Page 129 of 330

128
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
128
DASHBOARD
EN BEDIENING
Omdat het filter de roetdeeltjes verza-
melt, moet het periodiek worden gere-
genereerd (schoongemaakt) door de
roetdeeltjes te verbranden. De regene-
ratieprocedure wordt geregeld door de
regeleenheid van de motor op basis van
de hoeveelheid opgevangen roetdeeltjes
en de bedrijfsomstandigheden van de au-
to. Tijdens de regeneratie kan het vol-
gende worden waargenomen: een be-
perkte toerentalverhoging, inschakeling
van de elektroventilateur, een beperkte
toename van de rook uit de uitlaat en
een hogere temperatuur bij de uitlaat.
Dit zijn geen storingen en deze situatie
heeft geen invloed op het milieu of het
gedrag van de auto. ROETFILTER DPF
(Diesel Particulate Filter)
(waar voorzien)
Dit is een mechanisch filter in het uit-
laatsysteem dat de partikels in het uit-
laatgas van dieselmotoren opvangt.
Het filter vangt bijna de totale hoeveel-
heid roetdeeltjes op, waardoor voldaan
wordt aan de huidige/toekomstige wet-
telijke normen.
Tijdens het normale gebruik van de auto
registreert de inspuitregeleenheid een aan-
tal gegevens met betrekking tot het ge-
bruik (gebruiksduur, type traject, bereik-
te temperatuur enz.) en berekent de hoe-
veelheid verzameld roet in het filter.Verstopt roetfilter
Als het roetfilter is verstopt gaat op het
instrumentenpaneel het lampje
h
branden (bij enkele uitvoeringen wordt
het symbool
hop het display
weergegeven). In dit geval verdient het
aanbeveling om met de auto te blijven
rijden totdat het lampje
hdooft (of
het symbool
hop het display ver-
dwijnt).
083-128 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:13 Pagina 128
Page 130 of 330
129
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
VEILIGHEID
V V
E E
I I
L L
I I
G G
H H
E E
I I
D D
VEILIGHEIDSGORDELS....................................... 130
SBR ............................................................... 131
GORDELSPANNERS ........................................... 132
KINDEREN VEILIG VERVOEREN ............................ 135
INBOUWVOORBEREIDING VOOR
“ISOFIX UNIVERSEEL”-KINDERZITJE...................... 140
FRONTAIRBAGS ................................................ 142
ZIJ-AIRBAGS (sidebags - windowbags) ................. 145
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 129
Page 131 of 330

130
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
DDruktijdenshetrijden
nietopdeknopC.
Via de oprolautomaat wordt de lengte
van de gordel automatisch aangepast
aan het postuur van de drager; hierdoor
blijft voldoende bewegingsruimte over.
Als de auto op een steile helling staat,
kan de rolautomaat blokkeren; dit is een
normaal verschijnsel. De oprolautomaat
blokkeert ook als de gordel snel wordt
uitgetrokken of bij hard remmen, bots-
ingen en als snel in een bocht wordt ge-
reden.
VEILIGHEIDSGORDELS
GEBRUIK VAN DE
VEILIGHEIDSGORDELS
Ga goed rechtop zitten, steun tegen de
rugleuning en leg dan de gordel om.
Trek de gordel uit en maak de gordel
vast door de gesp A-fig. 1in de slui-
tingBte drukken, totdat deze hoorbaar
blokkeert.
Als tijdens het uittrekken van de gordel
de rolautomaat blokkeert, laat dan de
gordel een stukje teruglopen en trek de
gordel vervolgens weer geleidelijk uit.
Druk voor het losmaken van de gordel
op knop C. Begeleid de gordel tijdens
het teruglopen, zodat wordt voorkomen
dat de gordelband draait.
OPGELET
A0E0083mfig. 1A0E0055mfig. 2
De achterbank is voorzien van drie-
puntsgordels met rolautomaat op de zij-
zitplaatsen en de zitplaats in het mid-
den.
De gordels voor de achterste zitplaatsen
moeten worden omgelegd volgens het
schema in fig. 2.
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 130
Page 132 of 330

131
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
VEILIGHEID
WAARSCHUWING Bij enige uit-
voeringen wordt de juiste blokkering van
de rugleuning aangegeven door het ver-
dwijnen van de “rode band” A-
fig. 3naast de hendels B. Als de “ro-
de band” zichtbaar is, is de rugleuning
niet goed vergrendeld.
WAARSCHUWINGPlaats de veilig-
heidsgordels op de juiste wijze terug als
de achterbank weer in de normale ge-
bruiksstand wordt gezet, zodat ze altijd
direct klaar voor gebruik zijn.
Controleerofderugleu-
ningaanbeidezijden
goedvergrendeldis(“rode
band”A-fig.3nietzichtbbaar)
omtevoorkome
ndatingeval
vanbruuskremmen,derugleu-
ningnaarvorenklaptendepas-
sag giersverwondt.
OPGELET
Achterpassagiersdie
geengordeldragen,
stellenzichzelfblootaangro-
tegevaren,maarvormenook k
eengevaarvoord
einzitten-
denopdevoorstoelen.
OPGELET
A0E0085mfig. 3
SBR
(Seat Belt Reminder)
De auto is uitgerust met een SBR-sys-
teem (Seat Belt Reminder), dat bestaat
uit een waarschuwingszoemer die sa-
men met het knipperende lampje
bestuurder en de voorpassagier waar-
schuwt als de betreffende veiligheids-
gordel niet is omgelegd.
De zoemer kan tijdelijk op de volgende wij-
ze worden uitgeschakeld:
❒leg de veiligheidsgordels voor om;
❒plaats de elektronische sleutel in het
startsysteem;
❒wacht langer dan 20 seconden en
korter dan 1 minuut en doe een van
de gordels af.
Hierdoor blijft de zoemer uitgeschakeld,
totdat de motor wordt uitgezet.
Wendt u voor het permanent uitschake-
len van dit systeem tot het Alfa Romeo
Servicenetwerk. Het SBR-systeem kan
uitsluitend m.b.v. het Setup-menu van het
display opnieuw worden ingeschakeld
(zie de paragraaf “Instelbaar multifunc-
tioneel display” in het hoofdstuk “Dash-
board en bediening”).
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 131
Page 133 of 330

132
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
132
VEILIGHEID
De gordelspanner hoeft op geen enkele
wijze te worden onderhouden of ge-
smeerd. Elke verandering van de oor-
spronkelijke staat zal de doelmatigheid
verminderen. Als de gordelspanner door
extreme natuurlijke omstandigheden
(bijv. overstromingen en vloedgolven)
met water en modder in contact is ge-
weest, dan moet de spanner worden
vervangen.GORDELSPANNERS
Voor een nog effectievere bescherming
zijn de veiligheidsgordels van de auto
voorzien van gordelspanners. Dit sys-
teem trekt bij een heftige frontale en zij-
delingse botsing de gordels voor enige
centimeters aan. Op deze wijze worden
de inzittenden veel beter op hun plaats
gehouden en wordt de voorwaartse be-
weging beperkt.
Als de gordelspanners voor hebben ge-
werkt, is de gordelsluiting naar beneden
teruggetrokken.
WAARSCHUWINGVoor een maxi-
male bescherming door de gordelspan-
ners moet de veiligheidsgordel goed
aansluiten op borst en bekken.
De gordelspanners achter werken alleen
als de veiligheidsgordels goed in de slui-
tingen vergrendeld zijn.
Tijdens de werking van de gordelspanner
kan er een beetje rook ontsnappen. De-
ze rook is niet schadelijk en duidt niet op
brand.
Degordelspannerwerkt
maaréénkeer.Alsde
gordelspannershebbenge-
werkt,moetuzichtothetAl lfa
RomeoServicenet
werkwenden
omdespannerstelatenver-
vangen.Degeldigheidvanhet
systeemsttaatvermeldopeen
plaatjedatzichinhe
tdash-
boardkastjebevindt:laathet
systeemvoorhetversstrijken
vandezetermijndoorhetAlfa
RomeoServicenetwer
kver-
vangen.
OPGELET
Werkzaamhedenwaar-
bijstoten,sterketrillin-
genofverhitting(maxi-
maal100°Cgedurendeten
hooogste6uur)optr
eden,kun-
nendegordelspannersbescha-
digenofactiveren:bijdieom-
standighed denhorenniettrillin-
gendievoor
tgebrachtworden
dooreenslechtwegdekofdoor
contactenmetkle
eineobstakels
zoalstrottoirbanden.Wendtu
altijdto
thetAlfaRomeoServi-
cenetwerk.
TREKKRACHTBEGRENZERS
Om de bescherming van de passagiers
bij een ongeval te vergroten, zijn de op-
rolautomaten van de gordels voor voor-
zien van trekkrachtbegrenzers die tij-
dens een frontale aanrijding de piekbe-
lasting op de borst en schouders beper-
ken.
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 132
Page 134 of 330

133
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
VEILIGHEID
WAARSCHUWING De gordel mag
nooit gedraaid zijn. Het diagonale gor-
delgedeelte moet via het midden van de
schouder schuin over de borst liggen. Het
onderste gordelgedeelte moet over het
bekken (zoals aangegeven in fig. 6)
en niet over de buik liggen. Gebruik geen
voorwerpen (wasknijpers, klemmen
enz.) die goed aansluiten van de gor-
del op het lichaam verhinderen.ALGEMENE OPMERKINGEN
OVER HET GEBRUIK VAN
VEILIGHEIDSGORDELS
De bestuurder moet zich aan alle loka-
le wettelijke voorschriften met betrek-
king tot de verplichting en de manier
waarop de gordel wordt gebruikt hou-
den en de inzittenden hierop wijzen.
Leg de veiligheidsgordel altijd om voor-
dat u vertrekt.
Ook zwangere vrouwen moeten een
gordel dragen: ook voor hen (zowel
voor de aanstaande moeder als het
kind) is de kans op letsel bij een ernstig
ongeval kleiner als ze een gordel dra-
gen. Zwangere vrouwen moeten het on-
derste deel van de gordel meer naar be-
neden omleggen, zodat de gordel over
het bekken en onder de buik door loopt
fig. 5.
A0E0104mfig. 5A0E0103mfig. 6
Voormaximaleveilig-
heidmoetuderugleu-
ningrechtopzetten,tegende
leuningaangaanzittene
ende
gordelgoedlaten
aansluiten
opborstenbekken.Draagal-
tijdveiligheidsgordelszowel
voora alsachterindeauto!Rij-
denzonderveil
igheidsgordels
vergroothetrisicoopernstig
letselofdoodelijkeafloopbij
eenongeval.
OPGELET
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 133
Page 135 of 330

134
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD EN
BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
HOE DE
VEILIGHEIDSGORDELS
ALTIJD GOED BLIJFT
WERKEN
❒Zorg dat de gordel goed uitgetrokken
en niet gedraaid is; controleer ook of
de oprolautomaat zonder haperingen
werkt;
❒vervang de gordels na een ongeval,
ook al zijn ze ogenschijnlijk niet be-
schadigd. Vervang de gordels ook als
de gordelspanners in werking zijn ge-
weest;
❒u kunt de gordels met de hand was-
sen met water en een neutrale zeep.
Spoel ze uit en laat ze in de scha-
duw drogen. Gebruik geen bijtende,
blekende of kleurende middelen.
Vermijd het gebruik van alle chemi-
sche producten die het weefsel van
de gordel kunnen aantasten;
❒voorkom dat vocht in de oprolauto-
maat komt: de werking van de op-
rolautomaten is alleen gegaran-
deerd, als ze niet nat zijn geweest;
❒vervang de gordels bij tekenen van
slijtage of beschadigingen. WAARSCHUWING Iedere gordel
dient slechts ter bescherming van een
enkel persoon: gebruik de gordel niet
voor een kind dat bij een volwassene op
schoot zit, waarbij de gordel beiden zou
moeten beschermen fig. 7. Plaats bo-
vendien geen enkel voorwerp tussen de
gordel en het lichaam van een inzitten-
de.
A0E0105mfig. 7
Hetisstrengverboden
onderdelenvandevei-
ligheidsgordelsofgordelspan-
nerstedemonterenofo opente
maken.Werk
zaamhedenaan
deveiligheidsgordelsengor-
delspannersmoetenworden
uitgevoerdd doorgekwalifi-
ceerdpersoneel.
Wendtual-
tijdtothetAlfaRomeoServi-
cenetwerk.
OPGELET
Alsdegordelaaneen
zwarebelastingwordt
blootgesteld(bijvoorbeeldtij-
denseenongeval),danmoet
degordelsamen
metdever-
ankeringen,bevestigingspun-
tenendeeventueelgemon-
teerdegordeelspannersworden
vervangen.Ookals
descha-
denietzichtbaaris,dankande
gordeltochverzwaktz zijn.
OPGELET
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 134
Page 136 of 330

135
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
VEILIGHEID
De resultaten van onderzoek naar de op-
timale bescherming van kleine kinderen
zijn verwerkt in de Europese ECE/R44-
voorschriften die wettelijk verplicht zijn.
De systemen zijn onderverdeeld in vijf
groepen:
Groep 0 - gewicht tot aan 10 kg
Groep 0+ - gewicht tot aan 13 kg
Groep 1 gewicht 9-18 kg
Groep 2 gewicht 15-25 kg
Groep 3 gewicht 22-36 kg
Er is een gedeeltelijke overlapping tus-
sen de groepen; daarom zijn systemen
verkrijgbaar die geschikt zijn voor meer
dan één gewichtsgroep.
Alle systemen moeten zijn voorzien van
de typegoedkeuring en van een goed
vastgehecht plaatje met het controle-
merk, dat absoluut niet mag worden ver-
wijderd.
Kinderen met een lengte van meer dan
1,50 m worden, met betrekking tot de
veiligheidssystemen, gelijkgesteld met
volwassenen en moeten dan ook nor-
maal de veiligheidsgordels omleggen.In Lineaccessori Alfa Romeo zijn kin-
derzitjes opgenomen voor elke ge-
wichtsgroep. Wij raden het gebruik van
deze kinderzitjes aan, omdat ze speci-
aal zijn ontworpen en ontwikkeld voor
de modellen van Alfa Romeo.KINDEREN VEILIG
VERVOEREN
Voor optimale bescherming bij een on-
geval moeten alle inzittenden zittend
reizen en beschermd worden door goed-
gekeurde veiligheidssystemen. Dit geldt
met name voor kinderen.
Dit is een wettelijk voorschrift volgens
richtlijn 2003/20/EU in alle lidstaten
van de Europese Unie.
Het hoofd van kleine kinderen is in ver-
houding met de rest van het lichaam
groter en zwaarder dan dat van vol-
wassenen, terwijl spieren en botstruc-
tuur nog niet volledig zijn ontwikkeld.
Daarom moeten kleine kinderen door
andere systemen beschermd worden
dan door de veiligheidsgordels.
Monteerabsoluutgeen
kinderzitjeachterste-
vorenopdepassagiersstoel
vooralsdefrontairbagaan n
passagierszij
deisingescha-
keld.Alsbijeenongevalde
airbagsinwerkingtreden(op-
blazen),k kanditernstigletsel
enzelfsdedo
odtotgevolg
hebben,ongeachtdezwaarte
vanhetongeluk.Kinde eren
moetenaltijdinkinderzitjesop
deachterbankwor
denver-
voerd;dezepositielevertde
grootsttebeschermingtijdens
eenongeval.
OPGELET
129-148 Alfa 159 NL 21-10-2008 15:59 Pagina 135