Page 297 of 378
7
ONDERHOUD VAN UW AUTO
•MOTORRUIMTE – 3,6l ....................... 296
• MOTORRUIMTE – 5,7-LITER .................... 297
• MOTORRUIMTE – 3,0-LITER DIESEL ............... 298
• BOORDDIAGNOSESYSTEEM — OBD II ............. 299
• Melding brandstofvuldop los ................. 299
• VERVANGINGSONDERDELEN .................. 299
• ONDERHOUDSPROCEDURES .................. 300
• Motorolie – benzinemotoren .................. 300
• Motorolie – Dieselmotor .................... 301
• Synthetische motorolie ..................... 302
• Additieven voor motorolie ................... 302
• Afvoeren van afgewerkte motorolie en filters ....... 302
• Motoroliefilter .......................... 302
• Luchtfilter benzinemotor .................... 302
• Onderhoudsvrije accu ..................... 303
• Onderhoud van de airco .................... 303
293
Page 298 of 378

•Smeren van carrosseriedelen ................. 304
• Wisserbladen voorruitwissers ................. 304
• Ruitensproeiervloeistof bijvullen ............... 305
• Uitlaatsysteem .......................... 305
• Koelsysteem ........................... 306
• Remsysteem ........................... 310
• Vloeistof in voor- en achteras ................. 311
• Tussenbak ............................ 312
• Automatische versnellingsbak ................ 312
• Verzorging van de auto en corrosiebescherming ..... 314
• ZEKERINGEN ............................ 317
• Volledig geïntegreerde voedingsmodule .......... 317
• STALLEN VAN DE AUTO ...................... 321
• VERVANGINGSLAMPEN ...................... 321
• GLOEILAMPEN VERVANGEN ................... 322
• HID-koplampen (High Intensity Discharge) -
indien aanwezig ......................... 322
• Halogeen koplampen - indien aanwezig ........... 322
• Richtingaanwijzer voor ..................... 322
• Mislampen vóór ......................... 322
• Achterlichten, remlichten en richtingaanwijzers ...... 323
• Op achterklep gemonteerd achterlicht ............ 323
294
Page 299 of 378
•Mistlamp in bumperpaneel achter .............. 324
• Derde remlicht .......................... 324
• Verlichting kentekenplaat achterzijde ............ 324
• INHOUD VLOEISTOFFEN ..................... 325
• VLOEISTOFFEN, SMEERMIDDELEN EN ORIGINELE
ONDERDELEN ............................ 326
• Motor ............................... 326
• Chassis .............................. 328
295
Page 300 of 378
MOTORRUIMTE – 3,6l
1 — Elektrische combinatiemodule (TIPM) 6 — Luchtfilter
2 — Oliepeilstok 7 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
3 — Vulopening motorolie 8 — Overdrukdop koelvloeistof (radiateur)
4 — Reservoir remvloeistof 9 — Reservoir koelvloeistof
5 — Reservoir voor stuurbekrachtigingsvloeistof
296
Page 301 of 378
MOTORRUIMTE – 5,7-LITER
1 — Elektrische combinatiemodule (TIPM) 6 — Reservoir ruitensproeiervloeistof
2 — Peilstok automatische versnellingsbak 7 — Peilstok motorolie
3 — Vulopening motorolie 8 — Overdrukdop koelvloeistof (radiateur)
4 — Reservoir remvloeistof 9 — Reservoir koelvloeistof
5 — Luchtfilter
297
Page 302 of 378
MOTORRUIMTE – 3,0-LITER DIESEL
1 — Peilstok motorolie 5 — Reservoir voor ruitensproeiervloeistof
2 — Vulopening motorolie 6 — Reservoir voor motorkoelvloeistof
3 — Reservoir remvloeistof 7 — Elektrische combinatiemodule (TIPM)
4 — Luchtfilter motor
298
Page 303 of 378

BOORDDIAGNOSESYSTEEM —
OBD II
Uw auto is uitgerust met een geavanceerd
diagnosesysteem dat OBD II heet (On-Board
Diagnostic). Dit systeem controleert de regel-
systemen voor uitlaatgasemissie, de motor en
de automatische versnellingsbak. Als deze
systemen correct werken, zal uw auto uitste-
kende prestaties leveren, brandstof besparen
en lage emissiewaarden hebben die aan de
strengste eisen voldoen.
Wanneer een bepaald systeem onderhoud of
reparatie nodig heeft, schakelt het OBD II di-
agnosesysteem het storingslampje (MIL) in.
Bovendien zal het diagnosecodes en andere
hulpinformatie voor de monteur opslaan in een
geheugen. Hoewel u gewoonlijk nog kunt rijden
en niet gesleept hoeft te worden, kunt u toch
best zo spoedig mogelijk uw erkende dealer
opzoeken voor reparatie.
LET OP!
•Als u lange tijd blijft rijden met een bran-
dend storingslampje (MIL), kan het emis-
sieregelsysteem verder beschadigd raken.
Bovendien zal de motor meer verbruiken
en niet optimaal bestuurbaar zijn. De auto
moet naar de garage om emissietests te
kunnen uitvoeren.
• Als het storingslampje (MIL) knippert terwijl
de motor draait, treden schade aan de
katalysator en vermogensverlies op. Raad-
pleeg onmiddellijk uw dealer.
Melding brandstofvuldop los
Wanneer het voertuigdiagnosesys-
teem detecteert dat de tankdop los
zit, onjuist is aangebracht of is be-
schadigd, verschijnt een melding
Vuldop controleren op het dis-
playvlak van de verklikkerlampjes. Voor meer informatie raadpleegt u het
Elektro-
nisch voertuiginformatiecentrum (EVIC) in De
functies op uw dashboard . Draai de tankdop
stevig vast en druk op de toets SELECTEREN
om het bericht uit te schakelen. Als het pro-
bleem zich opnieuw voordoet, verschijnt de
melding de volgende keer dat de auto wordt
gestart opnieuw.
Het storingsindicatielampje (MIL) kan ook gaan
branden vanwege een loszittende, slecht be-
vestigde of beschadigde tankdop.
VERVANGINGSONDERDELENHet gebruik van originele MOPAR -onderdelen
voor normaal/periodiek onderhoud en voor re-
paraties wordt ten zeerste aanbevolen om ze-
ker te zijn van de gespecificeerde prestaties.
Schade en storingen die worden veroorzaakt
door het gebruik van andere dan originele
MOPAR -onderdelen voor onderhoud en repa-
raties worden niet gedekt door de garantie van
de fabrikant.
299
Page 304 of 378

ONDERHOUDSPROCEDURESDe volgende pagina’s bevatten devereiste
onderhoudswerkzaamheden zoals vastgesteld
door de fabrikant van uw auto.
Naast de onderhoudsaspecten die genoemd
zijn in het onderhoudsschema zijn er nog an-
dere componenten die op een later tijdstip
onderhouden of vervangen moeten worden.
LET OP!
• Het niet goed onderhouden van uw voer-
tuig of het achterwege laten van benodigde
beurten en reparaties kan leiden tot duur-
dere reparaties, schade aan andere onder-
delen of slechtere prestaties van het voer-
tuig. Laat mogelijke storingen onmiddellijk
onderzoeken bij een erkende dealer of
garagebedrijf.
(Vervolgd)
LET OP!(Vervolgd)
• Uw auto is geproduceerd met verbeterde
vloeistoffen, waardoor de prestaties en
duurzaamheid van uw auto behouden blij-
ven en er langere onderhoudsintervallen
mogelijk zijn. Gebruik geen chemicaliën
voor het spoelen van deze onderdelen,
omdat de chemicaliën uw motor, versnel-
lingsbak, stuurbekrachtiging of airconditio-
ning kunnen beschadigen. Dergelijke
schade wordt niet gedekt door de beperkte
garantie van een nieuw voertuig. Als het
nodig is om te spoelen vanwege een sto-
ring, gebruik daarvoor dan alleen de voor-
geschreven vloeistof.
Motorolie – benzinemotoren
Motoroliepeil controleren
Om een optimale smering van de motor te
waarborgen moet het motorolieniveau constant
blijven. Het ideale tijdstip voor een controle van
het motoroliepeil is ca. vijf minuten nadat u een
bedrijfswarme motor hebt afgezet, of ‘s och-
tends voordat u de motor de eerste keer start. Controleer het oliepeil als de auto op een
vlakke ondergrond staat. Zo krijgt u een meer
nauwkeurige meting. Zorg dat het olieniveau
zich altijd binnen het SAFE-bereik bevindt. Als
het olieniveau onder aan het SAFE-bereik staat,
kunt u het niveau weer boven aan het SAFE-
bereik brengen door 0,95 liter olie bij te vullen.
LET OP!
Door te vullen met te veel of te weinig motor-
olie kan schuimvorming optreden of is er te
weinig oliedruk. Dat kan uw motor schade
toebrengen.
Motorolie verversen
Raadpleeg Onderhoudsschema voor de
juiste onderhoudsintervallen.
OPMERKING:
De motorolie moet in ieder geval worden
ververst na maximaal 12.000 km of 6 maan-
den, welk van beide het eerst verstrijkt.
300