125
PLANCIA
E COMANDI
125
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
BENZINEMOTOREN
Gebruik uitsluitend loodvrije benzine.
Om fouten te voorkomen is de diame-
ter van de vulopening zo klein dat het
vulpistool van een pomp met loodhou-
dende benzine niet ingestoken kan wor-
den. Het octaangetal van de gebruikte
benzine (R.O.N.) mag niet lager dan 95
te zijn.
WAARSCHUWINGEen beschadig-
de katalysator laat schadelijke stoffen
in het uitlaatgas achter, waardoor het
milieu wordt vervuild.
WAARSCHUWING Tank met de au-
to nooit, niet in noodgevallen en ook
niet een klein beetje, loodhoudende ben-
zine. U zou de katalysator onherstelbaar
beschadigen.
TANKEN MET
DE AUTO
WAARSCHUWINGTijdens het tan-
ken moet, om veiligheidsredenen, de
motor zijn uitgeschakeld. Als deze voor-
zorgsmaatregel niet in acht wordt ge-
nomen, kan de brandstofmeter perma-
nent een onjuiste waarde aangeven. Om
dit te herstellen moet bij een volgende
keer dat getankt wordt, de motor zijn
uitgeschakeld. Wendt u tot het Alfa Ro-
meo Servicenetwerk als de werking niet
wordt hersteld.
DIESELMOTOREN
Bij lage buitentemperaturen kan de vloei-
baarheid van de diesel lager worden door
de vorming van paraffine; hierdoor werkt
het brandstofsysteem niet meer op de juis-
te manier.
Om dit probleem te voorkomen wordt er,
afhankelijk van het seizoen, dieselbrand-
stof geleverd die speciaal voor de zomer,
voor de winter en voor zeer lage tempe-
raturen (bergachtige/koude gebieden) is
ontwikkeld.
Als diesel wordt getankt die niet is aan-
gepast aan de bedrijfstemperatuur, moet
de diesel gemengd worden met het vorst-
beveiligingsmiddelTUTELA DIESEL
ARTin de verhouding die in de ge-
bruiksaanwijzing van het middel is aan-
gegeven. Doe eerst het middel in de tank
en voeg daarna de diesel toe.
Als de auto lange tijd wordt gebruikt / stil-
staat in bergachtige/koude gebieden, is
het raadzaam dieselbrandstof te tanken
die ter plaatse beschikbaar is. In dat ge-
val is het bovendien raadzaam een hoe-
veelheid brandstof in de tank te houden
die groter is dan 50% van de nuttige in-
houd.
083-128 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:13 Pagina 125
LUIKJE OPENEN IN
NOODGEVALLEN
Bij een storing kan het tankluikje worden
geopend door aan de kabel rechts in de
bagageruimte te trekken fig. 110.
BESCHERMING VAN
HET MILIEU
De emissiereductiesystemen voor ben-
zinemotoren zijn:
❒driewegkatalysator (katalysator);
❒lambdasondes;
❒brandstofdampopvangsysteem.
Laat de motor nooit, ook niet tijdens
testwerkzaamheden, met losgenomen
bougiekabels draaien.
De emissiereductiesystemen voor die-
selmotoren zijn:
❒oxidatiekatalysator;
❒uitlaatgasrecirculatie-systeem (EGR);
❒roetfilter (DPF - waar voorzien).
Alsdekatalysatoren
hetroetfilter(PDF)
normaalwerken,ontstaan
zeerhogetemperaturen.Par-
keeerdeautodusniet
boven
brandbaarmateriaal(gras,
drogebladeren,dennennaal-
denenz.):brandgeva aar.
OPGELET
A0E0130mfig. 110
127
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
VOORZORGS-
MAATREGELEN
EN ONDERHOUD
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
083-128 Alfa 159 NL 20-10-2008 14:13 Pagina 127