Page 65 of 255
i
62
Haken
Gebruik de sjorogen op de vloer van de
bagageruimte of op de rugleuning van
de achterbank om uw bagage stevig
vast te zetten met het bagagenet.
Hoedenplank (3-/5-deurs)
Verwijderen van de hoedenplank:
maak de twee koorden los,
til de hoedenplank iets op en verwij-
der hem. Hieraan kunt u een boodschappentas
ophangen.
Bagagenet
Bij het verwisselen van een wiel
Bevestig bij het verwisselen van
een wiel het koord van de vloermat
van de bagageruimte aan de ha-
ken voor een optimale toegang tot
het reservewiel.
Er zijn meerdere mogelijkheden om de
hoedenplank op te bergen:
- rechtop achter de voorstoelen,
- rechtop achter de achterbank.
Page 66 of 255
63
INDELING VAN DE
BAGAGERUIMTE (SW)
1. Bagageafdekking
(zie de volgende bladzijde voor meer informatie)
2. Aansluiting 12 V
(zie de volgende bladzijde voor meer informatie)
3. Haken
(zie de vorige bladzijde voor meer informatie)
4. Riemen
5. Sjorogen
6. Bagagenet
(zie de vorige bladzijde voor meer informatie)
7. Bagagenet voor hoge belading
(zie de volgende bladzijde voor meer informatie)
8. Opbergruimte
9. Opbergnet
10. Opbergvak
(zie hoofdstuk "Praktische informatie - § Wiel verwisselen")
Page 67 of 255
i
64
Bagageafdekking (SW)
De bagageafdekking bestaat uit drie
opvouwbare delen.
Vouw de afdekking op en plaats hem
vertikaal achter in de bagageruimte.
Opvouwen vanuit de bagageruimte:
pak de bagageafdekking vast bij
riem A ,
vouw de afdekking als een accor-
deon op tot aan de achterbank.
Uitvouwen vanuit de bagageruimte:
pak de bagageafdekking vast bij
riem A ,
vouw de afdekking uit tot aan de
achterstijlen.
Toegang vanaf de achterbank:
til het voorste gedeelte van de ba-
gageafdekking op met behulp van
handgreep B .
Aansluiting 12 V (SW)
Om een accessoire van 12 V aan
te sluiten (maximaal vermogen:
120 W), verwijdert u de dop en sluit
u een geschikte adapter aan.
Zet het contact aan.
Maximale belading
7,5 kg, bagageafdekking uitgevou-
wen met bagagenet voor hoge be-
lading bij zitrij 2.
Page 68 of 255

i
65
Bagagenet voor hoge belading
(SW)
Het net, dat aan de bovenste bevesti-
gingen en de sjorogen of de ISOFIX be-
vestigingen wordt vastgemaakt, zorgt
ervoor dat de auto tot aan het dak kan
worden beladen:
- achter de achterbank (zitrij 2),
- achter de voorstoelen (zitrij 1) wan-neer de achterbank is neergeklapt.
Voor gebruik bij zitrij 1:
open de kapjes van de bovenste be-
vestigingen 1 ,
rol het bagagenet voor hoge bela-
ding uit,
plaats een van de uiteinden van de
metalen stang van het net in de des-
betreffende bovenste bevestiging
1 , en doe vervolgens hetzelfde met
de tweede stang,
ontspan de riemen maximaal,
bevestig de musketonhaak van elk
van de riemen aan de desbetref-
fende nok 3 onder de zitting van de
bank,
klap de achterbank neer,
span de riemen aan zonder de bank
weer op te klappen,
controleer of het net goed is vastge-
maakt en goed gespannen is. Voor gebruik bij zitrij 2:
vouw de bagageafdekking op of ver-
wijder deze,
open de kapjes van de bovenste be-
vestigingen 2 ,
rol het bagagenet voor hoge bela-
ding uit,
plaats een van de uiteinden van de
metalen stang van het net in de des-
betreffende bovenste bevestiging
2 , en doe vervolgens hetzelfde met
de tweede stang,
bevestig de haak van elk van de rie-
men van het net aan de desbetref-
fende ISOFIX bevestiging 4 ,
span de riemen aan,
controleer of het net goed is vastge-
maakt en goed gespannen is.
Controleer bij het plaatsen van het
net of de gespen van de riemen
zichtbaar zijn vanuit de bagage-
ruimte; hierdoor is het makkelijker
de riemen te ontspannen of aan te
spannen.
Page 69 of 255

!
i
TOEGANG TOT DE AUTO
66
De supervergrendeling blokkeert
het van binnenuit en van buitenaf
openen van de portieren.
Als de supervergrendeling is inge-
schakeld, is ook de vergrendelings-
schakelaar in het interieur buiten
werking.
Schakel daarom nooit de superver-
grendeling in als er zich iemand in
de auto bevindt.
SLEUTEL MET AFSTANDSBEDIENING
U kunt om de auto te ontgrendelen of ver-
grendelen de centrale vergrendeling be-
dienen met de sleutel in het portierslot of
met de afstandsbediening. De sleutel met
afstandsbediening dient tevens voor de
lokalisatie en het starten van de auto en
maakt deel uit van de diefstalbeveiliging.
Uitklappen van de sleutel
Druk op de knop A om de sleutel uit
te klappen.
Ontgrendelen van de auto
Het ontgrendelen wordt bevestigd door
het gedurende ongeveer 2 seconden
snel knipperen van de richtingaanwij-
zers.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de
uitvoering, de buitenspiegels automa-
tisch uitgeklapt.
Vergrendelen van de auto
Supervergrendeling met de
afstandsbediening
Druk op het gesloten hangslot om
de auto te vergrendelen.
Druk binnen 5 seconden nogmaals
op het gesloten hangslot om de su-
pervergrendeling van de auto in te
schakelen.
Druk op het geopende
hangslot om de auto te ont-
grendelen. Ontgrendelen met de sleutel in het
portierslot
Draai de sleutel linksom in het slot
van het bestuurdersportier om de
auto te ontgrendelen.
Normale vergrendeling met de sleutel
Draai de sleutel rechtsom in het slot
van het bestuurdersportier om de
auto te vergrendelen.
Het vergrendelen wordt bevestigd door
het gedurende ongeveer 2 seconden
branden van de richtingaanwijzers.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de
uitvoering, de buitenspiegels automa-
tisch ingeklapt.
Ontgrendelen met de
afstandsbediening Supervergrendeling met de sleutel
Draai de sleutel rechtsom in het slot
van het bestuurdersportier om de
auto te vergrendelen.
Draai de sleutel binnen 5 seconden
nogmaals rechtsom om de superver-
grendeling van de auto in te schakelen.
Druk op het gesloten hang-
slot om de auto te vergren-
delen.
Als een van de portieren, de ach-
terklep of de achterruit geopend is,
werkt de centrale vergrendeling niet.
Normale vergrendeling met de
afstandsbediening
De supervergrendeling wordt bevestigd
door het gedurende ongeveer 2 secon-
den branden van de richtingaanwijzers.
Tegelijkertijd worden, afhankelijk van de
uitvoering, de buitenspiegels automa-
tisch ingeklapt.
Page 70 of 255

i
i
67
Als de auto is vergrendeld en per
ongeluk wordt ontgrendeld zonder
dat binnen 30 seconden een por-
tier wordt geopend, wordt de auto
automatisch weer vergrendeld.
Het automatisch in- en uitklappen
van de buitenspiegels kan worden
uitgeschakeld door het PEUGEOT-
netwerk .
Inklappen van de sleutel
Druk op de knop A om de sleutel in
te klappen.
Verlies van sleutels
Ga met het kentekenbewijs van uw
auto en uw identiteitsbewijs naar het
PEUGEOT-netwerk .
Het PEUGEOT-netwerk kan de sleutel-
code en de transpondercode opzoeken
en een nieuwe sleutel voor u bestellen.
Elektronische startblokkering
In de sleutel is een chip aangebracht
d i e o v e r e e n s p e c i fi e k e c o d e b e s c h i k t .
Om te kunnen starten, moet bij het aan-
zetten van het contact de code van de
sleutel worden herkend door de start-
blokkering.
Deze elektronische startblokkering blok-
keert het motormanagementsys-teem
zodra het contact wordt afgezet en voor-
komt zo het starten van de motor bij een
inbraak.
Diefstalbeveiliging
Bij een storing in het systeem
wordt u gewaarschuwd door dit
verklikkerlampje in combinatie
met een geluidssignaal en een
melding op het multifunctionele
display.
De auto kan dan niet gestart wor-
den. Raadpleeg zo snel mogelijk het
PEUGEOT-netwerk .
Ontgrendelen en gedeeltelijk
openen van de achterruit (SW)
Houd deze knop langer dan
twee seconden ingedrukt
om de achterruit gedeelte-
lijk te openen. Bij deze han-
deling wordt eerst de auto
ontgrendeld.
De achterklep en achterruit kunnen
niet gelijktijdig worden geopend.
Page 71 of 255