Page 137 of 163
140
Lamp vervangen
ZIJKNIPPERLICHT
Type A , W 16 W F - 16 W
- Beweeg het spiegelglas van de buitenspiegel opzij om bij de
bout te komen.
- Draai de twee bouten los met de bijgeleverde schroevendraaier.
- Trek de lamphouder los uit de borgnokjes.
- Trek de lamp los en vervang hem.
Voor/achter PLAFONNIERS
Type C , 12 V 10 W - 10 W
- Druk de plafonnier op de door de pijl aangegeven punten los en verwijder
hem.
- Open het beschermplaatje.
- Druk de twee contacten uit elkaar en vervang de lamp.
- Controleer of de nieuwe lamp goed tussen de contacten vastzit.
- Sluit het beschermplaatje.
- Breng de plafonnier aan en controleer of hij goed vastzit.
PARKEERLICHTEN ZIJKANT
Type A, W5W - 5W
- Volgens uitvoering (bestelwagen type L4), draai de twee bouten los met
de bijgeleverde schroevendraaier.
- Trek de lamphouder los uit de borgnokjes.
- Trek de lamp los en vervang hem.
Page 138 of 163

SNEL WEER OP WEG
8
Lamp vervangen
ACHTERLICHTEN
Raadpleeg voor meer informatie over de
lampen, het overzicht "Typen lampen". - Verwijder de twee bevestigingsmoeren.
- Trek aan de buitenzijde de lampunit los.
- Draai de drie schroeven los met de
bijgeleverde schroevendraaier (onder
de passagiersstoel vóór) en neem de
lamphouder los.
- Druk de defecte lamp iets in en draai hem linksom om hem te verwijderen.
- Vervang de lamp.
1. Remlichten/achterlichten
Type B, P21/5W - 5W
Type B, P21W - 21W
- Draai de twee bouten los.
- Verwijder de lamp.
- Druk de twee borglippen uit elkaaren verwijder de lamphouder.
- Druk de defecte lamp iets in en draaihem linksom om hem te
verwijderen.
- Vervang de lamp.
2. Richtingaanwijzers
Type B, PY21W - 21W
3. Achteruitrijlichten
Type B, P21W - 21W
4. Mistachterlicht
Type B, P21W - 21W
- Bepaal de plaats van de defecte lampen en open de achterdeuren.
- Neem de stekker los.
KENTEKENPLAATVERLICHTING
Type A, C5W - 5W
- Druk het lampglas op het door de pijl aangegeven punt los en verwijder het.
- Druk de twee contacten uit elkaar en vervang de lamp. - Controleer of de nieuwe lamp goed
tussen de contacten vastzit.
- Breng het lampglas aan en druk het aan de bovenzijde vast.
Page 139 of 163
142
Zekering vervangen
De drie zekeringkasten bevinden zich in het
dashboard aan bestuurderszijde, in de stijl
aan passagierszijde en in de motorruimte.
De speciale tang bevindt zich in de
zekeringkast aan bestuurderszijde.
Vervangen van een zekering
Voordat u een zekering vervangt, dient
u eerst de oorzaak van de storing op te
sporen en te (laten) verhelpen. De nummers
van de zekeringen zijn aangegeven op de
zekeringkast.
- Gebruik de speciale tang.
Vervang een defecte zekering altijd door
een zekering met dezelfde stroomsterkte.
ZEKERINGEN VERVANGEN
PEUGEOT is niet aansprakelijk
voor kosten die voortvloeien uit
storingen veroorzaakt door het monteren
van extra accessoires die niet door
PEUGEOT aanbevolen en geleverd
worden, of door voorzieningen die niet
volgens de voorschriften van PEUGEOT
zijn gemonteerd. Dit geldt met name voor
apparatuur met een totaal stroomverbruik
van meer dan 10 milliampère.
Goed Defect
Page 140 of 163

143
SNEL WEER OP WEG
8
Zekering vervangen
ZEKERINGEN DASHBOARD (BESTUURDERSZIJDE)
- Verwijder de schroeven en kantel de zekeringkast omlaag om bij de zekeringen te komen.
Zekering A (Ampère)
Functie
12 7,5 Dimlicht rechts
13 7,5 Dimlicht links - Koplampverstelling
31 7,5 Voeding relais
32 10 Interieurverlichting minibus - Alarmknipperlichten
33 15 12 V-aansluiting achter
34 - Niet gebruikt
35 7,5 Achteruitrijlichten - Sensor water in brandstof
36 15 Eenheid portiervergrendeling
37 7,5 Remlichtschakelaar - Derde remlicht - Instrumenten paneel
38 10 Relais interieur
39 10 Autoradio - Diagnoseaansluiting - Sirene alarm - B edieningspaneel standkachel - Bedieningspaneel
airconditioning - Tachograaf
40 15 Verwarming: achterruit (links), buitenspiegel (bes tuurderszijde)
41 15 Verwarming: achterruit (rechts), buitenspiegel (pa ssagierszijde)
42 7,5 Elektronische eenheid en sensor ABS - Sensor ESP - Remlichtschakelaar
43 30 Motor ruitenwissers vóór
44 20 Aansteker - 12 V-aansluiting vóór
45 7,5 Schakelaars ruitbediening en buitenspiegels (bestu urderszijde) - Ruitbediening passagierszijde
46 - Niet gebruikt
47 20 Motor ruitbediening bestuurderszijde
48 20 Motor ruitbediening passagierszijde
49 7,5 Regen-/lichtsensor - Autoradio - Motor ruitbedieni ng bestuurderszijde - Alarm - Schakelaars cockpit
50 7,5 Elektronische eenheid airbags en gordelspanners
51 7,5 Tachograaf - Snelheidsregelaar - Bediening aircond itioning
52 7,5 Relais interieur
53 7,5 Instrumentenpaneel - Mistachterlicht
Page 141 of 163
144
Zekering vervangen
Zekering A (Ampère) Functie
54 - Niet gebruikt
55 15 Stoelverwarming
56 15 12 V-aansluiting achter - Aansteker
57 10 Motor ventilatie/verwarming onder de bestuurder sstoel
58 10 Richtingaanwijzers
59 7,5 Luchtvering
60 - Niet gebruikt
61 - Niet gebruikt
62 - Niet gebruikt
63 10 Schakelaar standkachel
64 - Niet gebruikt
65 30 Aanjager achter
ZEKERINGEN STIJL PASSAGIERSZIJDE
- Maak het deksel los.
Sluit het deksel na de werkzaamheden
zorgvuldig.
Page 142 of 163
SNEL WEER OP WEG
8
Zekering vervangen
ZEKERINGEN MOTORRUIMTE
- Verwijder de schroeven en kantel de zekeringkast omlaag om bij de
zekeringen te komen.
Zekering A (Ampère) Functie
1 40 Voeding pomp ABS/ESP
2 50 Elektronische eenheid voorgloeien (diesel)
3 30 Contactslot
4 20 Brander standkachel
5 20 Voedingsrelais standkachel
6 40/60 Motorventilateurgroep (hoge snelheid)
7 40/50 Motorventilateurgroep (lage snelheid)
8 40 Airconditioning
9 20 Pomp ruitensproeiers vóór
10 15 Claxon
11 15 Elektronische eenheid en relais voorgloeien (di esel)
14 7,5 Grootlicht rechts
15 7,5 Grootlicht links
16 7,5 Elektronische eenheid motor
17 10 Elektronische eenheid motor
18 7,5 Elektronische eenheid motor
19 7,5 Compressor airconditioning
20 30 Pomp koplampsproeiers
21 15 Voeding brandstofpomp
22 20 Elektronische eenheid motor
23 30 Voeding elektrokleppen ABS/ESP
24 - Niet gebruikt
30 15 Mistlampen vóór
Page 143 of 163
146
Ruitenwisserblad vervangen
RUITENWISSERBLAD
VERVANGEN
Voor een gemakkelijke toegang tot de
ruitenwissers en de ruitensproeierkoppen
kunt u in de uitsparingen van de voorbumper
gaan staan. Vervangen van een wisserblad vóór
Til de ruitenwisserarm op.
Maak het wisserblad los door de knop in
te drukken en verwijder het door het naar
buiten te trekken.
Monteer het nieuwe wisserblad en controleer
of deze goed vastzit.
Zet de ruitenwisserarm terug.
Vervangen van het wisserblad achter
Til de ruitenwisserarm op, maak de clip los
en verwijder het wisserblad.
Monteer het nieuwe wisserblad en zet de
ruitenwisserarm terug.
Zet het contact aan en bedien de
ruitenwisserschakelaar om de
ruitenwissers in de ruststand te zetten. Controleer of de ruitensproeierkoppen niet
verstopt zitten.
Page 144 of 163
SNEL WEER OP WEG
8
Slepen van uw auto
SLEPEN VAN UW AUTO
Zonder takelen (4 wielen op de grond)
Gebruik hiervoor altijd een sleepstang.
Aan de achterzijde
Maak de sleepstang vast aan het vaste
sleepoog onder de bumper.
Aan de voorzijde
Het afneembare sleepoog bevindt zich in de
ruimte onder de stoel van de voorpassagier.
Maak het klepje los met behulp van
bijvoorbeeld een platte schroevendraaier.
Draai het sleepoog vast tot de aanslag.
Plaats de versnellingshendel in de
neutraalstand. Als dit voorschrift niet wordt
nageleefd, kan dit leiden tot schade aan
bepaalde onderdelen van het remsysteem
en het ontbreken van rembekrachtiging na
het starten van de motor.
Getakeld (2 wielen op de grond)
Het professioneel takelen van de auto geniet
de voorkeur. Bij het slepen van de auto
met stilstaande motor zijn de
rembekrachtiging en stuurbekrachtiging
uitgeschakeld.