Page 81 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-36
6
DC000105
LET OP:_ Raak het glas van de koplampgloeilamp
niet aan zodat dit vetvrij blijft, anders
kan de doorzichtigheid van het glas, de
lichtintensiteit en de levensduur nadelig
worden beïnvloed. Wrijf eventuele ver-
ontreinigingen en vingerafdrukken op
het gloeilampglas weg met een doekje
gedrenkt in alcohol of thinner. _4. Breng de gloeilampkap aan en sluit
dan de koplampstekker aan.
5. Vraag zo nodig een Yamaha dealer de
koplamplichtbundel af te stellen.
DAU04411
Gloeilamp in remlicht/achterlicht
vervangen 1. Verwijder het zadel. (Zie pagina 3-11
voor instructies over verwijderen en
aanbrengen van het zadel.)
2. Verwijder de lampfitting (samen met
de gloeilamp) door deze linksom te
draaien.
3. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze in te drukken en linksom te
draaien.
4. Breng een nieuwe gloeilamp aan in de
fitting, druk de lamp aan en draai
rechtsom tot hij stuit.5. Breng de lampfitting aan (samen met
de gloeilamp) door deze rechtsom te
draaien.
6. Breng het zadel aan.
1. Hier niet aanraken.
1. Lampfitting
D_5ps.book Page 36 Wednesday, December 12, 2001 10:34 AM
Page 82 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-37
6
DAU03497
Gloeilamp in richtingaanwijzer
vervangen 1. Verwijder de lamplens van de richtin-
gaanwijzer door de schroeven los te
halen.
2. Verwijder de defecte gloeilamp door
deze in te drukken en linksom te
draaien.3. Breng een nieuwe gloeilamp aan in de
fitting, druk de lamp aan en draai
rechtsom tot hij stuit.
4. Monteer de lamplens door de schroef
aan te brengen.
DCA00065
LET OP:_ Zet de schroef niet overdreven strak
vast, anders kan de lamplens breken. _
DAU01579
Ondersteunen van de motorfiets Dit model is niet voorzien van een midden-
bok, neem daarom de volgende voorzorgs-
maatregelen in acht bij het verwijderen van
het voor- en achterwiel of bij het uitvoeren
van ander onderhoud waarbij de motorfiets
rechtop moet staan. Controleer of de mo-
torfiets stabiel en horizontaal staat alvorens
onderhoud te verrichten. Onder het motor-
blok kan een stevige houten kist gezet wor-
den voor extra stabiliteit.
Onderhoud aan het voorwiel
1. Stabiliseer de achterzijde van de mo-
torfiets met een motorstandaard of, als
geen andere standaard voorhanden
is, door een krik te plaatsen onder het
frame aan de voorzijde van het achter-
wiel.
2. Breng het voorwiel los van de grond
met gebruik van een motorfietsstan-
daard.
1. Schroef
2. Lamplens richtingaanwijzer
1. Gloeilamp richtingaanwijzer
D_5ps.book Page 37 Wednesday, December 12, 2001 10:34 AM
Page 83 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-38
6
Verwijderen van het achterwiel
Breng het achterwiel los van de grond met
een motorfietsstandaard of, als deze niet
voorhanden is, door een krik te plaatsen
onder beide zijden van het frame aan de
voorzijde van het achterwiel, of onder beide
uiteinden van de swingarm.
DAU01617
Voorwiel Verwijderen van het voorwiel
DW000122
WAARSCHUWING
_
Het is aan te bevelen om onder-
houd aan het wiel uit te laten voe-
ren door een Yamaha dealer.
Zorg dat de motorfiets veilig wordt
ondersteund, zodat er geen risico
is op omvallen.
_1. Draai de klembout op de voorwielas
los en verwijder dan de remklauwbou-
ten.
2. Draai de wielas los met een 19-mm
zeskantsleutel.3. Licht het voorwiel van de grond vol-
gens de werkwijze op pagina 6-37.
4. Verwijder de remslanghouders door
de bouten los te halen.
5. Verwijder de remklauwen door de
bouten los te halen.
6. Trek de wielas uit en verwijder dan het
wiel.
DCA00046
LET OP:_ Bekrachtig de rem niet terwijl de rem-
klauwen zijn losgehaald, anders worden
de remblokken tegen elkaar vastge-
klemd. _
1. Wielas
2. Klembout voorwielas
1. Bout (× 2)
2. Remklauw
D_5ps.book Page 38 Wednesday, December 12, 2001 10:34 AM
Page 84 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-39
6
DAU04376
Aanbrengen van het voorwiel
1. Breng het wiel omhoog tussen de
vorkpoten.
2. Steek de wielas naar binnen.
3. Laat het voorwiel zakken zodat dit op
de grond rust.
4. Monteer de remklauwen door de bou-
ten aan te brengen.OPMERKING:_ Kijk of er voldoende afstand tussen de rem-
blokken is voordat de remklauwen over de
remschijven worden gemonteerd. _5. Monteer de remslanghouders door de
bouten aan te brengen.
6. Zet de wielas, de voorwielasklembout
en de remklauwbouten vast met de
voorgeschreven aanhaalmomenten.7. Duw het stuur enkele malen stevig op
en neer om te controleren of de voor-
vork correct werkt.
DAU04455
Achterwiel Verwijderen van het achterwiel
DW000122
WAARSCHUWING
_
Het is aan te bevelen om onder-
houd aan het wiel uit te laten voe-
ren door een Yamaha dealer.
Zorg dat de motorfiets veilig wordt
ondersteund, zodat er geen risico
is op omvallen.
_
Aanhaalmomenten:
Wielas:
72 Nm (7,2 m·kgf)
Klembout voorwielas:
20 Nm (2,0 m·kgf)
Remklauwbout:
40 Nm (4,0 m·kgf)
1. Bout (× 2)
2. Drukclip (× 3)
D_5ps.book Page 39 Wednesday, December 12, 2001 10:34 AM
Page 85 of 110
PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-40
6
1. Verwijder de afdekkap over de aan-
drijfketting door de bouten en de druk-
clips los te halen.2. Draai de wielasmoer en de bout in de
remklauwsteun los.
3. Licht het achterwiel van de grond vol-
gens de werkwijze op pagina 6-39.4. Verwijder de wielasmoer.
5. Draai de borgmoer los aan beide zij-
den van de swingarm.
6. Draai de stelbouten voor de aandrijf-
ketting helemaal richting
a.
7. Druk het wiel naar voren, zet de rem-
klauwbout vast en en haal dan de aan-
drijfketting los van het achtertandwiel.
OPMERKING:_ De aandrijfketting hoeft niet te worden ge-
demonteerd om het achterwiel te verwijde-
ren en aan te brengen. _
1. Drukclip
2. PinNa het verwijderen
Voor het installeren
1. Wielasmoer
2. Stelbout van de aandrijfketting
3. Borgmoer
4. Uitlijnmerktekens
1. Bout
2. Remklauwsteun
D_5ps.book Page 40 Wednesday, December 12, 2001 10:34 AM
Page 86 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-41
6
8. Trek de wielas uit en verwijder dan het
wiel.
DCA00119
LET OP:_ Bekrachtig de rem niet terwijl het wiel
samen met de remschijf is verwijderd,
anders worden de remklauwzuigers te-
gen elkaar gedrukt. _
DAU04456
Aanbrengen van het achterwiel
1. Monteer het wiel door de wielas vanaf
de rechterzijde in te steken.OPMERKING:_ Kijk of er voldoende afstand tussen de rem-
blokken is voordat u het wiel aanbrengt. _2. Breng de aandrijfketting aan op het
achtertandwiel.
3. Draai de bout in de remklauwsteun
los.
4. Stel de spanning van de aandrijfket-
ting af. (Zie pagina 6-27 voor de werk-
wijze bij spannen van de
aandrijfketting.)
5. Breng de wielasmoer aan en laat het
achterwiel dan zakken zodat dit op de
grond rust.
6. Zet de wielasmoer vast en zet dan de
remklauwsteunbout vast met het voor-
geschreven aanhaalmoment.7. Monteer de afdekkap over de aandrijf-
ketting door de bouten en de drukclips
aan te brengen.
OPMERKING:_ Om een drukclip aan te brengen wordt de
pen teruggedrukt zodat deze uit de kop van
de drukclip steekt; breng dan de clip op zijn
plaats en druk de uitstekende pen naar bin-
nen tot deze gelijk ligt met de kop van de
clip. _
Aanhaalmomenten:
Wielasmoer:
150 Nm (15,0 m·kgf)
Bout remklauwsteun:
40 Nm (4,0 m·kgf)
D_5ps.book Page 41 Wednesday, December 12, 2001 10:34 AM
Page 87 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-42
6
DAU03087
Storingzoeken Yamaha motorfietsen ondergaan een gron-
dige inspectie voordat ze vanaf de fabriek
op transport gaan, maar tijdens gebruik
kunnen toch storingen optreden. Proble-
men in de brandstof-, compressie- of ont-
stekingssystemen kunnen bijvoorbeeld de
oorzaak zijn van slecht starten of een afna-
me in motorvermogen.
In de volgende storingzoekschema’s is een
snelle en gemakkelijke werkwijze weerge-
geven om deze vitale systemen zelf te kun-
nen controleren. Ga met uw motorfiets
echter wel naar een Yamaha dealer als re-
paraties nodig zijn, hier zijn vakkundige
monteurs aanwezig die beschikken over
het benodigde gereedschap en de ervaring
en vakkennis om het nodige onderhoud
aan de machine correct te verrichten.
Gebruik uitsluitend originele Yamaha ver-
vangingsonderdelen. Niet-originele onder-
delen lijken misschien op Yamaha
onderdelen maar zijn toch vaak van minde-
re kwaliteit en hebben een kortere levens-
duur, zodat dan later mogelijk toch dure
reparaties nodig zijn.
D_5ps.book Page 42 Wednesday, December 12, 2001 10:34 AM
Page 88 of 110

PERIODIEK ONDERHOUD EN KLEINERE REPARATIES
6-43
6
DAU02990
Storingzoekschema’s Startproblemen of slechte werking van de motor
DW000125
WAARSCHUWING
_ Houd open vuur uit de buurt en rook niet terwijl het brandstofsysteem wordt getest of hieraan wordt gewerkt. _
CT-1AD
2. Compressie
3. Ontsteking
4. Accu1. BrandstofControleer het
brandstofniveau
in de brandstoftank.Er is voldoende
brandstof aanwezig.
Er is geen brandstof
aanwezig.Controleer de compressie.
Vul brandstof bij. De motor start niet. Controleer de compressie.
Bedien de elektrische
startknop.Er is compressie.
Er is geen compressie.Controleer de ontsteking.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.
Verwijder de bougies en
controleer de elektroden.Nat
DroogSchoonvegen met een droge doek. Stel de
elektrodenafstand van de bougie af of vervang de bougie.
Vraag een Yamaha dealer de machine te controleren.Draai de gasgreep tot
halverwege open en bedien
de elektrische startknop.
De motor start niet.
Controleer de accu.
Bedien de elektrische
startknop.De motor draait snel rond.
De motor draait
langzaam rond.De accu is in orde.
Controleer de aansluitingen
van de accukabels en laad
de accu als dat nodig is.
De motor start niet.
Vraag een Yamaha dealer
de machine te controleren.
D_5ps.book Page 43 Wednesday, December 12, 2001 10:34 AM