
i
88
PLAFONNIERS
Via de plafonniers kunt u de interieur-
verlichting instellen en inschakelen.
1. Plafonnier vóór
2. Kaartleeslampjes
3. Plafonnier achter
Plafonniers vóór en achter
In deze stand gaat de interieur-
verlichting geleidelijk branden:
Kaartleeslampjes
Druk bij aangezet contact op de
desbetreffende schakelaar. Als de interieurverlichting permanent
is ingeschakeld, blijft deze geduren-
de een bepaalde tijd branden:
- bij afgezet contact: ongeveer
10 minuten,
- in de eco-mode: ongeveer 30 se- conden,
- bij draaiende motor: onbeperkt.
- als de auto wordt ontgrendeld,
- als de sleutel uit het contact wordt verwijderd,
- als op de ontgrendelingsknop van de afstandsbediening wordt gedrukt
om de auto te lokaliseren.
P ermanent uit.
Permanent aan.
De interieurverlichting gaat geleidelijk uit:
- als de auto wordt vergrendeld,
- als het contact wordt aangezet,
- 30 seconden na het sluiten van het
laatste portier.

!
i
149
Als de accu ontladen is, kan de
motor niet gestart worden (zie de
desbetreffende paragraaf).
Als u op het moment dat de eco-
mode wordt ingeschakeld aan het
telefoneren bent:
- kan het gesprek nog 5 minuten worden voortgezet met de hands-
free set van de autoradio RD4,
- kan het telefoongesprek ge- woon worden voortgezet met
de radiotelefoon GPS RT4.
ECO-MODE
De eco-mode bepaalt de maximale ge-
bruiksduur van een aantal functies om te
voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een
aantal elektrische functies zoals radio,
ruitenwissers, dimlichten, plafonniers, ...
nog in totaal maximaal 30 minuten ge-
bruiken.
Uitschakelen van de eco-mode
De functies worden automatisch weer in-
geschakeld als de motor gestart wordt.
Start om de functies direct weer te
kunnen gebruiken de motor en laat
deze gedurende enige tijd draaien.
De beschikbare tijd bedraagt het dub-
bele van de tijd dat de motor heeft ge-
draaid. Deze tijd zal echter altijd tussen
de 5 en 30 minuten bedragen.
Inschakelen van de eco-mode
Na deze 30 minuten geeft een melding
op het multifunctionele display aan dat de
eco-mode is ingeschakeld en de actieve
functies worden in de ruststand gezet.
WISSERBLADEN VERVANGEN
De ruitenwisserbladen kunnen zonder
gereedschap worden vervangen.
Demonteren van een wisserblad
vóór of achter
Til de desbetreffende ruitenwisser-
arm op.
Maak het wisserblad los en verwij-
der het.
Monteren van een wisserblad
vóór of achter
Controleer bij de ruitenwissers vóór
de lengte van het wisserblad, omdat
het kortste blad aan de passagiers-
zijde van de auto gemonteerd moet
worden.
Breng het nieuwe wisserblad aan en
klik het vast.
Zet de ruitenwisserarm voorzichtig
terug.

172
S
O S SOURCE
MODE BAND ESC
2
abc
5
jkl
8
tuv 3
def
6
mno
9
wxyz
1 4
ghi
7
pqrs
0 # MENU LIST
TA
PTY
DARK
De internetsite SERVICE BOX geeft aanvullende informatie over de RT4. Deze site is te raadplegen op het volgende adres: http://public.servicebox.peugeot.com
Toegang kan worden verkregen door middel van een eenvoudige registratie waarna de boorddocumentatie gratis is te raadplegen. De autoradio/telefoon/GPS RT4 is zodanig gecodeerd dat deze uitsluitend in uw aut o functioneert. Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk als u het systeem voor gebruik in een andere auto wilt laten c o n fi g u r e r e n .
Om veiligheidsredenen mag de bestuurder handelinge n die zijn volledige aandacht vragen uitsluitend uitvoeren terwijl de auto stilstaat. Enkele minuten na het afzetten van de motor kan de autoradio/telefoon/GPS RT4 zichzelf uitschakelen om te voorkomen dat de accu ontladen raakt.
RT4
MULTIMEDIA AUTORADIO / TELEFOON
JUKEBOX FUNCTIE (10 GB) / GPS (EUROPA)
INHOUD

186
11
22
33
44
S
O S SOURCE
MODE BAND TPT
A Y
DARKSOURCE
S
O S SOURCE
MODE BAND TPT
A Y
DARKBAND
SOURCE
BAND
ESC
MENU LIST
LIST
ESC LIST
MENU
MENU
ESC
MENU LIST
ESC
MENU LIST
ESC
MENU LIST
11
22
33
44
LIST
ESC
MENU LIST
ESC
MENU LIST
05 AUDIO/VIDEO
RADIO
SELECTEREN VAN EEN ZENDER
Druk herhaalde malen op de toets SOURCE om de RADIO te selecteren.
Druk op de toets BAND om het golfbereik te selecteren: FM1, FM2, FMast of AM.
Druk kort op een van de toetsen om automatisch naar zenders te zoeken.
Druk op een van de toetsen om handmatig naar zenders te zoeken.
Druk op de toets LIST voor een lijst van de lokaal beschikbare zenders (maximaal 60). Druk langer dan 2 seconden op de toets om deze lijst bij te werken.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden door obstakels in de omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook als de RDS-func tie is ingeschakeld. Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets te maken met een storing in de autor adio.
RDS
Selecteer RDS VOLGEN ACTIVEREN en druk op OK. Op het display verschijnt de aanduiding RDS.
Selecteer de functie VOORKEUZE RADIO en druk op OK.
Selecteer AUDIOFUNCTIES en druk op OK.
Druk op de toets MENU.
Als de RDS-functie is ingeschakeld, zoekt de radio steeds naar de sterkste frequentie van een zender, zodat u erna ar kunt blijven luisteren. Sommige RDS-zenders zijn echter niet in het hele land te ontvangen, omdat de frequenties van de zender niet het hele land dekken. Dit verklaart dat de zender tijdens het rijden kan wegvallen.
VOORKEUZE RADIO
RDS VOLGEN ACTIVEREN

214
VRAAG OPLOSSING ANTWOORD
De voorkeuzezenders kunnen niet worden ontvangen (geen geluid, 87,5 Mhz wordt weergegeven...).
Het verkeerde golfbereik is geselecteerd. Druk op de toets BAND AST om het golfbereik (AM, FM1, FM2, FMAST) terug te vinden waarin de voorkeuzezenders zijn opgeslagen.
De functie TA (verkeersinformatie) is ingeschakeld, maar ik krijg geen verkeersinformatie te horen.
Stem af op een zender die wel verkeersinformatie uitzendt. De geselecteerde radiozender maakt geen deel uit van het regionale netwerk van zenders die verkeersinformatie uitzende n.
De ontvangstkwaliteit van de beluisterde radiozender neemt geleidelijk af of de voorkeuzezenders kunnen niet worden ontvangen (geen geluid, 87,5 Mhz wordt weergegeven...).
De auto bevindt zich te ver van de zender van het beluisterde radiostation of er bevindt zich geen zender in het gebied waarin de auto zich bevindt.
De omgeving (bergen, gebouwen, tunnels, parkeergar ages, enz.) veroorzaakt storingen in de ontvangst, ook als de RDS-functie is ingeschakeld.
De antenne is niet aanwezig of beschadigd (bijvoor beeld in een wasstraat of ondergrondse parkeergarage).
Activeer de functie RDS om het systeem te laten controleren of er een sterkere zender in het gebied aanwezig is.
Dit is een normaal verschijnsel en heeft niets te maken met een storing in de autoradio.
Laat de antenne controleren door het PEUGEOT- netwerk.
Het geluid van de radio valt 1 tot 2 seconden weg.
Het RDS zoekt tijdens deze korte onderbreking van het geluid naar een eventuele sterkere zender voor een betere ontvangst van het station. Schakel de RDS-functie uit als dit verschijnsel zich te vaak en steeds op hetzelfde traject voordoet.
Na het afzetten van de motor wordt de radio na enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft de radio nog werken zolang de laadtoestand van de accu dat toestaat. Het automatisch uitschakelen duidt erop dat de eco -mode van de autoradio is geactiveerd om te voorkomen dat de accu van de a uto ontladen raakt.
Start de motor om de accu op te laden.
De melding "het audiosysteem is oververhit" verschijnt op het display.
Schakel het audiosysteem enkele minuten uit om het systeem te laten afkoelen. Om het audiosysteem te beschermen tegen een te hog e omgevingstemperatuur, activeert de autoradio automatisch een thermische beveiliging die het geluidsvolume verlaagt of de CD-speler uitschakelt.