Page 25 of 260

23
Instrumentenpaneel
1airconditioning op de hoogste stand staat, blijft de
meter in de zone ECO.
Bij overmatig gebruik van de thermisch-
comfortfuncties, vooral bij lage snelheden, kan de
actieradius van de auto aanzienlijk afnemen.
Optimaliseer de instellingen van de
uitrustingselementen zodra het gewenste
comfortniveau is bereikt en stel ze indien nodig af
wanneer u de auto start.
Wanneer de verwarming langere tijd niet is gebruikt,
kunt u een bepaalde geur ruiken gedurende
de eerste minuten dat de verwarming weer is
ingeschakeld.
Handmatige controle
Met deze functie kunnen bepaalde indicatoren worden
gecontroleerd en kan het logboek met waarschuwingen
worden weergegeven.
Deze is toegankelijk via de toets "Check" in het menu Rijverlichting / Auto
van het
touchscreen.
De volgende gegevens worden op het
instrumentenpaneel weergegeven:
–
Motorolieniveau.
–
Onderhoudsinterval.
–
Bandenspanning.
–
Actieradius met de
AdBlue® voor het SCR-systeem
(BlueHDi-dieselmotor).
–
Actuele waarschuwingen.
Deze informatie verschijnt ook automatisch elke keer wanneer u het contact aanzet.
Kilometerteller
De kilometerteller geeft de totale kilometerstand van de
auto aan.
Als het contact is aangezet, wordt altijd de totale
afstand weergegeven. Deze waarde wordt nog
30 seconden na het afzetten van het contact
weergegeven. Ook wordt deze waarde weergegeven
als het bestuurdersportier wordt geopend, en als de
auto wordt vergrendeld of ontgrendeld.
Voor reizen in het buitenland kan de eenheid van de afstand (km of mijl) worden aangepast:
de snelheid moet namelijk worden weergegeven in
de officiële eenheid van het land (km/h of mph).
U kunt bij stilstaande auto deze eenheid wijzigen via
het configuratiemenu van het scherm.
Dimmer verlichting
Met dit systeem kunt u de lichtsterkte van de
dashboardverlichting handmatig aanpassen aan het
licht van de omgeving.
Met PEUGEOT Connect Radio
► Druk op deze toets om het menu
" Instellingen" te selecteren.
► Selecteer " Lichtsterkte".
► Stel de lichtsterkte af door op de pijlen te
drukken of de cursor te verplaatsen.
De instellingen worden direct toegepast. ►
Druk buiten het instellingenvenster op het scherm
om af te sluiten.
U kunt ook het scherm uitschakelen:
► Druk op deze toets om het menu
" Instellingen" te selecteren.
► Selecteer " Dark".
Het scherm wordt volledig uitgeschakeld.
►
Druk nog een keer op het scherm (op een
willekeurig gedeelte) om het weer in te schakelen.
Met PEUGEOT Connect Nav
Met de lichten ingeschakeld:► Druk op deze toets om het menu
" Instellingen" te selecteren.
►
Selecteer "
OPTIES".
► Selecteer " Schermconfig.".
►
Selecteer het tabblad "
Lichtsterkte".
► Stel de lichtsterkte van het
instrumentenpaneel en het scherm af door op
de pijlen te drukken of de cursor te verplaatsen.
► Druk op deze toets om op te slaan en af te
sluiten.
U kunt ook het scherm uitschakelen:
► Druk op deze toets om het menu
" Instellingen" te selecteren.
► Selecteer " Scherm uit".
Het scherm wordt volledig uitgeschakeld.
►
Druk nog een keer op het scherm (op een
willekeurig gedeelte) om het weer in te schakelen.
Page 26 of 260

24
Instrumentenpaneel
De tijdteller wordt gereset telkens wanneer het contact
wordt aangezet.
Touchscreen
Dit systeem heeft de volgende functies:
– Permanente weergave van de tijd en de
buitentemperatuur (er brandt een blauw lampje bij kans
op gladheid).
– Bediening verwarming/airconditioning.
– Toegang tot de configuratiemenu's van de functies
en systemen van de auto.
– Bediening van het audiosysteem en de
telefoonfuncties, en weergave van de bijbehorende
informatie.
– Weergave van de informatie van de
parkeerhulpsystemen (grafische weergave van de
parkeerhulp, Park Assist enz.).
– Toegang tot de internetdiensten en weergave van de
bijbehorende informatie.
– Bediening van het navigatiesysteem en weergave
van de bijbehorende informatie (afhankelijk van de
uitvoering).
Zet de auto uit veiligheidsoverwegingen altijd stil voordat u handelingen uitvoert die
uw volledige aandacht vragen.
Bepaalde functies zijn niet beschikbaar als de auto
rijdt.
Adviezen
Het touchscreen is een capacitief scherm.
Boordcomputer
Toont informatie over de huidige rit (actieradius, brandstofverbruik, gemiddelde snelheid, enz.).
Weergave van informatie op het
instrumentenpaneel
Bij instrumentenpaneel met meters
Wanneer u op het uiteinde van de
ruitenwisserschakelaar drukt, worden de gegevens van
de boordcomputer weergegeven.
Met digitaal instrumentenpaneel
De gegevens van de boordcomputer worden
permanent weergegeven als de weergavemodus
" Persoonlijk" is geselecteerd.
Druk bij alle andere weergavemodi op het uiteinde van
de ruitenwisserschakelaar om deze informatie tijdelijk
op een specifiek scherm weer te geven.
Weergave van de verschillende tabbladen
► Wanneer u op de toets op het uiteinde van de
ruitenwisserschakelaar drukt, worden de volgende
tabbladen na elkaar weergegeven:
–
Actuele informatie:•
Actieradius (benzine of diesel). •
Huidig brandstofverbruik.
•
T
ijdteller Stop & Start-systeem (benzine of diesel).
–
T
raject "1
" en daarna "2 ":
•
Gemiddelde snelheid.
•
Gemiddeld brandstofverbruik.
•
Afgelegde afstand.
Traject resetten
► Druk langer dan 2 seconden op de knop op
het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar
wanneer het gewenste traject wordt weergegeven.
Traject "1 " en "2" zijn onafhankelijk en ze worden op
dezelfde manier gebruikt.
Begrippen
De actieradius
(km of mijl)Afstand die u nog met de resterende hoeveelheid brandstof kunt afleggen
(gebaseerd op het gemiddelde verbruik over de laatste
afgelegde kilometers).
Deze waarde kan schommelen door een verandering in
rijstijl of van het reliëf op de route, waardoor het actuele
brandstofverbruik aanzienlijk kan wijzigen.
Als de actieradius minder dan 30
km bedraagt, worden
streepjes weergegeven.
Na het tanken van minimaal 5 liter brandstof wordt de
actieradius opnieuw berekend en weergegeven als
deze meer dan 100
km bedraagt.
Wanneer tijdens het rijden permanent streepjes worden
weergegeven in plaats van cijfers, duidt dit op een
storing. Neem contact op met een PEUGEOT-dealer of een
gekwalificeerde werkplaats.
Huidig verbruik
(l/100 km, km/l of mijl/gallon)
(kWh/100 km, km/kWh of mijl/kWh) (Elektrisch)
/ Berekend over de laatste seconden.
Deze functie wordt alleen weergegeven bij snelheden
vanaf 30
km/h (benzine of diesel).
Gemiddeld verbruik
(l/100 km, km/l of mijl/gallon)
(kWh/100 km, km/kWh of mijl/kWh) (Elektrisch)
/ Berekend sinds de laatste nulstelling van de trajectgegevens.
Gemiddelde snelheid
(km/h of mijl/h)Berekend sinds de laatste nulstelling van de trajectgegevens.
Afgelegde afstand
(km of mijl)Berekend sinds de laatste nulstelling van de trajectgegevens.
Tijdteller Stop & Start-systeem
(minuten/seconden of uren/minuten)
Als uw auto is uitgerust met Stop & Start, registreert
een teller hoe lang de STOP-stand tijdens een traject
is geactiveerd.
Page 27 of 260

25
Instrumentenpaneel
1De tijdteller wordt gereset telkens wanneer het contact
wordt aangezet.
Touchscreen
Dit systeem heeft de volgende functies:
– Permanente weergave van de tijd en de
buitentemperatuur (er brandt een blauw lampje bij kans
op gladheid).
–
Bediening verwarming/airconditioning.
–
T
oegang tot de configuratiemenu's van de functies
en systemen van de auto.
–
Bediening van het audiosysteem en de
telefoonfuncties, en weergave van de bijbehorende
informatie.
–
W
eergave van de informatie van de
parkeerhulpsystemen (grafische weergave van de
parkeerhulp, Park Assist
enz.).
–
T
oegang tot de internetdiensten en weergave van de
bijbehorende informatie.
–
Bediening van het navigatiesysteem en weergave
van de bijbehorende informatie (afhankelijk van de
uitvoering).
Zet de auto uit veiligheidsoverwegingen altijd stil voordat u handelingen uitvoert die
uw volledige aandacht vragen.
Bepaalde functies zijn niet beschikbaar als de auto
rijdt.
Adviezen
Het touchscreen is een capacitief scherm. –
Houd geen puntige voorwerpen tegen het
touchscreen.
–
Raak het touchscreen niet aan met vochtige vingers.
–
Gebruik een schone, zachte doek om het
touchscreen te reinigen.
Belangrijkste
bedieningselementen
Met 7 inch touchscreen
Gebruik de toetsen rondom het touchscreen om
de menu's te openen en druk vervolgens op de
aanraaktoetsen op het touchscreen.
Met 10 inch touchscreen
Gebruik de toetsen onder het touchscreen om
de menu's te openen en druk vervolgens op de
aanraaktoetsen op het touchscreen.
Werkingsprincipes
Bepaalde menu's worden op twee pagina's
weergegeven: druk op de toets "OPTIES" om de
tweede pagina te bekijken.
Als u niets op de tweede pagina doet, wordt automatisch de eerste pagina weer
weergegeven.
Druk op "ON" of "OFF" om een functie in of uit te
schakelen.
Een functie configureren.
Toegang tot aanvullende informatie over de
functie.
Bevestigen.
Terug naar de vorige pagina of bevestigen.
Page 28 of 260

26
Instrumentenpaneel
Statistieken
Op deze pagina worden de statistieken over het
verbruik van elektrische energie weergegeven.
– Blauwe staven: direct verbruikte energie die door de
tractiebatterij is geleverd.
– Groene staven: tijdens het vaart minderen en
remmen teruggewonnen energie die wordt gebruikt om
de tractiebatterij op te laden.
Het gemiddelde resultaat voor de huidige rit wordt
weergegeven in kWh/100 km.
► U kunt de schaal van de weergegeven tijd
veranderen met de toetsen - en +.
Een huidige rit is elke rit die langer dan 20
minuten duurt zonder dat het contact wordt
afgezet.
Laden
Op deze pagina kunt u het laden programmeren.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie over
het laden van de tractiebatterij (elektrisch).
Extra op afstand bedienbare
functies (elektrische auto)
(Afhankelijk van het land waar de auto is verkocht)
Menu's
Druk met drie vingers op het touchscreen om
alle menutoetsen weer te geven.
Zie de hoofdstukken over de audio- en telematicasystemen voor meer informatie over
de menu's.
Radio/Media
Airconditioning Instellingen voor de temperatuur, luchtstroom
enz.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie
over de handbediende airconditioning of de
automatische airconditioning.
Navigatie (Afhankelijk van de uitrusting)
Rijverlichting of Auto (afhankelijk van
uitvoering)
Activering, deactivering en instellingen van bepaalde
functies.
De functies staan op 2 tabbladen: "Snelkoppelingen"
en "Overige instellingen".
Telefoon
Connect-App Toegang tot bepaalde te configureren functies.
EnergieToegang tot de specifieke elektrische functies
(energiestroom, verbruiksstatistieken, geprogrammeerd
laden), verdeeld over 3 overeenkomstige tabbladen. of
Instellingen
Belangrijkste instellingen van het
audiosysteem, het touchscreen en het digitale
instrumentenpaneel.
Instellen van het volume/onderbreken van het geluid
Informatiebalk(en)
Bepaalde informatie wordt permanent weergegeven in
de informatiebalk(en) van het touchscreen.
Bovenste balk van het 7 inch touchscreen
– Tijd en buitentemperatuur (er gaat een blauw
waarschuwingslampje branden bij kans op gladheid).
–
Informatie over de airconditioning en rechtstreekse
toegang tot het betreffende menu.
–
Informatie over de menu's
Radio Media en
Telefoon.
–
Berichten.
–
T
oegang tot de Instellingen voor het touchscreen
en het digitale instrumentenpaneel (datum/tijd, taal,
eenheden enz.).
Zijbalken van het 10 inch touchscreen
– Buitentemperatuur (er gaat een blauw
waarschuwingslampje branden bij kans op gladheid).
–
T
oegang tot de Instellingen voor het touchscreen
en het digitale instrumentenpaneel (datum/tijd, taal,
eenheden enz.).
–
Berichten.
–
Informatie over de airconditioning en rechtstreekse
toegang tot het betreffende menu.
–
Tijd.
Menu Energie
Dit menu is alleen beschikbaar met PEUGEOT
Connect Nav .
Afhankelijk van de uitvoering is dit als volgt
toegankelijk:
– direct, door op de toets bij het touchscreen te
drukken (bij het touchscreen van 10").
– via het menu Applicaties.
Stroom
De pagina geeft in real time de werking van de
elektrische aandrijflijn weer.
1.Actieve rijstand
2. Elektromotor
3. Schatting laadniveau tractiebatterij
4. Energiestromen
De kleur van de energiestromen is afhankelijk van de
manier van rijden:
A. Blauw: energieverbruik
B. Groen: terugwinning van energie
Page 29 of 260

27
Instrumentenpaneel
1Statistieken
Op deze pagina worden de statistieken over het
verbruik van elektrische energie weergegeven.
– Blauwe staven: direct verbruikte energie die door de
tractiebatterij is geleverd.
–
Groene staven: tijdens het vaart minderen en
remmen teruggewonnen energie die wordt gebruikt om
de tractiebatterij op te laden.
Het gemiddelde resultaat voor de huidige rit wordt
weergegeven in kWh/100 km.
►
U kunt de schaal van de weergegeven tijd
veranderen met de toetsen
- en + .
Een huidige rit is elke rit die langer dan 20
minuten duurt zonder dat het contact wordt
afgezet.
Laden
Op deze pagina kunt u het laden programmeren.
Zie het betreffende hoofdstuk voor meer informatie over
het laden van de tractiebatterij (elektrisch).
Extra op afstand bedienbare
functies (elektrische auto)
(Afhankelijk van het land waar de auto is verkocht)
De volgende functies zijn
beschikbaar in de app MYPEUGEOT
APP, die toegankelijk is vanaf een
smartphone:
–
Aansturen van het laden van de tractiebatterij
(geprogrammeerd laden).
–
Aansturen van de voorverwarming / -koeling.
–
Aflezen van statistieken (waar beschikbaar).
–
Aflezen van de laadtoestand en de actieradius van
de auto.
Installatieprocedure
► Download de app MYPEUGEOT APP vanaf de voor
uw smartphone geschikte online store.
►
Maak een account aan.
►
V
oer het VIN van de auto in (het nummer op het
kentekenbewijs van de auto dat begint met "VF").
Zie het betreffende deel voor meer informatie over de
identificatie.
Netwerkbereik Zorg ervoor dat uw auto zich bevindt in
een gebied met dekking van een mobiel netwerk
wanneer u op afstand bedienbare functies wilt
gebruiken.
Wanneer deze dekking er niet is, kan uw
smartphone niet met de auto communiceren
(bijvoorbeeld in een ondergrondse parkeergarage).
De app geeft dan een melding dat er geen
verbinding met de auto kan worden gemaakt.
Page 30 of 260

28
Toegang
Afstandsbediening/sleutel
Functies van de
afstandsbediening
Afhankelijk van de uitvoering, De afstandsbediening
kan worden gebruikt om de volgende functies op
afstand te regelen:
–
Ontgrendelen / vergrendelen / supervergrendelen
van de auto.
–
Bedienen van verlichting op afstand.
–
Inklappen / uitklappen van de buitenspiegels.
–
Inschakelen / uitschakelen van het alarmsysteem.
–
Lokaliseren van de auto.
–
Sluiten van de ruiten.
–
Activeren van de elektrische startonderbreker van
de auto.
De auto kan met behulp van noodprocedures worden
vergrendeld / ontgrendeld, bijvoorbeeld als de
afstandsbediening of de centrale vergrendeling defect is, of als de accu leeg is. Zie het betreffende deel voor
meer informatie over de Noodprocedures.
Geïntegreerde sleutel
De sleutel in de afstandsbediening kan voor het
volgende worden gebruikt, afhankelijk van de
uitvoering:
–
De auto ontgrendelen/vergrendelen/
supervergrendelen.
–
De handmatige kinderbeveiliging inschakelen/
uitschakelen.
–
De airbag vóór aan passagierszijde inschakelen/
uitschakelen.
–
De portieren met de reservefunctie ontgrendelen/
vergrendelen.
–
Contact inschakelen en de motor starten/afzetten.
Zonder Elektronische sleutel
► Druk op de knop om de sleutel uit of in te klappen.
Met Elektronische sleutel
► Houd de knop uitgetrokken om de sleutel te
verwijderen of terug te plaatsen.
Wanneer de ingebouwde sleutel is uitgenomen, dient u deze altijd bij u te houden
om de betreffende noodprocedures uit te kunnen
voeren.
Ontgrendelen van de auto
De selectieve ontgrendeling kan worden ingesteld in het menu Rijverlichting / Auto van
het touchscreen.
Volledige ontgrendeling
► Druk op de ontgrendelknop.
Selectieve ontgrendeling
Bestuurdersportier en brandstofvulklep / klep van
de laadaansluiting
►
Druk op de ontgrendeltoets.
►
Druk
nogmaals op de toets om de andere portieren
en de achterklep te ontgrendelen.
De laadstekker kan bij de tweede keer drukken worden
losgekoppeld.
De volledige of selectieve ontgrendeling en de
uitschakeling van het alarm worden bevestigd
door het knipperen van de parkeerlichten en / of
dagrijverlichting.
Afhankelijk van de uitvoering worden de buitenspiegels
uitgeklapt.
De auto vergrendelen
Normale vergrendeling
► Druk op de vergrendeltoets.
De vergrendeling en, afhankelijk van de uitvoering, de
inschakeling van het alarm worden bevestigd door het
branden van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering worden de buitenspiegels
ingeklapt.
Als een van de portieren of de achterklep niet goed is gesloten, kan de auto niet worden
vergrendeld. Als de auto echter is uitgerust met een
alarmsysteem, dan wordt dit na ongeveer 45
seconden ingeschakeld.
Als de auto wordt ontgrendeld maar de portieren
of de achterklep worden vervolgens niet geopend,
dan wordt de auto automatisch na ongeveer 30
seconden weer vergrendeld. Als de auto is uitgerust
met een alarmsysteem, dan wordt dit automatisch
weer ingeschakeld.
Page 31 of 260

29
Toegang
2De volledige of selectieve ontgrendeling en de
uitschakeling van het alarm worden bevestigd
door het knipperen van de parkeerlichten en / of
dagrijverlichting.
Afhankelijk van de uitvoering worden de buitenspiegels
uitgeklapt.
De auto vergrendelen
Normale vergrendeling
► Druk op de vergrendeltoets.
De vergrendeling en, afhankelijk van de uitvoering, de
inschakeling van het alarm worden bevestigd door het
branden van de richtingaanwijzers.
Afhankelijk van de uitvoering worden de buitenspiegels
ingeklapt.
Als een van de portieren of de achterklep niet goed is gesloten, kan de auto niet worden
vergrendeld. Als de auto echter is uitgerust met een
alarmsysteem, dan wordt dit na ongeveer 45
seconden ingeschakeld.
Als de auto wordt ontgrendeld maar de portieren
of de achterklep worden vervolgens niet geopend,
dan wordt de auto automatisch na ongeveer 30
seconden weer vergrendeld. Als de auto is uitgerust
met een alarmsysteem, dan wordt dit automatisch
weer ingeschakeld.
Supervergrendeling
Als de supervergrendeling is ingeschakeld, werken de binnenportiergrepen niet. Ook
wordt de toets van de centrale vergrendeling
uitgeschakeld.
De claxon blijft werken.
Schakel nooit de supervergrendeling in als er
zich iemand in de auto bevindt.
►
Druk binnen 3 seconden weer op de
vergrendeltoets om de supervergrendeling van de
auto in te schakelen (de richtingaanwijzers gaan kort
knipperen om dit te bevestigen).
Sluiten van de ruiten
De ruiten worden gesloten door de vergrendeltoets langer dan 3 seconden in te
drukken.
Zorg ervoor dat het sluiten van de ruiten niet door voorwerpen of personen wordt gehinderd.
Als u bij een uitvoering met alarmsysteem de
ruiten op een kier wilt laten staan, moet u eerst de
interieurbeveiliging uitschakelen.
Zie het betreffende deel voor meer informatie over
het alarmsysteem.
Lokaliseren van de auto
Hiermee kunt u uw auto op afstand lokaliseren terwijl
de auto is vergrendeld:
– De richtingaanwijzers of parkeerlichten en/
of dagrijverlichting (afhankelijk van de uitvoering)
knipperen ongeveer 10 seconden.
–
De lampen van de buitenspiegels gaan branden.
–
De plafonniers gaan branden.
► Druk op deze toets.
Op afstand inschakelen van de
verlichting
De beschikbaarheid van deze functie is afhankelijk van
de uitvoering.
► Druk op deze knop. De parkeerlichten, het
dimlicht, de kentekenplaatverlichting en de
instapverlichting in de buitenspiegels gaan gedurende
30 seconden branden.
Wanneer u nogmaals op de knop drukt voordat de
tijd is verstreken, wordt de verlichting onmiddellijk
uitgeschakeld.
Advies
Afstandsbediening De afstandsbediening is een gevoelig
apparaat dat met hoge frequentie werkt; zit niet
aan de afstandsbediening terwijl u deze in uw
zak hebt, omdat u dan per ongeluk de auto kunt
ontgrendelen.
Druk niet op de toetsen van de afstandsbediening
wanneer u buiten het bereik van de auto
bent, omdat dat ervoor kan zorgen dat de
afstandsbediening niet meer werkt. In dat geval
moet de afstandsbediening worden gereset.
Page 32 of 260

30
Toegang
De afstandsbediening werkt niet als de sleutel
in het contactslot zit, zelfs niet als het contact is
uitgeschakeld.
DiefstalbeveiligingPas de elektronische startblokkering niet aan,
omdat er dan storingen kunnen ontstaan.
Vergeet bij uitvoeringen met contactslot niet om
de sleutel te verwijderen en aan het stuurwiel te
draaien om het stuurslot te activeren.
Vergrendelen van de auto Wanneer de portieren onder het rijden zijn
vergrendeld, kunnen hulpdiensten in noodgevallen
lastig in de auto komen.
Haal uit veiligheidsoverwegingen altijd de
contactsleutel uit het contactslot of neem de
elektronische sleutel mee als u de auto verlaat, zelfs
wanneer dit voor korte duur is.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto Laat uw sleutels door een PEUGEOT-dealer
in het elektronische geheugen van de auto opslaan,
zodat u zeker weet dat de sleutels in uw bezit de
enige sleutels zijn waarmee de auto kan worden
gestart.
Proximity Keyless Entry and
Start
Dit is een Elektronische sleutel-systeem. Hiermee wordt de auto automatisch vergrendeld /
ontgrendeld door de elektronische sleutel te detecteren.
Als de bestuurder de elektronische sleutel bij zich heeft,
wordt de auto ontgrendeld zodra hij / zij de auto nadert
en vergrendeld als hij / zij bij de auto vandaan loopt.
Als de elektronische sleutel zich langer dan 30 minuten
binnen de 2 en 7 meter van de auto vandaan bevindt,
wordt het systeem gedeactiveerd om de batterij te
sparen.
Sleuteldetectiezones:
Zone A: automatische vergrendeling bij het van de auto
vandaan lopen (ongeveer 2 meter van de auto).
Zone C: automatische ontgrendeling en
instapverlichting bij het naderen van de auto (1 tot 2
meter van de auto).
Raadpleeg het betreffende gedeelte voor meer
informatie over de instapverlichting.
De automatische functies kunnen worden
geconfigureerd via het menu
Rijverlichting/ Auto
van het touchscreen.
Ontgrendelen van de auto
De selectieve ontgrendeling (bestuurdersportier, achterklep) kan worden
ingesteld in het menu Rijverlichting/ Auto
van het
touchscreen.
De selectieve ontgrendeling is standaard uitgeschakeld.
Volledig ontgrendelen
De auto (portieren en bagageruimte) worden
ontgrendeld:
►
Automatisch, als de bestuurder zone
B nadert en de
automatische functies zijn geactiveerd.
►
Of door zachtjes op de portiergreep van het
bestuurdersportier of de knop van de achterklep te
drukken.
Afhankelijk van de uitvoering worden de ontgrendeling
en de uitschakeling van het alarm bevestigd door
het knipperen van de parkeerlichten en/of de
dagrijverlichting.
Afhankelijk van de uitvoering worden de buitenspiegels
uitgeklapt.
Als de elektronische sleutel langer dan 15 minuten in de buurt van de auto blijft (zone A
of B) zonder dat er iets wordt gedaan, dan worden
de automatische functies uitgeschakeld. Gebruik de
afstandsbediening of druk op een van de
portierhandgrepen om de auto te ontgrendelen of te
vergrendelen.
Als het niet lukt om de auto te vergrendelen of
ontgrendelen met de portierhandgrepen, houd de
elektronische sleutel dan dichterbij en herhaal de
handeling.
Selectieve ontgrendeling
Bestuurdersportier en brandstofvulklep / klep van
de laadaansluiting
Het ontgrendelen gebeurt:
► Automatisch, wanneer de bestuurder het
bestuurdersportier nadert en de automatische functies
zijn geactiveerd.
► Of door zachtjes op de portiergreep van het
bestuurdersportier te drukken.
► In de auto kunt u alle portieren en de achterklep
ontgrendelen met de toets van de centrale
vergrendeling of door een van de portieren te openen.
Selectieve ontgrendeling van de achterklep
De achterklep wordt automatisch ontgrendeld als u de
achterkant van de auto nadert.
► Druk op de schakelaar van de achterklep om deze
te openen.
De portieren blijven vergrendeld.