188
PEUGEOT Connect Radio
PEUGEOT Connect Radio
Multimedia-audiosysteem -
Apps - Bluetooth
®-telefoon
De beschreven functies en instellingen zijn afhankelijk van de uitvoering van de auto en
het land waar de auto is verkocht.
Om veiligheidsredenen en omdat deze handelingen de aandacht van de bestuurder
vereisen, moeten deze handelingen worden
uitgevoerd wanneer de auto stilstaat en het contact
is ingeschakeld:
–
De smartphone via Bluetooth met het systeem
koppelen.
–
De smartphone gebruiken.
–
V
erbinding maken met de apps CarPlay
® of
Android Auto (bepaalde apps worden niet meer
weergegeven als de auto rijdt).
–
De systeeminstellingen en de configuratie
wijzigen.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het uitsluitend in uw auto functioneert.
De melding Eco-mode
wordt weergegeven
wanneer het systeem in stand-by wordt gezet.
De broncodes van Open Source Software (OSS) van het systeem zijn op de volgende
sites beschikbaar:
https://www.groupe-psa.com/fr/oss/
https://www.groupe-psa.com/en/oss/
De eerste stappen
Als u bij draaiende motor op de knop drukt, wordt het geluid gedempt.
Als u bij afgezet contact op de knop drukt, wordt het
systeem ingeschakeld.
Verhoog of verlaag het volume met het wieltje of de
toetsen "plus" of "min" (afhankelijk van de uitvoering).
Gebruik de toetsen aan weerszijden van of onder
het touchscreen om de menu's te openen en druk
vervolgens op de virtuele toetsen op het touchscreen.
Gebruik al naar gelang het model de toetsen "Bron" en
"Menu" aan de linkerkant van het touchscreen om de
menu's te openen en druk vervolgens op de virtuele
toetsen op het touchscreen.
U kunt de rolmenu's altijd weergegeven door kort met
drie vingers op het scherm te drukken.
Alle aanraakgebieden op het scherm zijn wit.
Bij pagina's met meerdere tabbladen onder aan het
scherm kunt u tussen de pagina's wisselen door op het
gewenste tabblad voor de pagina te tikken of door de
pagina's met uw vinger naar links of rechts te vegen.
Druk op het gearceerde gedeelte om een niveau lager
te gaan of om uw keuze te bevestigen.
Druk op de zwarte pijl om een niveau lager te gaan of
om uw keuze te bevestigen.
Het touchscreen is een capacitief scherm. Gebruik een niet-schurende zachte
doek (bijvoorbeeld een brillendoekje) zonder
schoonmaakmiddel om het scherm schoon te
maken.
Raak het scherm niet aan met scherpe voorwerpen.
Raak het scherm niet aan met natte handen.
Bepaalde informatie wordt permanent weergegeven in
de bovenste balk van het touchscreen:
–
Statusinformatie van de airconditioning (afhankelijk
van de uitvoering) en rechtstreeks toegang tot het
desbetreffende menu.
–
Menu statusinformatie Radio Media en
Telefoon.
–
Statusinformatie Privacy
.
–
T
oegang tot de instellingen van het touchscreen en
het digitaal instrumentenpaneel.
Audiobronnen selecteren (afhankelijk van de uitrusting):
–
FM/DAB/AM-radiozenders (afhankelijk van de
uitrusting).
–
T
elefoon verbonden via Bluetooth en multimedia-
uitzending Bluetooth (streaming).
–
USB-geheugenstick.
–
V
ia de AUX-aansluiting aangesloten mediaspeler
(afhankelijk van de uitrusting).
190
PEUGEOT Connect Radio
Kort indrukken: bevestigen van een selectie. Indien
niets geselecteerd: toegang tot voorkeuzezenders.
Radio: weergeven van de zenderlijst.Media: weergeven van de tracklijst.
Radio (ingedrukt houden): bijwerken van de lijst met
beschikbare radiozenders.
Menu's
Apps
Toegang tot te configureren apparaten.
Radio Media
Selecteer een geluidsbron of radiozender.
Telefoon
Een mobiele telefoon via Bluetooth® verbinden.
Voer bepaalde apps uit via uw smartphone, via
CarPlay
® of Android Auto.
Instellingen
Configureer een persoonlijk profiel en/of configureer het geluid (balans, sfeer enz.) en
de weergave (taal, eenheden, datum, tijd, enz.).
Rijden
Schakel bepaalde voertuigfuncties in of uit, of configureer deze.
Navigatie
Stel de navigatie in en selecteer uw bestemming via CarPlay® of Android Auto.
Airconditioning
21,518,5
Stel de instellingen voor temperatuur en de luchtstroom in.
194
PEUGEOT Connect Radio
worden de afspeellijsten bijgewerkt. Het audiosysteem
slaat deze lijsten op, zodat deze sneller worden
geladen wanneer ze niet gewijzigd zijn.
Externe (AUX)-jackaansluiting
Afhankelijk van de uitrustingSluit een draagbaar apparaat (MP3-speler, enz.) met een audiokabel (niet meegeleverd)
aan op de jack-aansluiting.
Deze geluidsbron is uitsluitend beschikbaar als "Extra
ingang" in de audio-instellingen is geselecteerd.
Stel eerst het volume van het draagbare apparaat
af (op een hoog geluidsniveau). Stel dan het
geluidsvolume van het audiosysteem in.
De bediening vindt plaats via het draagbare apparaat.
Geluidsbron selecteren
Druk op RAD MEDIA om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "BRONNEN".
Selecteer de geluidsbron.
Bluetooth Streaming®
Met Streaming kunt u via uw smartphone naar audio
luisteren.
Het profiel Bluetooth moet hiervoor worden geactiveerd.
Stel eerst het volume van het draagbare apparaat
af (op een hoog geluidsniveau). Stel dan het
geluidsvolume van het systeem in.
Als het afspelen niet automatisch begint, kan het zijn
dat u het afspelen van de audio moet starten via de
smartphone.
Bediening verloopt via het externe apparaat of via de
aanraaktoetsen van het systeem.
Als de Streaming eenmaal is gestart, wordt uw smartphone als een geluidsbron beschouwd.
Apple®-speler aansluiten
Sluit een Apple®-speler met behulp van een geschikte
kabel (niet meegeleverd) aan op de USB-aansluiting.
Het afspelen begint automatisch.
De bediening gebeurt via de audio-installatie in de auto.
De beschikbare indeling is die van het aangesloten apparaat (artiesten / albums /
genres / playlists / audioboeken / podcasts). U kunt
ook een gestructureerde indeling in bibliotheekvorm
gebruiken.
De standaardindeling is de indeling per artiest.
Om dit te veranderen moet u terug naar het eerste
niveau in de structuur en kiest u een andere indeling
(bijvoorbeeld afspeellijsten). Bevestig uw keuze
voordat u in de structuur weer afzakt naar het
gewenste nummer.
De softwareversie van het audiosysteem kan
incompatibel zijn met de softwareversie van de
Apple
®-speler.
Informatie en tips
Het systeem ondersteunt USB-apparaten voor
massaopslag, BlackBerry®-apparaten of Apple®-spelers
via de USB-poorten. De adapterkabel wordt niet
meegeleverd.
U beheert de apparaten met de bedieningstoetsen van
het audiosysteem.
Andere apparaten, die bij het aansluiten niet door het
systeem worden herkend, moeten met een kabel (niet
meegeleverd) op de jack-plug worden aangesloten
of via Bluetooth-streaming worden gekoppeld (indien
compatibel).
Gebruik geen USB-verdeelstekker, om beschadiging van het systeem te voorkomen.
Het audiosysteem speelt alleen audiobestanden af met
de bestandsextensie ".wav", ".wma", ".aac", ".ogg" en
".mp3" met een bitrate tussen 32 Kbps en 320 Kbps.
Ook bestanden met een VBR (Variable Bit Rate)
kunnen worden afgespeeld.
Andere typen audiobestanden (".mp4", enz.) kunnen
niet worden afgespeeld.
Alle ".wma"-bestanden moeten standaard WMA
9-bestanden zijn.
De ondersteunde bemonsteringsfrequenties (sampling
rates) zijn 11, 22, 44 en 48 KHz.
Om problemen met lezen en weergeven te voorkomen,
raden wij aan om bestandsnamen te kiezen van
maximaal 20 tekens die geen speciale tekens bevatten
(zoals, " ? .
; ù).
Gebruik uitsluitend USB-geheugensticks met de
bestandsindeling FAT32 (File Allocation Table).
Wij raden aan om de originele USB-kabel voor het draagbare apparaat te gebruiken.
Telefoon
USB-aansluitingen
Deze hangen af van de uitrusting. Zie het gedeelte
"Ergonomie en comfort" voor meer informatie over de
USB-aansluitingen die compatibel zijn met de apps
CarPlay
® of Android Auto.
Ga naar de website voor uw land van de fabrikant om te zien welke smartphones
compatibel zijn.
Gebruikers kunnen een smartphone synchroniseren zodat ze apps op het scherm
van de auto zien die de CarPlay
®- of Android
Auto-technologie van de smartphone ondersteunen.
Om CarPlay
®-technologie te kunnen gebruiken,
moet de functie CarPlay® eerst op de smartphone
worden geactiveerd.
Ontgrendel de smartphone om het
communicatieproces tussen de smartphone en het
systeem te starten.
De technologie staat niet stil en daarom raden
wij aan om het besturingssysteem van de
smartphone, en de datum en de tijd op de
smartphone en van het systeem up-to-date te
houden.
CarPlay®-verbinding voor
smartphones
Verschilt per land.
195
PEUGEOT Connect Radio
10Telefoon
USB-aansluitingen
Deze hangen af van de uitrusting. Zie het gedeelte
"Ergonomie en comfort" voor meer informatie over de
USB-aansluitingen die compatibel zijn met de apps
CarPlay
® of Android Auto.
Ga naar de website voor uw land van de fabrikant om te zien welke smartphones
compatibel zijn.
Gebruikers kunnen een smartphone synchroniseren zodat ze apps op het scherm
van de auto zien die de CarPlay
®- of Android
Auto-technologie van de smartphone ondersteunen.
Om CarPlay
®-technologie te kunnen gebruiken,
moet de functie CarPlay® eerst op de smartphone
worden geactiveerd.
Ontgrendel de smartphone om het
communicatieproces tussen de smartphone en het
systeem te starten.
De technologie staat niet stil en daarom raden
wij aan om het besturingssysteem van de
smartphone, en de datum en de tijd op de
smartphone en van het systeem up-to-date te
houden.
CarPlay®-verbinding voor
smartphones
Verschilt per land.
Wanneer de USB-kabel wordt aangesloten,
schakelt de functie CarPlay® de Bluetooth®-
modus van het systeem uit.
De functie "CarPlay" werkt alleen in combinatie met
een compatibele smartphone en compatibele apps.
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone wordt opgeladen als deze via een USB-kabel is
aangesloten.
Druk in het systeem op Telefoon om de CarPlay®-interface weer te geven.
Of
Als de smartphone al via Bluetooth® is
verbonden.
Sluit de USB-kabel aan. De smartphone wordt opgeladen als deze via een USB-kabel is
aangesloten.
Druk op het scherm van het systeem op " Telefoon" om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "TEL" om de tweede pagina weer te
geven.
Druk op "CarPlay" om de CarPlay®-interface
weer te geven.
Wanneer de USB-kabel wordt ontkoppeld en het contact uit en weer in wordt geschakeld,
schakelt het systeem niet automatisch naar de RAD
MEDIA-modus. De bron moet handmatig worden
gewijzigd.
De CarPlay®-navigatie is op elk moment
toegankelijk door op de Navigation-toets van
het systeem te drukken.
Android Auto-verbinding voor smartphones
Verschilt per land.Download de app Android Auto op de
smartphone.
De functie "Android Auto" werkt alleen in combinatie met een compatibele smartphone
en compatibele apps.
Telefoon niet verbonden via Bluetooth®
Sluit een USB-kabel aan. De smartphone wordt opgeladen als deze via een USB-kabel is
verbonden.
Druk op het scherm van het systeem op " Telefoon" om het beginscherm weer te geven.
Druk op "Android Auto" om de app in het
systeem te starten.
Bij bepaalde smartphones moet de functie "Android
Auto" worden geactiveerd.
Tijdens de procedure verschijnen verschillende schermen gerelateerd aan bepaalde functies.
Accepteer deze om de verbinding tot stand te brengen
en te voltooien.
Wanneer u een smartphone aansluit op het systeem, raden wij u aan om Bluetooth® op de
smartphone in te schakelen.
Telefoon verbonden via Bluetooth®
Druk op het scherm van het systeem op " Telefoon" om het beginscherm weer te geven.
196
PEUGEOT Connect Radio
Druk op de toets "TEL" om het vervolgscherm weer te
geven.
Druk op "Android Auto" om de app in het systeem te starten.
Tijdens de Android Auto-weergave blijft het selecteren
van de audiobron mogelijk via de aanraaktoetsen in de
bovenste balk van het scherm.
De menu's van het systeem kunnen op elk moment
worden geopend via de menutoetsen.
Afhankelijk van de kwaliteit van het netwerk, kan het zijn dat het even duurt voordat de apps
beschikbaar zijn.
Een Bluetooth®-telefoon
koppelen
De beschikbaarheid van de diensten is
afhankelijk van het netwerk, de simkaart en de
compatibiliteit van de gebruikte Bluetooth-
apparaten. Raadpleeg de gebruikershandleiding
van de telefoon om te kijken welke diensten
beschikbaar zijn.
De functie Bluetooth moet zijn ingeschakeld, en de telefoon moet zijn ingesteld op
"zichtbaar voor alle apparaten" (in de
telefooninstellingen).
Voltooien van het koppelen, ongeacht of dit vanaf de
telefoon of het systeem wordt gedaan: controleer of de
door de telefoon en het systeem weergegeven code
identiek zijn.
Wanneer het koppelen niet lukt, raden wij u aan om op de telefoon de functie Bluetooth uit
te schakelen en weer in te schakelen.
Procedure via de telefoon
Selecteer de naam van het systeem in de lijst met gedetecteerde apparaten.
Accepteer, in het systeem, het verzoek om verbinding
met de telefoon te maken.
Procedure via het systeem
Druk op Telefoon om het beginscherm weer te geven.
Druk op "Bluetooth zoeken".Er wordt een lijst met de gedetecteerde
telefoons weergegeven.
Selecteer de naam van de telefoon in de lijst.
Verbinding delen
Het systeem stelt 3 verbindingsprofielen voor de
telefoon voor:
–
"Telefoon" (handsfree-set, uitsluitend telefoon),
–
"Streaming" (streaming: draadloos audiobestanden
via de telefoon afspelen),
–
"Gegevens mobiel internet".
Selecteer één of meer profielen.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Afhankelijk van het type telefoon, wordt u gevraagd om
de overdracht van uw contacten en berichten goed te
keuren.
De mogelijkheid van het systeem om maar
één profiel te koppelen hangt af van de
telefoon.
Als dit niet mogelijk is, worden standaard alle drie
de verbindingsprofielen geselecteerd.
Profielen die compatibel zijn met het systeem: HFP, OPP, PBAP, A2DP, AVRCP, MAP en
PAN.
Ga naar de website van het merk voor meer informatie
(compatibiliteit, aanvullende instructies, enz.).
Automatisch opnieuw verbinden
Wanneer u met de telefoon waarmee het laatst
verbinding is gemaakt, terugkomt in uw auto wordt
deze automatisch herkend en wordt er binnen
ongeveer 30 seconden na het inschakelen van het
contact automatisch verbinding gemaakt met de
telefoon (indien Bluetooth is ingeschakeld).
Het verbindingsprofiel wijzigen:
Druk op Telefoon om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "TEL" om het vervolgscherm weer te
geven.
Selecteer "Bluetooth-verbinding" om een lijst met gekoppelde apparatuur weer te
geven.
Druk op de toets "Details" van een gekoppeld apparaat.
Selecteer één of meer profielen.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Telefoonverbindingen beheren
Met deze functie kunt u een apparaat aansluiten of
ontkoppelen, of een koppeling verwijderen.
Druk op Telefoon om het beginscherm weer te
geven.
Druk op de toets "TEL" om het vervolgscherm weer te
geven.
Selecteer "Bluetooth-verbinding" om een lijst met gekoppelde apparatuur weer te
geven.
Druk op de naam van de telefoon die in de lijst is geselecteerd om de koppeling ongedaan te
maken.
Druk er nogmaals op om de telefoon weer te koppelen.
Verwijderen van een telefoon
Druk op het prullenbaksymbool rechts boven op het scherm om een prullenbak naast de
geselecteerde telefoon weer te geven.
Druk op het prullenbaksymbool naast de naam van de telefoon te verwijderen.
Een gesprek aannemen
Als u gebeld wordt, klinkt een beltoon en verschijnt een
pop-upvenster op het scherm.
197
PEUGEOT Connect Radio
10Druk op de toets "Details" van een gekoppeld apparaat.
Selecteer één of meer profielen.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Telefoonverbindingen beheren
Met deze functie kunt u een apparaat aansluiten of
ontkoppelen, of een koppeling verwijderen.
Druk op Telefoon om het beginscherm weer te
geven.
Druk op de toets "TEL" om het vervolgscherm weer te
geven.
Selecteer "Bluetooth-verbinding" om een lijst met gekoppelde apparatuur weer te
geven.
Druk op de naam van de telefoon die in de lijst is geselecteerd om de koppeling ongedaan te
maken.
Druk er nogmaals op om de telefoon weer te koppelen.
Verwijderen van een telefoon
Druk op het prullenbaksymbool rechts boven op het scherm om een prullenbak naast de
geselecteerde telefoon weer te geven.
Druk op het prullenbaksymbool naast de naam van de telefoon te verwijderen.
Een gesprek aannemen
Als u gebeld wordt, klinkt een beltoon en verschijnt een
pop-upvenster op het scherm.
Druk kort op de toets TEL op het stuur om het gesprek aan te nemen.
En
houd de toets
TEL op het stuurwiel langer ingedrukt om het
gesprek te weigeren.
Of
Druk op "Ophangen".
Bellen
Gebruik de telefoon bij voorkeur niet onder het
rijden.
Parkeer de auto.
Gebruik de toetsen op het stuurwiel om te bellen.
Een nieuw nummer bellen
Druk op Telefoon om het beginscherm weer te geven.
Voer het nummer in via het digitale toetsenbord.
Druk op "Bellen" om het nummer te bellen.
Een contact bellen
Druk op Telefoon om het beginscherm weer te geven.
Of, houd
de TEL-toets op het stuurwiel ingedrukt.
Druk op "Contacten".
Selecteer het gewenste contact in de getoonde lijst.
Druk op "Bellen".
Een recent gebruikt nummer
bellen
Druk op Telefoon om het beginscherm weer te
geven.
Of
Houd
de toets op het stuurwiel ingedrukt.
Druk op "Gesprekkenlijst".
Selecteer het gewenste contact in de getoonde lijst.
U kunt altijd rechtstreeks met uw telefoon bellen. Zet in dat geval de auto uit
veiligheidsoverwegingen stil.
De beltoon instellen
Druk op Telefoon om het beginscherm weer te geven.
Druk op de toets "OPTIES" om het vervolgscherm weer
te geven.
Druk op "Volume beltoon:" om de volumebalk weer te geven.
Druk op de pijlen of verplaats de schuifbalk om het volume van de beltoon in te stellen.
200
PEUGEOT Connect Radio
Het kan zijn dat sommige informatietekens in
de huidige afspeelmedia niet correct worden
weergegeven.
Het audiosysteem kan bepaalde typen tekens niet
verwerken.
►
Gebruik standaard karakters voor de benaming van
nummers en mappen.
Het afspelen van streaming-bestanden start niet.
Het aangesloten apparaat start afspelen niet
automatisch.
►
Start het afspelen via het apparaat.
T
itels van nummers en afspeeltijden worden niet op
het scherm voor audiostreaming weergegeven.
De Bluetooth-verbinding biedt deze mogelijkheid niet.
Telefoon
Het lukt me niet om mijn Bluetooth-telefoon te
koppelen.
Het is mogelijk dat de Bluetooth-functie van de telefoon
is uitgeschakeld of dat uw toestel niet zichtbaar is voor
het systeem.
►
Controleer of de Bluetooth-functie van de telefoon is
ingeschakeld.
►
Controleer bij de instellingen van uw telefoon of
deze op "zichtbaar voor alle apparaten" staat.
De Bluetooth-telefoon is niet compatibel met het
systeem.
►
Controleer op de website van het merk (diensten) of
de telefoon compatibel is.
Android Auto en/of CarPlay werken niet.
Android Auto en CarPlay worden niet ingeschakeld
wanneer de USB-kabels van slechte kwaliteit zijn. ►
Gebruik originele USB-kabels om de compatibiliteit
te waarborgen.
Android Auto en/of CarPlay werken niet.
Android Auto en CarPlay zijn niet in alle landen
beschikbaar.
►
Op de website van Google
Android Auto en Apple
staat welke landen er worden ondersteund.
Het volume van de aangesloten Bluetooth-telefoon
is niet hoorbaar.
Het volume is afhankelijk van het systeem en van de
telefoon.
►
V
erhoog het volume van het audiosysteem, indien
nodig, tot maximaal en verhoog het volume van de
telefoon indien nodig.
Omgevingsgeluid is van invloed op de kwaliteit van een
telefoongesprek.
► Beperk het omgevingsgeluid (ramen sluiten,
ventilatie lager zetten, snelheid verminderen enz.).
De contacten staan niet op alfabetische volgorde.
Sommige telefoons hebben speciale weergave-opties.
Afhankelijk van de instellingen kunnen contacten in een
bepaalde volgorde worden overgenomen.
►
V
erander de instellingen voor de weergave van
contacten in de telefoon.
Instellingen
Wanneer ik de instellingen voor hoge en lage tonen
wijzig, wordt geluidssfeer uitgeschakeld.
Wanneer de geluidssfeer wordt gewijzigd, worden
de instellingen voor hoge en lage tonen gereset.
De geluidssfeer is gekoppeld aan de hoge en lage
tonen. ►
Wijzig de instelling van de hoge en de lage tonen of
wijzig de geluidssfeer om de gewenste geluidskwaliteit
te verkrijgen.
Wanneer ik de instellingen voor balans wijzig,
wordt de geluidsverdeling uitgeschakeld.
Wanneer u de instelling voor de geluidsverdeling
wijzigt, worden de instellingen voor de balans
gedeselecteerd.
De geluidsverdeling is gekoppeld aan de balans.
►
Stel de balans in of kies een geluidsverdeling naar
eigen wens.
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen
geluidsbronnen.
Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen de
geluidsinstellingen worden aangepast aan
verschillende audiobronnen die hoorbare verschillen
kunnen genereren bij het veranderen van de bron.
►
Controleer of de geluidsinstellingen overeenkomen
met de bronnen waarnaar wordt geluisterd. Zet de
geluidsinstellingen in de middelste stand.
Na het afzetten van de motor, wordt het systeem na
enkele minuten automatisch uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft het audiosysteem nog
werken zolang de laadtoestand van de accu dat
toestaat.
In de normale uitgeschakelde stand, gaat het systeem
na een bepaalde tijd automatisch over op de eco-
modus om de accu niet te ontladen.
►
Start de auto om de laadstroom van de accu te
verhogen.
201
PEUGEOT Connect Nav
11PEUGEOT Connect Nav
GPS-navigatie - Apps -
Multimedia-audiosysteem
- Bluetooth
®-telefoon
De beschreven functies en instellingen zijn afhankelijk van de uitvoering van de auto en
het land waar de auto is verkocht.
Om veiligheidsredenen en omdat deze handelingen de aandacht van de bestuurder
vereisen, moeten deze handelingen worden
uitgevoerd wanneer de auto stilstaat en het contact
is ingeschakeld:
–
De smartphone via Bluetooth met het systeem
koppelen.
–
De smartphone gebruiken.
–
V
erbinding maken met de apps CarPlay
® of
Android Auto (bepaalde apps worden niet meer
weergegeven als de auto rijdt).
– Een video bekijken (het afspelen van de video
stopt wanneer de auto weer begint te rijden).
–
De systeeminstellingen en de configuratie
wijzigen.
AM- en DAB-radio zijn niet beschikbaar bij hybrideauto's.
Het systeem is zodanig beveiligd dat het uitsluitend in uw auto functioneert.
De melding Eco-mode wordt weergegeven
wanneer het systeem in stand-by wordt gezet.
Via de website van het merk kunt u updates voor het systeem en de kaartgegevens
downloaden.
De updateprocedure is hier ook te vinden.
De broncodes van Open Source Software (OSS) van het systeem zijn op de volgende
sites beschikbaar:
https://www.groupe-psa.com/fr/oss/
https://www.groupe-psa.com/en/oss/
De eerste stappen
Als u bij draaiende motor op de toets drukt, wordt het geluid onderbroken.
Als u bij afgezet contact op de toets drukt, wordt het
systeem ingeschakeld.
Verhoog of verlaag het volume met het wieltje of de
toetsen "plus" of "min" (afhankelijk van de uitvoering).
Gebruik de menutoetsen aan weerszijden van of onder
het touchscreen om de menu's te openen en druk
vervolgens op de virtuele toetsen op het touchscreen.
Gebruik afhankelijk van de uitvoering de toetsen "Bron"
of "Menu" om de menu's te openen en druk vervolgens
op de op het touchscreen weergegeven toetsen.
U kunt op elk gewenst moment het menu oproepen
door het scherm kort met drie vingers aan te raken.
Alle aanraakfuncties op het touchscreen zijn wit.
Druk op de pijl Terug om één niveau terug te gaan.
Druk op "OK" om te bevestigen.
Het touchscreen is een capacitief scherm. Voor het schoonmaken van het scherm is het
raadzaam gebruik te maken van een niet schurende
zachte doek (bijvoorbeeld een brillendoekje), zonder
schoonmaakmiddel.
Raak het scherm niet aan met scherpe voorwerpen.
Raak het scherm niet aan met natte handen.
Bepaalde informatie wordt permanent weergegeven
op de zijbalken of op de bovenste balk van het
touchscreen (afhankelijk van de uitrusting):
–
Statusinformatie van de airconditioning (afhankelijk
van de uitvoering) en rechtstreeks toegang tot het
desbetreffende menu.
–
Rechtstreeks toegang tot de keuze van de audiobron
om de lijst met radiozenders (of titels, afhankelijk van
de geluidsbron) te bekijken.
–
T
oegang tot de "Berichten" van meldingen,
e-mailberichten, updates van kaarten en aanwijzingen
van het navigatiesysteem (afhankelijk van de diensten).