerd
op het moment dat u de achteruitversnelling
inschakelt, treedt automatisch ook deruitenwisser achter in werking.
Programmeren
Ruitenwisser achter
Deze functie kan wordengeactiveerd of gedeactiveerd via het configuratiemenu van de auto.
Deze functie is standaardgeactiveerd.
Page 138 of 402

1.Plafonnier vóór
2.Kaartleeslampjes vóór3.Plafonnier achter4.Kaartleeslampjes achter
Plafonniers
In deze stand gaat de interieurverlichting geleidelijk branden:
Plafonniers vóór en achter
- als de auto wordt ontgrendeld,
- als de sleutel uit het contact wordt ver wijderd,
- als er een por tier
geopend wordt,
- als op de ontgrendelingsknop van de
afstandsbediening wordt gedrukt om de auto
te lokaliseren.
De interieurverlichtin
g gaat geleidelijk uit:
- als de auto wordt vergrendeld,
- als het contact wordt aangezet,
- 30 seconden na het sluiten van het laatsteportier.
P
ermanent uit.
P
ermanent aan.
Als de interieur verlichting permanentis ingeschakeld, blijft deze gedurende een bepaalde tijd branden:
- bij afgezet contact: ongeveer 10 minuten,
- in de eco-modus: ongeveer 30 seconden,
- bij draaiende motor: onbeperkt.
Als de plafonnier vóór permanent isingeschakeld, zal de plafonnier achter ook branden tenzij deze op "permanentuit" staat.Zet de plafonnier achter op "permanentuit" als u deze wilt uitschakelen.
Kaartleeslampjes vóór en
achter
)
Druk bij aangezet contact op dedesbetreffende schakelaar.
Let op dat u niet tegen de plafonniersstoot.
Page 139 of 402
Zicht
Sfeerverlichting De gedempte interieurverlichting verbetert het zicht in de auto als deze zich in een donkere
omgeving bevindt.
Als het buiten donker is, gaat de verlichtingvan de autoradio, de automatische
airconditioning en het bergvak in het midden
van het dashboard automatisch branden als deparkeerlichten worden ingeschakeld. De sfeerverlichtin
g gaat automatisch uit als de koplampverlichting wordt uitgeschakeld.
De sfeerverlichting kan handmatig worden
uitgeschakeld door deze met behulp van delichtsterkteregeling steeds zwakker te maken.
Op bepaalde uitvoeringen gaan de drie ledjes in de verbindingsnaad van dak en
binnenspiegel eveneens branden.
Inschakelen Uitschakelen
Page 140 of 402
De verlichting van de bagageruimte gaat automatisch branden zodra de bagageruimte
wordt geopend en dooft zodra deze wordt gesloten.
Ver lic ht ing
bagageruimte
De brandduur van debagageruimteverlichting hangt af van de situatie:
- bij afgezet contact: ongeveer 10 minuten,
- in de eco-modus: ongeveer 30 seconden,
- bij draaiende motor: onbeperkt.
Page 141 of 402
Page 142 of 402
Page 143 of 402
Page 144 of 402
Inrichting interieur
1.Zonneklep(zie het hoofdstuk "In één oogopslag" - § Panoramische voorruit")2.Kaarthouder
3.Dashboardkastje met verlichting (zie de volgende bladzijde voor meer informatie) 4.Por tier vak5.USB/Jack-aansluiting(zie de volgende pagina's voor meer informatie)
6. Aansteker / 12 V-aansluiting (zie de volgende pagina's voor meer informatie)
7.Uitneembare asbak(zie de volgende pagina's voor meer informatie) 8. Centrale console met opbergruimte(zie de volgende pagina's voor meer informatie)